SouvenirjacHt.
Verschillende ernstige
verkeersongelukken.
Lord Robert Cecil
over de sancties.
HET MYSTERIE
VAN MOAT HOUSE.
BEVERWIJK.
De Kennemers-reserves
promoveeren.
Door een 3—2 overwinning op .Assendelft 2
ls het tweede elftal van de Kennemers er in
geslaagd zich een plaats m de reserve twee
de klasse te vereveren, daarmede voor een
waardig slot zorgend van een succesvol sei
zoen.
Kennemers 2 deed in het seizoen 1932—
1933 zijn intrede in den K.N-V.B. na voor
dien tijd met wisselend succes aan de com
petities van den H.V.B. te hebben deelgeno
men. In het jongste seizoen veroverden zij
voor de eerste maal in den K.N.V.B. een kam
pioenschap, dat de rood-zwarte reserves op
Zondag 26 April jl. door een 30 overwin
ning op W.F.C. 3 tot een feit maakten. Zij
werden daarmede tot een stimuleerend voor
beeld voor het eerste elftal, dat destijds met
Zandvoort nog in een zwaren strijd om den
eeretitel gewikkelo was En nu wijzen de
reserves door hun hernieuwd goed voorbeeld
hun grootere sportbroeders den weg naar de
promotie.
De promotiewedstrijden hadden voor Ken
nemers 2 een succesvol verloop. Zij brachten
de volgende resultaten:
West Frisia 2Kennemers 2
Kennemers 2Assendelft 2
Kennemers 2West Frisia 2
Assendelft 2Kennemers 2
0—0
3—0
3—1
2—3
Zaterdagavond werd op het Assendelft-ter
rein de laatste ontmoeting gespeeld. Zij ein
digde in een overwinning en maakte de
promotie tot een feit. Het laat zich begrij
pen, dat er Zaterdagavond laat nog feest
vreugde heerschte in het roodzwarte kamp.
In het clublokaal „Oud Meerenstein" werd
de promotie nog slechts voorloopig gevierd.
Dat zal in vollen luister gebeuren, wanneer
het eerste elftal het goede voorbeeld van de
reserves volgt. En daar is, na de overwin
ning van gisteren, meer kans op, dan ooit te
voren.
De cijfers waarmede Kennemers 2 de pro-
motiecompetitie eindigde, laten aan duide
lijkheid niets te wenschen over. Zij toonen
aan. dat inderdaad het sterkste elftal de
plaats in de hoogere klasse zal innemen.
INSTALLATIE VAN HET LEGER DES HEILS
Op Vrijdag 12 Juni a.s. des avonds te 8 uur
zal het nieuwe korps van het Leger des Heils,
dat alhier wordt gevestigd, worden geopend
door kommandant Bouwe Vlas. daarbij geas
sisteerd door den divisie-officier, brigadier J.
van Loo, beiden uit Amsterdam.
Het voormalige Evangelisatiegebouw „Em-
manuël" in de Zeestraat, waar wijlen mevrouw
Garms-van Paddenburgh zoovele jaren haar
zégenrijken arbeid heeft verricht, is in een
Leger des Heilszaal met officierswoning her
schapen.
Om kwart vóór acht zal Vrijdagavond voor
de deur een korte plechtigheid plaats vinden,
Daarna zal de deur worden geopend en is de
samenkomst voor zoover er plaats is, voor
iedereen toegankelijk.
Het muziekcorps van het korps Haarlem I
zal assisteeren. Kommandant Bouwe Vlas
zal in de samenkomst de aangestelde zuster-
officieren adjudante A. Brouwer en luitenan
te W. Korts installeeren onder de Leger des
Heilsvlag.
PLECHTIGHEID IN DE ST. AGATHAKERK.
Zondagmorgen heeft onze plaatsgenoot, de
weleerw. heer H. Groeneveld, die Zaterdag
morgen uit de handen van Haarlem's Bis
schop de H. Priesterwijding ontving, in de
kerk van de H. Agatha zijn eerste plechtige
H. Mis gecelebreerd. Het groote kerkgebouw
was nagenoeg geheel bezet toen de jeugdige
priester, omgeven door de assisteerende
geestelijken en begeleid door talrijke koor
knapen. naar het eenvoudig, maar smaakvol
versierde hoogaltaar schreed.
