Begrooting Landbouwcrisisfonds aangenomen. Baldwin en de Dichters Scheveningen in volle fleur. VRIJDAG 17 JU Dl 1936 Minister Deckers is nog wel tevreden over de gang van zaken. Ceen verhooging van de richtprijs voor tarwe. Baconfabriek te Uithoorn gesloten? Notaris te 's-Hertogenbosch gearresteerd. Tarakan" weer op de terug reis. Het noodlottige auto-ongeval te Beilen. Spoedzitting van den gemeenteraad. Loonen in den tuinbouw. Weer nieuwe vindingen op de Jaarbeurs. Een halve eeuw geleden Onderzeebooten van Polen worden geïnspecteerd. Uit Haarlem's Dagblad van 1886. Directe belastingen blijven onder de raming. EERSTE KAMER. DEN HAAG Donderdag. Volgens den heer d' Ansembourg kan de N.S.B. een gezonden boerenstand geven, wat onder een partij-regeering niet mogelijk is. Spr. betoogde voorts, dat onze landbouw- uitvoer het slachtoffer is van de sancties tegen Italië en van onvriendelijk optreden tegen Duitschland. Na hem verkondigde de heer v. d. B e r g h (lib.), dat de zuivel- politiek der Regeering tot nu toe gefaald heeft, grootendeels tengevolge van gebrek aan voldoende mede werking der producen ten. Als deze bewinds man er in slaagt den melkstroom binnen de noodige perken te brengen, dan gelooft de heer v. d. Bergh, v. d. Bergh (Lib.) dat er tenslotte een betere situatie voor onze zuivelproducten zal kunnen ontstaan, vooral nu de prijzen op de wereldmarkt een stijgende lijn vertoonen. Ook de sociaal-democraat de la Bella diende eenige opmerkingen omtrent de z.i. veel te dure margarine op. Er is thans wel pas 'n ver laging van de heffing ingevoerd, doch die is geenszins voldoende, vooral ook waar men zelf thuis dit produkt niet meer mag maken. Een groot deel van het volk kan margarine noch spijs-vetten betalen en deze Regee ring is natuurlijk niet bereid de menschen daartoe door loonsverhooging in staat te stel len. Ondermijning van de volksgezondheid kan tengevolge van dezen toestand op den duur niet uitblijven. Dat de Minister voldoen de objectief zou optreden wat de verhouding tusschen handel en coöperatie betreft kan spr. niet onmiddellijk beamen. Uitvoerig stond hij in dit verband stil bij het bekende Haar- lemsche geval van de coöperatie .,De nieuwe Melkweg" die de melk IV2 cent goedkooper dan vroeger zou verkoopen, maar waarvan toen tengevolge van de voorwaarden verbon den aan de vergunning om die melk te doen bezorgen in de praktijk niets kon komen. De ministerieele beslissing was in strijd met het belang van melkgebruikers en veehouders en dankte haar ontstaan aan 'n al te vriendelijk optreden jegens den melkhandel. Herzie u zelf, maak zoodoende alsnog een melkprijsver- Aan het personeel ontslag aangezegd. De directie van de baconfabriek te Uithoorn heeft aan haar 80 arbeiders, meest gehuwden en vaders van gezinnen, ontslag aangezegd. De directie had gisteren haar personeel in een der lokaliteiten bijeengeroepen en heeft toen een uiteenzetting gegeven van den ont- stanen toestand. Spreker memoreerde hoe vier maanden geleden directie en personeel hadden overlegd en dat daarbij besloten was aan te passen aan datgene, wat de minister van Landbouw toen verlangde n.l. een verlaging van de verwerkingskosten voor baconberei- ding. Spr. zeide, dat toen èn de gemeente'èn alle aanwezigen offers hadden gebracht. Allen hadden zich aangepast totdat nu wederom on zekerheid kwam. Voor de nu gehouden in schrijving hebben wij niet wederom willen spreken, overtuigd als wij waren, dat u ge noeg heeft