NEEM TELEFOON
NEEM TELEFOON
NEEM TELEFOON
NEEM TELEFOON
NEEM^ TELEFOON
Het kostbare geschenk.
MARK
Het St.-Nicolaasfeest
en zi|n oorsprong.
WILT U VOOR SINT NICOLAAS
MAGAZIJN „PARKWIJK"
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii WBASTME ER
Ca r bolineum
BRUIN EN GROEN
Zaanl. Houthandel
TARIEF IN DE TELEFOONNETTEN:
Vrw nuttige ST. NICOLAAS GESCHENKEN
FOTO-KUNST"
KALENDER
f l.Z$
Romerkevkweg 99
Tel. 3960, Beverwijk
IETS FIJNS?
KOMPASSTRAAT 74 Telef. 4558
(EenSint-Nico laas-historie.
waar overal prachtige cadeaux staan opge
steld, tot voor 'n zware ijzeren dew. Boven de
deur staat met gloeiende letters het woord
„Geluk". Hij rammelt met z'n sleutels en doet
de deur open.
Een duizendvoudig geflonker schittert
haar tegemoet, ze moet haar oogen een
oogenblik sluiten.
Prachtigwat prachtig, mompelt ze.
En geeft U die verrukkelijke steenen zoo
maar weg?
Sinterklaas is op een bankje gaan zitten.
Zijn oud gezicht is doorgroefd met honder
den fijne rimpeltjes.
Ja, die geef ik zoo maar weg, ik mag
geen onderscheid maken. En dan zijn er nog
zooveel menschen die zoo'n kostbaar kleinood
niet eens weten te waardeeren, die het ver-
waarloozenzelfs verliezen
Maar dat is toch te gek, zooiets raak je
toch niet kwijtdaar ben je toch zuinig
op. Zij kijkt Sinterklaas achterdochtig aan,
hij wil haar zeker wat wijs makenmaar
zijn gezicht staat ernstig, doodernstig.
Geloof me maar gerust, ik wil het U wel
laten zien. Ze loopen door het vertrek, de
muur wijkt terug.haar voeten raken den
grond niet meerze zweven
Dat is een gemakkelijke manier van
reizen, zegt ze.
Anders zou ik toch nooit overal zoo vlug
kunnen zijn.
De baard van Sinterklaas wappert als een
vlag in den wind.... Eindelijk komen ze in
een groote stad, daar gaan ze een huis
binnen.
Kijk, fluistert Sinterklaas; kijk eens naar
die vrouw, die gaf ik enkele jaren geleden
zoo'n kostbaren steen.
Ze ziet een keurig gemeubileerde kamer,
alles is even netjes en ordelijk. Een jonge
vrouw loopt nerveus heen en weer, haar
knap gezicht is vertrokken van woede, ze
slingert haar man allerlei verwijten naar
het hoofd. De man draait zich om en loopt
de deur uit.
Kom, zegt Sinterklaas en trekt haar
mee; wij gaan den man achterna. Nu komen
ze op een kantoor. De man haalt een paar
brieven te voorschijn en begint te schrijven,
de pen glijdt haastig over het papier. Voor
zichtig gluurt ze over zijn schouder en leest
de opschriften, aan mijn ouders.aan mijn
vrouw.... Hij kreunt zachtjes en steunt z'n
hoofd tusschen de handen. Dan staat hij snel
op, bergt alles weg en loopt de straat op. De
regen striemt in zijn gezicht. Hij gaat naar
zijn huis terug en doet geruischloos de deur
open. Op z'n teenen loopt hij naar de slaap
kamer, naar het bedje van het kind. Het kind
slaapt rustighij zoent 't heel voorzich
tig op de roode wangetjes. Dan gaat hij weer
even zachtjes weg en loopt door de stad. Over
al zijn de winkels verlicht, de etalage's weer
spiegelen in het natte asphalt. Maar de man
ziet het niet, met gebogen hoofd gaat hij
verder. Nu komt hij in de buitenwijken...
hij loopt zoo snel, dat ze moeite hebben hem
bij te houden. Daar gaat hij over. een stuk
land.