De neomist werd geassisteerd door Deken
P. J. Simons als Presbyter-assistens pater
J. Heesterbeek S.J. uit Den Haag als diaken
en kapelaan A. van Rijn als sub-diaken.
Ceremoniarius was kapelaan Z. van d. Klein.
Het zangkoor, dat onder leiding stond van
den heer W. de Groot, zong het „Veni creator
spiritus" van Jac. de Jong en de Missa in
honorem sanctissimae Trinitatis van Hu
bert Cuypers. Onder de offerande bracht het
koor nog a capella op devote wijze een „Panis
Angelicus" ten gehoore.
Na het Evangelie heeft pater J. Heester
beek S.J., een familielid van den neomist, de
feest predikatie gehouden.
De gewijde spreker schetste aan de hand
van zijn aan het St. Jans-evangelie ontleen
den tekst, de hooge waardigheid van den
priester, die moet zijn als een lichtenden
fakkel ij die ook door de wereld moet gaan
als een brandende fakkel van liefde, zich
immer richtend naar het voorbeeld van den
hoogen priester: Christus.
Na afloop van den dienst zong het koor
met orgelbegeleiding een priester-cantate,
gedicht door L. Simonis pr. een compositie
van Vrancken.
Zondagmiddag van 24 uur heeft de jonge
priester in de zaal van het St. Jozef-Rust
oord een receptie gehouden. Zeer velen heb
ben van de gelegenheid, om den wijdeling
te complimenteeren gebruik gemaakt.
Den neomist werden bij die gelegenheid
meerdere fraaie geschenken aangeboden.
Des avonds te 7 uur werd de feestdag ker
kelijk gesloten met een plechtig danklof, ge
celebreerd door den neomist.
Na afloop daarvan verscheen de St. Jozef-
Harmonie. die den priester en diens familie
in den tuin van de pastorie een serenade
bracht
(Te New-York hebben talrijke
souvenirjagers de Queen Mary
letterlijk geplunderddoor zich
van tafelbenoodigdheden, planten
klokken, kalenders, aschbakken,
porcelein enzmeester te maken.)
Het trotsche zeekasteel Queen Mary
Is in New York met vreugd begroet,
Het werd zoo'n uitgelaten herrie,
Dat deze boot nu „dokken" moet.
Men gaat haar niet in 't droogdok sleepen,
Zoo moet u het nu niet verstaan,
Het dokken, hebt u wel begrepen,
Komt enkel op betalen aan.
Zij is gehavend in de haven,
Terwijl zij stillag aan de pier,
Omdat de reeders toegang gaven
Aan jagers op een souvenir.
Haar tafelgoed, haar planten, klokken,
Haar aschbakken en porcelein.
Bleken de hebzucht uit te lokken
Der gasten van de stoomvaartlijn.
Als iemand hier een klok mocht gappen,
Die in een schip of elders staat,
En de politie mocht hem snappen,
Is 't celstraf wat zijn klokje slaat.
En iemand die een plant gaat stelen,
Of tafelgoed of porcelein,
Zal, als hij het niet kan verhelen,
Voor maanden opgeborgen zijn.
Wanneer die man zich dan verdedigt
Met: 't was een souvenir voor mij,
Dan is Justitia beleedigd
En doet er nog een maandje bij.
Weet u, wat ik voor titel pende
Voor dit bericht, als ik het mocht:
Queen Mary is door dievenbende
In haven van New York bezocht.
P. GASUS.
UITSLAG „BLAUWE WEEK PRIJSVRAAG".
De uitslag van het „Kamraadsel", uitgege
ven ter gelegenheid van de „Blauwe Week"
en den AN.G.O.B.-bazar was: „Nooit geen al
cohol".
Prijzen werden toegekend aan: Nellie Hei
doorn. Truus Aardenburg, Rika Taffijn, Bep-
pie Luntz, Jansje v. d. Outenaar, Dina Taf
fijn, Bertha Tromp, Jettie Prins, Dick Wold.
Piet de Wolf. Gerard Taffijn.
