Babbelarij ter Piere
Het ontwerp Russische Grondwet.
I/touw scUciffl
Tandheelkundig
Instituut
GEHEEL GEBIT
DINSDAG '11 AUGUSTUS 1936
Onvoorzichtig baden kost een
menschenleven.
Waterschade grooter dan
brandschade.
Loodscommissaris te Maassluis
van fraude verdacht.
Oss doet weer eens van zich
spreken.
Twee families slaags geraakt.
Batavier IV dreigde te zinken.
RIJKSSTRAATWEG 16
Op 25 November zal een beslissing
moeten worden genomen.
Militaire documenten
ontvreemd.
Al die vijven en zessen..;
Jongen op Voome verdronken.
Omstreeks half vijf is Maandag
middag in de Kruiningerhors (Oost-
Voorne) dus niet aan het officieele
badstrand de 15-jarige W. Verha
gen uit Rotterdam verdronken.
Zijn zwager, die zelf een goed zwemmer is,
dook hem eenige malen na, doch slaagde
er niet in den drenkeling boven te bren
gen.
Dit is het vierde slachtoffer van dit seizoen
dat ondanks de vele waarschuwingen en bor
den wegens het gevaar ter plaatse, is ver
dronken.
Bij fabi.cksbrand te Schiedam.
Maandagavond omstreeks half zeven ont
dekte een surveilleerend agent van politie
brandverschijnselen in een opslagplaats van
de kwasten- en borstelfabriek der firma J.
Jacobs staande aan de Westerkade 2b te
Schiedam. De opslagplaats, die gelegen is in de
benedenverdieping was gevuld met verschil
lende grondstoffen voor het vervaardigen van
borstels en kwasten, t.w. teer, hars, olie en an
dere ingrediënten, die het vuur een welkome
prooi boden. De agent waarschuwde onmid
dellijk de fabrieksbrandweer van de naast de
kwastenfabriek gelegen breeuwwerkfabriek.
Deze snelde toe en begon aanstonds het blus-
schingswerk met eenige stralen. De eveneens
gealarmeerde Schiedamsche brandweer rukte
met groot materiaal uit. Twee motorspuiten,
een babyspuit en een ladderwagen haastten
zich naar de brandende fabriek. Door de sterke
rookontwikkeling was de vuurhaard zeer moei
lijk te bereiken. Met twaalf stralen werden
groote hoeveelheden water in het vuur ge
worpen, zoodat men na aan half uur den
brand onder de knie had. In het fabrieksge
bouw, waar een dertigtal personen werk vindt,
was bij het uitbreken van den brand niemand
aanwezig. Over de oorzaak van den brand tast
men in het duister.
De benedenverdieping, waar het vuur het
eerst is gezien, brandde geheel uit, terwijl de
kantoorlokalen goeddeels een prooi der vlam
men zijn geworden. Het naar boven doorslaan
de vuur heeft in de zoldering van de tweede
verdieping een gat gebrand, zoodat de brand
een oogenblik uitslaand is geweest. De schade,
welke door het bluschwater is aangericht, is
naar schatting grooter dan de brandschade.
Om half acht kon de brandweer inrukken.
Terzake van frauduleuze handelingen, als
gevolg waarvan voor zoover men tot dus
ver heeft kunnen vaststellen het rijk voor
een bedrag van 2.500 is benadeeld, is de
commissaris van het loodswezen te Maassluis,
de heer C. S. gearresteerd.
De heer S. is ter beschikking van de justitie
te Rotterdam gesteld.
MEISJE IN PUNT VAN IJZEREN HEK
GEVALLEN.
Maandagmiddag is het acht-jarig dochter
tje van den heer G. van der Voet op een
ijzeren hek gevallen, waarvan een der pun
ten het kind in het lichaam drong. Na ver
bonden te zijn is het meisje naar het Diaco-
nessenhuis te Rotterdam vervoerd, waar zij
aan de opgeloopen verwondingen is overle
den.
Twintigjarige jongeman ernstig gewond.
Maandagavond omstreeks tien uur
heeft in de Arendsvlucht te Oss een
ernstige vechtpartij plaats gehad tus-
schen de familie S. en van G.