aangepast en een verdere verla ging voor de meesten uwer onmogelijk zou zijn. Het stelsel van inschrijving door den minister van Landbouw als het meest juiste gekozen, heeft gewild, dat wij thans u moe ten aanzeggen, dat onze samenwerking, al thans in de naaste toekomst, zal moeten op houden. In verband metjbovenstaande heeft de „Uit- hoornsche Baconnrorieken" al hare contracten met het gemeentelijk abattoir opgezegd op grond van force majeure. Hieromtrent zou nog gisteravond een bespreking ten raadhuize plaats vinden. Het ontslagen personeel heeft een telegram gezonden aan den minister van Landbouw, waarin men hem smeekt hun deze werkge legenheid niet te ontnemen en hen zoodoende waarschijnlijk voor langen tijd broodeloos te maken, daar Uithoorn voor hen geen andere werkgelegenheid biedt. Notaris L. L. te 's Hertogenbosch is ge arresteerd. Van betrouwbare zijde verneemt het A.N.P. dat deze arrestatie is geschied wegens valschheid in geschrifte. Omtrent bij zonderheden bewaart men echter tot dusver het diepste stilzwijgen. BELGISCHE ZEELIEDEN VERLATEN TE TERNEUZEN HUN SCHEPEN. Aan boord van de te Terneuzen liggende Belgische stoomschepen „Astrida" en „Jaspar" heeft een vijftigtal leden der bemanning, be- hoorende tot het lager personeel, zich solidair verklaard met de stakende Belgische zeelieden. Zij hebben de schepen verlaten en zijn naar Antwerpen vertrokken. Het gerucht gaat, dat de officieren dit voor beeld zullen volgen. Bij de stoomvaart maatschappij „Neder land" is een telegram van den gezagvoerder van het motorschip .Tarakan" ontvangen meldende dat het schip Donderdag met fraa1 weer van Bergen is vertrokken. Leiders en jongens zijn opgetogen over de reis. laging te Haarlem mogelijk luidde het advies van den heer de la Bella, die zich tevreden moest stellen met de toezegging van minister Deckers, dat hij nog eens zal overwegen of er in dezen nog iets gedaan kan worden. Dat hij een onrechtvaardigheid had begaan, hier van was de bewindsman zich niet bewust, maar wie weet, misschien werkt tenslotte het debat van heden toch nog iets uit. De beantwoording der verschillende sprekers begon met een lofuiting aan het adres van het over het algemeen uitstekend werkende cri sis-apparaat; in 't bijzonder kregen de Regee- ringscommissarissen en vele crisisambtenaren een pluimpje al schuilt er natuurlijk ook wel eenig kaf onder het koren. Alvorens een reorganisatie van het appa raat ter hand te nemen wil de Minister eerst het advies der commissie-v. Loon kennen. Landbouw en nijverheid beschouwde Dr. Deckers geenszins als anti-poden. De Regee ring probeert juist over de gansche linie het economische vraagstuk, ten gunste van alle groepen, zoo goed mogelijk op te lossen. Via een uiteenzetting over de tuchtrecht-colleges (waarin misschien wat meer tuinders, als des kundigen, een plaats moeten krijgen) kwam het op den stichtingsvorm van verschillende crisis-instellingen, waarvoor oök de Minister geen onverdeelde bewondering koestert, al achtte hij de scherpe kritiek van Mr. Mendels overdreven. Zeer duidelijk was de uiteenzet ting omtrent het gebeurde met de vier jonge juristen, van wie inderdaad op grond van de ministerieele schildering van zaken moet wor den gezegd, dat zij zonder dringende reden een eind maakten aan hun dienstbetrekking, zon der den vereischten opzeggingstermijn in acht te nemen. Hun grootste fout is geweest, dat zij verzuimden den Minister tijdig mee te deelen, wat er volgens