KENNEMER OUDHEIDKAMER.
De Kennemer Oudheidkamer verkreeg ten
geschenke van den heer C. A. A. v. d. Voet
twee foto's van de voormalige draaibare
spoorwegbrug over de Pijp, zijnde de laatste
kraanbrug in Nederland.
Voorts werd verkregen de geelkoperen col
lectebus der voormalige gemeente Wijk aan
Zee en Duin.
WIJK AAN ZEE
VERKIEZINGSVERGADERING DER
S. D. A. P.
In pension Kennemerduin houdt de Sociaal
Democratische Arbeiderspartij Maandag 15
Juni een verkiezingsvergadering. Sprekers zijn
de heeren M. A. Reinalda, wethouder te Haar
lem en W. van Dok no. 1 van de lijst der
S. D. A. P.
HEEMSKERK
BURGERWACHT.
Dinsdagavond houdt de afdeeling HeemS'
kerk der Burgerwacht een bespreking, over de
schietwedstrijden te Limmen.
Tevens zal de afdeeling onderlinge schiet
wedstrijden houden, voor de drie beste
schutters is een prijs beschikbaar
R.K. MIDDENSTANDSVEREENIGING.
Maandag 15 Juni 's avonds 8.15 uur houdt
de R.K. Middenstandsvereeniging een leden
vergadering in het K. S. A. gebouw. De agen
da vermeldt o.a. bestuursverkiezing. Als spre
ker zal optreden de districts adviseur kape
laan Ligthart.
Zoetwatervisschers worden
gesteund.
Met bedragen van 50 tot 85.
Bij beschikking van den minister van
Landbouw en Visscherij is bepaald, dat steun
zal worden verleend aan de zoetwatervis-
scherij. Aan zoetwatersvisschers die in de
zoetwatervisscherij hun uitsluitend bestaan
vinden, zal op hun desbetreffende aanvraag
een bedrag worden uitgekeerd van ten
hoogste f 85 per visscher; aan.zoetwatervis
schers. voor wie de zoetwatervisscherij het
hoofdmiddel van bestaan vormt, een bedrag-
van ten hoogste f 50 per visscher.
De aldus verkregen gelden mag de vis
scher uitsluitend aanwenden voor het aan
schaffen, vernieuwen of herstellen van vis-
scherijbenoodigdheden in den ruimsten zin.
Geen steun zal worden uitgekeerd aan vis-
schers, die voor steun in aanmerking komen
krachtens de crisis-credietbeschikking 1936
(drijfwantvisscherij) en of de crisïs-steunbe-
schikking 1936 (zegen-visscherij) en aan be
langhebbenden in den zin der Zuiderzee-
steunwet die door den rijksdienst ter uit
voering dier wet zijn erend als IJselmeer-
visschers.
Degenen, die voor steun in aanmerking
wenschen te komen, moeten een verzoek in
dienen om als georganiseerde te worden toe
gelaten tot de Neaerlan dsche Visscherij cen
trale, Juliana van Stolbergplein 34, Den
Haag.
Twee menschen gedood.
Enkele zwaar gewonden.
Chauffeur was doorgereden.
De Amsterdamsche politie heeft een taxi
chauffeur gearresteerd, die in den nacht van
Vrijdag op Zaterdag op het Leidscheplein al
daar een verpleegster had aangereden en niet
had gestopt.
De man zeide niets van een aanrijding te
hebben gemerkt. Zijn passagier meende ech
ter wel iets van een botsing te hebben be
speurd.
Zondagavond om acht uur is door het
springen van een band een motor-rijwiel, rij
dende over den afsluitdijk in de richting van
Noord-Holland over den kop geslagen. De be
stuurder kwam er goed af. doch de duo
rijder, zekere G. Roos uit Den Haag, kreeg
een ernstige wonde boven het linkeroog.
Pinda-venter zwaar gewond.
Zondag is op den Heeschenweg te Oss een
pinda-venter door een auto, bestuurd door
Th. uit Oss, die geheel links van den weg reed
aangereden. De wielrijder werd tegen den
rond geslingerd. Het slachtoffer werd in
bewusteloozen toestand met verwondingen
aan het hoofd en ernstige inwendige kneu
zingen per brancard naar het ziekenhuis ver
voerd. De auto werd door de politie in beslag
genomen.