Er was ruzie ontstaan door het uitleenen
van een dekkleed dat door de familie van G.
was ter leen gegeven. Toen mej. van G. zich
Maandagavond naar den heer S. begaf om het
kleed terug te halen, werd niet onmiddellijk
aan haar verzoek voldaan. Een korte woorden
wisseling volgde, waarna mej. van G. naar
huis terugkeerde. Niet lang daarna bracht de
heer S. persoonlijk het kleed naar van G. te
rug. Daarbij kwam het weer tot woorden, nu
tusschen den heer van G. en den heer S., en al
dra waren zoo goed als de beide heele families
aan het krakeelen.
Het bleef echter niet bij woor
den, want er ontstond een handgemeen, waar
in zoowel tusschen het zwakke als het sterke
geslacht rake klappen werden uitgedeeld. De
zoon van den heer S. merkte plotseling, dat
hij door een scherp voorwerp in de borst was
getroffen en hij vluchtte daarop zijn woning
binnen. Kort hierna trokken beide families
zich terug in hun woningen. De 20-jarige S.
had intusschen het bewustzijn verloren. Tele
fonisch werd de gemeentepolitie gewaar
schuwd, die zeer spoedig ter plaatse was en
een onderzoek naar het voorgevallene instel
de. De politie vond termen om over te gaan
tot aanhouding van den 21-jarige van G., die
naar het politiebureau werd overgebracht.
Daar werd hem een verhoor afgenomen. Hij
ontkende echter alle schuld. Het scherpe voor
werp had ook zijn sporen achtergelaten in de
kleeren van de dochter van S. welke danig
gehavend waren. Dr. Wassmann, die den jon
gen S. geneeskundige hulp verleende, consta
teerde twee steekwonden in de borst en een in
den arm. Om half elf was bij den gestokene
het bewustzijn nog niet teruggekeerd.
RONDLEIDING TENTOONSTELLING
OUDE KUNST.
Op Dinsdag 11 Augustus des namiddags te
5 uur, na sluiting voor het algemeen bezoek
zal op de tentoonstelling van de vereeni-
ging van handelaren in oude kunst in het
Rijksmuseum te Amsterdam een rondleiding
worden georganiseerd door mej. dr. A. E. C.
van der Looy van der Leeuw. Kaarten zijn
verkrijgbaar bij den portier van het Rijks
museum, Oostelijke hoofdingang.
Overboord gooien van deel der deklading
voorkomt erger.
De Batavier IV wilde Zondag, na te Graves-
end de passagiers gedebarkeerd te hebben,
naar Londen vertrekken. Bij het van den wal
gaan was de deklading echter gaan sthuiven,
zoodat het schip slagzij maakte over stuur
boord en het water door de waterdeur naar
binnen kwam. Onmiddellijk werden reddings
gordels uitgereikt aan de bemanning en de
overgebleven passagiers en met vereende
krachten werd daarop een groot deel van de
deklading, bestaande uit kratten met tomaten
en komkommers over boord geworpen. In
minder dan geen tijd dreven tallooze kisten
op de Theems. Deze maatregel hielp, het
schip richtte zich na ongeveer 10 minuten
weer op en kon zijn weg naar Londen ver
volgen. Om 3 uur kwam het door Zondag
middag aan de kade aan.
AANKLACHT TEGEN DE N.S.B.
Een R.K. ingezetene* van Amsterdam heeft
op grond van artikel 147a Wetboek van Straf
recht, dat betrekking heeft op het in voor
raad hebben en verspreiden van Godslaster
lijke afbeeldingen, bij de politie aangifte
gedaan van het feit, dat in den N. S. B.-
sigarenwinkel „de Driehoek" te Amsterdam
ten verkoop wordt aangeboden en in voor
raad gehouden het geschrift „Wordt ook uw
kerk een paardenstal?", waarin eenige Gods
lasterlijke afbeeldingen staan afgedrukt.
DE „TARAKAN" TE NORDHEIMSUND.
De N.V. Stoomvaart Maatschappij „Neder
land" deelt memde, dat het m.s. „Tarakan",
welk schip Zaterdagmiddag j.l. voor zijn 5e
jeugdreis met circa 500 jongens en hun leiders
naar Noorwegen is vertrokken, volgens tele
grafisch bericht van den gezagvoerder na een
fraaien overtocht Maandagmorgen te Nord-
heimsund is aangekomen.