hen verkeerds plaats vond op het crisisbureau. Overigens kan de Minister aantoonen, dat hij tegen het wegnemen van misstanden niet had opgezien. We^vernamen voorts nog, dat toepassing van de crisis-uitvoerwet op groenten, fruit en vroege aardappelen in overweging is, dat het voorhands niet in de bedoeling ligt den richt prijs voor de tarwe te verhooogen, terwijl men voor 29 September zal vernemen wat de richt prijs in het komende seizoen zal wezen. Spre kende over het vetplan wees de Minister er op, dat ook aan de margarine-nijverheid een plaats onder de zon toekomt, wat den heer v. d. Bergh zeker niet onaangenaam in de ooren zal hebben geklonken. Dezen moet het trou wens ook goed gedaan hebben, dat Dr. Deckers niets voelt voor kleuren van de margarine, waarvoor Mr. v. Rappard had gepleit. Aan het slot van de rede kregen we omtrent de al of niet tevredenheid onder oberen en tuinders een vrij optimistisch geluid te hoo- ren. Wanneer de minister incognito is, kan hij menigmaal merken, dat er meer tevredenheid aanwezig is dan men zou denken, als men onder den indruk raakt van de ontevredenen, die zich in het bijzonder roeren. Na eenige re en dupliek ging de begrooting er z. h. st. door, waarop zich nog een drietal sprekers met in- dustrie-financierings-beschouwingen bezig hielden. Morgen gaat men hiermee verder. E. v. R. Een der gewonden nog' in levensgevaar. Donderdagavond is de gemeenteraad van Beilen in een spoedzitting bijeengekomen in verband met het ongeluk, dat Donderdagmor gen aan het gemeentebestuur is overkomen. In de raadszaal van het gemeentehuis was alles gesloten en de lampen met rouw-crêpe omhangen. Te 8 uur namen de raadsleden hun zetels in, terwijl het gemeentepersoneel vol tallig aanwezig was. In de zaal was het dood stil, toen de heer Lunshof, het oudste raadslid, met den waarnemend secretaris Overhand Landberg binnenkwam. De heer Lunshof nam het woord en wees erop, dat hij van rechte was aangewezen, deze vergadering te leiden. Hij verzocht de aanwezigen op te staan en sprak toen een rede uit, waaraan wij het volgende ontleenen: Mijne heeren. Het zijn wel zeer droeve omstandigheden, waaronder wij als raadsleden dezer gemeente in deze oogenblikken tezamen komen. Om standigheden zóó ernstig en zóó aangrijpend voor onze gemeente, dat wij ons er vrijwel geen denkbeeld van kunnen vormen. U weet het stellig reeds allen in bijzonderheden, welk een ontzettend ongeluk het college van bur gemeester en wethouders heeft getroffen. Ik ben overtuigd dat wij allen daardoor diep getroffen zijn. De dooden waren mannen vol levenslust en ijver, en zijn midden in hun werk van hun dierbaar gezin weggerukt. Hun levenstaak was nog niet geëindigd. Na de rede werd besloten een telegram van deelneming te zenden aan mevrouw Froentj es- de Haan, echtgenoote van den overleden bur gemeester en aan mevrouw Eleveld-de Vries, echtgenoote van den overleden wethouder. Te legrammen van deelneming waren ingekomen van het gemeentebestuur van Coevorden en van de firma Rottinghuis te Delfzijl, waaraan de truck toebehoorde die bij het ongeluk be trokken was. Na kennisneming hiervan ging de raad in geheime zitting om maatregelen voor de be grafenis van de slachtoffers te nemen. Het stoffelijk overschot van den burgemeester zal Maandag te Doezem (Gr.) ter aarde worden besteld. Dat van den wethouder eveneens Maandag op de algemeene begraafplaats te Beilen. Omtrent den toestand van de andere slacht offers, die gewond zijn