Uoot de
Jamm-imié
Wat zouden we deze week om geheel en
al ,,up to date" te blijven, beter als modeplaat
kunnen geven dan..., een Januaribruidje
met gevolg?
Immers onze Prinses is een Januari-bruid
en onwillekeurig gingen deze heele week onze
gedachten naar haar uit! Echt vrouwelijke
gedachten: wij vroegen ons af, hoe Zij eruit
zou zien, wat Zij wel zou dragen, hoe de ge-
heele bruidsstoet zou zijn ingericht
Hierbij een alleraardigst en zeer modern en
semble voor win ter bruidjes: bij de bruidsjapon
is rekening gehouden met het feit, dat het
juist in Januari weieens bitter koud kan zijn:
daarom zijn de mouwen lang en nauwsluitend.
Hoe langer hoe meer wijkt men af van de
ouderwetsche gewoonte, dat een bruidsjapon
smetteloos wit moet zijn: deze is gedacht iri
roomkleurig satijn, waarbij dan gerust ge
kleurde bloemen kunnen worden gedragen,
mits de hoofdtooi in wit of crème wordt ge
houden.
Voor de bruidsmeisjes kunnen wij naar har
telust onze fantasie botvieren; Wat denkt U
b.v. van zacht-groen voor de beide blondjes
links en een van die moderne tinten lila voor
de zwartjes of bruintjes rechts? Een aardige
combinatie, nietwaar?
ZONDAG:
Kalfsnierstuk
Brusselsch lof met aardappelen
Sinaasappelpudding
MAANDAG:
Vleesch in schelpen (van resten van den
vorigen dag).
Biefstuk met aardappelen
Schorseneeren
Vruchten
DINSDAG:
Ham
Witte boonen
Zure saus.
Wentelteefjes
WOENSDAG:
Ribstuk (resten bewaren voor filosoof)
Stoofperen
Tapiocasohotel.
DONDERDAG:
Filosoof
Bieten
Vruchten
VRIJDAG:
Gebakken schelvisch
Veldsla met biet
Aardappelen met botersaus
Rijstebrij
ZATERDAG:
Stamppot van boerenkool met rookworst.
Beschuit met
Sinaasappelpudding (4 a 5 personen)
Benoodigd: 4 sinaasappelen, 1 citroen, 4 eie
ren, ICO gram basterdsuiker, 10 gr. 5 blaad
jes witte gelatine.
De eierdooiers met de suiker in een gave pan
zoolang kloppen tot ze schuimig en dik zijn,
het gezeefde sap toevoegen en onder goed
roeren op een klein vuur laten binden (niet
doorkoken). De in koud water geweekte gela
tine uitknijpen en erin oplossen. De massa
door het stijfgeklopte eiwit mengen (geen
ijzeren vork) en wanneer de vla niet meer uit
zakt, den vorm vullen, die met ongeklopt
eiwit omgespoeld is.
Veldsla met gekookte bieten.
Benoodigd: 2 bieten, 2 eieren, 2 a 3
azijn, 2 ons veldsla, 4 lepels slaolie, zout, peper.
De sla schoonmaken, wasschen en laten
uitlekken. De bieten stroopen en in blokjes
snijden. De hardgekookte eieren fijn maken
vermengen met zout, peper, olie en azijn en
de bieten en veldsla er door roeren. Ongeveer
een uur van te voren klaar maken, zoodat de
saus erin trekt.
(Vegetarisch)
ZONDAG:
Schelpen met macaroni en kaas
Brusselsch lof met harde eieren, botersaus
en aardappelen.
Zweedsche appelschotel
MAANDAG:
Capucijnersoep
Gestoofde prei
Aardappelen met botersaus
Rijst met krenten
WOENSDAG:
Bloemkool met kaassaus
Aardappelen
Vruchtengruel
DONDERDAG:
Eieren met rijst en kerrysaus
Maizenapudding met bessensapsaus
VRIJDAG:
Stamppot van appelen en aardappelen
Rijstkoekjes
ZATERDAG:
Erwtensoep
Appelkoekjes
Zweedsche appelschotel (4 personen)
Benoodigd: 1 K.G. moesappelen, 8 beschui
ten, 100 gr. boter, 100 gr. suiker y2 theelepel
kaneel.
