Engeland en België in de
Europeesche politiek.
Paul van Zeeland als vredesapostel.
VOOR MUZIEK
INSTRUMENTEN
W. ALPHENAAR
Thijs Us en Dickie Dons in de wolken.
België als sluitsteen van West-Europa.
De Brusselsche gemeenteraad
en de warenhuizen.
ZAT ERDAG 28 NOVEMBER 1936
Redevoeringen van Eden en
Van Zeeland te Londen.
Amerika.
Rocevelt over het doel der
Pan-Amerikaansche
conferentie.
Koude belemmert gevechts
operaties in Spanje.
De negus eischer in civiel
geding.
Spaansche regeering wendt
zich tot den Volkenbond.
Sir Basil Zaharoff overleden.
Geen kunst „critiek" meer in
Duitschland.
en
KRUISWEG 49
HAARLEM
ONZE DACEUJKSCHE KINDERVERTELLINC.
unep, ïnnuenza. heeft om sp0edig
Overeenstemming tusschen
Japan en Italië.
Stichtingsbestuur Jamboree
afgetreden.
Aan een dejeuner van de internationale
Kamer van Koophandel heeft de Belgische
premier Van Zeeland een redevoering uit
gesproken, waarin hij o.m zeide:
Onze geographische ligging maakt
ons land tot den sluitsteen van West
Europa. Men kan niet aan den sluit
steen komen, zonder het gebouw te
vernielen. In geen enkel ander land
veroorzaakt het wapenrumoer zoo
veel ongerustheid als in België. Voor
ons is het een plicht jegens ons zelve
en onze buren het maximum van
wat in ons vermogen ligt te doen
teneinde welke verleiding ook om
ons aan te vallen of ons gebied te ge
bruiken als afleortingsweg af te
wenden.
De Engelsche minister van Buitenland-
sche zaken, Eden, antwoordde oo deze rede
met een toespraak waarin hij zeide: „wij be
vestigen bij deze gelegenheid, dat de onaf
hankelijkheid en onaantastbaarheid van
België een vitaal belang vormt voor dit land
en dat België op onze hulp zou kunnen re
kenen, wanneer het slachtoffer mocht wor
den van een niet uitgelokten aanval".
In het vervolg van zijn rede zei Eden o.m.:
.Bestaat er geen enkel alternatief
tegenover het stichten van oorlog
op aarde? Zeker, en wel een alge
meen begrijpen, dat de arbitrage van
het brute geweld een dierlijke in
stelling is en dat de algeheele in
spanning der beschaving er naar uit
moest gaan ons boven het peil der
dieren te verheffen. Bij hun voort
durend streven naar dé handhaving
van den vrede zoeken de Britsche
en Belgische volkeren een grootere
glorie dan die van den veldslag, een
verfijnder inspiratie dan die van het
kanon.
Ik spreek deze woorden weloverwogen uit.
omdat zij den wil uitdrukken van het Brit
sche volk en omdat een duidelijk maken
hiervan beteekent een büdrage tot den
vrede te leveren. De vrede is het gemeen
schappelijk doel van onze beide landen, onze
tradities en herinneringen zijn niet de eeni-
ge getuigenissen van onze vriendschap. V/ij
deelen eveneens dezelfde opvattingen om
trent de internationale orde, het afzien van
den oorlog als instrument van nationale po
litiek, de bereidheid geschillen te regelen
door vreedzame middelen, de aanvaarding
van zekere erkende axiomata van het in
ternationale recht.
Men moet zich hierin echter niet vergis
sen: deze opvattingen getuigen noch van
s'apheid. noch van lafheid, wij meenen. dat
zij getuigen van beschaving. De volkeren
moeten kiezen. Wanneer zij besluiten terug
te keeren tot de arbitrage van het zwaard,
zal men bemerken, dat de verschrikkelijke
wapenen, die de wetenschap gesmeed heeft,
met een niet te minachten moed gehanteerd
kunnen worden door volkeren, die hun in-
dividueele en nationale vrijheid liefhebben en
die van zins ziin haar te handhaven. Maar
waarlijk, de kosten zullen zwaar zijn. Wat.
dit aangaat, mag er geen enkele verontschul
diging bestaan voor een herhaling van de
onjuiste verwachtingen van het verleden".