en in het ziekenhuis te Assen zijn opgenomen vernemen wij nog dat beiden een hersenschudding hebben gekregen, doch thans bij kennis zijn. Wethouder Schu ring heeft zware hoofdwonden gekregen en is thans nog niet buiten levensgevaar. De ge meentesecretaris H. Thalen heeft snij- en schaafwonden gekregen. Zijn toestand is nu redelijk wel. Onze Londensche correspondent schrijft: De Premier van Engeland is als iedereen een Janus, dat wil zeggen een persoon met twee gezichten, aangenomen dat elk gezicht een aparte persoonlijkheid vertegenwoordigt. Zelden, gelukkig, openbaart zich de dubbele geaardheid van het menschelijk wezen zoo monsterachtig en zoo hevig in de tegenstelling als in den heer Jekyll, die ook een heer Hyde was en dien Robert Louis Stevenson onsterve- lijk heeft gemaakt. Maar hoeveel prettiger toch moet voor vele menschen zijn de heer Baldwin, die zijn wijsgeerige overpeinzingen in zijn redekunst aan de wereld prijs geeft, dan de Baldwin die in de zelfde redekunst van dag tot dag als leide-r van de Conservatieve Partij en als hoofd van een Nationale Regee ring moet getuigen van de veelzijdigheid der politieke waarheid, de verbijsterende verander lijkheid van politiek beleid en de onbruikbaar heid in politiek van de steeds als onverganke lijk voorgestelde ethische en zedelijke levens waarden. Baldwin is geen politicus van harte. Hij heeft vroeger wel eens te kennen gegeven dat hij op een voor hem ongelukkig oogenblik in de politiek was gevangen en dat hij uitzag naar verlossing, naar het buitenleven in het Warwickshire van zijn geboorte, waar de var kens in hun hokken hem blijkbaar een aan lokkelijker tafereel schenen dan dat van de oppositie in het Lagerhuis. Geen misprijzing van de physieke hoedanigheid van zijn poli tieke tegenstanders was bedoeld. De varkens in hun hokken waren slechts symbool van het rustige, evenwichtige, landelijke bestaan, waar Baldwin's hart naar uitging, niet het politieke hart maar dat van den wijsgeer, den letter- lievenden man, mogen wij zeggen dat van den dichter. Dichterlijkheid is in Baldwin's fa milie, want wijlen Kipling is na aan die familie verwant. Het was daarom bijna vanzelfsprekend, dat de Premier in zijn openingsrede voor het con gres van de universiteiten van het Britsc'he Rijk in Cambridge van die universiteiten de overigens onmogelijke prestatie verlang de meer dichters voort te brengen, die den zin voor vrijheid en den zin voor eendracht in de wereld konden ontwikkelen. Er zijn al tijd zonderlinge menschen geweest, die de theorie hebben verkondigd dat alleen de dich ters in staat zijn dit tranendal te herschapen in een oord van schoonheid en vreugde. Dit magisch vermogen wordt toegeschreven aan de diepte van hun visie. Hun visie stelt hen inderdaad in staat te zien, waar het aan schort en waar het geluk moet worden gezocht. Maar, al zou men geneigd zijn te veronder stellen dat zij als leiders van de wereld een gunstiger indruk zouden maken dan de man nen, die op het oogenblik de taak in handen hebben, dat wil allerminst zeggen dat hun be redderend vermogen redelijk toereikend zou zijn. Baldwin wil meer dichters opdiat er meer bezieling zal zijn, die eendracht en vrijheid zal doen gedijen in den gansehen menschen- stam. Baldwin erkent dat dichters schaarsch zijn. Hij zal wel weten dat hij meer van de univer siteiten verlangt dan ze kunnen geven. Dich ters worden geboren, niet „geproduceerd" (dat was Baldwin's woord). Misschien kan worden