In 32 uur van Schiphol naar Dakar.
Provisiekast ontbrak.
DONDERDAG 20 AUGUSTUS 19&
Tropische hitte op het laatste deel van het traject.
Mijnhardt's Zenuwtabletten.
Het Erasmus-hekbeeld te
Rotterdam.
In bruikleen gegeven aan
M useum-Boymans.
Landbouwer onder zijn wagen
geraakt.
Magnetiseur tot 900.boete
veroordeeld.
Ministers Gelissen en Deckers
naar Finland.
Hollandsche kaas in Spanje in
beslag genomen.
Goede raad in den wind
geslagen.
Deviezensmokkelaars gesnapt.
Nederlander weet nog juist
over de grens te komen.
Muggen plagen de menschen.
Een halve eeuw geleden
Uit Haarlem's Dagblad van 1886.
Vrachtauto bij botsing door
midden gespleten.
OPMERKINGEN VAN LEZERS
Reisverhaal van een tocht
naar Liberia.
w
Schiphol-Toulouse, Juli 1936
ranneer men Zaterdagmiddag om ruim
half vier in de Farman een plaatsje
heeft gevonden en Schiphol is onder
ons weggegleden, dan kan men zich
moeilijk voorstellen ongeveer twee en dertig
uur later in Dakar in West Afrika te zullen
zijn. Toch is het zoo. Maar afstanden bestaan
er nu eenmaal niet meer. In Rotterdam verliet
ons een groot gedeelte der medepassagiers en
anderhalf uur later streken we op le Bourget
neer. Na een vluchtig kijkje in het roezige
Parijs wisselde ik 's avonds omstreeks acht
uur de vliegmachine voor den sneltrein naar
Touk se. Van slapen kwam practisch gespro
ken niets. Het zonnetje kwam juist te voor
schijn, toen het eindstation werd bereikt en
ik in het kantoor van de Air France aldaar
mijn laatste voorbereidingen kon treffen. Het
was er een en al bedrijvigheid. Omstreeks half
zeven bracht de autobus ons naar het vlieg
veld. Blijkbaar hadden vijf passagiers geboekt.
Binnen een half uur bereikten wij door het
ontwakende Toulouse het beginpunt van de
vliegreis. De 3-motorige Dewoitine, Cassiopée
naamd, stond proef te draaien en om half ze
ven verlieten wij met z'n achten Toulouse. De
vijf passagiers en de drie leden der beman
ning, de eerste piloot, de mecanicien en de ra
diotelegrafist.
Toulouse-Barcelona.
Het bekende Canal du Midi ls voorloopig
onze leidsman. Vliegend over Languedoc her
kennen we de kleine kasfeelen, de dorpen met
huizen, welker daken hoog opgebouwd zijn,
de oude kerken, terwijl op den achtergrond de
toppen der Pyreneeën te herkennen zijn. Het
is een fantastisch schouwspel en deed mij te
rugdenken aan onzen tocht met de Graf Zep
pelin langs de zuidelijke uitloopers van dit
ruwe gebergte op de grens tusschen Frankrijk
en Spanje,
Rustig onzen tocht vervolgend, passeert de
Cassiopée het stadje Villefranche, daarna
Castelnaudry en Carcassonne.
De gedachte, dat ik thans de noodige voor
bereidingen kon treffen om in Lézignan mij
een oogenblik op den beganen grond te kun
nen verpoozen en mijn beenen eens uit te
strekken, bleek ijdel te zijn. Of dat een gevolg
was van het feit, dat de aansluitende vlieg
verbinding van Marseille geen passagiers en
post bracht, weet ik niet. Hoe het zij, wij vlo
gen Lézignan voorbij en alle passagiers nes
telden zich zoo gemakkelijk mogelijk in hun
stoeltjes. Intusschen begon mijn maag op be
denkelijke wijze te Jeuken. Maar de bekende
provisiekast in de Fokker F XVIII, die mij op
reis naar Indië, dag in dag uit, op voortref
felijke wijze verzorgde, ontbrak. Ik moest ge
duld oefenen en op onze eerste halteplaats
het een of ander zien te bemachtigen.