Wat wil hij doen Sinterklaas? vraagt ze
angstig.
Maar het gezicht van Sinterklaas is zoo
strak en zoo bleek, ze wordt er bang van.
Eensklaps staat de man stilhij staat nu
vlak voor het wateren trekt z'n jas
uit.Wat komt die man haar toch bekend
voorZij trekt Sinterklaas aan den tab
baard: Dat moeten wij toch verhinderen,
dat is afschuwelijk.
Dat kunnen we immers niet! De stem
van Sinterklaas buldert over de vlakte.
Probeer het maar
Ze rent op den man toe en gaat vlak voor
hem staan, ze kijkt in z'n oogen, maar.
dat is mijn man.
HenkHenk, gilt ze en slaat haar ar
men om zijn hals
Nou hier ben ik al, zegt Henk, ik hoorde
je op de gang al gillen. Was je in slaap ge
vallen? Hij is heelemaal nat van den regen.
Met betraande oogen ziet ze hem aan, het
kind dreigt van haar schoot te glijden, maar
hij vangt het nog bijtijds op. Ze trekt hem
naar zich toe en omhelst hem innig.
Henk, lievert.ben je niet meer boos
op me, en.dat nare collier wil ik niet
meer hebben, hoor je....
Ze zitten nu heel dicht bij elkaar, ze merkt
niet eens hoe nat zijn jas is.
Ik wilde je juist vertellen, dat wij een
prachtige order hebben gekregen. En dat col
lier, kijkdat heb ik er nu toch maar af
genomen.
EK. R.
Met gebogen hoofd gaat hij verder.
Haar hoofd glijdt op het kussen, het wordt
zoo wazig om haar heen.de gele enveloppe
wordt grootde letters loopen van het
papier af Aan Sinterklaas In
Dan is ze ineens op weg naar Spanje. Ze
komt voor een groote ijzeren poort, in haar
hand houdt ze den brief.
Kijk, men heeft haar al opgemerkt, een
bekend zwart gezicht verschijnt aan den
anderen kant van het hek; dat moet Pieter
man zijn. Met een zwierige buiging neemt hij
zijn muts af en laat haar binnen.
Zou ik Sinterklaas even kunnen spreken?
Zeker mevrouw Franken, komt u maar
binnen.
Ze loopt langs een smalle laan naar een
groot paleis. Overal zijn zwarte knechten bezig
met kisten en pakken, groote zoowel als kleine.
Pieter-man klopt op een deur.
Binnen, klinkt een moede stem. Ze gaat
het vertrek binnen en staat tegenover Sinter
klaas. Zijn zachte oogen kijken haar vriende
lijk aan.
Gaat u zitten.
Ik heb een brief voor u meegebracht van
mijn dochtertje, hier is hij
Dat is aardig van u. zegt Sinterklaas en
leest den brief aandachtig.
Ondertusschen kijkt ze naar de stapels
brieven die op de schrijftafel liggen.
Zijn dat allemaal verzoeken? vraagt ze
verbaasd.
Sinterklaas is opgestaan en loopt door de
kamer, zijn handen strijken door z'n baard.
I Dit is maar een gedeelte, zet hij eenvou
dig. Er zijn nog heele stapels in de kamer
hiernaast, ik kan ze niet eens allemaal be
handelen, sommige blijven liggen tot later.
Maar u moet toch ontzettend rijk zijn,
om aan al die verzoeken te kunnen voldoen.
Ben ik ook. Komt u maar eens mee, dan
zal ik u eens wat laten zien. Sinterklaas pakt
haar hand en brengt haar door lange gangen,
De 6e December staat sinds eeuwen hier te
lande bekend als „Sinterklaas". Deze dag is
bij de Katholieken de dag van den H. Nico-
laas, welke Heilige, in de dagen van vóór de
hervorming, de beschermheilige van Amster
dam was.