bereikt wat Baldwin verlangt, indien de wereld kan worden bewogen haar schaar- sche dichters bij wijze van spreken aan de borst te drukken. De Premier meende in zijn speech, dat er meer ingenieurs dan dichters zijn in de wereld. Hij gaf sterk de voorkeur aan de dichters. De ingenieurs hadden aan den kwaden geest in ons door middel van motors en in verstikkende gassen de werk tuigen voor onze vernietiging in handen ge geven. Dichters hadden zooiets nimmer ge daan. Intusschen geeft de politicus Baldwin den ingenieurs handen vol werk. Sinds 1930 een zeer aanzienlijke daling. In de 6de aflevering van het maandschrift van het Centraal Bureau voor de Statistiek is een overzicht opgenomen van de weekloo- nen, vastgesteld in collectieve arbeidsovereen komsten voor arbeiders in enkele tuinbouw centra in Zuid- en Noord-Holland over de jaren 1930 tot 1936. Daarbij zijn ook aangege ven de gevallen, waarin boven het loon nog kindertoeslag wordt toegekend, hetgeen in vele plaatsen voorkomt. In enkele gevallen worden boven het loon emolumenten verstrekt. Tevens is nagegaan met welk percentage de contractueele geldloonen sedert 1930 gedaald zijn. De daling voor de plaatsen in Zuid-Hol land varieert van 29 tot 38 pCt., voor de plaat sen in Noord-Holland van 19 tot 37 pCt. In vergelijking met 1935 is het loon, dat voor het loopende contract jaar is vastgesteld, in de meeste plaatsen vrijwel ongewijzigd gebleven. Zonder emolumenten en kindertoeslag va rieert het loon in 1936 tusschen 15— per week (te Berkel en te Blokker) en 18.79 (te Loosduinen). Te Amsterdam bedraagt het 21.25. In 1930 lagen de loonen tusschen 24 (te Berkel en Lutjebroek) en 27.50 (te Schip luiden). In Amsterdam werd toen 26.25 be taald. Vorig jaar is deze afdeeling een succes geweest. Aangemoedigd door het groote bezoek, dat de afdeeling „uitvlftdingen" op de voorgaan de jaarbeurzen dagelijks ten deel viel en waardoor opnieuw duidelijk naar voren kwam, dat de exposanten in ruime mate in de gele genheid waren, voor het tentoongestelde con tact te leggen met belanghebbenden, heeft 't bestuur van den Bond van Octrooi- en Mer- kenhouders in overleg met het bestuur van de Koninklijke Nederlandsche Jaarbeurs te Utrecht wederom besloten een afdee ling voor „nieuwe vindingen" onder auspiciën van den bond op de a.s. najaarsbeurs in te richten. De deelname in deze afdeeling is voor iedereen mogelijk. Het doel is, den uit vinders een gelegenheid te bieden contact te kunnen krijgen met belanghebbenden voor verkoop van octrooi of afgifte van een licentie op een octrooi. Toegelaten worden ter beoordeeling van een vanwege den Bond van Octrooi- en Mer- kenhouders in overleg met het Jaarbeursbe- stuur benoemde commissie: a nieuwe vin dingen, die geoctrooieerd zijn: b. voor oc trooieering in aanmerking komende vin dingen, waarvoor eventueel door het Jaar- beursbestuur kosteloos een certificaat wordt afgegeven, opdat de uitvinder ervan in de ge legenheid is, binnen zes maanden na den da tum van de opening der Jaarbeurs een octrooi aanvrage te kunnen indienen in Nederland. En hoe wisselvallig de gunst des volks is. Ja, Scheveningen is nu in volle fleur, al mag gezegd worden dat het weer, die beschikker over wel en wee van iedere badplaats, al zijn best doet het wee over het wel te doen triom feeren. Na de heerlijk-warme dagen beleven wij nu de zóóveelste herfst van storm en klets regens en het is akelig te zien, hoe zich dat onmiddellijk aan onze badplaats