Intusschen hadden wij een prachtig uitzicht
gekregen op de Middellandsche Zee en het la-
gunengebied in de omgeving van Sigeau. Wij
passeerden Rivesalte, de geboorteplaats van
den bekenden Franschen Maarschalk Joffre
Met groote snelheid ging het verder. Diepe
ravijnen wisselden af met hooge bergtoppen.
Hier en daar onderscheidde men dc wijnstok
ken en uitgestrekte oppervlakten met olijf -
boomen. Ginds glinsterden de met sneeuw
bedekte bergtoppen in den zonneschijn. De
slaap had me daarna dusdanig te pakken ge
had, dat ik niet bemerkte, dat wij een half
uur later gingen dalen en ik eerst opschrikte
toen de wielen van ons landingsgestel over de
keien huppelden van een primitief, doch uit
gestrekt vliegveld. We waren op Barcelona-
Prat, een militair vliegveld, hetwelk door mijn
leeken-bril bekeken aan weinig moderne
eischen voldeed. Geheel in overeenstemming
daarmede was de mogelijkheid om den vlie
genden passagier zijn honger te doen stillen.
Niets van dat alles. Met een kopje ongeniet
bare zwarte koffie dienden wij het te doen.
Barcelona-Casablanca.
Om bij achten werd de reis vervolgd. We
vlogen langs de grillige Spaansche kust met
de talrijke visschersdorpen, die eenige leven
digheid aan het terrein gaven. Meer het bin
nenland in was het uiterst dor. De tempera
tuur in de cabine steeg op onrustbarende wij
ze. De Europeesche kleedij was een onding ge
worden. Eerst de omgeving van Tarragona, de
stad van de beroemde chartreuse, verschafte
ons een welkome afwisseling. Vanuit de verte
onderscheidden we de uitgestrekte delta van
de Ebro, waarna Valencia onder ons voorbij
trok en we de kustlijn verlieten om in Alican
te een tweede landing te maken. Het was in
middels tien uur geworden. Ook hier geen
maaltijd, hoe eenvoudig ook, zoodat wel als
zeker kon worden aangenomen, dat wij op
Afrika onzen hoop gevestigd moesten houden.
Gelukkig bood het traject na Valencia veel
bezienswaardigs. De mooie kerken van Carta
gena, de uitloopers van de Sierra Nevada en
korten tijd daarna de omgeving van Gibral
tar deden den honger vergeten. Aan de over
zijde dook Afrika op. We vermeden de ge
bieden van de Britsche verdedigingswerken
in Gibraltar's naaste omgeving en al duidelijk
ontplooide zich het nieuwe werelddeel, hetwelk
voor ons lag. Algeciras, omgeven door groene
vlakten, Ceuta, de kust met bergcomplexen
en uitgestrekte wouden. We bevonden ons in
de onmiddellijke omgeving van het gebied
waar Abdel Krim, nauwelijks tien jaar gele
den, zooveel beroering verwekte. Onheilspel
lend leek het terrein meer dan eens. Angst
wekkend door zijn grilligheid, zijn onherberg
zaamheid. Kan een mensch daar leven? Onder
een dergelijke verzengende hitte, zonder de
schaduw van palmengroepen, zonder het on
ontbeerlijke drinkwater? Men staat als voor
een raadsel. De Cassiopée snelde voort. De
Byzantynsche Kathedraal van Oran, de ne
gerdorpen, de blauwe zee, die ons het beeld
van de Cöte d'Azur in herinnering bracht,
maar hier een onbewoonde Cötë d'Azur, de
rotsformaties van het Atlasgebergte, de plaat
sen, waar houtskool gemaakt wordt, de poort
van Marokko in de omgeving van Tazza en
eenigen tijd later Meknes met moderne stads-
wijken en ten slotte het beeld van de groote j
stad Casablanca; dat alles speelde zich voor
ons af, als de kleurige beelden van een kalei- 1
doscoop. 's Middags omstreeks twee uur
stond ons gezelschap bijeen op het moderne
vliegveld van het moderne centrum Casablan
ca, de stad, die nog slechts een twintigtal ja
ren bestaat. Het restaurant verschafte ons
hors d'oeuvre, vleesch en brood en veel ver-
frisschende dranken. Ongeveer een uur later
was het andermaal aantreden en tegen drieën
hadden wij onze plaatsen ingenomen in een
frlssche machine, die ons 2400 K.M. verder
naar Dakar zou brengen.
