Een indrukwekkende rouwplechtigheid te Parijs. De geheimzinnige Gastheer FEUILLETON Op doorreis naar Zweden arriveerde Dinsdagmiddag op Schiphol de Zweedsche Oceaanvlieger Kurt Björkvall, alwaar hij verwelkomd werd door den Zweedschen piloot Lindholm (rechts) Het défilé der troepen langs het stoffelijk overschot der slachtoffers van de ramp der „Pourquoi Pas" tijdens de begrafenisplechtigheid met nationale eer te Parijs De Zweedsche Oceaanvlieger Kurt Björkvall voor het toestel, waarmede hij Dinsdagmiddag uit Engeland op doorreis naar Zweden op Schiphol arriveerde De nieuwe Douglas D.C. 3, de .Ibis", is Dinsdag op Schiphol aange komen, waar het vliegtuig, alvorens op den geregelden lijndienst der K.LM. in gebruik te worden genomen, zal worden .ingevlogen" Voor het nieuwe Beursgebouw aan den Coolsingel te Rotterdam wordt thans de fundeering gelegd. Op den achtergrond het hoofdpostkantoor en de toren van het stadhuis Kapitein luitenant ter zee L. G. L van der Kun is onder eervolle ontheffing van de betrekking van sous-chef van den marine-staf ter beschikking gesteld De Amerikaansche journalist-wereldreiziger Ekins onmiddellijk na zijn aankomst op het vliegveld van Rangoon met het K.LM.-Indië-vliegtuig, de „Kwak" door ELSA KAISER. 26) „Ja, tenminste de bijna overledene", ant woordde Dennis. „De man die gelukkig enkel i maar zwaar werd gewond en na een langdurig ziekbed genas. Dit schijnt Maitland te weten zijn gekomen en toen begon hij aan zijn plan nen. Uw vader wist natuurlijk van niets om dat hij niet meer met zijn vroegere bekenden in verbinding stond". „Maar dan is hij toch geheel onschuldig!" riep William uit. „Ja, dat is hij ook, had hij het maar ge weten dan was u veel bespaard, maar helaas wist hij het niet. Gelukkig dat u tijdig ingreep, want u zoudt anders binnen enkele dagen niet alleen een doorarm man zijn geweest, maar bovendien zou uw vader of vermoord zijn geworden of de hand aan zichzelf hebben ge slagen. Doch nu ben ik aan het slot en zeker wel het moeilijkste deel van mijn ver haal gekomen, vervolgde Dennis. „Ik kwam hier aan en hoorde van mijn re laties dat uw vader ten einde raad. murw en lamgeslagen door dezen Maitland, een einde aan zijn leven wilde maken, u moet nog altijd niet uit het oog verliezen dat Maitland hem deed gelooven dat hij een moordenaar was. Ik ging onmiddellijk naar mademoiselle de Tracy en vroeg haar mij te helpen om op nieuw een onderhoud met uw vader te hebben. Zi' smokkelde mij binnen, tenminste zij hield u beiden een oogenblik in den rozentuin aan de praat en ik die den weg wist. sloop naar binnen. Uw vader schonk mij zijn volle ver trouwen, maar ik vond het beter u nog niet te waarschuwen, want als hij zelf niet de hand aan zijn leven sloeg, zou Maitland die taak wel overnemen, hij moest dus bewaakt wor den. Uw vader vertelde mij dat hij meende den doode in de wapenzaal te hebben gezien, maar daar de man geen woord zeide, dacht hij aan hallucinaties te lijden. Het leven stond hem tegen, hij was alles moede. Doch ik slaagde er in hem te laten beloven nog een paar dagen met een beslissende daad te wachten". „Heet die vermeende doode soms Bowson?" vroeg William. „Precies", antwoorde Dennis. „Hoe komt u daaraan?" „Dat zal iku zeggen. Een paar dagen geleden ging ik op mijn eigen houtje eens op onder zoek uit, echter zonder resultaat. Teleurgesteld liep ik door het bosch naar huis toen ik plotse ling een stem tusschen het kreupelhout hoorde fluisteren: „Bowson, denk om den ouden Kings, ik klaar het zaakje wel, zorg jij voor de papier„Wie is daar?" riep ik, maar kreeg geen antwoord. „Dat was niet zeer slim", lachte Dennis. Willam knikte en werd rood. „Ik dacht er niet meer aan", zeide hij verlegen, „maar op den avond toen Lutton en ik het vreemde geluid hier hoorden, schoot het mij te binnen. Ik vroeg vader naar dien naam en u weet de gevolgen". „Het was heel jammer dat u toen daar in dat bosch riep, u had beter gedaan met te luisteren", zeide Dennis. „Ja natuurlijk heb u gelijk", gaf William toe, „maar ik was zoo geschrokken, dat ik mij er geen rekenschap van gaf wat ik deed". Dennis knikte. „Natuurlijk, dat is zeer be grijpelijk, maar ik zal intusschen snel de rest van de geschiedenis vertellen. Op den bewus- t,en avond toen ik bij uw vader was, samen met mademoiselle de Tracy, kwam notaris Dickson, deze had een schuldbekentenis bij zich waarin uw vader verklaarde een zoo groote som aan Maitland verschuldigd te zijn dat hij, zoodra Maitland deze opeischte, geen cent meer van zijn vermogen bezat. Het papier was gereed alleen de handteekening ontbrak nog. U herinnert zich, dat ik met freule de Tra'cy Tracy terugreed als Karei haar bediende, Wel nu zij zette mij daar bij het jachthuisje af, voordat de notaris