Onvoorzichtig oversteken.
Zaterdagmiddag is op den Loosdreehtschen
weg bij Hilversum een 21-jarig meisje mej.
G. Pistoors uit Amsterdam door een auto aan
gereden en gedood. Zij was per fiets uit Am
sterdam gekomen om het weekend op Loos-
drecht door te brengen. Bij het kruisen van
het rijwielpad met den rijweg heeft zij. zon
der uit te kijken den rijweg gepasseerd, met
het gevolg, dat zij door een auto, bestuurd
door den heer A. K. uit Hilversum werd ge
grepen en vrijwel op slag gedood. Den be
stuurder van de auto treft geen schuld.
Motorrijder botst tegen twee kinderen
op.
Op de Zeelsterstraat onder de gemeente
Eindhoven nabij de grens van Zeelst, heeft
de motorrijder A. E., stucadoor van beroep,
wonende te Zeelst, die niet in het bezit was
van een rijbewijs en de motorrijkunst blijk
baar niet voldoende verstond twee kinderen
omver gereden. Deze, het 9-jarig dochtertje
van den heer Van der Werf en het 7-jarig
dochtertje van den heer Oosterhuis, moesten
naar het St.-Joseph-ziekenhuis te Eindho
ven worden overgebracht.
Het meisje Oosterhuis bleek er het ern
stigst aan toe te zijn, Haar toestand is even
wel niet direct levensgevaarlijk. Het motor
rijwiel is in beslag genomen.
35-jarig man overreden.
De 35-jarige ongehulde. J. A. R., een be
-kend •stra.attype t.e Sittard is, op den Pudder-
endereweg aldaar door 'n auto aangereden. In
ernstigen toestand is de man naar een zie
kenhuis overgebracht, waar hij is overleden
Adjunct-inspecteur voor de
luchtbescherming.
Kapitein Van Riesen zal worden benoemd.
Naar wij vernemen kan binnenkort de be
noeming worden tegemoet gezien van kapitein
J. H. van Riesen, thans verbonden aan het
bureau luchtbescherming van den genera-
len staf, tot adjunct-inspecteur van den on
langs ingestelden dienst tot bescherming dei-
burgerbevolking tegen luchtgevaar, welke res
sorteert onder het departement van binnen-
landsche zaken en onder leiding staat van
den inspecteur voor de luchtbescherming, den
oud-luitenant generaal de Ridder.
Karper moet de muggenplaag
bestrijden.
Groote hoeveelheid karperbroed bij
Kampereiland uitgezet.
KAMPEN. 6 Juni. Vanwege de afdeeling
zoetwatervisscherij van de Nederlandsche
Heidemaatschappij werden Zaterdagmiddag
bij de Ramspol, een bekend punt van he
Kamper Eiland juist ten Noorden van de
mond van het Rechterdiep, in de biesvelden
van de gemeente Kampen, ongeveer 200.000
stuks karperbroed in het IJselmeer uitgezet.
Dit geschiedde in verband met de heer-
schende mugenplaag. Deze vischjes toch voe
den zich gaarne met de roode larve van de
chyronomus.
Thans moet getoond worden dat de
Volkenbond niet wil buigen
voor geweld
MAANDAG 8 JUNI- 1936
Onze parlementaire correspondent
dr. E. van Raalte, die thans te
Glasgoio vertoeft, heeft een on
derhoud gehad met Lord Robert
Cecil over de voortzetting der
sancties.
Tijdens de samenkomst van het Congres
der Internationale Unie van Volken-
bondsvereenigingen te Glasgow heb ik de ge
legenheid gehad tot een onderhoud met den
warmen en onvermoeiden kampioen voor
den Volkenbond, Viscount Cecil. Het gesprek
liep in het bijzonder over de kwestie der
sancties in verband met de Italiaansch-
Abessynische verwikkelingen.
Lord Robert Cecil.
