VOOR DE VROUW
ONS MODEHOEKJE.
EEN VLIEGENDE
VIJAND.
V R IJ DAG 8 M E I 1936
DE VOORJAARSMODE VOOR OUDERE EN JONGERE DAMES.
De Tiroolsche motieven hebben met één
slag de gunst van mevrouw Mode verwor
ven. Overal ziet men kleurige hartjes, edel-
weisz, gentiaan, enz. verschijnen. Bijzon
der gewild zijn de garnituren,
uit geborduurde linnen ceintuur
sende tasch. Het spreekt echter
deze Tiroler mode alleen ge
schikt is voor jonge, slanke
vrouwen. Een min of meer
gezette dame zal er met een
vuurrood hartje op haar
ceintuur op zijn zachtst uit
gedrukt een beetje belache
lijk uitzien. Maar voor de
jongere generatie is deze
fleurige mode allerliefst.
Korte vestjes, jasjes, enz.
zijn allemaal gegarneerd
met de Tiroolsche motieven.
Ook de overgooier, die het
meisje op de illustratie links
draagt, is bewerkt met een
paar hartjes; één op het
blousje, juist tusschen de
beide draagbandjes van de
rok en twee andere op de
zakjes van de rok. Het pret
tige van de overgooiers is
altijd, dat men, door er ver
schillende blousjes onder te
dragen, altijd frlsch uit kan
zien. Het jurkje daarnaast
is eveneens geschikt voor
jonge meisjes. Het is ver
vaardigd van geruit katoen
met origineel opgestikte
zakjes en een kraag van wit,
grof geplioseerd batist.
Korte jasjes behooren ook
tot de lievelingen van de
mode-tiranne. Men ziet ze
vervaardigd van allerlei
materiaal en in allerlei vor
men. Er zijn jasjes, die tot
de taille of tot de heup rei
ken. van effen of gebloemd
materiaal, met lange of
korte mouwen, loshangend,
of getailleerd, in lichte of in
donkere tinten, van wollen
stof, katoen, zijde, linnen of
piqué. Deze mode stelt ons
in staat ieder toilet te com-
pleteeren met een bijpassend
jasje, in harmonieerehde of
fel-contrasteerende tint,
Verstandige vrouwen garneeren haar mid
dagjaponnen van het vorig jaar, die niet
meer geheel en al „up-to-date" zijn met de
origineele gar nu. uurtjes, waarvan wij de af
beelding publiceeren. Daar is bijv. de op
staande, iets wijd uitloopende kraag van door
schijnend glasbatist, die bevestigd
japon met een zwart, donkerblauw, g
of dieppaars bandfluweeltje waarop v
een biedermeierbouquetje gestoken is. Een
dergelijke japongarneering is vooral flat-
teerend voor jonge gezichtjes. Hel apart op
een strakke stijljapon is de halsafwerking
van bloemen. Op een zwarte japon zal een
bloemenketting van witte en roode bloemen
zeer apart staan. Tenslotte op een japonnetje
van zwarte taftzijde of zwart fluweel een
ruche van wit glasbatist. Men hoeft deze
ruche niet vast te naaien, maar strikt hem
aan de achterkant vast met een bandflu
weeltje; hetzelfde doet men bij de mouwen.
De namiddagmantel is nog altijd een ge
liefd kleedingstuk van oudere dames. Op
onze illustratie rechts boven aan, ziet u een
paar mooie modellen.
Links: mantel van zijde, die aan twee
zijden te gebruiken is. De breede schouder
pas en de breede manchetten zijn van glan
zend crêpe satin. De mantel, die ver over
elkaar sluit is getailleerd. Een ceintuur ac
centueert de taille nog meer.
WIT TENNISVEST.
Nu het dikwijls nog te koud is voor de wit
linnen tennisjurk is een aardig wit vest bij
een luchtige wijde rok een practische dracht.
Dit vest, dat eerst in rekpatroon in de lengte
en het jukstuk in de breedte gebreid is, is
gemaakt van dunne witte „Lavenda"-wol.