President Roosevelt, die Vrijdag op doorreis
naar Buenos Aires te Rio heeft vertoefd, heeft
Vrijdagavond in tegenwoordigheid van den
president der Vereenigde Staten van Brazilië
en van alle vooraanstaande personen uit het
politieke leven van Brazilië in een vereenigde
zitting van kamer en senaat een redevoering
uitgesproken.
De president wees op den vergaan-
den afkeer van het Amerikaansche
volk van den oorlog. Op de wereld is
voor allen plaats, zonder dat men el
kander op de teenen behoeft te trap
pen. Gelukkig is het Amerikaansche
continent vrij van oude vijandschap
pen, welke den anderen werelddeelen
zoo veel ellende hebben gebracht. Er
bestaat geen inter-Amerikaansch ge
schil, dat niet langs vreedzamen weg
zou kunnen worden beslecht. De Ame
rikaansche naties, aldus Roosevelt,
kunnen de beschaving geen grooter
dienst bewijzen dan door den vrede
naar binnen en naar buiten te hand
haven en door zich voor altijd van
ieder oorlogsgevaar te bevrijden.
Met dit doel is de pan-Amerikaansche con
ferentie te Buenos Aires bijeengeroepen. De
rest der wereld geeft een grimmig beeld van
legerkampen en van dreigende geschillen.
In deze sfeer van bezorgdheid in de geheele
wereld hebben, aldus Roosevelt, de Ameri
kaansche staten den plicht en de taak zich
bewust te worden van hun groote verantwoor
delijkheid en op hun werelddeel besluiten te
nemen voor een onschendbare vrede.
Hoe steviger de vrede in dit deel der
wereld wordt geconsolideerd, hoe beter
het ook voor de rest van de wereld zal
zijn, aldus de president.
De slachtoffers der bombardementen.
MADRID, 23 November (Havas).
In den loop van den dag van giste -
ren zijn enkele bommen op de stad
geworpen. Sedert de bombardemen
ten van de hoofdstad zijn begonnen
zijn naar schatting 2.500 personen
gedood en 3000 gewond.
Er is geen noemenswaardige verandering
ingetreden aan het front van de Sierra, waar
de temperatuur zeer laag tot 10 graden
onder nul is. Aan het Guadalajara-front
hebben de militiemannen hun positie aan
zienlijk kunnen verbeteren. Aan den linker
oever van de Taag heeft de infanterie der
regeering verscheidene aanvallen ontketend.
Men maakt voorts in regeeringskringen veel
ophef van de actie der Baskische militieleden
die bij een enkelen aanval in den sector ten
N.W. van Madrid 1.500 man der rechtsche
troepen hebben gewond of gedood.
SALAMANOA, 28 November (Havas-A.N.Pb
Het te middernacht door het hoofdkwartier
gepubliceerde officieele communiqué luidt:
De vijand heeft getracht een aanval te ont
ketenen in den sector Jaca, doch hij werd
met zware verliezen terug geslagen. Nabij
Madrid heeft het slechte weer alle operaties
onmogelijk gemaakt.
In Asturië heeft de vijand onze verbindings
linies nabij Grado aangevallen doch hij werd
met achterlating van talrijke dooden terug
gedreven.
De berichten volgens welke belangrijke
schade is toegebracht aan de militaire ob
jectieven te Carthagena, worden bevestigd.
Proces over verkoop van Abessynische koffie.
Het civiel gerecht te Brussel moet uitspraak
doen in een zaak, waarin de negus optreedt
als eischer tegen een koopman te Luik, die
belast was met den verkoop van koffie, af
komstig van de plantages van den negus in
Abessynië.