GRONINGEN'S GEMEENTEBESTUUR ACHT
STEUNVERLAGING ONAANVAARDBAAR.
In de Maandagavond gehouden raadsver
gadering te Groningen zijn de aangekondigde
wijzigingen in de steunverleening voor werk-
loozen besproken. Eén der wethouders ver
klaarde namens het college van B. en W„ dat
het gemeentebestuur de verantwoordelijkheid
voor deze verlagingen weigert en dat het deze
regeling, welke zonder eenig overleg met het
gemeentebestuur tot stand is gekomen, on
uitvoerbaar acht.
Het college van B. en W. verklaarde zich be
reid bij de regeering stappen te doen, die
ertoe kunnen leiden, dat de regeling wordt
ingetrokken of in gunstige zin wordt gewijzigd
JONGETJE VERDRONKEN.
Het negenjarig zoontje van den vischhan-
delaar Douwe Gnodde te Urk, dat aan het
spelen was op een schuit, welke wordt ge
bruikt bij de inpolderingswerken. is Maandag
middag te water gevallen en verdronken.
HAARLEM -N. TELEF 16 7 2 6
v~naf i - met garantle- P«n"
vandI loos trekken inbegr.
BESLIST PIJNLOOZE BEHANDELING
Spreekuren alle werkdagen
van 912 en 14 uur. Zaterd. 912 uur
Avondspreekuren
Dinsdag, Woensd. en Donderd. v. 79 u.
(Adv. lngez. Med.)
Over familie-omstandigheden en
plantsoenen; over prikkeldraad
en folklore;overBaskischemeisjes
en de Zomerzon.
Op Vrijdag 7 Augustus 1936 een merk
waardige en mete orol ogisch-uitzon derlij ke da
tum den eersten zomerschen dag sinds 1
Juli van dit jaar heb ik mij ter Piere be
geven teneinde van den zeldzamen en dus te
heerlijker zonnebrand te genieten, de kernige
lucht van de in duizend glanzen zich naar den
neveligen einder strekkende zee, met volle
teugen in te ademen; boven het strand vol
van dikke mama's, zalig-nietsdoende huisva
ders en druk-bezige kinderen, een sigaret te
rooken, een romannetje te lezen en mij ge
lukkig te voelen.
Toen kwam er een heer naast mij zitten.
Eigenlijk had ik moeten opstaan en hard weg-
loopen toen ik den heer zag naderen en met
onheilszwangeren blik naar het ledige plaatsje
op de witte bank naast mij kijken.
Want wie niet een kind is in de kennis van
menschen en hun kleine zielen kon aan dezen
goedmoedigen, vriendelijken, wat zeurderigen
en niet meer piepjongen heer, bij den eersten
oogopslag zien, dat hij om een praatje ver
legen was.
Doch op zoo'n eersten zomerdag is zelfs de
op eenzaamheid, stilte en rust gestelde men-
schenkenner een menschen-minnaar en vindt
hij het hard en onaardig voor zulk een goed-
gezinden en babbelzuchtigen heer op de vlucht
te slaan, daarbij tevens overwegende dat ge,
al vluchtend, dan toch óók uw heerlijke
plaatsje onder de zon kwijt bent.
Want dezen middag zijn de bioscopen leeg en
is vanzelf de Pier vol en zoo vangt dan zonder
veel plichtplegingen het gesprek aan; begin
nend met „heerlijk weertje vandaag, meneer,
't werd dan ook wél tijd" en wie weet waar
het eindigen zal?
