BESTE VRIENDINNETJES EN VRIENDJES AAN ALLEN! warme muiltjes. van jan, die niet tegen zijn Verlies kan. voor de speelgoeddos. WIE ZOEKT ER MEE? MERKWAARDIGHEDEN. UIT DE NATUUR wintergasten KATER TOM WORDT BEROEMD Verleden week heb ik verzuimd jullie te vra gen, de briefjes uiterlijk Dinsdagmiddag, 4 uur in m'n bezit te doen zijn. In verband met de Kerstdagen verschijnt de Rubriek reeds Don derdag inplaats van Zaterdag. De tijd voor beantwoorden is thans te kort; bovendien heb ik heden (Woensdagmiddag) vele briefjes nog niet ontvangen. De briefjes die ik deze week ontvang zal ik volgende week beantwoorden, dus in de courant die 2 Januari verschijnt. A.s. week moeten de briefjes Dinsdagmiddag voor 4 uur aan m'n huis, Roggeveenstraat 27, bezorgd zijn. Al m'n vriendinnetjes en vriendjes wensch ik met hun familie prettige Kerstdagen, een goeden Oudejaarsavond en een voorspoedig jaar 1937 toe. Veel groeten van MEJ. E. VIJLBRIEF. In mijn Sinterklaaspraatje schreef ik, dat men in 't jaar 170Ü in Utrecht en Overijsel geen 5den December had gehad en dus geen Sinterklaasfeest, zoo heeft men in Vlaan deren in 't jaar 1582 geen Kerstdagen en dus geen Kerstfeest gehad omdat men daar, met het oog op de invoering van den nieuwen door Paus Gregorius XIII ingevoerden ka lender van 21 December 1582 sprong op 1 Januari 1583. In tegenstelling met het Sinter klaasfeest wordt het Kerstfeest over bijna heel de wereld gevierd en wat misschien nog merkwaardiger is, is, dat men in die feest dagen overal hetzelfde lied zingt n.l. „Stille nacht, heilige nacht". Niet altijd heeft men dat lied gezongen, om de zeer eenvoudige reden, dat het niet zoo oud is als de kerst- feestviering. Het is voor het eerst gezongen op den 24sten December 1818 in het gehucht Arnsdorf, waar de onderwijzer Franz Gruber een wijs componeerde op de woorden van 't gedicht, dat gemaakt was door den hulppre diker Mohr van 't nabije Oberndorf. Aanvan kelijk bleef het lied alleen in Oberndorf be kend tot een orgelmaker uit Zillerthal die het orgel nakeek, het hoorde en die het lied leer de aan 4 Zillerthaler volkszangers. Deze zon gen het lied op Kerstavond van 't jaar 1841 in de hofkapel te Leipzig. Het lied sloeg in, verspreidde zich weldra- over heel Duitschland en is thans in 't bezit van heel de wereld. Op den 2den Kerstdag 1903 is voor Mohr en Gru ber een gedenkteeken onthuld in het huis van Gruber. Een kleinzoon van den compo nist, de concertmeester Felix Gruber, speelde bij die gelegenheid het lied op de guitaar van zijn grootvader. Wij kunnen ons tegenwoordig moeilijk een Kerstfeest voorstellen zonder Kerstboom en toch heeft men eeuwen achtereen dit feest gevierd zonder boom. Eerst in de 17de eeuw kwam in Duitschland hier en daar het ge bruik van kerstboomen in zwang, maar er werd luide tegen geprotesteerd. Nog in 1657 noemde iemand in Straatsburg het feestvie ren met een kerstboom een goddeloos kin derspel. Maar ondanks dit verzet is toch het gebruik van den kerstboom niet alleen in Duitschland, maar overal waar het feest ge vierd wordt, ingeburgerd. Eerst werden ze enkel versierd met papieren knipsels en be hangen met appels en vergulde noten. Dit deed men al in 't zelfde Straatsburg om streeks 1600. Van verlichte boomen is dan echter nog geen sprake. Wel brandde men in den Kerstnacht overal kaarsen in huis, maar het duurt tot ongeveer 1800 voor men de ver lichting aan den boom aanbrengt. Met de verlichting is ook meer en andere versiering aangebracht. Vanwaar komen deze versie ringen? Voornamelijk uit de dorpjes uit Thüringen en Frankenland in Duitschland en natuurlijk ook uit de speelgoedstad Neu renberg. 