mm
Twee machtige vrouwen en het lot van China
DE SPROOKJESSTAD AAN DE ZAAN.
Den Haag is een
wereldstad.
De rol van mevr. Tsjang Kai Sjek
en mevr. Soen Yat Sen.
De Nationale Feestdag.
Gelukwensch uit Indië voor
Prins Bernhard.
Groote drukte in Den Haag.
Estafetteloop van Amster-
damsche studenten naar
Den Haag.
De griep te Haarlem.
Wijzigt Duitschland zijn
politiek tegenover Spanje?
DINSDAG 29 DEC. 193ö
Dr. J. D. Bierens de Haan
onderscheiden.
(Speciale correspondentie)
In het kale, Spartaansch ingerichte kantoor
van Maarschalk Tsjang-Kai-Sjek in Nanking
rinkelde de telefoon. Een vrouwenhand grijpt
naar den haak. Alle aanwezigen wisten direct,
dat dit een mededeeling van het grootste be
lang zou zijn. Het ontstelde gezicht van de
toehoorster werd nog smaller en strakker. Ze
stelde geen enkele vraag. Men hoorde alleen,
de duidelijke stem aan den anderen kant. Toen
de hoorn weer on den haak lag was het een
oogenblik doodstil.
Toen stond de vrouw op en zei kort: „Tsjang-
Sjoe-Liang heeft mijn man gevangen geno-1
men. Ik verzoek het centraal-politieke comité
over een uur gereed te zijn voor een zitting".
De mannen gehoorzaamden. Ze zijn eraan ge
wend bevelen te ontvangen van mevrouw Mei-
ling Tsjang-Kai-Sjek, geb. Soeng.
Ongeveer tegelijkertijd is er misschien een
telefonische verbinding geweest met Moskou,
voor dezelfde mededeeling. Ook hier nam een
vrouw de eerste besluiten, een Chineesche
vrouw, die al eenige jaren in de hoofdstad van
het land leeft, mevrouw Chingling .Soen-Yat
Sen, de weduwe van den overleden president
én stichter der Chineesche republiek.
Ook zij is een geboren Soeng en de zus
ter van de vrouw van Maarschalk Tsjang-Kai
Sjek. Sinas de wegen der echtgenooten zich
scheidden, zijn de beide zusters leidende ver
tegenwoordigsters der vijandelijke ideologieën
«die nu om het middelste rijk strijden.
De vader van deze vrouwen was al een
jbuitengewoon man, die het waagde tegen de
oeroude traditie van zijn land in te gaan. Als
jonge man ging Soeng naar Amerika. In een
(klein kerkje in Noord Carolina werd de Chi
nees gedoopt. De kapitein van het schip,
Waarmee Soeng naar Amerika was gekomen
ibracht zijn passagier de eerste beginselen van
het Christendom bij en fungeerde bij de doop
als getuige. De bekeerde nam den naam van
(den kapitein aan en stond voortaan in de
registers opgeteekend als Mister Charles
■Tones".
De Chineesche student bleek het vertrouwen
(dat men hem had geschonken, volkomen waard
Ite zijn. Hij kwam in 1885, toen de Chineezen in
(Amerika nog als een circuswonder werden be
schouwd, cum laude door zijn theologisch exa-
taen en hij ontving uit de studiebeurs van den
inillionair Vanderbilt een toelage, die hem in
'staat stelde weer naar huis terug te keeren.
(Charles Jones Soeng werd leeraar bij de
'Methodisten in Sjanghai en een der meest ge
achte leden der gemeente. Hij woonde in een
.groot steenen huis, zooals de vreemdelingen
«n werd door zijn landgenooten als paria be
handeld. Toen een van zijn leerlingen besloot,
(met haar leeraar te trouwen, moest ze het
(tegen den wil van haar ouders doen. Haar
inaam werd uit de lijst van het geslacht ge-
ischrapt.
Tot zoover over de ouders van de gezusters
Soeng. De dochters werden volgens Westersche
'beginselen opgevoed. Er waren drie meisjes. De
oudste, Ali-King, trouwde met een rijke, tot
het Christendom bekeerden koopman, Kung.