Van de appelen appelmoes koken, ze zeven,
op smaak met suiker afmaken en in een vuur
vasten schotel doen. De beschuiten fijnstam
pen, vermengen met de rest suiker en de ka
neel en als een dikke laag erover strooien. De
gesmolten boter erover verdeelen, den schotel
in den oven zetten .bovenwarmte) tot er een
hard korstje gevormd is (ongeveer 20 minu
ten)
Gebakken aardappelen met kaas
(4 personen)
Benoodigd: ongev. 1 K.G. koude gekookte
aardappelen, 3 ons jonge kaas, 1 ons boter.
De aardappelen op de gewone manier licht
bruin bakken, de in dobbelsteentjes gesneden
kaas toevoegen, even meebakken, vooral niet
te lang, zoodat de kaas gaat smelten.
Vruchtengruel (5 personen)
Benoodigd: 100 gr. parelgort, V/2 L. water
(ook het weekwater van de vruchten), citroen
schil, 100 gr. abrikozen, 100 gr. pruimen, 2 ap
pelen, 2 bananen of andere versche vruchten
(b.v. 's zomers aardbeien, frambozen, bessen)
citroen- en sinaasappelsap, ongev. 100 gram
suiker.
De gort wasschen, 24 uur weeken en met het
weekwater en de citroenschil opzetten. De
abrikozen en pruimen wasschen en 24 uur
weeken.
De gort een uur laten koken, liefst in een
hooge pan, om overkoken te voorkomen. Dan
abrikozen en pruimen toevoegen en deze V/2
uur meekoken. Van het vuur nemen, suiker en
vruchtensap toevoegen en de in plakjes ge
sneden banaan en de schijfjes appel er door
roeren.
Vruchtengruel kan 's zomers koud gegeten
worden.
CRITIEK OP DE OPVOEDING.
Opvoeden is een moeilijke taak en men
kan er nog zooveel over gelezen hebben,
men kan de theorie op z'n duimpje weten,
•men kan die zelfs prompt aan anderen mee-
deelen, en toch nog met (moeilijkheden te
kampen hebben, die van tevoren niet ver
wacht werden.
Een ernstig opvoeder is zich wel bewust,
dat hij nog fouten te over maakt, en dat er
nog heel wat te verbeteren valt aan de uit
voering van zijn opvoed-systeem. Maar hij
doet 't naar zijn beste weten, hij houdt van
de kinderen die aan zijn zorgen zijn toever
trouwd, of dat nu zijn eigen of andermans
•kinderen zijn, en de rest moet maar aan het
karakter van ,het kind worden overgelaten.
Maar niet alleen is de taak van het opvoe
den moeilijk, bovendien wordt er nog veel,
en vaak onbarmhartig, critiek op uitgeoefend
Die doet het eene niet goed, een andere kent
er weer niets van, een derde bemoeit zich er
te weinig mee, een vierde teveel; .mevrouw A
verbiedt doorloopend, mevrouw B blijkbaar
nooit, van Marietje C zou met zachtheid al
les gedaan te krijgen zijn, Jantje D moest
eens de sterke hand voelen, enzoovoorts tot
in het oneindige.
Daarbij wordt maar al te vaak uit het
oog verloren, dat het karakter van het kind
zelf ook een belangrijk woordje meespreekt,
en dat, wat misschien dienstig is voor het
eene kind, een fatale uitwerking kan heb
ben bij het andere. Zoo'n kinder.karakter
heeft .bovendien het recht, zich vrij te ont
plooien onder leiding van de opvoeders die
er een nuttig lid van de maatschappij van
willen .maken. Daarbij is het nood'ig dat het
kind /zijn slechte eigenschappen leert be-
beerschen en dat zijn goede omhoog worden
gebracht, maar het. is vooral ook noodig dat
dit met liefde en met overleg gedaan wordt,
niet alleen imet het stugge verstand.
Een buitenstaander nu die zich over de
opvoedingssystemen van anderen verwon
dert, kon wel eens de fout begaan, dat hij
met die liefde niet voldoende rekening hield.
Wanneer het enkel en alleen om de verstan
delijke opvoeding ging, da/n leek het veel op
dressuur, zooals een circusartist zijn poedel
kunstjes leerde en zelfs daarbij kwam nog
genegenheid in het spel.
Maar voor de opvoeding van kinderen
zijn, naast het verstand, liefde en idealisme
noodig, en die noodzaken de opvoeders, zoo
nu en dan water in hun wijn te doen. Hoeveel
water het moet zijn om het sterke te ver
zachten en hoeveel wijn om het zwakke .rug
gesteun te geven, dat is de dagelijks weer-
keerende moeilijkheid in de opvoeding.