500.000 kilo zou reeds verkocht zijn, doch
een millioen fransche francs zou nog betaald
moeten worden. De negus eischt bovendien
nog 400.00 franc schadevergoeding in verband
met de devaluatie van de Fransche franc.
Erkenning van Franco door Italië en
Duitschland een „daad van agressie".
De Spaansche ambassade te Parijs
publiceert den tekst van een telegram,
dat de regeering te Valencia Vrijdag
aan den secretaris-generaal van den
Volkenbond heeft gezonden.
In het telegram wordt geprotesteerd tegen
de „gewapende interventie in den Spaanschen
burgeroorlog van Duitschland en Italië ten
gunste van de opstandelingen, welke zijn
hoogtepunt heeft gevonden in de erkenning
van den leider der opstandelingen, die zich
als regeerder heeft opgeworpen", hetgeen ge
kenmerkt wordt als een daad van agressie.
Eveneens wordt geprotesteerd tegen het
voornemen van Franco „met geweld het vrije
handelsverkeer via de regeeringshavens te ver
hinderen", en tegen het voornemen van een
mogendheid, die de regeering-Franco heeft
erkend (Duitschland of Italië) „op vlootgebied
met de opstandelingen samen te werken".
In het telegram wordt den Volkenbondsraad
verzocht, den boven uiteengezetten toestand
zoo spoedig mogelijk te bestudeeren.
De nota der Spaansche regeering werd
hedenmiddag op 't secretarfiaat-generaal van
den Volkenbond ontvangen.
Men merkt in Volkenbondskringen op, dat
een regeering recht heeft op bijeenroeping
van den Volkenbondsraad, wanneer zij dit op
grond van art. 11 van het handvest, vraagt,
zoodat de Spaansche nota, wat het feit zelf
aangaat, niet de minste betwisting kan vin
den.
In internationale kringen heeft men den
indruk, dat de Spaansche regeering, door den
Volkenbondsraad in openbaar debat te men
gen, een delicate rol speelt en den Volkenbond
uitnoodigt een eveneens delicate rol te spelen,
die groote belangstelling zal wekken. De mee
ningen aangaande voor- en nadeelen van
deze onderneming loopen uiteen, doch men
is algemeen van meening, dat de Spaansche
regeering haar rechten als lid van den Vol
kenbond wenscht te bevestigen en aldus een
antwoord te geven op de erkenning der re
geering van Burgos door Duitschland en
Italië.
Europa's „mystery man".
Sir Basil Zaharoff.
Uit Monte Carlo meldt Reuter, dat
Sir Basil Zaharoff de bekende wapen
handelaar, aldaar is overleden.
Sir Basil Zaharoff werd te Phanaz in Tur
kije geboren in 1850 uit een Russischen vader
en een Grieksche moeder. Bij den dood van
zijn vader erfde hij een bedrag van 40.000
pond sterling. In 1866 moet hij reeds wapens
hebben geleverd aan de Egyptische strijd
krachten aan den Boven-Nijl.Vervolgens werd
hij agent te Athene van de wapenfirma
Vickers. Hij werd rijk en steunde zijn land
financieel in de Balkanoorlogen. In 1914 was
hij reeds een der rijkste menschen van
Europa. Hij stond toen aan het hoofd van het
Vickers-Armstrong concern. De geheimzin
nigheid, waarin zijn politieke en zakelijke
handelingen gehuld waren, bezorgde hem
den bijnaam van de „mysteryman of Europe".
Hij was geïnteresseerd bij verscheidene dag
bladen en bezat naar schatting op tachtig
jarigen leeftijd 20 millioen pond sterling.
Zaharoff was gehuwd met de hertogin de
Marchena, die hij in het koninklijk paleis
in Madrid ontmoet had.
Men zal wel nooit geheel op de hoogte ko
men van de vele mysteries, die zijn leven ver
borgen heeft gehouden, vooral niet daar hij
in tegenwoordigheid van een zestal getuigen
zijn dagboek heeft doen verbranden.