Casablanca-Dakar.
Aan een uiterst corpulenten Franschen pi
loot, ook in dit geval bijgestaan door een me
canicien en radio-telegrafist, vertrouwden wij
ons met ons vijven toe. De zon beukte on
barmhartig op de metalen machine. De tem
peratuur in de cabine was voor ons passa
giers moordend. Dan nog maar liever met
Smirnoff eenige uurtjes door een zandstorm
boven de Sirische woestijn! Niettegenstaande
onze Fransche machine met groote gelijkma
tigheid haar reis voortzette en een aanzienlij
ke doorsneesnelheid ontwikkelde, was deze
niet in staat ons frissche lucht toe te voeren.
In dien toestand bleven wij verkeeren gedu
rende de middaguren, zoolang de tropische
zon haar kans kon waarnemen. De omstan
digheden waren oorzaak, dat de lust om aan-
teekeningen te maken uiterst gering was. Het
zal wel onnoodig zijn daaraan toe te voegen,
dat na ieder kwartier naar buiten kijken ze
ker een half uur volgde, dat wij een dutje
trachtten te doen. Maar ten slotte waren wij,
als passagiers, in de gelegenheid te doen wat
wij wilden, mits wij binnenboord bleven, maar
de cockpit-bewoners staan er anders voor. Al
mochten zij door een dun gordijntje, boven
hun hoofden gespannen, zich een weinig kun
nen beschermen tegen deze hitte, zij zijn o.m.
genoodzaakt op alles acht te slaan. Met be
wondering bekeek ik hunne verrichtingen,
boven die geweldige gebieden waarvan men
zich feitelijk geen voorstelling moet probee-
ren te maken, wanneer men er nooit ge
weest is.
Eerst in den laten namiddag werd het iets
koeler. De zon maakte aanstalten ons te ver
laten, de laatste stralen gaven aan het terrein
een fantastischen schijn en omstreeks half
acht maakten we onze eerste tusschenlanding.
In een afgeschoten gedeelte van de hangar
stonden twee gedekte tafels. Een voor de le
den van de bemanning, een voor de passagiers.
Het was uiterst primitief. Eenige hard gekook
te eieren, een kippenbout, eenige augurken,
een stukje koud vleesch, een banaan en harde
pruimen. De eetlust was miniem, het bier
vond goeden aftrek. En toen we onze plaatsen
andermaal opzochten was het donker. De ster
ren flonkerden, van eenig uitzicht was na
tuurlijk geen sprake meer en blijkbaar had
geen mijner medereizigers eenige animo het
licht in de cabine aan te steken. De hitte van
den middag had ons afgemat. En voort ging
het met de dommelende passagiers over Afri-
kaansehe gebieden, honderden kilometers ach
ter elkander. Totdat het licht van één of
meer grootere schijnwerpers mij trof en een
zeker geknetter in mijn ooren verried, dat wij
daalden. In de cabine was het plotseling een
groote bedrijvigheid. Het gevoel het eindpunt
te bereiken. Met groote nauwkeurigheid
bracht de bekwame Fransche piloot ons niet
alleen op het vliegveld, waarvan wij de roode
bakenlichten weldra herkenden, maar taxiede
ons keurig tot in de opening van de hangar
Koffers en post werden uitgeladen en eenigen
tijd later ten deele.... weer ingeladen. We
waren nog niet in Dakar. Nog ruim honderd
kilometer van het eindpunt. Wreede ontgoo
cheling, waarin wij ons hadden te schikken
Maar wat beteekent 100 kilometer op het beele
traject Amsterdam-Dakar. In die gedachte
ging het kort daarna verder, door het duister,
met hier en daar een enkel lichtje op den
beganen grond. Totdat nieuwe lichtbundels in
onze cabine binnendrongen en wij de zeker
heid kregen het eindpunt bereikt te hebben
Zoo was het ook. En evenals mijn vrouw des
tijds op Tjililitan aanwezig was om mij af te
halen na mijn Indië-vliegreis, was zij nu pre
sent na mijn Amsterdam-Dakar-trip. Per
auto gingen we langs den 6 K.M. donkeren
weg naar ons hotel. Eén uur later dan ik ge
dacht had vond ik mijn bed. waarnaar ik
hartstochtelijk verlangde
MOLLERUS
Nfli-uone en overspannen, onrustig
nerveus en slapeloos. Men gebruike
hiertegen de zenuwstillende en zenuwsterkende
Glazen buisje 75 ct. Bij A,poth. en Drogisten
(Adv. Ingez. Med.)