't Is voor het grootste deel huisar beid. Op de groote jaarmarkt te Leipzig ko men de groothandelaars uit allerlei landen hun inkoopen voor het a.s. kerstfeest doen. Cadeautjes geven met Kerstmis, dat is van oudsher vooral de gewoonte in Duitschland. Men had en heeft daar dan ook op tal van plaatsen zoogenaamde kerstmarkten. De Kerstmarkt te Neurenberg bijv. was reeds in 't begin der 16e eeuw wijd vermaard. In 1527 kwamen zelfs meer dan 1000 groote wagens en 165 kleinere'met marktbezoekers van heinde en ver deze markt bezoeken. Hierbij kwamen natuurlijk nog de tallooze voetgangers. Een onderdeel van zoo'n markt was en is de krib- bemarkt. In de laatste jaren wordt vooral van deze afdeeling zeer veel werk gemaakt. Vooral het stadje Aue in 't Ertsgebergte is door zijn met kundig snijwerk versierde kribben bekend. In verschillende landen ja zelfs in verschil lende deelen van ons eigen land, wordt Kerst mis niet op dezelfde wijze gevierd. In Twente en vooral in 't Oostelijk deel van Twente is men allang in de Kerststemming. Wanneer de donkere dagen voor Kerstmis aangebro ken zijn, dan haalt de boer den langen, hou ten midwinterhoorn te voorschijn en op den rand van de diepe putten wordt er door hen op geblazen en het geluid wordt van alle kan ten in den stillen donkeren winteravond te ruggekaatst. Het is een oud gebruik. Onze heidensche voorouders reeds meenden hier door de onzichtbare kwade geesten, die in deze donkere avonden en nachten over de aarde rondzwierven, te verdrijven. Thans zien de bewoners het als een herinnering aan de belevenissen van de herders in het veld toen hun de geboorte van het Christus-kind werd aangekondigd. Als de Kerstdag is aan gebroken, wordt de hoorn opgeborgen en dan hoort men in Twente bijna overal het ge beier der klokken. Boven schreef ik dat het Kerstfeest niet in alle landen op dezelfde Wijze gevierd wordt. In Engeland b.v. kan men zich geen Kerstfeest denken zonder een kerstmaaltijd en op geen kerstmaaltijd ont breekt de plumpudding. Waar ook een En- gelschman met Kerstmis in de wereld zich bevindt, daar doet hij zich op Kerstmis te goed aan de plumpudding. W. B.—Z. De lichtjes worden aangestoken. „Arm poppekind", zei Löuki tegen haar pop Tony. „Heb je zulke koude voetjes, dat je niet slapen kunt? Wacht, ik zal ze even in mijn handen warmen. Is het zoo beter? Weet je, ik zal een paar lekkere warme muiltjes voor je maken. Die kun je dan thuis dragen en daarin krijg je geen koude voeten meer!" En daar Louki ook deed, wat ze beloofde, ging ze den volgenden dag meteen aan het werk. Ze zette Tony's voetjes plat op een stuk papier en teekende den omtrek ervan op het papier af. Dezen vorm knipte zij vervolgens na van niet te dun vilt. Voor het bovenstukje vroeg ze aan haar moeder een lapje flanel en een restje zij, om de pantoffels te voeren. Moeder snuffelde eens in de lappenmand en haalde het ge vraagde te voorschijn. Van het flanel knipte Louki ze is heusch erg handig! de mo delletjes, die je op de illustratie zien kunt. Vervolgens appliqueerde ze de bloemmotieven en den gekartelden rand erop. Deze rand koos ze in een aardige afstekende kleur. Toen dat alles gebeurd was, werd de voering tegen het lapje genaaid. Deze had ze eerst in den zelfden vorm van het