er was. Ik had de noodige bewijzen van de andere misdaden door onzen vriend begaan, in handen en kon hem dus in naam der wet arresteeren. Nu bleef mij nog enkel over de „doode", zekere Bowson te vinden. Dat was niet moeilijk meer. Maitland vertelde mij waar ik hem kon vinden. En nu zitten wij hier op hem te wachten. Hij is de eenige man die uw vader rust kan geven!" „Vader had hem toch al in de wapenzaal gezien?" „Ja, juist, maar hij geloofde toen aan een hallucinatie en bovendien, Bowson is erg ver- veranderd. Het was hier donker, hij zag slechts een schimmigen omtrek en verloor op het zelfde oogenblik het bewustzijn", legde Dennis uit. Lutton stemde dit toe. „Het is alles heel begrijpelijk", zeide hij, „den toestand van den ouden heer in aanmerking genomèn, men kon hem in dat oogenblik geen juist waarnemings vermogen toekennen". Temeer nog", viel Dennis bij, „omdat het niet in de bedoeling van Bowson lag uw vader te ontmoeten, hij was door Maitland als „klap op den vuurpijl" bedoeld. U beiden overviel hem en de oude heer, bang voor Maitland. greep in". „Maar", begon William die nog niet gerust was, „die Bowson zal wel een afspraak met Maitland hebben dus kan hij met de chan tage doorgaan?" „Neen", zeide Dennis stellig, „dat kan hij niet, ik heb hem voor de keuze gelaten óf het lot van zijn confrater te deelen. óf in het buitenland met hulp van uw vader een nieuw leven te beginnen. Hij koos het laatste...." Dennis had nog niet uitgesproken toen de huishoudster de deur openwierp en zeide: „Mijnheer Dennis, hier is de man dien u wilde spreken Een kleine man, met glad geschoren, buiten gewoon bleek gelaat, trad binnen. „Wel", zeide Dennis, die opgestaan was, vriendelijk, „dat is prachtig. Wij zullen nu de zaak ten einde brengen. Mijnheer Kings is bereid u te ont vangen. Een oogenblik heeren", zeide hij tot de twee jongelui gewend en verliet met Bowson de kamer. Lutton en William zaten zwijgend op zijn terugkeer te wachten. Eindelijk verbrak Wil liam het zwijgen. „Lutton, beste kerel," be gon hij, „wat ben ik blij dat jij den moed had in te grijpen, denk eens inals je ver leden week niet onmiddellijk met mij was meegegaan De twee vrienden drukten elkander de hand. Even later trad Dennis alleen weer binnen. „Nu", lachte hij, „daar hebben we een duister zaakje tot een prachtig einde gebracht, het heeft helaas één leven gekost, maar verder is niets verloren. We hebben een mensch gered, of liever twee menschen en de politie kon, dank zij u, een gevaarlijk individu knippen. O ja, ik moet nog iets vertellen, jullie herinneren zich dat onopgeloste schot van daarstraks in 't bosch! Dat is opgehelderd. Een der knechts van het goed was op zijn eigen houtje het bosch ingegaan om ook te zoeken, hij ver trouwde het niet, de brave kerel! Het was een lumineus idee van den kerel, want hij bewees, zonder het te weten, een groote dienst. Ik zeide u daareven immers dat Maitland door mijn menschen bewaakt werd?" De twee jongelui knikten vol belangstel ling. „Nu enfin," vervolgde Dennis .die Maitland is een handige duivel Hij wist op de één of andere manier los te komen en holde het bosch in, pardoes in de armen van uw knecht, mijnheeT Kings. De man had Maitland een paar maal gezien en vond hem verdacht hij wist niets beters te doen dan hem een lading hagel in de beenen te schieten. Ziedaar de oplossing. Vergeet dien man niet, mijnheer Kings, zulk een kracht krijg je in den tegen- woordigen tijd niet gemakkelijk. En stuurt u nu de menschen maar naar bed. Als ik nog een laatsten raad mag geven, zou ik willen zeggen, bedenkt u hen morgen maar eens, ze hebben zich allen kranig gehouden. Ziezoo het stuk is uit, het scherm zakt, twee men schen „Wacht even", verzocht Lutton, „je zegt twee menschen, het zijn er drie, genadige hemel als ik er aan denk dat ik je bijna had doodgeschoten, daar straks Dennis lachte hartelijk. „Ja, ja", zei hij vroolijk, „die Dennis is nog zoo dom niet, hij ging, voordat hij in het bosch begon te zoeken, eerst naar een zekere slaapkamer en ont laadde door een wapen dat op de tafel lag, ik dacht, „je kunt nooit weten, die Lutton schrijft zulke gruwelijke geschiedenissen Alle drie lachten ze hartelijk. „Ik ben hier nu heelemaal vrij", zei Dennis na een poosje, „ik moet echter nog één ding zeggen: de oude heer Kings bezit werkelijk geen cent meer Hij wachtte even om den indruk van zijn woorden waar te nemen en dan zeide hij glim lachend in het verblufte gezich van William.' „Hij heeft namelijk daarstraks zijn geheele vermogen overgeschreven op naam van zijn eenigen zoon William. Mijn felicitaties, kas teelheer", besloot hij hartelijk en drukte nog- eens William's hand. EINDE.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1936 | | pagina 8