De geneesheer, die den dood van Zaharoff
constateerde, verklaarde, dat Sir Basil ge
storven is aan hartverlamming.
Het stoffelijk overschot zal per auto wor
den overgebracht naar het landgoed van Sir
Basil te B'alaincourt (Seine et Oise). De ter-
aarde bestelling zal Zondag in intiemen kring
geschieden.
Eenige personen uit de omgeving van den
overledene verklaren niets te weten aan
gaande testamentaire beschikkingen, daar
Sir Basil steeds al zijn zaken persoonlijk
heeft behandeld.
Wel kunst „beschrijving" of -„beschouwing".
Met ingang van heden is alle kunst-
critiek in Duitschland verboden. Mi
nister Goebbels heeft een decreet
dienaangaande Onderteekend.
De critiek zal worden vervangen
door „kunst-beschouwingen" of
„kunst-beschrijving".
Nader ontving het A.N.P. het volgende tele
gram uit Berlijn:
De minister van progaganda publiceert
thans zijn verordening, waarbij de kunst-
critiek in haar bestaanden vorm wordt ver
boden. In de plaats van den kunstcriticus
treedt thans de kunstredacteur, die iedere be
spreking met zijn vollen naam moet onder
teekenen. Het ambt van kunstredacteur wordt
afhankelijk gemaakt van een speciale ver
gunning, slechts te verleenen aan hen, die
een werkelijk voldoende vorming hebben ge
noten.
De kunstredacteur moet minstens dertig
jaar zijn.
(Adv. Ingez. Med.)
Daarom begon Thijs dapper te klimmen. Maar de wolken zijn erg
hoog, en klimmen is heel erg vermoeiend. Al spoedig was hij boven
de toppen der boomen uit. Het was wel erg koud, en Thijs was wel een
beetje bang ook. Maar hij zou nu toch wel gauw bij Dickie zijn,
dacht hij. Boven hem hing een dichte, donkere wolk. Daar moest hij
dwars doorheen. Dat was vast geen pretje hoor, en eigenlijk zou hij
maar liefst weer teruggegaan zijn. Maar wat zou er dan van Dickie
terechtkomen?
(Van onzen correspondent.)
BRUSSEL, 25 November.
Ter gelegenheid van de herdenking der wa
penstilstand heeft minister-president Van
Zeeland een radiorede gehouden voor Ameri
kaansche hoorders. Het initiatief daartoe ging
uit van de Carnegie-stichting. Deze welover
wogen tekst heeft ook in België diepen indruk
gemaakt, omdat de grondgedachte er van het
gansche Belgische volk uit het hart gegrepen
is. Weer oorlogvoeren zou een misdadige
waanzin zijn, zei prof. Van Zeeland en er is
in zijn land vrijwel niemand, die er niet aldus
over denkt. Het Belgische volk in al zijn lagen
is doordrongen van een heilige afschuw tegen
den oorlog. Het lijden van de jaren '1418 is
nog niet vergeten. Maar bovendien zegt het
gezond verstand, dat hier gelukkig nog altijd
de boventoon voert, dat uit een gewapend con
flict nog nimmer duurzame en wezenlijke baat
is voortgekomen. Vernietigde rijkdommen zijn
nu eenmaal niet te vervangen en geen men-
schelijke macht kan de dooden tot leven wek
ken. Voor kleine volken is er maar één uit
komst: een georganiseerde politiek van goe
den wil, gebaseerd op een waarachtig verlan
gen naar vrede.
1918 en 1936...