Door de buitengewone intelligentie van zijn
vrouw gesteund moet Kung een verrassende
politieke carrière gemaakt hebben. Tot nu toe
had hij zijn geld in zilveren staven opgesta-
ipeld, zijn vrouw leerde hem echter, dat geld
moet rollen, wilde het zich vermeerderen en
■tot grondbeginsel van macht worden. Kung
werd weldra minister van Handel en werd
tenslotte door Tsjang-Kai-Sjek benoemd tot
minister van financiën, een betrekking, die
hij nu nog heeft.
Heel anders ging het met het jongere meis
je. Zij wilde niet zoo vlug trouwen, maar het
voorbeeld van haar vader volgen. Zoo stak het
meisje dan op zekeren dag den oceaan over
om in het land der wolkenkrabbers den dok
tersgraad te behalen. Ze studeerde aan de
Wesleyan University. Daar hield ook
jeens een uit China verbannen professor een
lezing. Het was niet meer dan natuurlijk, dat
de jonge dr. Soen-Yat-Sen en zijn langenoote
■uit Sjanghai, als eenige vertegenwoordigers
Van hun volk in een vreemde universiteitsstad,
(kennis met elkaar maakten. Ze stelden al
gauw vast, dat ze dezelfde ideeën hadden
over de emancipatie der Chineezen en ook
verder schenen ze elkaar sympathiek te vin
den. Ze verloofden zich en besloten in China
te trouwen.
Pas twee jaar later zouden de verloofden
elkaar terug zien. Het was in 1913 en de jonge
professor was eenigen tijd eerste president
(geweest der Chineesche republiek. Nu was hij
;door zijn tegenstanders gedwongen af te
(treden.
Aan de zijde van Chingling Soeng begon hij
inu zijn strijd om de macht. Beide spraken in
vergaderingen of van het dak van een auto
tot de massa. Ze predikten China te bevrijden
van de oeroude gebruiken en golden zelf als
voorbeeld van het kameraadschappelijke
;eehtpaar, waarover ze in hun redevoeringen
tspraken.
Mevrouw Soen-Yat-Sen kleedde zich op
fWestersche manier. Toen de man in 1925 stierf
(kwam mevrouw Soen-Yat-Sen geheel onder
invloed van de raadgevers, die Moskou naar
China had gestuurd. Ze sprak zich nu openlijk
voor het Marxisme uit en beloofde in China
Het is voor een goed verloop gewenscht, dat
zij die 7 Januari naar Den Haag reizen met
het volgende rekening houden:
Plaatskaarten naar Den Haag zijn reeds 3
dagen tevoren, n.l. op 4, 5 en 6 Januari ver
krijgbaar aan de loketten in station Haarlem
en bij het reisbureau Lindeman, Barteljoris-
straat.
Reizigers voorzien van voorafgenomen
plaatsbewijzen bereiken langs een afzonder
lijken toegang door de vestibule de perrons,
dit wordt door een bord aangeduid.
Het is gewenscht vroeg te reizen om teleur
stelling te voorkomen. Treinen naar Den Haag
vertrekken reeds van 5 uur 's morgens af.
Naar de stations A, Vogelenzang, Hillegom,
Lisse, Noordwijkerhout, Voorhout, Warmond
en Voorschoten worden op 7 Januari geen
plaatskaarten verkocht.
Daar 7 Januari door de Regeering tot Na-
tionalen Feestdag is verklaard, worden door de
Nederlandsche Spoorwegen op dien dag
geen vrachtgoederen of Snelgoederen ten ver
voer aangenomen, afgeleverd of besteld.
Op dien dag worden wel aangenomen
Expres-goederen, tweewielige motorrijtuigen,
driewielige rijwielen met hulpmotor, perspak
jes, fotoplaten, films, enz. en aangeboden als
Expresgoed, alsmede couranten oninge
schreven als Snelgoed aangeboden.
De bestelling van Expresgoederen en van
Snelgoederen met Spoedbestelling geschiedt
slechts voor zoover dit mogelijk is.
Afhalen van goederen heeft op dien dag
miet plaats.
Staangeld lig en magazijngeld is voor dezen
«flag niet verschuldigd.
propaganda voor deze ideeën te maken. Maar
toen greep de man van haar zuster, generaal
Tsjang-Kai Sjek in, die deze propaganda niet
wilde toestaan. Hij wees de afgezanten van de
Komintern, Borodin en Blücher, uit het land
en bond den strijd aan met het communisme.