Noodig zijn 1 3/4 knot en pennen No. 3. We
beginnen bij het linkervoorpand en zetten
daarvoor op 72 steken en wel 12 st. voor de
bies die steeds heen en teruggaande recht
gebreid wordt en 60 st. voor het patroon dat
6 recht 4 averr. is. Als de bies 50 ribbels telt
meerderen we aan den armsgat-kant om de
4 toeren 1 st. bij tot er 82 st. op de pen
staan. Voor het armsgat minderen we daar
na 20 st. af en wel 5 maal achtereen 4 st.,
waarna we nog 10 toeren opbreien. Dan be
ginnen we het rekpatroon overdwars te
breien. We breien achtereenvolgens 1 pen
recht 1 pen averr. (bij de bies te beginnen
die altijd recht gebreid wordt) tot aan den
bovenkant 6 aver, ribbels komen. Dan breien
we 1 pen aver. 1 pen r. enz. tot er 9 rechte
toeren zijn en zoo verder. 6 aver, toeren en
9 rechte toeren tot de bies 86 ribbels telt.
Daarna minderen we voor eerst 16 st. af voor
den hals en daarna telkens 4 st. tot er nog
30 st. over blijven voor den schouder. Deze
laten we naar den hals toe oploopen door
eerst 24 st. te breien, dan 18, dan 12, dan
daarna de heele pen afkanten.
Het rechtervoorpand is het spiegelbeeld
van het linker alleen maken we om de 14
ribbels knoopsgaten door 4 st. te breien 5 st.
af te kanten en die er teruggaande weer bij
op te zetten.
Voor den rug zetten we 108 st. op en breien
4 aver. 6 r. 4 aver. 6 r. enz. Na 100 toer meer
deren we aan weerskanten 10 st. bij op de
zeelfde manier als bij het voorpand. Voor
het armsgat kanten we aan weerszijden 17
st. af (4 maal 4 en 1) en beginnen op gelijke
hoogte als bij het voorpand aan het dwarse
patroon, Na 6 strepen minderen we voor den
ïals in 't midden 8 st. af en daarna nog
aan weerskanten 4 maal 4 st. De overgeble
ven 30 st. breien we op dezelfde manier als
de voorschouder en naaien vervolgens de
schouders aan elkaar.
Voor de wijde pofmouw die de charme van
dit vest is zetten we 90 st. op Daarna om de
toer van de le en laatst st. 2 maken tot er
120 st. op de pen zijn. Nu zetten we aan
eiken kant er nog 15 st. bij op en met deze
150 st. breien we door. De mouw heeft het
zelfde patroon als het dwarse bovenstuk,
dus 6 aver, toeren en 9 rechte toeren, te be
ginnen met aver.
Als er aan de „kop" zijde 5 aver, strepen
zijn is de mouw lang genoeg en minderen
we sterk af voor het boordje, le pen telkens
2 te zamen, 2e pen 2 recht te zamen 1 aver.
De 8 volgende pennen 1 r. 1 aver, afkanten.
De mouw wordt stijf ingerimpeld van boven
en ingezet.
Voor de kraag die gewoon recht gebreid is
zetten we 120 st. op. Overbreien. Daarna van
de le en laatste st. 2 maken en dit 1 maal
herhalen. Met de verkregen 124 st. breien we
12 ribbels waarna we stijf afkanten en de
kraag er met het af gekante gedeelte op
zetten.
Strijken zonder het patroon uit te rek
ken aan den verkeerden kant, 7 aardige
knoopen en u ziet met voldoening op uw
werk terug.
Sp. Th.
WENKEN VOOR DE HUISVROUW.
Een uitstekend hulpmiddel bij het vangen
van slakken uit den tuin zijn slabladen. Deze
legt men neer bij de planten. En daar deze
bladen een lekkernij zijn voor de slakken,
kruipen ze in groote getale op boven- en on
derkant en zijn gemakkelijk te vangen. Men
doet dit het beste door de slabladen met
de slakken in een emmer water te gooien.
Het verwijderen van vlekken uit behang
selpapier is een lastig en meestal ook ondank
baar werkje.
Verf vlekken kan men probeeren er uit te
krijgen door de vlekken te betten met een
watje, dat gedoopt is in benzine en daarna
stijf uitgeknepen. Kaarsvetvlekken haalt men
er uit met behulp van blauw papier en een
heet strijkijzer. Telkens een nieuw stukje
grauw papier nemen en de bewerking her
halen tot de vlek, verdwenen la. -
HET MENU VOOR DE HEELE WEEK
Zondag.
Bruine ragoutsoep.
Asperges met eieren, gesmolten boter en
nootmuskaat.
Moccapudding.