Bij de zeer belangwekkende debatten over
een resolutie omtrent dit onderwerp (waarop
ik in een tweeden brief nog even hoop terug
te komen) vernamen wij van Engelschen
kant. dat de gedachte van voortzetting der
sancties wel een zeer sterken aanhang
Engeland had.
Op mijn desbetreffende vraag, gaf Cecil
te verstaan, dat de geheele Arbeiderspartij
en de liberalen, alsmede een ^root deel dei-
Conservatieven er z.i. voor zijn, de sancties
vol te houden, eventueel te versterken
„Gelooft u, dat de meerderheid der Con
servatieven er ook zoo over dénkt en zoo ja
valt dan niet te verwachten, dat het Kabi
net een dergelijk beleid in de praktijk zal
voorstaan?"
Ik maak mij sterk, zoo zeide Cecil, dat
indien men nu in het Lagerhuis.deze kwestie
aan een stemming zou onderwerpen, een
overweldigende meerderheid inderdaad voor
de voortzetting van sancties zou zijn. Van
daar dan ook, dat ik het hoe langer hoe
waarschijnlijker ga achten, dat het Kabinet,
dat zulks natuurlijk ook heel goed inziet, in
derdaad dezen weg zal inslaan. Het is echter
aan de Regeering om in dezen te beslissen,
niet aan het Parlement om aan te geven
wat er nu moet gebeuren. Maar als de Re
geering besluit tot voortzetting, dan ls het
m.i. zeker, dat zij in het Lagerhuis en in het
land, (bij het kiezerscorps) een overweldi
gende meerderheid aan haar kant zou zien
Dat in een vroeger stadium de zaken iet
wat anders lagen, kan niet ontkend. Men
koesterde toen ten onzent de gerechtvaar
digde vrees, dat men tenslotte, mocht het
hard tegen hard gaan, niet voldoende op
Frankrijk zou kunnen rekenen. Thans, na
de jongste Fransche verkiezingen is hierin
echter en daar raak ik wel het voornaam
ste punt een wijziging ingetreden. Van
Blum staat wel vast, naar ik ook uit goede
informaties weet, dat hij, zoo Engeland voor
gaat en dus zelfs bereid mocht zijn het ri
sico van eventueel gewelddadig optreden van
Italië te loopen, ons geheel en al zal volgen.
Dit moet voor ons Kabinet een ommekeer
van beteekenis zijn. Intusschen, of het Ka
binet, dat het onderling omtrent deze aan
gelegenheid niet eens was. werkelijk tot het
door mij absoluut gewenschte besluit zal ko
men, kan ik niet met volkomen zekerheid
voorspellen. Wel kan ik u zeggen, dat het
dezerzijds niet aan verdere pogingen zal
ontbreken om de Regeering tot een beleid
als zooeven bedoeld, te bewegen".
Viscount Cecil wees er vervolgens op, dat
het nu het, oogenblik is om tegenover den
aanvaller Italië vol te houden en om te too
nen, dat de Volkenbond niet wil buigen voor
het geweld. Zou men thans in dit opzicht
zwakheid aan den dag leggen, dan ware daar
uit, juist ook met het oog op de toekomst,
het ergste te vreezen. Want dan zou bijv.
Duitschland op zijn minst moreel sterk staan
als het op zijn beurt het Italiaansche voor
beeld mocht willen volgen. Daarentegen zal
op Duitschland en op ieder ander een ferme
houding tegenover Italië een grooten en nut
tigen indruk maken.
„Maar als nu eens het gevolg van voort
zetting der' sancties, een gewapend conflict
met Italië ware en ais dan Duitschland de
kans zou te baat nemen om van zijn kant
verder roet in het eten te gooien, door als
bondgenoot van Italië eveneens te gaan bak
keleien?"
Die vrees aldus ongeveer het antwoord
acht ik niet gerechtvaardigd. Op het
oogenblik wil Duitschland niet gewapend in
grijpen. Om echter te voorkomen, dat het
over enkele jaren daartoe wel bereid zou
zijn, wat inderdaad geenszins onwaarschijn
lijk ware, al weet ik te weinig van de inner
lijke roerselen van hen, die in het Derde
Rijk de lakens uildeelen. om hier iets niet
zekerheid te durven zeggen, moet men juist
nu toonen. dat de Volkenbond en zijn leden
alles over heeft voor de eerbiediging van het
recht, voor herstel van de geschonden rechts
orde. Nu is het oogenblik daar. Verzuimt
men dit, dan zet men de deur voor een ko
menden oorlog wagenwijd open en is het
m.i. met den Volkenbond voor goed gedaan.