Een der eersten, die hierdoor moest vluchten,
was zijn schoonzuster Soen-Yat-Sen.
Zoodoende werd de derde en jongste der ge
zusters Soeng de „eerste vrouw" van China.
Meiling Soeng was de knapste van de drie.
December 1927 trad ze in het huwelijk met
Tsjang-Kai-Sjek, die tot dat oogenblik nauwe
lijks buiten China was gekomen. Zijn vrouw
opende hem de oogen voor de andere wereld.
Ze leerde haar man met onuitsprekelijk geduld
Engelsch. Ze bewoog hem vreemde kranten
en boeken te lezen.
De maarschalk, die kort geleden zijn vijf
tigsten verjaardag vierde, heeft zich er ook
nooit voor geschaamd te bekennen, dat hij
een belangrijk deel van zijn staatszaken aan
zijn vrouw overlaat.
Weer vechten in het verre Oosten Chineezen
tegen Chineezen. Het hoofdkwartier der Roo-
den volgt de aanwijzingen van mevrouw Soen-
Yat-Sen. In het regeeringsgebouw te Nanking
stelt mevrouw Tsjang-Kai-Sjek een plan op
om haar man te bevrijden, in het prachtige
privé-paleis van den minister van financiën
denkt mevrouw Kung erover na, hoe ze de
twee zusters met elkaar kan verzoenen. Achter
de partijen en legers staan de dochters van
den leeraar Soeng. Van hun houding kan het
lot van het dichtst bevolkte land der wereld
afhangen.
De Gouverneur-Generaal en de Prins
wisselen telegrammen.
BUITENZORG. 28 Dec. (Aneta). De
gouverneur-generaal heeft het volgende tele
gram aan prins Bernhard gezonden:
„Uwe Doorluchtige Hoogheid moge mij ver
oorloven eerbiedig jegens haar te getuigen
van de oprechte verheugenis en de innige vol
doening welke de Ned.-Indische regeering en
het Kon.-Ned.-Indische leger bezielen bij de
gedachte aan den band, welke door haar be
noeming tot kapitein en ritmeester en de
plechtige eedsaflegging welke gisteren tusschen
Uwe Doorluchtige Hoogheid en dit leger is
gelegd".
Heden ontving de gouverneur-generaal hier
op het volgend telegrafisch antwoord:
„Zeer gevoelig voor de, door Uwe Excellentie
uitgesproken, voldoening van de Ned.-Indische
regeering en het Kon.-Ned.-Indisch leger met
mijne benoeming tot kapitein en ritmeester
en de plechtige eedsaflegging, betuig ik uwe
regeering en het leger daarvoor mijn welge-
meenden dank. Bernhard."
Feestverlichting brandt....
Den Haag heeft den laatsten tijd dui
zenden en duizenden bezoekers in ver
band met het vorstelijk huwelijk ont
vangen, doch Tweede Kerstdag is wel
een hoogtepunt geweest in de serie van
drukke dagen. Een enorm aantal kijk-
lustigen was naar de residentie gekomen
om de versiering en de verlichting te be
wonderen. De politie had moeite het
verkeer te regelen en moest door middel
van luidsprekers aanwijzingen geven aan
het publiek om een hopelooze chaos te
voorkomen.
Afgaande op de tot dusver bestaande
belangstelling mag men verwachten, dat
het aantal bezoekers van de Hofstad in
de komende dagen nog aanmerkelijk zal
toenemen. De verlichting zal heden
avond branden en verder op 30 Decem
ber en op 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7 Januari.
AMSTERDAM, 30 Dec. Woensdagmiddag
a.s. zal tijdens een audiëntie, welke Prinses
Juliana dien dag ten paleize aan den Kneu
terdijk houden zal in verband met de nade
rende huwelijksvoltrekking, een oorkonde wor
den aangeboden van den Academischen Senaat
der Gemeente-Universiteit te Amsterdam, wel
ke oorkonde bevatten zal een gecalligrafeer-
den gelukwensch van den senaat met het na
tionale feest op 7 Januari.
Deze oorkonde nu zal op origineele wijze
naar Den Haag worden gebracht en wel door
middel van een estafetteloop, waaraan zestig
Amsterdamsche studenten zullen deelnemen.