wreekt. Zelfs wanneer er 's avonds opklaring komt blijven de menschen afgeschrikt. De terrassen zijn dan leeg en verlaten en bieden een trooste loos gezicht van rijen leege tafeltjes en stoe len, en strijkjes die voor de kellners spelen mistgaders voor een enkelen gast, die gram storig en verveeld achter zijn koffie of limo nade. over den leegen boulevard naar de ze; en de ondergaande zon zit te kijken. Maar op mooie dagen blijkt toch dat wij het „hoog-seizoen" naderen, dat er betrekkelijk veel hotelgasten zijn en dat den Haag zijn tienduizenden dagelij ksche dagjesmenschen levert, zonder dewelken Scheveningen eenvou dig onbestaanbaar zou zijn. Want dat is altijd de moeite waard te over wegen, dat wanneer onze badplaats het grootendeels van de hotelgasten zou moeten hebben en niet kon rekenen op een zoo groot/1 en geregeld aantal losse gasten als den Haag immers levert, er op z'n allerhoogst een kleine tweeduizend menschen zouden zijn die de boel zouden moeten laten draaien. Want méér dan twee-duizend logeerbedden heeft Schevenin gen niet. Dat is betrekkelijk niet zoo weinig, maar absoluut is het maar een héél klein beetje. En nu vind ik het altijd zoo'n opvallend ver schijnsel, dat ik, wanneer ik wel eens in de verschillende gelegenheden kom, zelden of nooit badgasten daar zie. In zee in de hotels en op het Solarium ziet ge die wel, maar in de bars, de dansgelegenheden, Louis David's Cabaret en de Kurzaal ziet ge vrijwel niet dan mooie of leelijke, opgemaakte of natuurlijke, oude of jonge doch -Haagsche gezichten. Eigenlijk is Scheveningen grootendeels den Haag-in-den-zomer. Het publiek dat 's winters de Haagsche café's, bars, dancings bezoekt, gaat 's zomers naar Scheveningen. Wie in den winter naar den Koninklijken Schouwburg en naar het Gebouw voor Kunsten en Weten schappen gaan om tooneel te zien en muziek te hooren doen dat in den zomer in de Kur zaal. Alle uitgaansleven van de groote stad verplaatst zich eenvoudig naar den rand van de zee en de echte badgasten, de vreemdelin gen, die ge er immers direct uit pikt, vormen een vrijwel te verwaarloozen gedeelte van de menigten, die wonderlijkerwijs nog altijd massa's geld verteren, ondanks de zoo ge- heeten ongunst der tijden. Daarvan zijn eigenaardige staaltjes te beleven. Vooral in de goedkoopere gelegenheden. Eén daarvan is de Luna. Die staat op het strand aan het eind van den boulevard. Een groote, goed-ingerichte zomerkermis, opgezet door een combinatie van modern- zakelijk aangelegde spullebazen van „Ame- rikaansch" inzicht en „Amerikaansche" ver- ma aks-methodiek". Luna is ons Scheveningsche Coney Island. Toen de plannen voor de oprichting van Door admiraal J. Swirski. Zooals_reeds gemeld, heeft de Kon. Mij. „De Schelde" te Vlissingen voor eenigen tijd van de Poolsche regeering opdracht ontvangen tot den bouw van twee onderzeebooten. Een dezer onderzeebooten is door „De Schelde" aanbesteed bij de Rotterdamsche Droogdok Mij. (de motoren voor dit schip worden door de firma Sulzer te Winterthur ge leverd)de andere onderzeeër bouwt de Schelde zelf, evenals de motoren daarvoor. Het benoodigde staal evenals sommige be langrijke onderdeelen zijn door Polen zelf ge leverd. Oe bouw te Vlissingen geschiedt op een bijzondere manier, die voor den Neder- landschen scheepsbouw een unicum beteekent. O.m. wordt veel electrisch gelascht in plaats van geklonken, waarmee 'n groote gewichts besparing verkregen wordt. Admiraal J. Swirski, chef van de