In ieder geval was dit een heer uit wat wij
Hagenaars „de provincie" noemen, daarbij
vergetende dat een rechtgeaard Amsterdam
mer ook óns tot „de provincie" rekent. In ieder
Op 25 November 1936 zal het Russische
Bondscongres hebben te beslissen over het
nieuwe ontwerp Grondwet, hetwelk is samen
gesteld door de daartoe in 1935 ingestelde
Commissie Stalin en waaraan het presidium
van het Centraal uitvoerend Comité op 11
Juni j.l. zijn sanctie verleende. Wanneer men
kennis neemt van de belangrijkste bepalingen
van dit ontwerp, dan zal het niemand verba
zen, dat de U. S. S. R. (Unie Socialistische
Sovjet Republieken) wordt verklaard te zijn
een Socialistische Staat van arbeiders en
boeren, gegrondvest op de z.g. „Raden van af
gevaardigden van de arbeidenden", waarbij
alle macht wordt toegekend aan de „arbeiden
den" der steden en dorpen. Evenals in de
„overeenkomst", getroffen na den burger
oorlog, is ook in dit ontwerp gehandhaafd het
recht van vrije uittreding voor elke Republiek
uit de reeds genoemde Unie. Het Radencon
gres, tot op heden het belangrijkste en dus ook
het invloedrijkste orgaan, met betrekking tot
de staatsmacht, zal plaats maken voor den
„Hoogen Raad", aan welk orgaan de wetge
vende macht is toegekend. Dit lichaam is op
gebouwd uit een tweetal Kamers: de Bonds
raad, of Kamer voor de Unie en de Nationali
teiten-raad, of de Kamer voor de verschillen
de nationaliteiten. De Bondsraad zal een be
langrijk kleiner aantal leden hebben dan het
thans bestaande Radencongres. Hij wordt
samengesteld op een basis van één afgevaar
digde per 300.000 inwoners. De laatste Russi
sche volkstelling dateert van 1926. Het aantal
inwoners werd toen becijferd op pl.m. 170
millioen, maar het is zeker, dat dit aantal op
dit oogenblik ongeveer 10 millioen grooter zal
zijn. Ook het kiesrecht is gewijzigd. Het hui
dige Radencongres wordt gekozen door de
Radencongressen der verschillende aangeslo
ten Republieken en Autonome gebiedsdeelen,
waarbij een scherp onderscheid wordt ge
maakt tusschen de steden en het platteland,
met dien verstande, dat de stads-afgevaardig-
de veel minder inwoners vertegenwoordigt dan
de plattelands-afgevaardigde. Het ontwerp-
Grondwet kent dit onderscheid niet meer. De
Hooge Raad wordt in de toekomst door directe
verkiezingen samengesteld voor den tijd van
vier jaren en zal ieder jaar tenminste twee
maal bijeenkomen, terwijl het Radencongres
slechts éénmaal per jaar vergaderde. Deze
Hooge Raad verkiest een presidium, bestaande
uit één Voorzitter, vier plaatsvervangende
Voorzitters, één Secretaris, zoomede 31 leden.
Het presidium is het hoogste uitvoerende
orgaan, het heeft het toezicht op de Raden
der Volkscommissarissen en is bevoegd een re
ferendum te houden. De verkiezingen hebben
plaats door rechtstreeksche, geheime stem
ming van alle burgers, die achttien jaar zijn,
zoodat de uitsluiting van kooplieden, die werk
nemers hebben om „winst" te maken, van
priesters enz., welke op dit oogenblik nog be
staat, vervalt. De candidaatstelling zal worden
toegestaan aan communistische partijorgani
saties, aan coöperaties, vak- en jeugdbonden,
zoomede aan cultureele vereenigingen. De
Raad van Volkscommissarissen, een college,
verantwoordelijk aan den Hoogen Bondsraad
en hem zelfs rekenpliohtig, is naast den
Hoogen Raad en diens presidium, het belang
rijkste regeeringsorgaan. De Volkscommissa
rissen worden gekozen door den Hoogen
Bondsraad.
Wat de sociaal-economische zijde van dit
ontwerp-Grondwet betreft, zij gewezen op het
uitdrukkelijk vastleggen van den socialisti-
schen eigendom van de productiemiddelen.
De beide eigendomsvormen zijn die van staats
eigendom, of van coöperatieven resp. Kolchoz-
eigendom. Onder het staatseigendom vallen de
fabrieken, bosschen, mijnen, de banken, het
land enz., onder coöperatieven eigendom
vallen dan de ondernemingen met alle bezit
tingen.
De rechten van den burger bestaan in:
verzekerde arbeid met een belooning, die ver
band houdt met de kwantiteit en de kwaliteit
van het geproduceerde, daarnaast het recht
op ondersteuning bij ouderdom, ziekte en in
validiteit, het recht op ontwikkeling en het
recht op verpoozing. Deze rechten gelden zoo
wel voor den man als voor de vrouw, voor alle
nationaliteiten, voor alle rassen. De vrijheid
tot het voeren van anti-religieuze propaganda
is ook in dit ontwerp opgenomen; vrijheid van
eeredienst is een nieuw recht, hetwelk men den
burger wenscht te geven. De vrijheid van het
individu is uitdrukkelijk vastgelegd, zoomede
de vrijheid van het woord, van de drukpers,
van vergadering en van betooging.