Alle Amsterdamsche studentenvereenigingen
zullen haar medewerking verleenen.
De eerste der deelnemers aan den estafette
loop „start"' Woensdagochtend te half twaalf
van de Oudemanhuispoort. Elk der deelne
mers legt ongeveer een kilometer af van de
route van zestig kilometer, alleen in de
Haarlemmermeer zal door één der deelnemen
de studenten een aftsand van drie kilometer
moeten worden geloopen.
De route is als volgt: Grimburgwal, Spui,
Koningsplein, Heerengracht, Spiegelstraat,
Museumplein, Johannes Verhulststraat, Vale-
riusstraat, Zeilstraat, brug over 'den Schinkel,
Sloterweg tot Kruisweg, Hoofddorp, Nieuw
Vennep, Sassenheim, langs den nieuwen weg
via Oegstgeest, via den Rijndijk bij Leiden te
rug op den Ouden weg, den Deyl te Wassenaar,
viaduct, Benoordenhoutscheweg, Princesse-
gracht, Korte Voorhout, Tournooiveld, Kneu
terdijk.
Wel veel gevallen maar geen ernstige
Naar wij van den directeur van den Genees
kundigen Dienst te Haarlem vernamen is in
de laatste dagen het aantal griepgevallen te
Haarlem nog al toegenomen. De ziekte komt
nu vrij veel voor. Er kan evenwel geconsta
teerd worden dat gelukkig meest lichte geval
len geconstateerd worden. De patiënten voeler,
zich ziek, wat gepaard gaat met tempera-
tuursverhooging, maar na enkele dagen in bed
geweest te zijn komt het herstel spoedig.
In enkele gevallen is bij kinderen, als eer
gevolg van de griep, een lichte longontsteking
waargenomen, maar de directeur van den Ge
neeskundigen Dienst had tot Maandag van
geen enkel sterfgeval tengevolge van de griep
gehoord.
De doktoren en apothekers hebben nu even
wel zeer drukke dagen.
PERSONALIA.
Bij de esperanto examens te Amsterdam
van de Federacio de Laboristaj Esperantistoj
is geslaagd L. Staal te Haarlem.
BERLIJN, 28 Dec. (Havas). De gisteren
door de ambassadeurs van Frankrijk en Groot
Brittannië aan de rijksregeering overhandig
de nota werd reeds sedert eenige dagen ver
wacht.
Het feit, dat noch Hitier, noch Von Neurath
wijziging in hun vacantieplannen hebben ge
bracht om de nota te ontvangen wijst er op,
dat men er niet het karakter van spoed aan
toekent.
Volgens zekere aanwijzingen, welke
in de laatste dagen in politieke krin
gen werden verkregen, zou de moge
lijkheid te voorzien zijn van een ver
zachting der Duitsche politiek jegens
Spanje.
Het schijnt wel zeker, dat Hitier, ondanks
zijn haat tegen het bolsjewisme en zijn vast
beraden wil het bolsjewisme geen invloed in
West-Europa te laten vestigen, zich zal be
denken, aleer hij Duitschland in een militair
avontuur zal verwikkelen waarbij dit, geïso
leerd en ten prooi aan ernstige economische
moeilijkheden te ernstige gevaren zou loo-
pen.
Toch verwacht men geenszins, dat Duitsch
land er van zou willen afzien zijn werke
lijke sympathie jegens Franco te betoonen.
De Britsche bladen vragen zich af, wat Hit-
Ier ten aanzien van Spanje zal besluiten.
De Times schrijft, dat geen enkele Fran-
sche regeering onverschillig en werkeloos kan
blijven tegenover een Duitschland, dat op
onbeperkte wijze de kracht van het in Spanje
georganiseerde leger verhoogt..
Er is reden te hopen, dat een nieuw
Fransch-Engelsch beroep te Berlijn niet licht
vaardig van de hand zal worden gewezen.
De Daily Telegraph schrijft, dat „voor
Duitschland het uur is gekomen om duidelijk
te antwoorden op duidelijke vragen. Hitier
heeft de keuze tusschen een buitenlandsch
avontuur en een poging de ellende in het bin
nenland te lenigen.