„Annemieke, maak nu wat voort met je
boterham", zegt moeder, en als de kleine
peuter toch treintje blijft spelen met haar
melkbeker, de kaasstolp en het vleeseh-
sohaaltje, vindt de tante-zonder-kinderen,
die op bezoek is, het noodig, haar stem ook
eens te laten hooren: „Hoor je niet, wat
moeder zegt?"
Moeder kan een glimlach nauwelijks on
derdrukken, maar zij kent de goede bedoelin
gen van haar vriendin en zij weet dat kin-
derlooze menschen hoog, vaak veel tè hoog,
opkijken bij onvoorwaardelijke gehoorzaam
heid. Haar kleine meid is immers niet on
willig, alleen speelsch, en dat is maar ge
lukkig ook.
Bij een ander gezin komt /bezoek, en ter
wijl er een geanimeerd gesprek gaande is,
komt de kleine Wim opgewonden de kamer
binnen stormen. Bij krijscht over iets ge
weldig belangrijiks, moeder maant hem tot
wat kalmer optreden, maar nauwelijks heeft
hij behoorlijk zijn compliment af gestoken,
of hij hoort zijn oudere broertje thuis ko
men, en irent, zijn nieuwtje uitschreeuwend,
de kamer door, naar de gang. Het bezoek
schudt het hoofd, en oppert voorzichtig of
het niet wenschelijk zou zijn, om Wim zijn
aftocht en nu wat bedaarder, te laten her
halen. Vader en moeder vinden het niet noo
dig, maar de afkeuring der bezoekers is dui
delijk voel/baai'.
Wie kinderen bezig ziet en hoort, moet
eens bedenken, dat de levendigste en druk
ste onder hen vaak de actiefste menschen
worden, dat erg zoete kinderen helaas wel
eens synoniem zijn inet „sloome" kinderen,
dat een kind zoo nu en dan .behoefte heeft
aan lawaaiigheid en dat stoutheid lang niet
hetzelfde is als kwaadaardigheid.
En dat het /tenslotte lang niet hetzelfde is
om andermans kinderen van zijn eigen stoel
af in theorie op te voeren, als om die kin
deren inderdaad een behoorlijke opvoeding
te geven
E. E. J.-P.
ALS WE WISTEN
Wij vrouwen beweren graag en vaak, dat we
onze echtgenooten en mannelijke kennissen
precies dóór hebben. We weten tot op een haar
nauwkeurig, hoe hoofdzakelijk ten opzichte
van ons, want dat is natuurlijk 't voornaam
ste hun smaak is: waar ze van houden en
waar ze een hekel aan hebben.
Hmmik geloof, dat we dit heelemaal
niet zoo goed weten, want:
Als we b.v. wisten
Hoe heerlijk een man het vindt, als zijn
vrouw of verloofde (of zelfs het meisje, met
wie hij omgaat)er keurig verzorgd uitziet
dan zouden we altijd ons 'best doen voor frisch
gesbamponneerd netjes geknipt haar, onbe
rispelijke handen, recht zittende kousen en
keurige handschoenen, en we zouden vooral
smoezelige kraagjes, scheeve hakken en een
artistiek woeste haardos voorgoed afzweren.
Als we wisten
Hoezeer een man het resultaat van onze
schoonheidspogingen op prijs stelt, maar wat
een grondigen afkeer hij heeft van de „cui
sine", dan zouden we nooit lange bespiege
lingen houden over ons dieet, en nooit, wan
neer hij ons voor een intiem dineetje heeft
uitgenoodigd, de helft van de (lekkere en
dure) schotels laten passeeren om der wille
van de slanke lijn. Ook zouden we dan het
toilet maken voor de slaapkamer bewaren en
het restaurant niet herscheppen in een
schoonheidssalon en we zouden nimmer de
fout maken van meer aandacht te hebben
voor de ruiten, die ons nieuw hoedje weer
spiegelen, dan voor zijn belangwekkende con
versatie.
Als we wisten
Hoezeer een man houdt van een prettige,
warm en rustig klinkende vrouwestem, dan
zouden we nooit geaffecteerd spreken (zelfs
niet door de telefoon) en nooit een schrille
of schreeuwerige toon aanslaan (zelfs niet
bij meeningsverschillen, waarbij onze „diepste
gevoelens" worden gesmaad of miskend).