Ten tijde van koning Constantijn den Groo-
ten was Nicolaas bisschop te Myra in Klein-
Azië en het is aan diens nagedachtenis, dat
de 6e December gewijd is. Bisschop Nicolaas
was een groote kindervriend, zoodat het nie
mand behoeft te verbazen, dat S$ge den bij
naam kreeg van den Kinderbisschop. Voorts wil
de overlevering, dat de bisschop eens door
gebed een hevigen storm heeft weten tot be
daring te brengen, zoodat het evenmin ver
wondering behoeft te wekken, dat de zeelieder
den Heiligen Nicolaas als hun schutspatroon
kozen.
Doch om op het Sinterklaasfeest terug te
komen, zij, die nu mochten meenen, dat dit
feest van Christelijken oorsprong is, vergissen
zich. Waarschijnlijk is het, dat de Katholieke
Kerk dit feest heeft overgenomen van de
Heidenen. Want, zooals het steeds in de ge
schiedenis gegaan is, de menschen waren wel
geneigd tot het Christendom over te gaan,
maar men mocht geen feesten afschaffen.
De oude Germanen vierden het feest van
Wodan, van wien men aannam, dat hij zoo
omstreeks den tijd, waarop nu de 6de Decem
ber valt, gezeten op zijn schimmel op aarde
rondreed en de brave lieden met geschenken
beloonde, terwijl de slechte door hem ge
straft werden.
Zooals gezegd, het Christendom nam dit
feest over, zij het dan, dat Wodan door de
figuur van den H. Nicolaas vervangen werd.
AUTOMATISCH VERKEER met de aangeslotenen in de telefoon
netten Bennebroek, Haarlem, Hillegom, Lisse, Noordwijker-
hout, Santpoort, Sassenheim en IJmuiden en in de genoemde
netten onderling.
DAMES MODES, HEEREN OVERHEMDEN,
DASSEN, SJAALS, KOUSEN en HAND
SCHOENEN het voordéeligst adres
ZEEWEG 222.
ROTFRIFTTFRS f 1p^r pond
AMANDE LSPECULAAS 25 ct. p. y2 pond
TAAI-TAAI 25 cent per pond
MARSEPAIN FIGUREN 20 cent per ons
Heeft U onze BROODSOORTEN al eens geprobeerd?
KAL V ERSTR AAT 5961
Uimiiden-Oost Tclef. 4921
Abonnement Aanlegkosten
per maand voor eens
BEVERWIJK2.50 6.-
WIJK AAN ZEEƒ2.- nihil
KOSTEN UITGAANDE GESPREKKEN: binnen elk net 2 cent,
daarbuiten het tarief voor interlocale gesprekken.
INKOMENDE GESPREKKEN KOSTEN U NIETS.
Ik heb een brief voor U meegebracht
Het is een natte koude avond. De wind
giert door de straat en doet de naak
te boomen kreunende regen vliegt
kletterend tegen de ruiten.
Hondenweer, zucht Henk Franken en
vouwt bedachtzaam zijn courant op. Hij is een
robuuste jongeman met een frisch en eerlijk
gezicht. Zijn heldere oogen staren peinzend
voor zich uit. De pendule op den schoorsteen
mantel laat zes heldere slagen hooren.
Uit de keuken klinkt het gerinkel van bor
den en pannen, soms er tusschendoor een
vroolijke kinderstem. Dit is voor Henk het
(heerlijkste uurtje van den geheelen dag; alle
andere uren zijn vol haastigen, drukken en ze-
nuwsloopenden arbeid. Alleen tusschen half
zes en half acht wil hij aan geen zaken den
ken. Dat heeft hij van z'n huwelijk af zoo
ingesteld; maar gedachten laten zich zoo
slecht bedwingen. Zijn nog zoo jonge zaak
heeft de gevolgen van de crisis niet kunnen
ontloopen, er zijn rake klappen gevallen. Juist
nu is liet noodig om al zijn gedachten te con-
centreeren, vooral nu er een belangrijke order
op komst is.
wilde zoo graag dat mooie collier hebben, dat
ze in de stad had gezien. Ze heeft er al weken
lang om gevraagd gezeurd, zei Henk gister
avond maar het kon er natuurlijk weer
niet af; de zaak kon die uitgave niet missen.