Indien Duitschland zou besluiten van de
niet-inmenging werkelijkheid te maken, zou
het daartoe gelegenheid hebben door het inci
dent langs diplomatieken weg te regelen. In
dien Duitschland daarentegen de actie in
Spanje wil intensifieeren, zal het daartoe
evengoed een voorwendsel kunnen vinden".
Heel Nederland viert feest. Maar
de Zaanstreek viert feest in over
treffende trap. Van Zaandam tot
Wormerveer wapperen tallooize vlag
gen in den Decemberwind en gloeien
lichtjes langs gevels en daken. Heel
de Zaanstreek heeft zich in een
feestdos gestoken, een feestdos, die
hem wonderwel kleedt.
Ook het ophaalbruggetje op Rustenburg heeft
een metamorfose ondergaan.
Het begin al in Wormerveer, waar slingers
dennegroen over de straten zijn gespannen,
waar kleurige palen den weg omzoomen en
op het Stationsplein een reusachtige fontein
staat opgesteld. En dan volgt de heele rij
van Zaandorpen, waar huis aan huis het
rood-wit-blauw of oranje-blanje-bleu uit
hangt, waar de gevels schuil gaan achter het
dennegroen en de portretten van het Prinse
lijk Paar ons toelachen.
De chauffeur komt handen te kort, om ons
op al dat moois opmerkzaam te maken, en
wij weten nauwelijks, waarheen we de blik
ken moeten wenden. Bij de Julianabrug
staat een reusachtige kerstboom opgesteld,
en de toegang tot de bruig zelf, wordt ge
vormd door een fraaie eerepoort. Rechts is
een flits van een straat, vol vlaggen en
groen, dan is er links weer een gemeente
huis, met schilden en slingers, en rechts weer
een notarishuis, waar de oranjeappeltjes
vroolijk tusschen het dennegroen glanzen.
We passeeren een origineele versiering, van
rood-wit-blauw geschilderde tonnen, aan
weerszijden van den weg. Dan komen we
aan Zaandam....
Dan blijkt, dat alles wat we tot nu toe za
gen nog maar een inleiding was tot de me-
Een feest van kleur en lijn.
's Avonds gloeien duizende lampjes.
tamorphose, die deze stad heeft ondergaan.
Links van den wég wordt onze aandacht ge
trokken door een stijlvolle versiering van
lichtzuilen, rechts zijn telkens weer straten,
die als met vlaggen behangen lijken. In de
Stationsstraat staat aan weerszijde een lange
rij smaakvolle lichtzuilen, en de Dam is één
feest van kleur en lijn. Overal het rood-wit-
blauw, het oranje, en het Lippische geel
rood. Portretten van het bruidspaar, inéén-
gestrengelde J's en B's, en kleurige bloem- en
vlindermotieven. En telkens weer herhaalt de
chauffeur: „O, maar dat is nog niets, dan
moet u vanavond komen!"
Het wordt avond.
Het wordt avond. De schemer sluipt aan,
en verandert de fleurige oranje-groene slin
gers in grauwe, troostelooze dingen. Alles
wordt grauw en vormeloos, en alle fleur en
glans die de zon er op tooverde, is verdwe
nen.
Zwaar en massief liggen de gebouwen en
fabrieken in den avond. Mat spiegelen de
lichte venstervlakfcen in het donkere water
van de Zaan. Een machtig silhouet van de
fabrieksstad, tegen den nog even lichten
avondhemel.
Dan gloeiden plotseling duizen
den, neen, honderdduizenden kleu
rige lichtjes aan, en een sprookjes-
stad uit de Duizend-en-één-Nacht
ligt voor onze verbaasde oogen.
Overal glanzen en flonkeren en
sprankelen lichtjes. Hier een kroon,
ginds een ruischend fontein, daar
een lichtzuil. Ergens, in een duister
straatje een sierlijk torentje, hel af
stekend tegen den duisteren avond
hemel. Soms zijn het schijnwerpers,
die een gevel fel belichten, een an
dermaal zijn het duizenden glinste
rende lampjes, die de sierlijke lijnen
van een geveltje volgen, en het doen
oplichten uit het duister.