Als we wisten
Hoe weinig het een man schelen kan of we
een grooter of kleiner nummer handschoenen
of schoenen dragen, of we al of niet met
sproeten versierd zijn en of onze wenkbrau
wen een beetje dunner of dikker zijn uitge
vallen, dan zouden we ons om al deze kleinig
heden geen zorgen maken en stellig niet zoo
veel kostbaren tijd verspillen met ons een
paar sierlijk uitgeplukte en bijgewerkte wenk
brauwbogen aan te meten, die in de meeste
gevallen niet bij ons gezicht passen.
Als we wisten
Hoezeer een man een eleganten, veerkrachti-
gen gang en een goed figuur bewondert, dan
zouden we minder tijd besteden aan opmaak
en meer, veel meer aan wandelingen en gym
nastiek.
Als we wisten
Hoe erg een man het land heeft aan vrou
wen, die hem op de afgesproken plaats laten
wachten, aan manne-meisjes, die den taxi
chauffeur bevelen uitdeelen en beslist niet
met haar mantel geholpen willen worden, aan
echtgenooten, die haar tasch vergeten hebben
en dus manlief steeds met een lading pakjes
opknappen, dan zouden we ons aan boven
staande onsympathieke gedragingen nimmer
schuldig maken.
Als we wisten
Hoezeer een man van vroolijkheid en ge
zelligheid houdt, dan zouden we hem alleen
bij zijn uitgangen gezelschap houden, als we
frisch en uitgerust waren en nooit met een
vermoeid en. slachtofferig gezicht erbij zitten.
Als we moe waren; zouden we vroeg naar bed
gaan en hem eens laten ondervinden, hoe
ongezellig het is zonder ons!
Als we wisten
Maarals we al deze gulden regelen da
gelijks in toepassing brachten, zouden we
waarschijnlijk zulke allround volmaakte vrou
wen worden, dat alle mannen bang van ons
werden.
Daarom Is 't misschien maar goed, dat er in
dit opzicht nog heel wat te wenschen over
blijft!
VOORJAARSBODEN.
De uitverkoopen zijn in /vollen gang: voor
de mode komt hierna de overgangstijd, die
alweer aanstuurt op de nieuwe voorj aarsmo-
dellen, welke heuseh niet nu nog gemaakt
moeten worden, maar die al lang en breed
kant en klaar voor den verkoop gereed lig
gen.
Dat wil allerminst zeggen, da.t de winter
achter den rug is. Wij kunnen nog sneeuw en
vorst krijgen, waanbij warme kleeren het
meest aan bod zijn en waarbij de gedachte
aan voorj aarshoedjes en lente-toiletten in
een oneindig ver verschiet verdwijnen. De
winter stoort zich nu eenmaal niet aan de
mode en haar uitingen, terwijl de mode op
haar beurt wel degelijk op de vlucht moet
gaan voor een seizoen waarbij zij zielh niet
heeft weten aan té passen.
De voorjaarsmode, die dan toch zeker bin
nen drie maanden haar intocht zal houden,
kondigt /kleurige garneeringen aan; een cein
tuur in een afstekende kleur, een fel ge
kleurd, bont vest, een vroolijk kraagje, een
brutaal shawltje, alle mogelijke borduursels
en afwerkingen met kleurig boorband vroo-
lijken de donkere jurkjes op tot een pittig
geheel.
Heel vaak zijn die eerste aankondigingen
van de voorjaarsmode gehuld in vage pastel
tinten, die er bijna nooit „in" gaan; dit jaar
wordt het nu blijkbaar eens met meer pi
kante effecten geprobeerd, wat allicht meer
kans van slagen zal hebben.
Kleine tips voor de Huisvrouwen.
Wanneer er gasten aan de lunch aanzitten,
is het voortdurend doorgeven van een of twee
botervlootjes nog al eens storend voor de ge
sprekken. Zet u liever voor elk bord een klein
kristallen gebakschoteltje neer, waarop enkele
balletjes van boter liggen. Voor het maken
van die balletjes zijn in de meeste huishoud-
winkels instrumenten te krijgen, die men voor
het goed uitglijden van de boter eerst even
in lauw water houdt.