Naast het duidelijk omschrijven der rech
ten is de noodige aandacht besteed aan de
plichten der burgers. Daartoe behooren het
opvolgen der arbeidsdiscipline, de bescherming
van het socialistische eigendom, de alge-
meene weerplicht en het nakomen van alle
wettelijke bepalingen.
Dit nieuwe ontwerp is mede een gevolg van
de zich sterk op den voorgrond dringende
industrialisatie van Sovjet Rusland, waardoor
groepen van nieuwe intellectueelen zijn ont
staan, terwijl daarnaast vele achterlijke be
volkingselementen uit hun isolement zijn
verlost. Of men in het ontwerp een reeks van
maatregelen moet zien, die de vergelijking
kunnen doorstaan met overeenkomstige rege
len bij vele West Europeesehe Staten bekend
en gewoonlijk als „democratisch" aangeprezen,
valt te betwijfelen. Het blijft immers de vraag,
of de in menig opzicht aangeboden vrijheid,
inderdaad vrijheid beteekent, of dat wellicht
de druk, door tal van organen uitgeoefend, van
die vrijheid niets of weinig overlaat. Is men
voorts tot dit ontwerp gekomen uit vrijen wil,
of waren de binnenlandsche toestanden mis
schien mede oorzaak, dat het oogenblik rijp
was concessies te doen? Bestond er gevaar voor
het al te ver doorgevoerde dictatoriale be
wind? Het zijn vragen, die zich aan den objec
tieven beoordeelaar opdringen. Het beantwoor
den daarvan is natuurlijk uiterst moeilijk. Wie
belang stelt in de ontwikkeling van dit onme
telijke rijk en zich de moeite getroost de be
schouwingen, die ons ter beschikking staan,
te volgen, kan in dit ontwerp niets anders
zien, dan het volgen van een zekere aanpas
singspolitiek, die waarschijnlijk gaat in de
richting van een milder regime dan voorheen.
Maar als dat inderdaad het geval is, bestaat
er des te meer aanleiding den gang van zaken
met de grootste nauwlettendheid te volgen.
MOLLERUS.
geval dat heeft hij mij zelf verzekerd
heeft deze heer pensioen, een vrouw die vele
jumpers breit en ruzie heeft met haar mans
zuster, omdat deze laatste op een villa woont
en een auto heeft niet alleen, doch haar neus
ophaalt voor lieden die niet in villa's wonen
noch auto's bezitten, en drie kinderen, zijn er
twee dochters die beide best getrouwd en sa
men vijf maal moeder zijn en een zoon, die
oppassend is en verkeering heeft met een
keurig meisje, weshalve ge duidelijk ziet dat
deze heer ten zeerste gelukkig te prijzen is,
hetgeen hij zelf erkent en wat een plezierig
ding is in deze raarste aller tijden.
Hij heeft mij nog véél meer verteld, maar
ik denk, dat u dat niet interesseeren zal. Maar
wat mijn buurman-in-de-zon van den Haag
en Scheveningen vindt, dat mag ik u over
brieven, zijnde dit de grootste-gemeene-deeler
van de provinciaalsche publieke opinie, welke
opinie toch wel waard is gereproduceerd te
worden.