Rede van den Japanschen gezant.
Woensdagmiddag heeft de Japansche ge
zant Toshihiko Taketomi, het hekbeeld van
het 16de eeuwsche Rotterdamsche schip „De
Liefde" voordien genaamd „Erasmus", welk
beeld door het keizerlijk museum te Tokio in
bruikleen is gegeven ten behoeve van de
Erasmus-tentoonstelling in het museum Boy
mans, aangeboden aan den burgemeester van
Rotterdam, mr. P. Droogleever Fortuyn.
De burgemeester verwelkomde den gezant
en de vertegenwoordigers van de ministers
van Buitenlandsche Zaken en Onderwijs en
voorts de afgevaardigden van verscheidene
corporaties.
In de Engelsche taal hield de gezant ver
volgens eendrede, waarin hij iets van de
wederwaardigheden van het Rotterdamsche
schip „De Liefde" mededeelde, en uiteenzette,
waarom de Japansche regeering het houten
beeld van Erasmus Roterodamus, afkomstig
van „De Liefde" beschouwt als een van Japan's
nationale schatten.
Dit geschiedde in de eerste plaats om den
wereldberoemden man te eeren, maar even
zeer om het eerste bezoek van de Nederland-
sche zeevaarders te herdenken, dat een uiterst
belangrijk keerpunt vormde in de lange ge
schiedenis van het afgesloten Japan.
In het keizerlijk museum te Tokio zeide de
gezant o.m. herinnert het beeld aan het
eeuwenoude vriendschappelijke verkeer tus
schen onze beide landen en aan den geest
van onverschrokkenheid en onverwoestbare
energie, destijds en ook nu nog een kenmerk
van Hollands beroemde haven Rotterdam.
Spr. herinnerde aan het principe van de
Japansche regeering om slechts bij hooge
uitzondering de nationale schatten het land
te doen verlaten en hoopte, dat het Erasmus-
beeld bij den terugkeer in Tokio een her
nieuwde boodschap zou brengen van hartelijk
verkeer tusschen Holland en Japan.
De gezant deelde nog mede, dat de Japan
sche vereeniging voor de bevordering van
internationale cultuur het plan heeft opge
vat aan de stad Rotterdam een model van het
houten Erasmusbeeld aan te bieden zoodra het
in het museum te Tokio is teruggekeerd.
Met een korte rede beantwoordde de burge
meester de toespraak van den gezant.
De heer W. A. Engelbrecht heeft vervolgens
een uiteenzetting gegeven van de beteekenis,
die voor het Japansche en het Nederlandsche
volk verbonden is aan het beeld van Erasmus.
KINDJE DOOR TREIN OVERREDEN EN
GEDOOD.
Het tweejarig kindje van den landbouwer G.
J. Lensink te Loo, gemeente Bathmen. is door
een trein, die achter het huis van den land
bouwer loopt, overreden en op slag gedood.
Het kind was een oogenblikje aan de aan
dacht van de ouders ontsnapt en op de spoor
baan terecht gekomen.
Voor den Delftschen kantonrechter mr. C.