De zaak.de zaak.alles gaat hier voor
de zaak, had ze uitgegildde zaak is je
meer waard dan ik. Kijk eens naar Loes, wat
die door haar man wordt toegestopt en naar
al onze andere kennissen. Maar wijwij
zitten tot onze ooren in de zorgen voor de
zaak. Bah.ik haat die zaak.
Henk had haar kalm laten uitrazen, was
toen gaan uitleggen dat ze toch van de zaak
moesten levener zat heusch wel toekomst
in, hij zou nog wel eens zienze moest al
leen niet zoo ongeduldig zijn.
Dat was natuurlijk wel waar, eigenlijk speet
het haar nu ook wel dat ze zoo te keer was
gegaan. Maar ze kan niet zoo gauw weer
goed worden.
Over een paar uurtjes ben ik terug hoor,
zegt-ie vriendelijk. Hij geeft haar een kus,
knuffelt het kind nog even, en is weg.
De deur gaat open en een klein meisje rent
de kamer binnen, haar goudblonde krullen
dansen lustig op het hoofd.
Pappie, zou Sinterklaas mij heusch niet
vergeten?
Hij tilt het kind op en plant het op z'n ste
vige knie.
Dat denk ik niet, schat.
Maar als hij het nu toch vergeet.
Je zou hem nog een brief kunnen schrij
ven.
Maar ik kan toch nog niet schrijven
Dat is waar ook, daar had ik zoo gauw
niet aan gedacht.
Hij kijkt in de groote blauwe kinderoogen
en streelt over het blonde haar.
Wacht maar eens even, daar weet ik wel
raad op.
Er komt een vel papier en enveloppe op de
tafel. Met mooie groote letters schrijven ze
samen den brief, op de enveloppe komt te
staan: ,,Aan Sinterklaas in Spanje".
Mammie, juicht het kind; we hebben een
brief aan Sinterklaas geschreven.
„Komen jullie nu maar eten", klinkt het
uit de andere kamer.
Blijf je lang weg? vraagt Marie, als Henk
na het eten aanstalten maakt om te vertrek
ken. Zij kan nog niet vriendelijk zijn. Gis
teren hebben ze een beetje ruzie gehad; ze
Met een slag valt de buitendeur dicht, de
regen klatert onverdroten voort. Als ze het
kind klaar heeft om naar bed gebracht te
worden, mag het nog even bij haar zitten. De
brief klemt ze stevig in haar handjes, die
komt vanavond met een beetje hooi voor den
schoorsteen.
Vertelt u nog een sprookje?
Ik weet er geen schatje.
Och toe maar
Eventjes dan hoor. Er was eens een heel
mooi prinsesje
Nog mooier dan u, vraagt het kind on
schuldig.
Veel mooier, bekent ze openhartig; maar
blijf nu stil luisteren. En dat prinsesje had
geen vader en geen moeder meer.
Ook geen man?
Ja, wel een man, maar die man gaf al
zijn geld aan andere mannen en hij hield niets
meer over. Daar had het prinsesje erg veel
verdriet over. Ze wilde zoo graag een heel mooi
sieraad hebben en haar man wilde het haar
niet geven
Het kind ligt soezend tegen haar borst, de
brief is uit haar handje gegleden.
Maar er was een heele rijke man, die het
prinsesje het sieraad wel wilde geven
maar dan moest ze met dien man meegaan
naar een ander landen dat kon ze niet,
want ze hield zoo erg veel van haar eigen land
en
Met half gesloten oogen kijkt moeder naar de
dansende vlammetjes In den haard, de regen
trommelt de melodie op de ruiten