Ziet, zoo ongeveer sprak de aardige man,
den Haag, is een heerlijke stad. Den Haag is
een mooie stad. De gemeentelijke dienst der
plantsoenen, die op haar kweekgrond in Klein-
Zwitserland de mooiste boomen, heesters en
bloemen kweekt, heeft van alle parken,
plantsoentjes en stukjes groen iets héél bij
zonders gemaakt, dat de stad een zoo char
mant aanzien geeft als zeker geen stad in
Holland kan vertoonen. Ik heb genoten van het
intieme parkje Marlot met zijn aardige water
tje, zijn mooie beelden, zijn hooge boomen en
gezellige zitjes tusschen de bloemen; het West-
broekpark is een juweel met zijn vijver en
knusse laantjes; de Boschjes met hun water
partijen en dicht-donker naaldhout, het Bosch
met zijn heerlijke vijvers waaraan die in het
Bois de Boulogne en in het Bois de Cambre
niet tippen kunnen; het jonge Zuiderpark dat
nu al zoo vol en zoo geurig in bloei staat
ieder gazonieder plantsoentje rond een
electrische klokelk stukje gras met een
bloembed eriniedere glooiing van een
watertjehet Rosarium met dat blanke
beeld van onze Koningin Emmahet is alle
maal even aardig en mooi en origineel ver
zorgd. De heeren van de Haagsche plantsoenen
zijn menschen met een groote liefde in het hart
en uitmuntende kennis. Dat is heerlijk van
den Haag. Maar wat verschrikkelijk is, dat zijn
de buitenwegen. Die wandel-greppels tusschen
hoog prikkeldraad. Dat geeft de menschen
uit de provincie die gewend zijn te loopen waar
zij loopen willen en te dwalen, daar waar hun
hart het hun zegt een onaangenaam gevoel
van gevangenschap. Nergens in die prachtige
glooiende duinlandschappen van de Kieviet en
Meyendell tot het strand en van de Wasse-
naarsche Slag tot den Watertoren kun je
eigenlijk ergens anders loopen dan op die door
de overheid afgepaalde wegen. De romantische
geheimzinnigheid van ontdekkingstochten
langs de windende duinpaadjes en konijnen
weggetjes, waarvan je elders zoo heerlijk en
vol op, dagen en weken lang genieten kunt
die bestaat rond Den Haag niet. En zoo maak
je hier dan je Zondagsche „duinwandelingen"
langs keurig aangelegde, hard-gestampte en
witte wegen, tusschen twee eindelooze rijen
steenen palen met vier oneindige reeksen
prikkeldraad verbonden, dóór, mét de duizen
den anderen, die dan toch ook wel hun flinke
tippeltocht willen maken. Zoodat ge tenslotte
eigenlijk even goed de Spuistraat of de Kneu
terdijk heen en weer kunt loopen, waar het
Zondags niet zoo'n volle, steedsche en drukke
pantoffelparade is, als „in de duinen", wat
eigenlijk niet anders beteekent dan: tusschen
het prikkeldraad, die de duinen ontoeganke
lijk maken en langs de honderden bordjes
die naar het wetboek van Strafrecht ver
wijzen.
„En dat valt me nou zoo tegen van den
Haag" zei de meneer naast me.
„En daar hebt u schoon gelijk in, want wij
Hagenaars denken er net zoo over als u en die
prikkels zijn ons even zoovele duizenden door
nen in het steedsche oog als u in het dorpsche"
antwoordde^ ik en bood den heer een sigaret
aan, die hij even minzaam als beslist afwees
een pijpje bij het woord voegende.
Maar over Scheveningen en hoe dat aan
gepakt wordt, waren we alle twee bést te
spreken. Dat Folkloristische Feest dat onder
leiding van den ter zake kundigen Van der
Ven gevierd is in het Kurhaus en de hotels,
met demonstraties, bals en jool, met zang en
dans en Baskisch worstelen zelfs, dat was
af. Hoe aardig die Fransche bo>erendeerns,
tenger en rijzig en coquet als steedsche juf
fers bij óns niet eens altijd zijn, met hun
prachtige wit-overhuivende, sohuim-lichte
mutsen, hun diep-zwarte rofckenweelde, hun
roode monden en blanke tanden. Hoe die
jubelden en joolden in haar liedjes, hoe zij
dansten, bij de échte demonstratie 's mid
dags. met hun eigen jonge kerels, maar des
avonds op het groote bal zoowaar ook met
deftige Haagsche heeren, die onder het mom
der volkenverbroedering een walsje moch
ten wagen met die vreemde boerinnetjes van
de verre, blauwe kust. Er waren Polen en
Joego-Slaven Limburgscbe mijnwerkers
met hun vrouwen en zusters en meisjes
er waren dikke Beieren die schuh-plattlernden
en joech-hée-den dat het een aard had en
dan was er eigenlijk wel het best van al
dat vleesoh en bloed van eigen bodem, dat
mooie Bevelandsche a Capellakoor, dat de
wijding van de Goesohe Maria Magdalena-
kerk om zich had, en de weelde van de
Zeeuwsche akkers meedroeg in zijn rijzige
mannen- en vrouwenfiguren, die zoo koste
lijk zongen dat de toeschouwers er stil van
werden.