W. de Rochefort stond Woensdagochtend een
inwoner van Delft terecht wegens het uit
oefenen van de geneeskunst zonder daartoe
bevoegd te zijn. Zes patiënten van den ver
dachte werden als getuigen gehoord en ver
klaarden dat zij bij de behandeling veel baat
hadden gevonden en niet hoefden te betalen.
De meesten echter legden na elke visite wel
wat geld op tafel.
In zijn requisitoir zeide de ambtenaar van
het O.M. van meening te zijn, dat hier sprake
was van een zeer ernstige overtreding, aan
gezien verd. niet bekwaam is om een diagnose
te stellen.
Hij doet dat op zijn „boerenflüitjes" (deze
laatste uitdrukking bezorgde den ambtenaaf
een reprimande van den kantonrechter). Na
dat de ambtenaar nog had gezegd dat hij
wel wist, dat gemagnetiseerd water gewoon
water was, waarmee wat hocus pocus was ge-
gedaan, eischte hij een boete van 9 maal 100
subs. 9 maal 10 dagen onvoorwaardelijk en
9 maal 1 week hechtenis voorwaardelijk. De
verdachte hield hierna een betoog over zijn
werk, dat hij onder geen omstandigheden zal
neerleggen.
De magnetiseur werd conform den eisch
veroordeeld.
ONGELUK BIJ BERGINGSWERKEN.
Tijdens den storm van eenige weken gele
den is een bak van de inpolderingswerken
nabij Urk gezonken. Bij de lichtingswerk
zaamheden, welke Woensdag plaats hadden
hing de bak tusschen twee kranen, toen een
poot van de kleinste kraan brak en de heele
stellage naar beneden stortte. In den bak wa
ren drie menschen aan het werk. In allerijl
werd hulp geboden om dezen van den ver
drinkingsdood te redden. Een der drie, de uit
voerder van het werk, de heer Remans, was er
het ergst aan toe. Hij zat tusschen de kraan
en een lier bekneld. De man had zware in
wendige kneuzingen opgeloopen. Hoewel men
aanvankelijk vreesde voor zijn leven, is er
voor het slachtoffer thans weer hoop.
GOEDE SIER GEMAAKT VAN GESTOLEN
GELD.
De politie te Tegelen is er Woensdagmiddag
in geslaagd den zestienjarigen P. en de 22-
jarigen T. beiden woonachtig te Venlo aan te
houden. P. heeft daar ten nadeele van zijn
patroon een bedrag van 150 gulden ont
vreemd. Met dit geld op zak heeft het twee
tal een uitstapje per taxi door Duitschland
gemaakt, waarbij het de som vrijwel geheel
heeft opgemaakt. De aangehoudenen zijn ter
beschikking van de politie te Venlo gesteld.
Onderzoek naar mogelijkheden voor den
Nederlandsch-Finschen handel.
Bijna op slag gedood.
Woensdagavond is de ongeveer zestigjarige
landbouwer M. Mesken te Smilde, terwijl hij
een voer tarwe naar huis wilde brengen, ver
moedelijk door het schrikken van zijn paard,
dat op zij sprong, onder den wagen geraakt.
Zijn zoon, die op een afstand het ongeluk zag
gebeuren snelde toe en bevrijdde zijn vader
uit diens netelige positie. De doktoren uit
Smilde en Appelscha die zeer spoedig ter plaat
se waren, constateerden den dood. De overle
dene was een vooraanstaande figuur in het
vereenigingsleven van Appelscha. Hij was
bedrijfsleider van de coöperatieve aardappel
meelfabriek „Oranje" te Smilde en sedert tal
van jaren lid van den gemeenteraad van
Smilde.
Van de indertijd uit schepen van de Kon.
Neri. Stoombootmij. te Tarragona geloste la
dingen zijn alle kaaszendingen door de Spaan
sche regeering in beslag genomen.
De directie van de K.N.S.M. heeft volgens
de N. R. Ct. wegens deze inbeslagneming geen
stappen bij het departement van buitenland
sche zaken gedaan.
HAVENARBEIDER DOOR HIJSCH BOOM
STAMMEN GETROFFEN.
Zeer ernstig gewond.