Maandag.
Gehakt,
Raapstelen,
Aardappelen.
Vruchten.
D i n s d a g.
Spinazie met hard gekookte eieren,
Gebakken aardappelen,
Flensjes.
Woensdag
Saucijsjes.
Bloemkool,
Aardappelen.
Rhabarbercompóte.
Donderdag.
Duitsche biefstuk,
Postelein,
Aardappelen.
Yoghurt.
V r ij dag.
Gestoofde schelvisch.
Sla,
Aardappelen.
Rijst met krenten en kaneelsaus
Zaterdag
Gepocheerde eieren met sla en tomatensaus.
Rijstetaart
RECEPTEN.
MOCCAPUDDING.
Vz pond boter.
100 gr. suiker.
3 eidooiers.
IVz ons zachte eierbiscuits.
Vijf eetlepels versche koffie-extract.
Roer de boter tot room, voeg er de suiker
bij en één voor één de eidooiers Roer dit nu
zeer luchtig en druppel er dan het koffie-
extract bij.
Spoel een breede, platte kom met eiwit
om, leg er een laag biscuits in, daarna een
laag moccamengsel, enzoovoorts totdat alles
is opgebruikt. De bovenste laag moet uit bis
cuits bestaan. Leg een passend bord op de
pudding, zet er een pan of kom met water
op en laat de pudding een nacht persen.
Stort de pudding voorzichtig en garneer
hem met slagroom.
GEPOCHEERDE EIEREN MET SLA EN
TOMATENSLA.
Breng een pannetje water aan den kook
met wat azijn en zout, breek hierin voorzich
tig zooveel versche eieren als er personen
zijn en laat ze 3 a 4 minuten koken.
Bak intusschen een gelijk aantal stukjes
oud brood zonder korst in. boter en leg hier
op de eieren. Houd ze warm en maakeen
saus van boter, bloem, bouillon of water en
een paar lepels tomatenpuree. Leg de aan
gemaakte sla in een rand op oen schaal en
in het midden dan de eieren op de broodjes
met wat tomatensaus er .over. Geef de rest
van de saus er apart bij.
Ons Wekelijksch Knippatroon
Beide onderstaande patronen zijn in één
maat, de zoogenaamde standaardmaat te
verkrijgen. Deze standaardmaat is de vol
gende
bovenwijdte: 102 centimeter; taillewijdte
87 centimeter en heupwijdte 107 centimeter.
Door het al of niet aanknippen van naden
kan men het patroon passend maken voor
het eigen figuur.
'Nr. 645: mooie voorjaars- of zomerman
tel van soepele wollen stof. Gekleed, eenigs-
zins getailleerd model. Benoodigd materiaal:
3 meter stof van 130 centimeter breedte en
evenveel voering van 100 centimeter breedte.
Prijs van het patroon 25 ets. per stuk.
Nr. 646: aardig, eenvoudig mantelpakje,
dat naar verkiezing van wollen stof of lin
nen vervaardigd kan worden. De rok heeft
in de voorbaan een openspringende plooi
Benoodigd materiaal: 3.50 meter stof van 130
centimeter breedte. Prijs van het patroon:
40 ets. per stuk.
Beide patronen zijn dus in één maat te
gen bovenvermelde prijzen te verkrijgen bij
het bureau van dit blad, plus 6 ets. porto
kosten,
Nauwelijks is het heerlijke, warme voor
jaarsweer gekomen, of daar verschijnt te
lijkertijd een vijand van de huisvrouw dp
vlieg.
Ik hoor al verscheidene huismoeders ze»
gen: ik heb er nog geen enkele gezien, ter!
wijl andere misschien al naarstig op 'jacht
zijn geweest, en natuurlijk hebben gemist
want een vlieg is een slimmerd en uiter'
moeilijk te pakken te krijgen.
Wie in de buurt woont van plaatsen waar
afval wordt bewaard of noodgedwongen tij
delijk moet worden verzameld, heeft altijd
meeste last van vliegen. Op al die afval leven
zij, bijvoorkeur bij koeien, paarden en alle
mogelijke andere huisdieren, bij oude rom-
mei, bij afval uit den tuin, bij open vuiinisI
bakken, op stukjes land waar de slordige
huisvrouwen uit de buurt de rommel depo.
neeren die ze kwijt willen zijn, op afval van
fabrieken en werkplaatsen, overal waar rom-
mei is. komen vliegen op af.