Aldus ongeveer de geaachtengang van
Cecil, wien ik ook nog even vroeg, of dan niet
hetzelfde moest gelden met betrekking tot
de op 7 Maart jl. door Duitschland begane
schending van Locarno.
Neen, want het is toch heel wat anders
of men met zijn troepen, in strijd met het
recht, een vreemd land binnenvalt en over
weldigt. dan of men met zijn troepen, in
strijd met het recht, een stuk van zijn eigen
land bezet. Had Frankrijk het gebeurde van
7 Maart als een flagrante schending van
Locarno opgevat en ware het met zijn troe
pen Duitschland binnengetrokken, dan had
iet ongetwijfeld op onzen, Engelschen. bij
stand aanspraak kunnen maken. Doch
Frankrijk bewandelde, met opzet, een ande
ren weg. En daarmee is. door de Fransche
houding zelf, de situatie een geheel andere
geworden, die maakt, dat men dit geval on
mogelijk on één lijn kan stellen met de Ita-
liaansch-Abessynische kwestie.
Bovendien, zoo merkte Cecil nog op, het
schenden van een verdrag geeft volgens den
tegenwoordigen inhoud van het Volken
bondshandvest geen aanleiding tot sancties.
Deze toch komen alleen aan de orde in ge
val onrechtmatig tot oorlog is overgegaan.
En daarnaast rust er op de Bondsleden, ten
gevolge van art. 10 de verplichting zorg te
dragen voor de eerbiediging en waarborging
van de politieke onafhankelijkheid en ter
ritoriale integriteit van een door een bui-
tenlandschen aanval in het gedrang geko
men of komenden staat. Dat is alles. Op het
oogenblik. Want ik eken gaarne, dat het
wenschelijk ware een bepaling in het leven
te roepen waardoor verdragsschending tot
aanwending van sancties zou leiden.
Aan het slot van het gesprek onderstreepte
Cecil nog eens nadrukkelijk, dat naar zijn
meening het nu. meer dan ooit, zaak is te
toonen. dat de Bond niet bereid is een be
gane rechtsbreuk, als zich met betrekking
tot Abessynië heeft voorgedaan, tenslotte
toch te tolereeren.
Dr. E v. RAALTE.
Den Haag in feesttooi.
Residentieweek geopend.
Met opgewektheid, waartoe het bijzonder
fraaie weer Zaterdag het zijne bijdroeg, heb
ben de Hagenaars de „Residentieweek 1936"
ingeluid. De binnenstad was één groote vlag-
genzee, doch de versiering beperkte zich niet'
tot de city. Ook in de buitenwijken van de
Hofstad hebben vele sub-comité's er zorg
voor gedragen, hun omgeving in de feest
vreugde te betrekken.
Wanneer men hier nog aan toevoegt, dat
op verschillende pleinen kermis-exploitan-
ten hun tenten hebben opgeslagen, muziek
gemaakt wordt en aan den v/eg vloeren zijn
gelegd, waar werklooze musici de burgers
„Zum Tanz" zullen uitnoodigen, dan krijgt
men een algemeen en indruk van de feest
vierende Residentie.
Aanvankelijk waren de deftige Hagenaars
wel eenigszins beschroomd zich in het open
baar op den dansvloer te wagen, doch toen
het ijs eenmaal gebroken was. bleken er wel
danslustigen te zijn. In de binnenstad was
het een ontzaglijke drukte.
Zaterdag is ten stadhuize de Residentie
week door den burgemeester, Mr. de Mon-
chy, officieel geopend in tegenwoordigheid
van de leden van het comité, sub-comité's,
vele raadsleden en vertegenwoordigers van
medewerkende organisaties.
Hierna begaf de burgemeester zich naar
Pulchri Studio, waar hij de residentievlag
heesch.