De 41-jarige havenarbeider, W- Hanegraaf,
te Schiedam, was Woensdagavond te ruim 10
uur aan boord van het stoomschip Albi, dat
in de Waalhaven te Rotterdam ligt, bezig met
het verladen. van zware boomstammen. De
man is toen gestruikeld juist Op het oogenblik,
dat een hijsch naar beneden kwam. Een van
de zware stammen heeft den man in zijn rug
geraakt. De man kreeg zeer ernstige verwon
dingen. Men vreest voor zijn leven.
Naar wij vernemen, zullen de minis
ters van Landbouw en Visscherij, mr.
dr. Deckers en van Handel, Nijverheid
en Scheepvaart, prof. ir. Gelissen,
Vrijdag a.s. den Haag verlaten om zich
naar Finland te begeven, in welk land
zij eenige dagen denken te vertoeven.
De directeur-generaal van Handel en Nij
verheid, dr. Hirschfeld, die momenteel met va-
cantie in Zweden vertoeft, zal zich in Helsing-
fors bij de ministers voegen.
Het doel van dit bezoek is ,een indruk te
krijgen van den economischen toestand in
Finland en van de mogelijkheden, welke voor
den Nederlandsch-Finschen handel aanwezig
kunnen worden geacht.
Jongen in snel-stroomende beek verdronken.
Woensdagmiddag is bij het baden in de
Lebbenbeek bij Borculo de 16-jarige B. van
den Heuvel, een pupil van het Leo-gesticht,
een R.K. gesticht voor verwaarloosde jongens,
verdronken. Na herhaaldelijk gewaarschuwd
te zijn was de jongen toch in dat gedeelte
gaan zwemmen, waar de stroom zeer sterk is,
met het noodlottig gevolg, dat hij onmiddel
lijk wegzonk. Toeschouwers, onder wie zich
een geestelijke bevond, snelden toe, doch het
mocht niet gelukken den jongen te redden. Na
eenige uren van vruchteloos zoeken, werd ein
delijk het lijk gevonden.
DE ZONDERLINGE LANDLOOPER OOK
DOOR ZIJN VROUW HERKEND
Intusschen blijft hij ontkennen
iets van een diefstal af te weten.
Zooals wij onlangs hebben gemeld is de ex-
administrateur van den Gemeentelijken Ge
neeskundigen dienst te Rotterdam, die tegen
het einde van 1927 met een bedrag van
f 24.000 verdween, zwervend in de omgeving
van Apeldoorn aangehouden. Na zijn arresta
tie werd hij geschoren en geknipt, waarop
verschillende vroegere collega's hem herken
den. Bij een confrontatie met zijn vrouw heeft
deze thans ook in den landlooper Konke haar
man herkend. Intusschen blijft de man in zijn
rol volharden en ontkend iets te weten van
het bestaan en nog minder van de gedragin
gen van den vroegeren administrateur.
Duitscher gearresteerd.
Door de Duitsche douanebeambten aan de
grens bij Tegelen werd Woensdagmiddag ont
dekt. dat de twee inzittenden van de vracht
auto van de expeditiefirma van Wijlick uit
Venlo ongeveer 2000 mark uit Duitschland
wilden smokkelen. De chauffeur, de Venlonaar
W wist tijdens het onderzoek over de Neder
landsche grens te vluchten. De andere per
soon. die uit Viersen afkomstig is, werd ge
arresteerd. Auto en geld zijn in beslag ge
nomen.
Reusachtige zwermen aan de Gooische kust
en op Urk.
De myriaden groene muggen, die het Noor
delijk deel van het IJsselmeer bezoeken, zijn
thans ook weer aan de Gooische kust ver
schenen.
Sedert eenige dagen vertoonen zich, volgens
het Hbld., heele wolken van deze muggen bo
ven het strand en omgeving van Valkeveen;
des daags houdn zij zich meestentijds schuil,
vooral wanneer er een beetje wind staat. Zij
houden zich dan op in de boschjes langs den
zeekant en in de breede strook van riet en
ziltgewassen, die na de afsluiting van het
IJsselmeer op het strand zijn gegroeid.