Poolsche oorlogsvloot, vertoeft momenteel hier te lande om de in aanbouw zijnde onderzeebooten te inspecteeren en heeft hiertoe Donderdag een langdurig bezoek gebracht aan de werf van de Kon. Mij. „De Schelde". De admiraal werd namens de directie ontvangen en rondgeleid door den directeur, den heer A. Smit. Ver der namen aan dezen rondgang o.m. deel de heeren dr. W. Babinsky (gezant van Polen), lt. ter zee le klasse, Waning, aangewezen com mandant van de O. 16, alsmede de heer Gun ning, directeur van de N.V. Vereenigde Ne derlandsche Scheepsbouw bureaux. Het gezelschap heeft zeer geruimen tijd het uitgebreide bedrijf van „De Schelde" be zichtigd en zich op de hoogte gesteld van de vorderingen bij den bouw der onderzeeboot. Ook werd met groote belangstelling de nieuw ste aanwinst van de Nederlandsche marine, de O. 16 bezichtigd, waarbij de aangewezen com mandant, luitenant ter zee le klasse Waning, de noodige toelichting gaf. BEZOEK VAN KONINGIN EN PRINSES AAN DE TENTOONSTELLING VAN ENGELSCHE KUNST. AMSTERDAM, 16 Juli. Hedenmorgen te kwart over twaalf hebben Hare Majesteit de Koningin en H.K.H. Prinses Juliana een be zoek gebracht aan de tentoonstelling van Engelsche kunst in het stedelijk museum te Amsterdam MILITAIR JACHTVLIEGTUIG MAAKT EEN NOODLANDING. HEDEL. 16 Juli. Hedenmorgen te kwart voor elf heeft het militaire jachtvliegtuig 302 C. D. bemand met de sergeant-vliegers Bosch en Slag, tengevolge van onvoldoenden benzine-druk. een noodlanding gemaakt op "en uiterwaard bij Hedel. De vliegers bleven ongedeerd. Het toestel bleek bij onderzoek geen schade te hebben opgeloopen. 17 Juli: Gisteren waren de voorloopige werk zaamheden voor den bouw der nieuwe „Melktarug" alhier, zoo ver gevorderd dat het leggen van den eersten steen kon plaats hebben. Het terrein was met vlaggen en planten versierd en te kwart voor éénen verschenen aldaar ter plaatse Burgemeester, Wethouders en de Secre taris der gemeente, alsmede eenige Raadsleden en belangstellenden. De eerste steen werd gelegd door den Bur gemeester, Mr. E. A. Jordens, daarbij het woord nemende en in herinnering bren gende hoe hij reeds meermalen het voor recht had gehad, bij den aanvang van belangrijke werken hier ter stede, tegen woordig te zijn. Inzonderheid bracht hij dank aan de stedelijke ambtenaren, die bij dezen bouw betrokken waren, voor hun doel treffende plannen en hun werkzaamheid te dezer zake. Voorts wenschte spreker den aannemer, den heer G. P. J. Beccari, namens het gemeentebestuur geluk met zijn arbeid, die met kracht aangevat, ook voor het overige een gunstigen uitslag voorspelde. Nog sprak de wethouder Mr. Heshuysen eenige woorden van waardeering en gaf als voorzitter der commissie van fabri cs ere te kennen, dat het steeds haar streven was met het dagelijksch bestuur en den Raad samen te werken om den bloei der gemeente op alle wijzen te be vorderen, waartoe ook weder dit werk strekte. Tenslotte betuigde de aannemer zijn dank voor de bewezen eer. deze kermis bekend werden, zeiden de men schen, die het niet weten: dat wordt niets; dat gaat niet meer; er is geen geld meer en bovendien zal het aan de „standing" van Scheveningen onnoemelijk veel afbreuk doen. Nu is om bij het laatste te beginnen „standing" een vrij dwaas begrip. Tenminste in deze beteekenis. De standing zit 'm waar lijk niet in de dikte van portemonnaie of portefeuille, in de auto of in den snit van het colbertje; het middenstands en arbeiders publiek dat zich