T eraardebestelling
Mr. A. J. van Hengel.
Onder groote belangstelling heeft Zater
dagmiddag op de Ned. Herv. Begraafplaats
Oud-Leusden de teraardebestelling plaats ge
had van het stoffelijk overschot van den één
dezer dagen op zoo noodlottige wijze om het
leven gekomen directeur-generaal van de
Oesterreichische Kredit Anstalt-Wiener Bank
verein, mr. A. J van Hengel.
Tegen ongeveer half één arriveerde de des
ochtends omstreeks half elf uit Amsterdam
vertrokken begrafenisstoet.
Aan de groeve, die door de vele kransen en
bloemen gedekt werd. werd op verzoek van
den overledene niet gesproken. De begrafenis
plechtigheid duurde slechts kort, doch maakte
niettemin op alle aanwezigen een diepen in
druk.
Een broeder van den overledene, de heer J.
van Hengel, dankte de aanwezigen namens de
familie voor de bewezen belangstelling, waar
bij hij eenige woorden van troost tot de we
duwe richtte.
FEUILLETON
Naar het Engelsch van
ADELINE SERGEANT
(Nadruk verboden).
33)
Nell zweeg. Als juffrouw Plowden waarheid
sprak, hoefde zij zich stellig niet zoo onge
rust te maken. Zij keek de oude vrouw een
oogenblik onderzoekend aan.
„U houdt me toch niet voor den mal. juf
frouw Plowden? U weet, dat ik heel veel van
Claire houd, en wanneer ik bij haar wil zijn.
is het enkel omdat ik haar graag zelf wil
verplegen en haar gelukkig maken".
„Ik weet dat u dol op haar bent", ant
woordde de huishoudster heesch, „en ik zou
niet graag willen dat het arme kind leed
berokkend wordt, zoo waar als ik hier sta.
Maar zij maakt het goed op het oogen
blik".
XXIX.
In afwachting.
Nell vond het vreemd dat Lancaster niet
thuis was nu Claire zoo ziek was. Na verloop
van tijd ontdekte zij, waar Claire's kamers
ongeveer gelegen moest zijn. Moat House had
een langwerpigen vorm, behalve aan den
eenen kant. waar een kleine vleugel was bij
gebouwd, die aan de binnenplaats grensde
de binnenplaats, die gelegen was aan de
eenige zijde van het huis, waar geen water
langs liep. Deze vleugel bevatte op iedere ver
dieping twee Vertrekken, en die op de twee
de verdieping waren blijkbaar voor Claire in
gereedheid gebracht. Er was 'n bekleede deur
die tot deze kamers toegang gaf. Nell zag
juffrouw Plowden de trappen op- en af gaan
met dienbladen, heetwaterkruiken en andere
dingen, die er op wezen dat die afgelegen ka
mers een bewoner herbergden, maar zij
mocht zelf niet achter die groene deur ko
men, hoewel de huishoudster niet ontkende
dat Claire zich daar bevond.
„U kunt in ieder geval niet zeggen, dat ik
het u verteld heb" merkte de oude vrouw
op, tot Nell haar meedeelde tot welke con
clusie zij gekomen was. „Maar meneer Lan
caster heeft gezegd, dat zij zich na de ver
moeienis van het overbrengen volkomen rus
tig moest, houden en dat niemand behalve
Graling en ik naar haar toe mochten gaan".
„Ik geloof niet, dat (hij van plan was om
het mij te beletten", zei Nell.
„Ik weet niet, wat hij van plan was", gaf
mevrouw Plowden onverstoorbaar ten ant
woord. „Ik doe, wat mij gezegS wordt". En
toen ging zij heen, zonder -zich verder iets
van het meisje aan te trekken.
Daar zij zag dat het geen nut had om ver
der aan te dringen, besloot Nell Lancaster's
terugkomst af te wachten. Cyril was thuis,
maar het was nutteloos een beroep om hem
te doen, en zij trachtte zich kalm te houden,
en zich te troosten met de gedachte, dat het
veranderen zou als Lancaster terug was.