Prof Van Zeeland begon zijn rede met een
pakkend tafereel. Wanneer iemand in Novem
ber 1918, toen de uitgeputte volken met een
kreet van vreugde den wapenstilstand begroet
ten, had voorspeld, dat nog geen twintig jaar
later de lucht boven Europa weer vervuld
zou zijn van krijgsgesehal zou men hem ver
ontwaardigd als een valsche profeet de deur
gewezen hebben. Zij, die aan het einde van
den oorlog het gevoel hadden, dat zij door een
bovenmatig geluk aan de grootste verschrik
kingen ontkomen waren, zij die aan den lijve
gevoeld hadden welk een som van smart en pijn
het woord oorlog vertegenwoordigt, hielden
het niet voor mogelijk, dat de menschheid
binnen afzienbaren tijd tot dezelfde krank
zinnigheid vervallen zou. In alle landen
heerschte souverein het verlangen om voor
goed een einde te maken aan dergelijke ge
welddadige conflicten, welke niet in overeen
stemming zijn met de waardigheid van een
beschaafd menschdom. Alle gezonde krachten
in de wereld streefden tezamen om den pas
herwonnen vrede te versterken en te besten
digen. En nu? Wij mogen nooit wanhopen. Ik
weiger aan te nemen, aldus België's premier,
dat er ooit één oorlog werkelijk onvermijdelijk
is. Allen, die gelooven, dat de oorlog een mis
daad tegen de menschheid is, zijn verplicht
tot het laatste oogenblik te strijden voor het
behoud van wat ontegenzeggelijk het hoogste
op aarde is: vrede, zonder welke van cultuur,
geluk en welvaart geen sprake kan zijn. Wij
moeten er van overtuigd zijn, dat in weerwil
van alle tegenwerkende krachten, het in
laatste instantie toch altijd de rede is, welke
de menschen leidt. En zou er werkelijk iemand
zoo onredelijk zijn om aan te nemen, dat een
oorlog ooit en aan wie dan ook een echt en
blijvend voordeel kan schenken? Overwinnaar
en overwonnene worden gelijktijdig getroffen.
Wij hebben gezien, hoe alle landen na den
grooten oorlog de problemen, waar zij voor
die periode onder gebukt gingen, weer voor
gezet kregen met dien verstande echter, dat
zij oneindig veel zwaarder en verwarder ge
worden waren.
België in een
Europeesch kruispunt.
Wanneer een klein land als België zoo
ledig en tot in zijn diepste wezen vredesge
zind er toe overgaat de bases van zijn inter
nationale positie te herzien en zijn leger
krachtig uit te breiden dan mag men veilig
aannemen, dat de gevaren niet denkbeeldig
zijn. Wij bevinden ons op een der gevaar
lijkste kruispunten van West-Europa en die
ligging bepaalt voor een belangrijk deel ons
denken en ons doen. Wij zijn en blijven be
reid alles te doen, wat in ons vermogen is
ten bate van een georganiseerden Europee
sche vrede. Wanneer wij daarbij alle maat
regelen treffen, welke mogelijk zijn om den
oorlog, zoo die weer mocht losbreken, buiten
onze grenzen te houden, hebben wij de over
tuiging, dat wij daarmede het heil van Europa
op een bescheiden maar essentieele wijze
dienen.
De heer Van Zeeland eindigde met een
hartstochtelijk beroep op Amerika. Alles wijst
er op, dat gij, Amerikanen, u aan den voor
avond van een nieuwen bloei bevindt. Uw
economische en politieke macht in de wereld
neemt zichtbaar toe en al heeft ieder volk
natuurlijk het recht en den plicht zijn eigen
directe belangen te laten voorgaan, het mag
toch nooit vergeten, dat het deel uitmaakt
van een wereldgemeenschap, waaraan het zich
niet onttrekken kan. Men kan het interna
tionale leven niet ontkennen en de vrede is
alleen denkbaar als het resultaat van een
organisatie van het internationale leven op
economisch, rechtskundig en geestelijk gebied.
De Vereenigde Staten kunnen er zeer zeker
oneindig veel toe bijdragen om den mis-
dadigen waanzin, die oorlog heet, te voor
komen.