bovenstukje geknipt. Daarna werd het bovenstukje met een aardige fantasiesteek aan de zool bevestigd. En het muiltje was klaar. Pop Tony was erg blij ermee, dat begrijp jullie. Ze krijgt nu geen koude voetjes meer en ik denk, dat, wanneer ze had kunnen pra ten, ze gezegd zou hebben: „Dank u wel voor die schattige muiltjes, moeder Louki!" Maar Tony kon nu eenmaal niet praten en daarom zei Louki het maar voor haar. TANTE TINE. Jan de Hart is een aardige jongen; maar hij heeft een groote fout. Hij kan niet tegen zijn verlies. Of hij nu thuis een spelletje doet, of met zijn vrienden knikkert, ate Jantje ver liest, wordt hij verschrikkelijk boos. En kijk eens naar zijn gezicht ais hij wint. Dan straalt het van plezier. Nu begrijpen jullie ook wel, dat zijn ouders, broers, zusjes en vrienden dat heel erg vervelend vonden en ze besloten samen te werken om het hem af te leeren. Ze spraken het volgende af: zoodira Jan won en een ander verloor, zou de verliezer zich net zoo gedragen als Jan, wan neer die verloor. Dat was dus: mopperen op den winnaar, een leelijk gezicht zetten en tenslotte met spelen uitscheiden. Toen merkte Jan pas, hoe onaangenaam hij zich altijd ge droeg en hij nam zich stellig voor in het ver volg een sportief verliezer te zijn. In het be gin kostte het natuurlijk wel een beetje moeite; maar met veel goeden wil is Jan er tenslotte in geslaagd zijn fout af te leeren. En iedereen speelt nu even graag met hem: want hij is sportief winnaar en een sportief verliezer geworden. En dat laatste is eigenlijk veel belangrijker dan het eerste; want dat is gemakkelijk genoeg! RITA. Deze pinguin kun je weer in orde maken voor je speelgoeddoos. Je laat hem maar in zijn omlijsting. Je knipt dan eenvoudig langs den rechthoek, maar denk om het strookje dat je later moet omvouwen om hem recht te laten staan. Plak hem dan op hout of carton en kleur hem ten slotte. Je neemt wit en zwart en de steenen kleur je rood. W. Bw—Z, Ik denk, dat jullie allemaal wel van de fabels van La Fontaine gehoord hebt en dan ken je vast en zeker die van den vos en de raaf. De raaf, die een stuk kaas in zijn bek had en die, gevleid door de praatjes van den vos, zijn bek open deed om te zingen en daardoor de kaas liet vallen. Jullie ziet hier de illustratie van deze fabel. Alleen heeft onze teekenaar vergeten den vos er bij te zetten. Maar als je goed kijkt zie je hem toch! Het hier afgebeelde monster wordt „zee vampier" genoemd. Het kan tot 4 meter breed worden. Het komt voor aan de kust van Somaliland in Afrika. Meestal is de zomer de tijd, dat we gasten krijgen of zelf uit gaan, maar er zijn ook gas ten, die einde September naar onze steden trekken om daar gedurende de wintermaan den een goed heenkomen te zoeken. Dat zijn allereerst de meeuwen, die wel weten, dat er daar nog genoeg menscben wonen, die eens wat brood, aardappelen of ander afval strooien waaraan ze zich te goed kunnen doen. Zoo was ik eenige weken geleden in Am sterdam en moest met het trambootje het IJ over. Daar zie je er genoeg en ze durven heel dicht bij te komen. Het was lekker winter weer, helder met een weinig zon. Het duurde nog even voor het bootje kon vertrekken en zoo kortte ik den tijd om de vliegers met wat broodkorstjes te voeren. Schetterend vlogen ze op de stukjes af, die ik in het water wierp en ook in het vangen zijn het meesters hoor, want dikwijls snoepte een vlugge vogel een stukje weg voor het nog in het water terecht