De sneeuwval in ons land.
Wintersche dagen.
Het Geluk iigt in de Sneeuw
FEUILLETON
Een Wintersportroman.
van
PETER KRAYENBÜHL.
(Nadruk vei'Doden.)
33)
Grace onderdrukt een heftig; antwoord en
dat valt haar te gemakkelijker, omdat zij
juist een hard geworden, steile helling traver
seeren. waarvan men bij elke ondoordachte
beweging onmiddellijk afglijdt. Als zij deze ein
delijk achter zich hebben, is haar boosheid al
weer geluwd en volkomen beheerscht zet zij
haar gesprek voort:
Als skl-leeraar. behoor je toch niet tot
het hotelpersoneel! Je schijnt er een zeker
behagen in te scheppen om je zelf te verne
derenEn kasten heb je zeker vrijwel niet.
want. Pap en ik inviteeren je natuurlijk. Bo
vendien zal Lersner zich ook wel niet onbe
tuigd laten
Dat. Is "t hem nu juist Grace Er is geen
aardigheid aan als je daar zelf niet een hoop
geld kunt stukslaan Trouwens, er is nog
een dnverkomelijk bezwaar: ik bezit niet eens
een smoking. Heb jij dan een of ander mas
ker bij je?
Je gaat toch zekei niet in Februari in de
wintersport zonder aan carneval te denken?
Ik heb me in München al een en ander aan
geschaft. op advies van Girsholm
Amuseer je. Grace! Ik zal braaf op m'n
kamer blijven en aan je denken
Dieter zet. er plotseling een stevigen «gang
in, maar Grace vindt het nu welletjes. In
nerlijk is woedend over zooveel stijfhoofdig
heid; in een paar seconden heeft ze hem in
gehaald een ferme duw in z'n zijde en bei
den rollen door de sneeuw!
Dieter is totaal verrast en daarvan profi
teert Grace handig door hem haar knie op
zijn schouder te zetten en hem zoo onbarm
hartig met sneeuw in te wrijven, dat hij ten
slotte naar lucht snakt. Praktisch gesproken,
is Dieter absoluut weerloos, want hij zou haar
hard moeten aanpakken om zichzelf te ont
zetten en Grace is nu eenmaal geen man
Zij zelf is vuurrood en vrijwel geheel buiten
adem. als ze hem eindelijk los laat.
Heeft het je goed gedaan, Grace, vraagt
hij koeltjes, terwijl hij overeind komt en zich
het gelaat met een zakdoek afdroogt.
Nee. ik ben nog veel te lankmoedig ge
weestMaar we zijn nog niet thuis, wees
voorzichtig, Die ter!
Ze heeft tranen in haar oogen, als ze plotse
ling van toon veranderend, er bijna smeekend
op laat. volgen: „Wees toch niet zoo onaar
dig tegen me. DieterIk zal je 50 mark
geven "dan heb je geld voor morgenavond!"
Dank je Grave, maar ik neem geen geld
van je aan. En om eventueele misverstanden
te voorkomen, ik heb me laten vertellen, dat
je vader je een aardig sommetje zal meegeven
en daarom zal ik nooit met je kunnen trou
wen. Grace
Eenige seconden, die een uur schijnen te
cturen. staart Grace star voor zich uit. Dieter
wordt er bleek van; hij voelt het zelf: dat
was te veel
lk wil dat niet gehoord hebben Dieter.
zegt ze eindelijk, terwijl zij dicht op hem toe
treedt. Zeg dat nog eens. als je durft! Van
rrouwen is tusschen ons nooit sprake ge
weest. tot jouw geluk! Of ik geld heb of krijg
of niet. dat gaat jou en geen enkelen buiten
staander ook maar iets aan héb je dat goed
begrepen?! Maar dit wil ik je toch nog even
zeggen: wij gaan niet uit elkaar vóór ik dip
hanenkam van je voor goed heb 4fgerakt En
aan het feest van morgenavond zul je toch
deelnemen; Ski Heil, Dieter!
Hij heeft geen bijster plezierigen terug
tocht. Voor de tweede maal op dezen dag voelt
hij zich in het ongelijk gesteld. Dat hij Grace
terwille van haar geld niet zou willen trouwen
is zijn innerlijke overtuiging, maar om aan dit
gevoelen zoo ontijdig en op deze onhebbelijke
wijze uiting te geven, dat was dwaas, dom en
zelfs liefdeloos
Bij zijn aankomst in Hotel Kaiserhof wacht
Dieter een verrassing. Meneer Hohrain, de
hotelier treedt hem tegemoet;
Max heeft iets voor u, meneer Prausnitz.
U zult hem even moeten opzoeken, want ik
weet niet, waar hij uithangt
Wat is het dan wil Dieter, die
Hohrain met zijn eigenwijze en ironische ma
nier van doen niet kan uitstaan, weten.
Gaat u maar naar Max, dan zult u het
wel zien
Max is de schoenpoetser van het hotel, een
oorlogsinvalide, voor wiens bescheiden, zwij
genden aard Dieter een stille sympathie koes
tert. Hij vindt hem na lang zoeken en beiden
begeven zich daarna naar het achterste ge
deelte van het hotel.
Hier is de sleutel, maakt u eens even
open, meneer Prausnitz.
Max wijst, naar een klein, houten gebouwtje
een soort schuur naast de trap. die naar de
heining leidt. Verwonderd doet Dieter, wat
hem gevraagd wordt
Hallo, kom er eens uit, sneeuwleeuw,
roept Max, maar er is niemand, die aan dit
bevel gevolg geeft.