Een redevoering als deze, welke zoo nauw
keurig het volksgevoelen vertolkt, geeft ons
tegelijkertijd een indruk van de angst, waar
onder men hier leeft. Geen denkend mensch
ontkomt, wanneer hij de gebeurtenissen in
Europa beschouwt, aan een pijnlijk besef van
onmacht. En het is een bewijs van de on
overwinnelijke levensdrift der Belgen, dat
zij zich door dien steeds aanwezigen vrees
niet laten verlammen. Men werkt krachtig
door en men heeft het gevoel, een gelukkige
compensatie, dat deze arbeid niet te ver-
geesch is.
Gunstig financieel aspect.
In zijn groote kamerrede heeft prof. Hen
drik de Man een aantal cijfers openbaar ge
maakt, welke in den lande een allergunstig-
sten indruk verwekten.
Zoo deelde hij mede, dat in November
1936 de inkomsten 58 millioen boven de
raming waren. Over het algemeen genomen
zijn de inkomsten in de afgeloopen maanden
van dit jaar 8 pet. boven de raming. De in
komend rechten stijgen steeds. De handels
balans ziet er gunstig uit. En men kan zon
der een zweem van overdrijving zeggen, dat
de minister van financiën een gelukkig man
is. Zijn budget is in evenwicht, niet alleen op
schrift maar ook in werkelijkheid. Met de
stukken in de hand kan hij bewijzen hoe in
alle takken van staatsbedrijf een vermeerde
ring van inkomsten te constateeren valt. De
groote vraag is nu echter: zal het mogelijk
zijn tot ernstige belastingverlaging over te
gaan? De heer De Man heeft getoond voor
zichtig te zijn en de rijkdom zal hem zeker
niet naar het hoofd stijgen. Hij weet beter
dan wie ook, dat het indexcijfer stijgende is
en dat een vermeerdering van de ambtenaars
salarissen binnen afzienbaren tijd niet uit kan
blijven. Hij weet ook, dat deze vermeerdering
indirect den kleinen middenstand, die 't hoog
noodig heeft, ten goede komt. Hij heeft
daarom tot nu toe nog niets anders gedaan
dan de crisisheffing met 25 pet. verlaagd. En
dat voornamelijk om de symbolische waarde
van dien daad.
Hij wil te kennen geven, dat, naar zijn over
tuiging, belastingverlaging inderdaad wen-
schelijk en zelfs noodzakelijk is, maar tege
lijkertijd, dat men om der wille daarvan het
zoo moeizaam herwonnen budgetair evenwicht
niet mag verstoren of in gevaar brengen.
Belasting met politieke tendenz.
Want al zijn de teekenen van herstel ook
nog zoo positief, men mag niet vergeten, dat
juist in een overgangstijd als deze veel be
leid en een groote voorzichtigheid noodzake
lijk zijn. Het heeft daarom groote verbazing
gewekt, dat de Brusselsche gemeenteraad
juist nu voor den dag durft te komen met
een belasting op de warenhuizen, welke het
bestaan van die inrichtingen bemoeilijkt en
zelfs bedreigt. Deze nieuwe belasting heeft
een uitgesproken politiek karakter en dient
alleen om tegemoet te komen aan de ondoor
dachte eischen van een oppositie, welke meer
op leuzen dan op feiten gebaseerd is. Het syn
dicaat voor Belgische warenhuizen heeft aan
den gemeenteraad een adres gericht, waar
in met een keur van argumenten de waarde
van dit nieuwe belastingproject bestreden
wordt. Deze motieven zijn ondergebracht in
drie hoofdstukken. Om te beginnen toont men
aan, dat het hier een uitzonderingsbelasting
geldt, met andere woorden, een fiscalen druk,
niet op de schouders van alle burgers of alle
bedrijven, maar uitsluitend en zonder ge
gronde redenen op die van zeer bepaalde
handelszaken. Er wordt op gewezen, dat de
overheid tot nog toe immer, gedreven door
een natuurlijk rechtvaardigheidsgevoel, zulke
uitzonderingsmaatregelen vermeden heeft.