En van dat vuil nemen zij altijd wel iets
mee aan hun pooten, waarna zij zich breed
uit in uw suikerpot installeeren, het vuil ach.
terlatend wanneer zij zich aan het heerlijke
zoet te goed hebben gedaan.
Dat dit vies is, kan iedereen begrijpen,
maar ook dat dit gevaarlijk kan zijn voor
het overbrengen van ziektekiemen, spreekt
vanzelf.
Nu zou het evenwel in hooge mate over-
dreven zijn, om zich door één enkele vlieg op
de suikerpot de schrik op het lijf te laten
jagen, en dadelijk de vreeselijkste toekomst-
voorspellingen te maken over infecties en der
gelijke. Maar wel is het aan te bevelen, om
de etenswaren zooveel mogelijk afgedekt te
houden, zoodat de aanvallen der vliegen tot
een minimum worden beperkt.
Een open suikervaasje wordt met een
stukje tulle of met cellophaanpapier afge
dekt en ook het melkkannetje wordt op die
manier behandeld, want vliegen zijn ook
melksnoepers, en die een vlieg in het kan
netje ziet drijven, ontdekt ook meestal wel
zwarte stofjes daaromheen.
Etenswaren in de keuken worden vooral
goed bedekt, hetzij met een vliegenkap of met
deksels van pannen en schalen.
Horren in het keukenraam houden de vlie
gen wel buiten maar zij verminderen ook de
ventilatie, zoodat het dan toch veel practi-
scher is om de ramen open te zetten zonder
horren en zichzelf eraan te wennen, niets
onafgedekt te laten staan.
Een minder gevaarlijk, maar echt huisvrou
wen-euvel is het vuil dat de vliegen op alles
achterlaten, op de lampen, op de gordijnen,
op de meubels, op kussens en'kleedjes; letter
lijk overal laten zij hun kleine ronde vlekjes
achter.
Nu is dat op harde voorwerpen niet zoo
erg: lauw water, desnoods wat'vim en wrijf-
was doen wonderen in dit opzicht. Erger is
het op stoffen,' zooals de zij van de lamp, het
lichte overtrek van het kussen en de gordij
nen en kleedjes. Voorzichtig wrijven met een
watje met lauw water is het eenige wat hier
aan te doen is, maar dat is lang niet altijd
voldoende. En daarom komt een keurige huis-
vrouw ertoe, ook die voorwerpen met cello-
phaan-papier af te dekken Nu weet ik niet,
hoe het u gaat, maar mijns inziens is het
middel erger dan de kwaal. Zoo'n ingepakte
lamp is een akelig gezicht, en ik zie er nog
liever een met vliegenvuil, dan zoo'n raar
vormloos en glimmend ding, dat 's avonds
licht moet geven, en waaruit geen lamp meer
te herkennen is.
Maar nog erger zijn de vliegenlintenAan
hun kleverige strooperigheid hangen alle
slachtoffers en dat zijn er vele, dat dient
gezegd te worden alsof zij pronken willen
met de groote vangst. Bij warm weer valt
traag een druppel stroop op ons paasclibeste
kleedje, en wanneer wij wat al te noncha
lant dicht langs het kleverige ding heenloo-
pen, plakt het aan ons haar vast, wat een al-
leronbehagelijkst gevoel geeft.
Al die middeltjes zijn maar oplapperijtjes.
Wie de oorzaak van de vele vliegen weet op
te sporen en weg te nemen, doet veel ver
standiger.
En tenslotte moet men dan ook bedenken
dat vliegen een hekel hebben aan luchtstroo-
mingen: wijd openstaande ramen en een
flinke luchtverplaatsing als de deur open
gaat. jaagt ze zeker en vast op de vlucht.
E. E. J.-P.
Nieuw linoleum neemt men, zoodra het
ligt, af met koud water, laat het vervolgens
goed drogen en zet het dan in de was. Om
het lang glanzend te houden, boent men het
met half melk, half water, daarna wrijft men
het in met terpentijn, waarin wat was is op
gelost en wrijft het uit met zachte borstels
of flanellen lappen.
De agentIemand die zoo slecht rijdt als
u, jufjrouio, behoorde heelemaal geen rijbewijs
te hebben.
De boosdoensterNou, dan is alles in ordet
g#entt ik heb namelijk geen, -J