Ja, dat was een wél geslaagd feest, zei mijn
buurman, dat was knap en keurig en mooi
voor elkaar, er was heusehe goedgezinde
stemming meteen ondergrond van ernst:
de innige verbondenheid van den mensch
aan zijn overgeërfde en ingeboren zeden en
gewoonten.
En die aardige buurman-van-me op het
bankje in dien echten zomermiddag op de
Pier had nog véél meer over Den Haag en
Scheveningen te vertellen; lovends véél en
lakends weinig. Maar daarover schrijf ik u
in mijn volgenden brief. Alléén nog even dit:
dat we een paar uur lang gebabbeld hebben
en dat ik de eenzaamheid en de stilte
vergeven het mij een kleine leugen heb
moeten te baat nemen om zijn vriendelijk
heid ten slotte te ontloopen.
Provincialen zijn soms héél lang van stof.
Vooral wanneer zij het er in de vacantie eens
van nemen kunnen.
Maar die verwijdering tusschen zijn vrouw
en zijn zuster is onoverbrugbaar. Een villa
en een auto gaan nu eenmaal niet samen
met een theelichtje en breipennen.
Dat zag die meneer zélf óók wel in.
Mr. E. ELI AS.
PARIJS 10 Aug. (D.N.B./A.N.P.) Op het
station van C'hambery is men een diefstal van
belangrijke militaire documenten op het spoor
gekomen. Toen daar gisteren een geplom
beerde wagon werd geopend om eenige kisten
uit te laden, bleek, dat een kist met plannen
van den generalen staf betreffende de ver
dediging der Alpengrens was opengebroken.
Een deel van den inhoud der kist schijnt te
ontbreken. De wagon was Donderdag uit Pa
rijs vertrokken. De politie heeft zich met het
ministerie van oorlog in verbinding gesteld, om
na te gaan, welke documenten gestolen zijn.
Al die vijven en zessen tegenwoordig bij
de opvoeding daar hoorde je in mijn tijd
niet van mopperde onlangs de Vader-die-
het-alle en-weet.
En ik doe er ook niet aan hoor ver
volgde hij.
Met al die buitenissigheden maken de
menschen de rijpere jeugd zelf dwaas
(eigenlijk zei hij rabbelkops maar dat vind
ik zoo'n raar woord!)
U heeft gelijk gróót gelijk! prees de
grootmoeder van de jongen-die-voor-galg-
en-rad opgroeide.
Die vrijheid tegenwoordig het is meer
dan erg! wie had er vroeger ooit gehoord
van al die overdreven dingen die wij nooit
gehad hebben en waar zij nu niet meer bui
ten kunnen.
Ik vind het fijn dat de jongeren het tegen
woordig zooveel prettiger hebben dan wij het
ooit gehad hebben sprak de moeder van
de galgestrop, terwijl zij opstond om te
gaan.
De vader-die-bet-alleen-wist wisselde nee-
maar-nou-vraag-ik-je blikken met de oude
dame.
We eten vandaag vroeg Bobby moet
naar een jeugdconeert verontschuldigde
de jonge vrouw haar vroegtijdig heengaan.
Twee paar oogen werden ten hemel ge
slagen.
Een jeugdconeert.heb je ooit van,
je leven
Zijn er vroeger voor ons ooit aparte con
certen gegeven?
Stel je voor! het wordt hoe langer hoe
gekker.
Eet jullie nu beusch allemaal vroeger om
dat die jongen uit moet? vroegen wij toen
wij samen naar huis liepen.
Allemaallachte de moeder, we zijn
maar met z'n drietjes.
Ja maar het is toch eigenlijk de ver
keerde wereld dat ouderen hun gewoontes
veranderen en zich schikken naar een jon
gen van zeventien jaar al is het dan ook
maar voor een enkelen keer!
Neen sprak de jonge vrouw, dat ben ik
heelemaal niet met je eens.
Gelijk zou je pas hebben wanneer het ge
woonte werd dat de belangen der ouders
moeten wijken voor de jeugd en wanneer
de jongeren dat als iets vanzelfsprekends
dat hun toekomt zouden beschouwen.