Maar naarmate de dagverstreek werd zij
steeds zenuwachtiger. Zij overdacht, of het
mogelijk zou zijn ongemerkt buitenshuis te
komen, en op de een of andere manier con
tact met haar vrienden te krijgen. De voor
deur werd gewoonlijk gesloten gehouden on
der voorwendsel, dat Moat House zoo afge
zonderd lag, en Jacob had den sleutel. Door
de zijdeur kon ze ook niet wegkomen, want
de poort van de binnenplaats, die naar de
buitenwereld leidde was meestal ook ge
sloten.
Daarom liep zij naar den ommuurden tuin
in de hoop een middel te vinden om te kun-
nne ontsnappen. In het schuurje keek zij
nog eens naar de plaats waar de sleutel ge
hangen had. 1-Iet had geen zin er naar te
zoeken. Toen daalde zij het trapje af en
draaide den knop van de deur om Tot haar
verrassing gaf deze dadelijk meec en na een
flinken duw tegen de deur te hebben gege
ven, knarste ze open. Ze stapte den tuin in,
sloot de deur achter zich en keek rond,
één oogenblik schrok zij hevig, want naast de
deur, leunende tegen den steenen muur, zag
zij de gestalte van een man, in wie zij tot.
haar groote vreugde Claude Menell her
kende.
,.U?" riep zij onwillekeurig. „Waarom bent
u hier?"
„Ik wachtte op u", gaf Meynell raadsel
achtig ten antwoord.
„Maar ik begrijp het niet. Hoe komt het
dat die deur open is?"
..Ik heb haar open gemaakt; ik heb een
sleutel!"
„U hebt den sleutel die weggenomen was?"
„Die niet", verklaarde hij. „Maar een an
dere. Weet u niet. wat juffrouw West hier
deed. toen zij gisteren kwam? Maar neen. dat
weet u natuurlijk niet Zij was een en al aan
dacht voor Cyril Lancaster, niet waar?"
vroeg hij glimlachend.
„Ja. dat was zoo", gaf Nell toe, „ik vroeg
me af waarom?"
„Zij was heel slim", zei Meynell. ..Zij vroeg
hem om haar den tuin' te laten zien. en
slaagde er in den sleutel weg te nemen.
Geoffrey heeft er een wasafdruk van ge
nomen. waarnaar deze sleutel is gemaakt".
„En wat heeft ze met den origineelen sleu
tel gedaan?"
„Die werd naar Cvril Lancaster terugge
zonden. met een beleefd briefje van juf
frouw West, waarin zij hem vertelde dat zij
hem in haar mantelzak had gevonden".
„Maar vertel mij eens; waarom bent u
hier? Wilde u den tuin inkomen?"
„Ik wilde u spreken", legde Claude uit, „en
ik verwachtte dat u, en misschien juffrouw
Valery, in den tuin zouden gaan wandelen
voor het donker werd Ik wist, dat ik u hoo-
ren zou, en uw aandacht zou kunnen trek
ken, Want ik begreep, dat het geen zin had
aan te bellen en naar u te vragen".
„Neen, ze zouden u nooit binnen gelaten
hebben. Maar o, ik moet u eerst iets vertel
len! Ik geloof dat Lancaster het een of an
dere nieuwe plan in zijn schild voert. Ik weet
niet wat het is, maar hij heeft Claire uit
haar eigen kamers laten halen, en haar. voor
zoover ik kon nagaan, naar de kamers op
de tweede verdieping in den vleugel overge
bracht, Waar dat licht brandt, ziet u wel?"
„Ja, ik zie het. Maar waarom bent u er
niet zeker- van of zij daar is?"
„Om dat zij mij niet bij haar willen toe
laten", verklaarde Nell, met tranen in haar
oogen. „Ze hebben haar gisteravond, terwijl
ik beneden was, overgebracht. O. ik schrok
zoo. toen ik haar kamers leeg vond".
„En welke reden gaven zij op, toen ze u
niet haar wilden toelaten?"
„Juffrouw Plowden zei, dat Lancaster het
verboden hadniemand mocht bijhaar voor
dat hij terug kwam. Ik dacht, dat hij van
morgen vroeg wel terug zou zijn. Maar hij
is er nog niet, en ze willen me niet binnen
laten". y
(Wordt vervolgd)j