Nou kom toch Bollmann. kom dan.,..
Inderdaad verschijnt nu Bollmann's repre
sentatieve St.-Bernhardkop in de deur. Die
ter is stom van verbazing.
Alstublieft, meneer Prausnitz, zegt Max,
met een komisch gebaar op den grooten hond
wijzend. het briefje dat hij gisteravond
meebracht, heb ik ook weer onder zijn hals
hand geschoven.
Gisteravond
Ik heb tot tien uur op u gewacht, maar u
kwam zoo laat van Antonswil terug en van
morgen vroeg was u ook al weer verdwenen...
Dieter hoort al lang niet meer, wat Max
voor zich heen bromt; hij trekt Bollmann
naar zich toe, gaat op een trede van de trap
zitten en leest, wat Petra hem in haar groote
letters op het onoogelijke stuk pakpapier
heeft mee te deelen:
„Aan Dieter Prausnitz! Ik stuur jou
Bollmann, mijn hond. Ik ga hier van-
dan en kan hem niet meer gebruiken.Het
ga je goed, Dieter! Adieu Bollmann! Ik,
Petra".
Dieter bemerkt, dat Max achter hem staat
en het epistel nogmaals geïnteresseerd mee
leest. Hij neemt een zilverstuk, dat hij toeval
lig juist bij zich heeft, uit zijn zak, schenkt
het hem en vraagt hem alleen te willen la
ten.
Als Max aan dit verzoek gevolg heeft gege
ven, zit Dieter nog lang op de trap. De dicht-
behaarde hondenkop rust op zijn arm en
Bollmann's trouwe St. Bernhardoogen staan
even droevig als die van zijn nieuwen baas.,..
Grace heeft nauwelijks haar skies afgebon
den en de hall betreden, als zij haar „Pap"
ontwaart, die haar levendig toewenkt: Waar
is Dieter?
Eenigszins verwonderd, bemerkt Grace, dat
haar vader zich in gezelschap bevindt van een
reeds op den eersten blik buitengewoon
knappe, jonge vrouw. Beiden staan achter
een breede clubfauteuil.
Grace treedt naderbij diep in den stoel
zit Walter Dillmann, die bezig is merkwaar
dige hieroglyphen op een blocnote te teeke
nen. „Pap" legt zijn wijsvinger op den mond
en het drietal sluipt op de teenen weg.
Grace, mag ik je mevrouw Gritta Hiss-
berg voorstellen, de zuster van ie bescherme
ling..,. Mevrouw Gritta, mijn dochter,
m'n dochter Grace!
U bent dus die dappere amazone. Ik ben
werkelijk blij eindelijk kennis met u te kun--
nen maken en ik dank u hartelijk voor alles,
wat u voor m'n broer gedaan hebt
Grace voelt zich verlegen. Zij kan haar blik
niet vrij maken van deze zeldzaam knappe
verschijning: het dikke, zwartblauwe haar, de
ivoorkleurige matte teint, het buitengewoon
flatteuze, geraffineerd-eenvoudige toilet....
Ach het was niet de moeite waard
Bovendien komt uw erkentelijkheid mij niet
alleen toe. Zonder den steun van Dieter
Uw vader heeft me al een en ander ver
teldWaar is eigenlijk uw vriend Dieter?
Dat woord „vriend" bevalt Grace in 't ge
heel niet.
Heeft Walter u dat zelf nog niet verteld...
vraagt ze ontwijkend.
Ach wat, die ziet ine niet eens!
Dan wordt het toch hoog tijd dat ik hem
een bril leen, mevrouwtje
Grace moet innerlijk lachen om de ijverige
galanterie van haar goeden „Pap".
Meneer Dillmann! Goeie morgen! Goed
geslapen?
Hoezoo geslapen! Ach.... Grittajij
hier
Allerhartelijkst is de begroeting tusschen
broer en zuster. Grace trekt haar vader ter
zijde, ettelijke gasten worden opmerkzaam....
Ach nee, blijft u alstublieft hier, mr. Ar-
len, remt Gritta den bescheiden aftocht van
het tweetal. Waarom zouden we er niet een
voorfeestje van mogen maken?
Meneer Lersner komt er bij en wijst het
kwartet een verborgen hoekje, waar zij onge
stoord kunnen zitten, de kellner bedient hen
met een verdubbelde aandacht en in de keu
ken wordt een door Lersner met zorg gekozen
menu samengesteld....
(Wordt vervolgd.)
Waar in den zomer de badgasten van de zonnewarmte genieten. Een
wintersch snapshot aan het strand te Scheveningen
De sneeuwval bracht het wintersch aspect aan het Hollandsche landschap. Bij
het .Kopje" te Bloemendaal was de jeugd direct present om de bobslee-sport
te beoetenen. In snelle vaart gaat het naar beneden
De premiers van Jugoslavië en Bulgarije wenschen elkander geluk
met het tot stand komen van het vriendschapsverdrag tusschen beide
landen, dat door hen te Belgrado werd onderteekend
Dr. Aljechin speelde Dinsdagavond te Amsterdam een simultaan schaakwedstrijd
aan 35 borden. De schaakmeester tijdens een der partijen
De arreslede bewees tijdens den sneeuwval in ons land op verschillende
plaatsen goeden dienst. Een aardig snapshot te Hoogwoud in West-
Friesland bij het uitgaan der school
Een rit te paard langs het strand
biedt in den winter zijn eigenaardige
bekoring. Militairen te paard op den
boulevard te Scheveningen