Een geklopt ei verliest zijn eenigszins lijm
achtige substantie en smaak, wanneer men
eerst wat kokend water in het glas of het
kopje giet, daarop het ei laat volgen en pas
dan gaat kloppen.
Kammen en borstels worden heel gemakke
lijk gereinigd door ze te doopen in een platte
schaal met koud water, waarin een scheutje
ammoniak.
Witte vlekken op eikenhout, door water ont
staan, kunnen verwijderd worden door 't wrij
ven met een kurk, bevochtigd met wat olie
Vervolgens doet men een weinig sigarenasch
op de vlek.
Aardewerk en porcelein kan uitstekend wor
den gelijmd met gewone houtlijm. Men be
strijkt de breuken met warme lijm, drukt de
stukken zorgvuldig en stevig tegen elkaar en
laat het voorwerp een uur drogen.
IJSCARNITUUR.
Dit vroolijke ijsgarnituur is gebreid in drie
kleuren n.l. oranje, donkerblauw en hard
blauw. Noodig zijn: 1 knot oranje, 1 knot
donkerblauw en een restje hardblauw. Dikke
ijswol en pennen no. 4.
Voor de das zetten we op 25 st. met oranje
wol en breien elke pen recht. Bij elke even
pen maken we van den eersten steek twee en
breien de laatste 2 st. tezamen. Dit doen we
de heele das waardoor we de schuine ribbels
krijgen. We beginnen met oranje en breien
12 ribbels, daarna 4 donkerbl. 2 hardblauw en
2 donkerblauw. Nu 40 oranje ribbels en daarna
3 donkerblauw, 4 hardblauw en 1 donkerblauw.
Nu nog 12 oranje en dan afkanten. We knoo-
pen er donkerblauwe franje aan.
Handschoenen. I
Voor de kap zetten we weer 25 st. oranje op
en breien op dezelfde manier als. het dasje
achtereenvolgens 3 ribbels oranje, 2 donker
blauw, 6 oranje, 4 donkerblauw, 2 hardblauw,
2 donkerblauw, 6 oranje, 2 donkerblauw, 6
oranje, 4 donkerblauw, 1 hardblauw, 2 donker
blauw, 3 oranje. De kap naaien we onzichtbaar
aan elkaar.
Nu nemen we 4 breinaalden 10/0 en breien
hierop de wanten. We nemen de kopjes van de
steken van de leap op en beginnen met het
boordje van 1 r. 1 a.
We zorgen dat we 46 st. op /de pennen heb
ben.
Het boordje wordt 10 toeren hoog; hierna
breien we 8 toeren recht. Voor den duim moe
ten we eenige steken bijmaken; eerst maken
we van 1 st. 3 st. Dan 1 toer overbreien. Dan
maken we viermaal om den anderen toer van
den bijgemaakten steek 2 steken.
Na 10 toeren hebben we dus 10 st. bijge
werkt; deze 10 st. zetten we op een draad,
want hierop breien we later den duim. Aan
den binnenkant van den duim zetten we nu
6 st. er bij op en breien 30 toeren recht. Nu
moeten we langzaam afminderen als volgt.
5 x herhalen 8 recht minderen.
4 toer overbreien.
5 x herhalen 7 recht minderen; 3 toeren
overbreien.
5 x herhalen 6 recht minderen; 2 toeren
overbreien.
5 x herhalen 5 recht minderen; 2 toeren
overbreien.
5 x herhalen 4 recht minderen; 1 toer
overbreien.
5 x herhalen 3 recht minderen; 1 toer
overbreien.
5 x herhalen 2 recht minderen; 1 toer
overbreien.
5 x herhalen 1 recht minderen.
Nu zitten er nog 10 st. op de pennen, we
verdeelen ze op 2 pennen, keeren het werk om;
samenbreien en afkanten.
Voor den duim zetten we op de 10 st. die op
het draadje zitten, de 6 st. die we er bij ge-
m'aakt hebben en aan weerskanten van die
6 st. nog 1 st. opdat er geen gaatjes in het
breiwerk komen. We hebben nu 18 st.. breien
18 toer, en minderen af; eerst 3 x 4 r. minde
ren, dan overbreien, dan 3 x 3 r. minderen
overbreien, dan 3 x 2 r. minderen overbreien,
dan 3 x 1 r. minderen; dan de overgebleven
6 st. op een draad zetten, intrekken en goed
afhechten. De tweede want kan precies zoo
worden gebreid als de eerste.
Sp. Th. I