Vervolgens wijzen de belanghebbenden op de
onbillijkheid van het project, welke echter
niet zoo groot is als de anti-economische
strekking er van. Toen na de devaluatie rijks-
regeering en gemeente er alle belang bij had
den snelle prijsstijgingen te voorkomen, heb
ben de warenhuizen even loyaal als krachtig
daartoe meegewerkt en op dit oogenblik nog
zijn zij een van de belangrijkste factoren
voor een goedkoop leven. Men vraagt zich
werkelijk af wat de stad Brussel bezielt een
belasting te heffen, welke door zijn uitzon
derlijk karakter meer op een boete lijkt
waarvan een algeheele prijsstijging slechts het
gevolg kan zijn. Nadat de warenhuizen voor
een niet onbelangrijk deel hebben bijgedra
gen tot het slcces der devaluatie, gaat men ze
thans het leven uiterst moeilijk, zoo niet on
mogelijk maken met als gevolg, dat de goede
resultaten van gezegde devaluatie mede aan-
getast worden.
De houding van B. en W. is des te onbegrij-
pelijker, waar zoo juist een wetenschappe
lijk geleide enquête aan het licht heeft ge
bracht, dat zooal niet in het algemeen, dan
toch in het speciale geval van Brussel, de
warenhuizen geen belemmering vormen voor
een normalen bloei van den handeldrijvenden
middenstand. Het laat zich aanzien, dat deze
voorstellen ook in den raad op een zeer ern-
stigen tegenstand zullen stuiten en het is
niet mogelijk de uitkomst van het debat te
voorspellen. JAN GRESHOFF.
GfiAn !nf1ilATI7a Al wat U noodig
te herstellen, zijn een paar Mijnhardt's Poeders.
Per stuk 8 ct.; doos 45 ct. Bij Uw Drogist.
(Adv. Ingez. Med.)
Erkenning van Mandsjoekwo en Abessynië.
Uit Tokio, 27 November. Volgens berich
ten uit semi-officieele bron is een accoord tot
stand gekomen, waarbij Japan de Italiaan-
sche overheersching van Abessynië erkent in
ruil voor een Italiaansche erkenning van
Mandsjoekwo. Voorts is het accoord een
opnieuw bevestigen van de Japansche
commercieele rechten in Abessynië begrepen.
Bovendien wordt bekend gemaakt, dat er
geen enkel voornemen bestaat te trachten
deelneming te verkrijgen van Italië aan het
Duitsch—Japansche verdrag, aangezien de
delicate betrekkingen van Italië met Groot-
Brit,tannië en Rusland een Italiaansche deel
neming voor het oogenblik niet raadzaam ma
ken.
Wegens conflict met den hoofdverkennei*.
De organisatie van de komende wereld
jamboree in Nederland heeft aanleiding ge
geven tot een conflict in de leiding van die
organisatie.
De feiten komen, volgens de Tel. in het
kort hierop neer: in het voorjaar werd de
hoofdverkenner van de Ned. Padvinders Be
weging, vice-admiraal J. J. Rambonnet ern
stig ziek. Het spreekt vanzelf, dat hij gedu
rende zijn ziekte vervangen moest worden.
Als zoodanig werd benoemd generaal H. O.
Behrens, welke benoeming aanleiding gaf tot
een conflict met het bestuur van de Jambo
ree Stichting, een organisatie die buiten de
eigenlijke N. P. V. om in het leven was geroe
pen om de regeling van de Jamboree voor
haar rekening te nemen. Deze Stichting toch
was en is van meening, dat de leiding opge
dragen dient te worden aan kol. A. Diemont,
waarnemend hoofdcommissaris in de Ned.
padvindersbeweging en kampleider voor de
Jamboree. Aangezien de hoofdverkenner
niettemin besloten heeft de leiding in handen
te laten van generaal H. O. Behrens, heeft 't
bestuur van de Jamboree Stichting besloten
in zijn geheel af te treden.