Zelfs aan de takken der winter-kale boo-
men rijpen plotseling kleurige-lioht-vrueh-
ten. Als een glinsterende, kleurige slang ligt
De fraai versierde Damstraat in Zaandam.
de sprookjesstad daar langs het donkere wa
ter, waarin alles nog eens weerkaatst. Daar
de feestelijke straten beweegt zich een druk
ke, vroolijke menigte. De winkeliers hebben
hun beste beentje voorgezet, en de étalages
doen voor de versieringen niet onder.
Als we in den trein zitten, zien we
nog telkens, tusschen de huizen door,
of hoog daarboven uit, hel verlichte
gevels, glinsterende reclames. Ergens,
op het dak van een fabriek, staat
een vlag, fel-belicht door het flood
light
De Zaan viert feest. En duizenden
komen naar de sprookjesstad, die
daar stralend en glinsterend ligt in
den duisteren avond.
De eerepoort bij de
Julianabrug te Zaan-
iijk, met zinnebeeldige
voorstellingen betref
fende handel, nijver
heid, industrie en
scheepvaart.
Bezoekers van overal en
LippeDetmold is troef.
Het is een paar dagen wat rustiger geweest
in Den Haag, maar Woensdag, toen een
grootsch militair schouwspel, ter gelegenheid
van de beëediging als officier van prins Bern
hard, duizenden Hagenaars en vreemdelingen
naar 't Malieveld gelokt had, was 't weer een
dag van onstuimige drukte en de daarmee ge
paard gaande gezelligheid op straat, gezellig
heid die tot laat in den avond voortduurde.
Over die groote parade zelve wil ik u niets
mededeelen, omdat de courant u daarover
reeds voldoende heeft verteld. Zelfs voor wie
een groot militair schouwspel niet alleen
schouwspel is, maar die ook de diepe en toch
eigenlijk verschrikkelijke ernst die daarachter
schuilt zien kan, was het een zeer indrukwek
kend en grootsch tafereel, deze parade. Het
zag zwart van de menschen rondom en in de
buurt van het Malieveld, anders een oase in
de huizenzee van de stad, waar rustige rente
niers en gezellige Haagsche dames hun hon
den vertier plegen te schenken en waar de
kleine man met vrouw en kinderen in het zo
merzonnetje wel eens een ganschen vrijen dag
van „den buiten" gaat genieten met mond
voorraad en al. Daarna verspreidde zich die
gansche schare toeschouwers, vermeerderd
met de duizenden, die geduldig langs den weg
naar het Paleis hadden staan wachten op het
voorbijkomen der vorstelijke personen, in de
binnenstad en toen was het werkelijk weer of
wij, rustige Hagenaars, in een wereldstad
woonden, zoo ongewoon druk was het overal.
Natuurlijk kan ik niet beoordeelen of er reeds
veel vreemdelingen in de stad zijn. „Vreemde
ling" is trouwens héél betrekkelijk. Want het
achterland van de residentie waar de dag-
jesmenschen vandaan komen is uitgebreid
en dicht bevolkt. Amsterdammers en Rotter
dammers wonen respectievelijk vijftig en vijf-
en-vijftig minuten sporens van ons verwijderd
en wie uit die steden uit Haarlem, Leiden,
Delft en Schiedam óók bij ons op bezoek
komen, kunnen gemakkelijk ieder half uur
weer weg. En die zes steden alléén reeds heb
ben ongeveer anderhalf millioen inwoners,
voeg daarbij ons Hagenaars zelf en ge ziet dat
zoowat één vierde deel van de geheele be
volking van Nederland bij ons in de buurt
woont. Maar er zijn toch óók al héél wat men
schen „van verderop". Met de Kerstvacantie is
dat altijd het geval. Dan zijn onze hotels, ook
zonder speciale feestelijkheid, goed bezet en
komt de familie bij de familie logeeren. En nu
is dat natuurlijk in meerdere mate het geval.