Zoodra echter de schemering valt komen
reusachtige zwermen opzetten; al steken de
dieren niet, hun tegenwoordigheid wordt niet
op prijs gesteld en de meeste bezoekers van
Valkeveen trotseeren de komst van de groene
muggen niet en zoeken een heenkomen land
waarts. Overdag kan men ze, op alle beschutte
plaatsen in de nabijheid van Valkeveen zien
zitten. Heele legers van deze insecten, met
hun lange groene achterlijven, treft men bijv.
soms aan den binnenkant van parasols aan.
Ver landinwaarts zijn de muggen nog niet
waargenomen.
De muggenplaag langs het Huizer-Naarder-
strand heeft met de laatste warme dagen on
gekende afmetingen aangenomen; op het wa
ter drijven grijsbruine vlekken, het zijn neer
gestreken muggenzwermen; vaartuigen, die
de haven binnenkomen zijn met groezelige
lagen dezer insecten bedekt.
Wie tegen zonsondergang langs de kust
wandelt, zou meenen, dat er wolken rook of
stoom de lucht ingeblazen worden. De bruine
banken teekenen zich duidelijk tegen de lucht
af en in de nabijheid van zulk een dansende,
vliegende pyramide, is het een gebrom of in
de verte een vliegmachine nadert. Het verblijf
van kampeerenden op het strand is sommige
gedeelten van den dag ondraaglijk. De men
schen ontvluchten dan hun tenten en trekken
een eind terug het eikenhout in of de heide
op, waar de dichte zwermen zich tenminste
niet meer ophouden.
Op Urk het leven onmogelijk.
Op Urk moeten de muggen het leven bijna
onmogelijk maken. Naar de Tel. meldt, was
het Dinsdagavond omstreeks 9 uur in de
nauwe straatjes van het dorp zoo druk van I
dansende muggen, dat alleen zij, die beslist
buiten moesten zijn, het waagden op straat I
te komen. Het was zoo erg, dat de straatver
lichting verduisterd werd....! I
20 Augustus:
VERGADERING VAN DEN
GEMEENTERAAD.
Daar de burgemeester door ongesteld
heid verhinderd was zijn functie als
voorzitter waar te nemen, werd deze zit
ting gepresideerd door den heer dr. C. G.
von Reeken.
Omtrent het voorstel van B. en W. om
de bierkelders onder de Vleeschhal voor
loopig weer voor een jaar te verhuren,
had de commissie van financiën be
zwaar, wijl zij de geheele hal tot het
doel ter beschikking wenschte te hebben;
in de tweede plaats wenschte het Dage-
lijksch Bestuur ƒ200 ter beschikking te
houden, ten einde de hal weder voor den
verkoop van vleesch in te richten en de
uitstalbanken voor 1 jaar in het open
baar te verhuren, en tot verscherping
van het toezicht een onder-keurmeester
aan te stellen op een jaarwedde van
600.—.
De heer Huët wenschte het gebouw
zoo doelmatig mogelijk in te richten.
Eenige banken moesten onverhuurd blij
ven voor den gaanden en komenden
man en Zaterdagavonds de markt open
gesteld worden, dewijl dan het groote
publiek gewend is te koopen.
De heer Dyserinck wees op eenige kos
ten die het weder in gebruik nemen der
Vleeschhal zou vorderen, doch daar
tegenover stond dat de afgezonderde
banken gevoegelijk voor 0.50 per dag
zouden kunnen worden verhuurd.
De heer Enschedé is, evenals voor
gaande sprekers, van oordeel, dat de
gemeente zich hiervoor eenige onkosten
moet getroosten; hij acht het verhuren
der kelders niet raadzaam.
Op voorstel van den heer Macaré
wordt de zaak opnieuw uitgesteld.
Chauffeur zeer ernstig gewond.