Zoolang een groote jongen de bereidwil
ligheid van vader en moeder om hem ter
wille te zijn, met opoffering van eigen ge
mak of gewoonte weet te waardeeren, zoo
lang hij er zich van bewust is, dat het aan
vaarden van deze inschikkelijkheid hem de
verplichting oplegt, om zijnerzijds een even
groote bereidwilligheid te toonen, wanneer
het gaat om hun genoegens of gemak dan
doet hem dat meer goed dan kwaad zou ik
zeggen.
Ja maar de jeugd is egoist de jeugd
aanvaardt niet alleen weldadten in allerlei
vorm maar eischt ze zelfs en denkt er niet
aan hiervoor iets terug te doen.
De jeugd is heelemaal niet egoïst de
jeugd heeft een uiterst zuiver ontwikkeld
gevoel voor recht en redelijkheidwierp
de jonge vrouiw heftig tegen. Als de jeugd
egoist is dan is zij zoo geworden door de
laksheid en de gemakzucht der ouderen, die
voor een heel groot gedeelte niet wisten hoe
zij er mee aanmoesten en het er toen maar
bij hebben laten liggen.
Dus je wilt zeggen
Ik wil zeggen dat mijn jongen geen haar
beter of slechter is dan honderden andere
jongelui van zijn leeftijd uit een gelijk mi
lieu en dait die anderen precies evengoed
waar dee ring kunnen hebben en uiten voor
datgene wat hun ouders voor hen over heb
ben, dat zij evengoed het systeem van met-
gelijke-munt-betalen zouden kunnen toepas
sen, als het hun maar bijgebracht was, toen
zij nog klein genoeg waren om er aan te wen
nen, als aan iets uit het dagelijksche leven,
dat nu eenmaal zoo hoort en niet anders.
In den prillen lente-avond liepen wij naar
huis en wij peinsden over het probleem van
de rijpere jeugd.
Het systeem van met gelijke munt beta
len
Moet je je kinderen dan laten betalen
voor de liefde en de zorg die je ze schenkt.
Is dat begrip niet strijdig met de meest ele
mentaire beginselen van ouderliefde. Doen
wij dat wat wij voor onze kinderen doen
niet van ganscher harte met heel onze
liefde?
Werpen wij het denkbeeld niet verre van
ons, als zouden wij daarvoor iets terug willen
ontvangen, in welken vorm dan ook?
De meesten onzer zullen deze vraag met
een volmondig ja beantwoorden. En toch
en toch is er nog een andere kant aan
deze kwestie.
Wij kunnen vragen om een tegenprestatie
ten eigen behoeve, maar wij kunnen ook een
tegen-prestatie eischen voor het welzijn van
het kind. De rijpere jeugd bezit inderdaad
een zeer subtiel en zuiver ontwikkeld recht
vaardigheidsgevoel, waarop zelden tever
geefs een beroep zal worden gedaan.
Het is dit rechtvaardigheidsgevoel, dat
naar twee zijden moet worden ontwikkeld:
niet alleen het eigenbelang moet een punt
van overweging uitmaken, ook anderer be
lang moet ten volle meetellen.
De moeder, die een middag besteedt aan
de voorbereidingen voor de ontvangst van
de leden van de tennisclub van haar acht
tienjarige dochter, om den volgenden dag
een torenhooge stapel gebruikte bordjes en
kopjes te vinden, is volkomen gerechtigd om
te eischen, dat genoemde dochter thuis
blijft en zich aangenaam maakt als twee
dagen later de oud-oom van de familie met
zijn jicht, zijn slecht humeur en zijn stok
oude moppen op visite komt.
En als bet een kwestie is van och-laat-
maar-want-anders-'komt-er-weer-herrie, dan
is dat het beste bewijs, diait die moeder schro
melijk tekort-geschoten is, toen het tijd was
om met het systeem van-geven-en-nemen te
beginnen.
Het gansche leven en heel het maatschap
pelijk bestel berusten op het systeem van
geven en nemen.
Gelukkig de jongeren, die in hun prille
kinderjaren hieraan met vaste hand zijn ge
wend en die later in de huiselijke omgeving
de gelegenheid hebben gehad, om met hulp
en leiding van een verstandige moeder bet
aangeleerde in de practijk in toepassing te
brengen.
AMY GROSKAMP-TEN HAVE, II