Men neemt de vrije dagen gaarne te baat om
de versierde en verlichte stad op zijn gemak te
gaan bekijken en zich een denkbeeld te vor
men van alles waarover de couranten reeds
zooveel verteld hebben. Zoo komt het dan dat
ge als Hagenaar om de haverklap voor het on
begrijpelijke feit gesteld wordt, dat een heer
met een onmiskenbare Groninger èn, of een
Zeeuwsche of een Limburgsche gé, u op twee
meter afstand van het Koninklijk Paleis
vraagt of u hem den weg wilt wijzen naar het
Koninklijk Paleis, of u midden in de Spui
straat vraagt waar de Spuistraat eigenlijk is,
wat altijd weer even de gedachte bij u doet
opkomen, dat ge hier met open oogen voor
den gek gehouden wordt, zoodat ge een hart
grondig „stik, meneer" met moeite moet on
derdrukken. Maar welkom z ij n ze ons, al die
broeders van alle windstreken, welkom om
hun on-Haagsche verschijning en om de op
leving van allerlei Haagsche zaken, die wel
een extraatje gebruiken konden. Zoo hebben
gisteren de cafés en restaurant met het kof-
fieuurtje een prachtige „bezetting" gehad. Een
van die etablissementen, waar anders vrijwel
nooit iemand zit, geleek nu wel een dread
nought: zooveel zee-officieren en luitenants
van de mariniers zaten er!
Overigens genieten wij evenveel van onze
eigen stad als onze bezoekers dat doen, want
zij i s mooi, dat heb ik u reeds geschreven, en
zij wordt nog steeds mooier, want nóg is alles
niet af. Zoo is de Groenmarkt nog niet geheel
gereed gekomen, maar nü kunnen we reeds
zien, dat de versiering daar een van de op
merkelijkste van de heele stad zal zijn: een
hooge blauw en zilveren dubbele mast, waar
van een spinneweb van draden over het plein
afhangt en waaraan honderden kleurige vaan
tjes en emblemen bevestigd zijn. Zoo zijn ook
het Buitenhof en het Binnenhof nog pas in
staat van versierd-wording en de Lange Voor
hout, die „mooiste straat var, Europa' die
steeds meer van haar deftigheid verliest en
langzamerhand een ander karakter krijgt, be
gint ook nog maar pas. Gistermorgen werd de
eerste versierende hand aan den statigen,
breeden gevel van de Koninklijke Bibliotheek
gelegd.
Vóór den 7den Januari vertel ik u nog wel
allerlei bijzonderheden. Voor vandaag moet ik
nog even stilstaan bij de plotselinge verove
ring van den Haag doorLippe.
Een half jaar geleden zou tachtig procent
van de Hagenaars heelemaal niet geweten
hebben wat „Lippe" beteekent. Nu schalt de
Lippe-Detmold-marsch onophoudelijk uit de
luid-sprekende gramofoonwinkels, uit schal
lende jongenskelen en uit muziek-tenten en
„tenten" met muziek. En wij hebben twéé Lip-
pe'sche en Detmolder „Stube's" gekregen. Een
mondaine bar in de Lange Houtstraat, het
vorige jaar pas geopend, daar waar eens de
goed-Haagsche, goed-deftige, goed-dure cho
colaterie van Monchen was, is nu een oubol
lige Detmolder taveerne geworden. Een vondst
van den bekenden heer Strauss, die het Stra-
perlo-spel heeft uitgevonden. Men moet zeg
gen dat die „Stube" er knus uitziet en dat zij
met gulle beurs en smaakvolle hand is inge
richt. En de vroegere Klausner-meester heeft
in de Nieuwstraat óók al een „Original-Det-
molder Bierhaus" geopend.
Woensdag heeft hier zelfs een voetbalwed
strijd plaats gehad tusschen een Haagsch en
een Lippe-Detmoldsch elftal.
En we hebben hem verloren!
Mr. E. ELIAS.
Officier in de Kroonorde van België.
Zondagmiddag heeft Z. E. Ch. Maskens, ge
zant van België, met zijn echtgenoote een be
zoek gebracht aan Dr. J. D. Bierens de Haan,
te Aerdenhout. In het bijzijn van enkele ge-
noodigden, heeft de heer Maskens dr. Bierens
de Haan het officierskruis van de Kroonorde
van België overhandigd. In een korte toespraak
schetste Z.E. de beteekenis van dr. Bierens
de Haan als wetenschappelijk denker, terwijl
hij wees op den invloed, welken hij als voorzitter
van de Nederlandsche P.E.N.-club uitoefent.
Dr. Bierens de Haan dankte met enkele wel
gekozen bewoordiriD-cn vnnr deze onderschei
ding.