op de Luna vermaakt is veelal van héél wat betere „standing" dan het volkje dat ge her en der in de meeste bars en dansgelegenheden ontmoet en bovendien is Scheveningen nooit een „deftige" bad plaats geweest. Dat is Noord'wijk wél, waar druk getennist, gegolfd en in avondtoilet ge dineerd wordt en dat voor dagjesmenschen immers te moeilijk bereikbaar is. En of de Luna niet meer gaat.... Menschen, 't gaat gewéldig. „Twaalf centen entrée, dat is niet veel" zult ge zeggen, doch alle inrichtingen heffen hun gewone entrées en weet u hoeveel men schen er Zondag voor een week geweest zijn? Vijf en dertig duizend! Hebben „de" menschen geen geld? „De" menschen, de tienduizenden men schen die er komen gaan zonder bezwaar gezellig in de autootjes zitten, maken een ritje van drie minuten, nóg een ritje en nóg een en betalen doodgemoedereerd drie maal een halve gulden voor negen minuten auto- tje rijden om daarna nog een beetje te gaan ronddraaien in den stoomcaroussel, te gaan zweven in de zweefmolen, hun hart en hoed vast te houden in de geweldige achtbaan, om. daarna nog een gezellig poffertje-na te gaan eten tot besluit van het Luna-festijn. De gunst des volks is wisselvallig, want ieder logisch-redeneerend mensch zou nu toch denken: de kermis heeft afgedaan, de men schen zijn verwend, daar heeft niemand nu meer een zuur verdiende gulden voor over. De logisch-redeneerende mensch staat be teuterd in de volte van het Lunapark te kijken. En de exploitanten knipoogen tegen elkaar. Zij hebben 't héél goed bekeken. De soort van het uitgaande publiek is veranderd. En nu komt het geld bij kleine beetjes maar in des te grooter hoeveelheden binnen. Maar de mensch, beu van dure deftigheid, is de oude gebleven; draaien, zweven schommelen, schokken en glijden met een snoepje na, dat is zijn lust en zijn leven gebleven. En de meneer-van-standing wien het niet convenieert met vrouwlief naar het Palais de Danse te gaan, omdat hij daar een paar rijksdaalders kwijt is (al zijn die prijzen daar zeker niet hooger dan in soortgelijke buiten- landsche inrichtingen) blijft thuis, of gaat rustig ergens een kopje koffie drinken. En het „groote publiek" krioelt op de Luna Toen ik Zondagavond het Palais de Danse bezocht, zaten daar misschien honderd men schen, die twee goede orkesten tot hun be schikking hadden, mitsgaders een spiegelglad dansparket, twee fantasie-danseresjes, een uitgebreid personeel en een nauwkeurige serice. Zóó weerspiegelt zich de geest des tijds in het zonnig aangezicht van Scheveningen. Er zijn méér verschijnselen, die daarop duiden. Waarover ik u den volgenden keer graag nog. een en ander vertellen wil. Mr. E. ELIAS. Omzetbelasting er boven. Het overzicht van den stand der Rijksmid delen over het eerste halfjaar is verschenen. Van de directe belastingen is daarin f 52.021.379 op kohier gebracht, terwijl de raming was f56.550.000. Toch is reeds f 4.216.133 meer op kohier gebracht tengevolge van belasting- verhoogingen dan in het eerste halfjaar van 1935. De inkomstenbelasting heeft hierin het grootste aandeel n.l. f 3.514.693. Ook de verdere middelen zijn onder de ra ming gebleven. Zij brachten n.l. f 175.980.506 op. terwijl f 185.762.500 geraamd was. De Omzetbelasting heeft in Juni f 5.185.577 opgebracht en is daarmee boven de raming van f 5.000.000 gebleven. Tot nu toe heeft deze belasting f 243.638 meer opgebracht dan de raming.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1936 | | pagina 2