Woensdagavond omstreeks zeven uur is
door tot nu toe niet opgehelderde oorzaak
een zware expeditieauto van den expediteur
Oosterloo uit Bedum nabij Elburg aan het
slingeren geraakt en met volle vaart tegen
een boom gevlogen. De botsing was zoo hevig
dat de wagen van voren geheel werd inge
drukt en de laadbak overlangs door midden
spleet, zoodat beide helften om den boom
klemden. De chauffeur J. V. raakte tusschen
de brokstukken bekneld, en moest worden uit
gezaagd. Hij had ernstige inwendige kneu
zingen en een beenbreuk opgeloopen en is
naar een ziekenhuis te Zwolle vervoerd.
Bij de zwaai, welke de vrachtauto maakte,
ramde deze, alvorens tegen den boom tot
stilstand te komen, een tegemoet komende
auto van dr. D. J. B. uit Doornspijk en een
tweetal wielrijders. Auto en rijwielen werden
geheel vernield, ernstig persoonlijk letsel werd
gelukkig niet veroorzaakt. De rijksveldwacht
stelde in samenwerking met de marechaussee
een onderzoek naar de oorzaak in en de toe
dracht van het gebeurde.
WROEGING.
Bij de politie te Amsterdam heeft zich een
28-jarige bouwkundige aangemeld, die in
dienst is bij een makelaar te Amsterdam. De
man verklaarde, dat hij van eind 1934 af tot nu
toe geld verduisterd had ten nadeele van zijn
patroon. Hij kon niet precies opgeven hoe
groot het totale bedrag van de verduistering
is, doch hij schatte het op drie a vijf duizend
gulden.
De centrale recherche waarschuwde de po
litie van het bureau Leidscheplein, die een
onderzoek instelde en de mededeeling van den
bouwkundige ter kennis bracht van den ma
kelaar, die niet te Amsterdam woonachtig is,
doch er slechts zijn bedrijf uitoefent. Hij over
weegt of hij tegen den man, die een neef van
hem is, een strafklacht zal indienen.
KIND TE WATER GERAAKT EN
VERDRONKEN.
Woensdagmorgen is te Onderdendam, ge
meente Bedum, het vijfjarig dochtertje van
den landbouwer Koenes, dat een boodschap
moest doen bij een buurvrouw, in het voor de
boerderij loopende kanaal geraakt en ver
dronken.
AUTO MET OUDEN VAN DAGEN IN DROGE
SLOOT GERAAKT.
Woensdagmorgen te omstreeks tien uur is
in de Knijpslaan te Hoogezand door onbekende
oorzaak een auto, waarin ouden van dagen
uit Appingedam een tochtje in de omgeving
maakten, uit de rij voertuigen geraakt en in
een langs den weg loopende droge sloot te
recht gekomen. In de auto zaten, behalve de
bestuurder, twee bejaarde echtparen. Van hen
werd mejuffrouw Bosgraaf zoo ernstig gewond,
dat zij door een dokter uit Hoogezand moest
worden verbonden, waarna zij per auto naar
haar woning te Appingedam werd vervoerd.
De tocht werd hierna, zij het met groote ver
traging voortgezet. Naar de oorzaak van het
ongeval wordt een onderzoek ingesteld.
KLACHTEN OVER DE STRAND-
VERORDENINGEN.
Een lezer schrijft ons:
Bij verordening is het verboden aan het
Zandvoortsche strand nabij den Zeeweg in
een meegebrachten stoel in het zand te gaan
zitten. Men is verplicht hiermede in de tent te
blijven. Met een gehuurden stoel is dit wel
toegestaan. Daar het niet iedereen convenieert,
een stoel te huren, zou het zeer gewenscht
zijn, indien aan dezen toestand een einde
kwam.
Bij informatie bij de politie te Zandvoort
bleek ons het volgende:
Inderdaad is het bij politieverordening ver
boden voorwerpen op het strand te plaatsen.
Wu men dus met een stoel in het zand gaan
zitten, dan is men verplicht daarvoor huur te
betalen. Wil men dit niet, dan moet men zoo
maar in het zand gaan zitten, zonder stoel.
Aangezien het hier een officieele verordening
betreft, zal daarin niet zoo gemakkelijk wijzi"
gmg kunnen worden gebracht.
RED.