was gekomen. Toen probeerde ik ze nog dich ter bij te lokken, door een reepje in de hand te houden en jawel, al dichter vlogen ze langs me heen, tot een brutale het waagde en er met het stukje vandoor ging, achtervolgd door een geheele troep krijsehende liefheb bers. Zoo kon ik ook goed zien, dat de meeste meeuwen een klein donker plekje bij het oog hadden, ook de buitenste slagpennen waren donker gekleurd. Dit zijn de jongere vogels, de ouderen hebben meer zwart aan den kop en donkere dekveeren. In den loop van Ja nuari ondergaan ze een verandering, de grijze oorvlek wordt grooter en breidt zich over den geheelen kop uit, tot deze met 'n zwart kapje bedekt is. Is Maart in het land, dan hebben ze weer hun voorjaarskleed aan en verdwijnen uit de grachten naar de duinenrand, waar ze hun nesten bouwen en jongen groot brengen. Behalve de kapmeeuwen, zie je een grootere soort, de zilvermeeuwen en het is een lust naar hun vliegkunsten te kijken, zoo statig en sierlijk zwenken ze langs de booten en ko- den of rusten eens uit op de palen langs der waterkant. Ga ze van den winter maar een aan het Spaarne of Leidsche vaart of aai onze singels voeren, zij zullen je er dankbaar voor zijn en zelf beleef je dan een paai- mooie I oogenblikken. BIJ LIESJES BED door. W. B.Z. Bij Liesjes bed Heeft moeder een kerstboom neergezet. Lies is een beetje ziek geweest, Maar 'k denk, dat zij nu gauw geneest. En als het strakjes donker is Dan gaan de kaarsjes aan, Je ziet er op ons plaatje, Misschien maar zeven staan Maar heusch er zijn er nog veel meer. De takken hangen er van neer. En dan is er een ster zoo fijn, En schitter-sneeuw, zoo wit en rein. Lies kijkt nu door 't vensterglas en denkt: „Ik wou 't maar avond was." Kater Tom was een beklagenswaardig schepsel, dat in een nauw steegje van de Amerikaansche stad Detroit een jammerlijk bestaan voerde. Op een van zijn tochten kwam het dier op zekeren dag terecht in het pakhuis van de groote automobielfabriek van Ford. Hij klom in een groote kist en viel daar in slaap. Den volgenden dag werd de kist dicht gespijkerd en op een, naar Sidney (Australië) vertrekkend, schip gebracht. 'De reis duurde zeven weken, en jullie kunt je misschien wel voorstellen, hoe de arme Tommy het in zijn kerker had. Een geluk was dat de zich in de kist bevindende auto met ge-olied papier verpakt was en goed met vet ingesmeerd. Maar veel voedsel voor zeven lange weken was het toch niet! Bij het uitpakken van de auto vond men tot groote verbazing van iedereen een geheel uitgeteerde kat. Maar nog grooter werd de verwondering, toen iemand bemerkte, dat de kat nog niet dood was. Het gelukte Tom weer op te kikkeren en den volgenden dag versche nen er lange berichten in de kranten over het lot van dezen zeldzamen reiziger. Een rijke dame bood aan Tom in huis te nemen, On- dertusschen meldde zich ook de automobiel fabriek, die de kat tot reclamedoeleinden wilde gebruiken. En daar de rijke dame toch van plan was een reis naar Amerika te ma ken, nam ze Tom mee. Toen het schip San Francisco aandeed, wachtte een heele reeks verslaggevers en persfotografen op de be roemde kat. Camera's draaiden. De autofabriek stelde een mooien wagen ter beschikking van den viervoetigen gast en lederen dag gaat Tom 's middags een tochtje maken door de stad. Zoo werd de arme, altijd hongerige kater Tom een beroemdheid. Wat Jan deed. 4

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1936 | | pagina 3