Vlammende Schoonheid Het m.s. „Brastagi dat bij .De Schelde te Vlissingen voor rekening van den Rotterdamschen Lloyd werd gebouwd, is Zaterdag met goed gevolg te water gelaten. Het schip glijdt van de helling Ter gelegenheid van de herdenking van den 75sten sterf dag van den Tsjechischen componist Fr. Skroup, werd op diens grat op de begraafplaats Crooswijk te Rotterdam een krans gelegd door den Tsjechischen zaakgelastigde, dr. V. Matejka Jan Musch als .Nathan de Wijze" in het gelijknamige De Amsterdamsche zwemsters die deel zullen nemen aan de internationale wedstrijden in tooneelstuk, waarvan in den Stadsschouwburg te Amster- Scandinavië, zijn Zondag uit de hoofdstad vertrokken. Op het Centraal Station, even dam de gnerale repetitie werd gehouden voor het vertrek De Carnavalsviering te Maastricht werd Zondag ingezet met een grooten optocht, waartusschen zich de feestvierders vroolijk bewogen. Hierboven een aardig snapshot D.W.S. verspeelde Zondag twee kostbare punten in de run naar het afdeelingskampioenschap door een 2 1 nederlaag tegen V.S.V. te Velsen. Spelmoment uit dezen wedstrijd De heer L. Korstanje, De jaarlijksche na tionale veldloop van „Pro Patria" in den Blijdorper polder werd Zon dag wederom ge houden, waarvan hierboven een snapshot FEUILLETON .Naar het Engelsch van TEMPLE BAILY. (Nadruk Verboden.) 1) Een oude tuin in een oude stad. Er zaten, behalve de chauffeur, drie men- schen in de groote auto, die over den weg van Baltimore naar Annapolis gleed, de groote brug over de Severn kruiste en tenslotte de oude hoofdstad binnenreed, Annapolis lag als ondergedompeld in het rood-gouden licht van den stralenden Octoberdag. Twee van de drie inzittenden waren vrou wen. Waarom heb je ons nu hierheen gebracht Tony? vroeg de oudste van de twee. Ik wilde u en Marty zien, moeder. Dat is niet je ware reden. Is het een meisje? vroeg de andere vrouw. Hij glimlachte tegen haar. Wat 'n fijn poppe tje was Marty in dien grijzen mantel met het zilvergrijze bont en den zilveren gesp van haar klein grijs vilthoedje tegen haar zilverblonde haar. Welke andere vrouw zou het gewaagd hebben, al dat grijs te dragen bij zulk een lich te haarkleur? Maar Marty durfde alles en met het bosje viooltjes op haar bont, in prachtige harmonie met het viooltjes-blauw van haar oogen, had zij een effect bereikt, dat haar smaak eer aandeed. Waarom vraag je dat, Marty? Och, wat kan het bij jou anders zijn dan een meisje? Ik ben niet zoo onstandvastig. En waar om zou ik naar een ander verlangen als ik Jou kan krijgen! Marty wierp hem een uitdagenden blik toe. Wat een verbeelding! En dat, terwijl je me nog niet eens 'gevraagd hebt! Waarom zou ik een blauwtje riskeeren? Zij wist dat hij niet eens haar jawoord zou riskeeren. Marty van Duyne was er trouwens zelf ook niet zeker van of zij Tony zou nemen, als hij haar ten huwelijk vroeg. Ze wist zelfs niet eens of ze van hem hield. Hij amuseerde en interesseerde haar. Zij hield van zijn knap gezicht, zijn lange, krachtige gestalte. Zij hield ook van zijn humeur, dat hem als het ware op een nooit wegebbenden vloed door het leven droeg. Hij lachte nu en hield plotseling zijn hand voor de oogen van zijn moeder. Niet kijken voor ik het je zeg, Midget, riep hij. Zijn moeder, een kittig vrouwtje in meisjes achtige kleeren, die haar een jeugdig uiterlijk gaven, mompelde: Doe niet zoo dwaas! Maar toen hij zijn hand weer voor haar oogen wegtrok, uitte zij een kreet van verras sing. O Tony, wat heerlijk! De auto stopte voor een ouderwetsch, rood baksteen en huis, met prachtig gebeeldhouw de deuren en ramen. De voorgevel kwam uit op een smalle straat maar de achterdeur gaf toegang tot een groo ten tuin, omgeven door een heg en voor de poort in die heg stond de auto stil. Boven de poort hing een aanplakbiljet, waar op met groote, zwarte letters te lezen stond: Huize KentFarquhar. Verkoop bij opbod van den geheelen inboe del. Antieke meubels, kunstvoorwerpen en zilver. Aanvang 10 uur. Is dat reden genoeg om je hierheen te hebben gebracht, Midget? Reden te over. Er lag een verheerlijkte uitdrukking op het gezicht van mrs. Bleecker, Er waren in haar leven maar twee dingen, die haar interesseer den haar zoon en haar collectie antiquiteiten. En zij had al veel van den huize Kent--Far quhar en ziin waardevollen doch, tot nu toe onbereikbaren inhoud gehoord. Waarom verkoopen zij? vroeg zij belang stellend. De oude heer is ziek. Hij is voor ziin ge zondheid naar Colorado gestuurd en zijn vrouw is met hem meegegaan. Ze moeten geld hebben voor die reis en ik heb gehoord dat het huis zwaar belast is; er zat dus niets anders op dan den nboedel te verkoopen. Je bent een schat, Tony. Mrs. Bleecker legde haar hand licht op de gouden tressen van zijn mouw. Ik zou het voor niets ter wereld hebben willen missen. Het liep al vol in den tuin. Er waren van allerlei menschen: op koopjes beluste verza melaars, antiquairs, die wisten, dat hier on betaalbare schatten te halen waren; nieuws gierigen, die bleven om anderen te zien koo- pen; buren en inwoners van de oude stad, ver ontwaardigd over het feit, dat er zooiets ging gebeuren. Deze laatste menschen hadden het de familie Farquhar uiterst kwalijk geno men, dat zij zich uit het gezelschapsleven van de stad had teruggetrokken, maar zij wa ren toch trouw gebleven aan den eerbied voor het4 oude geslacht. De venduhouder was er ook al. Verschillen de meubelstukken waren naar buiten ge bracht en in den tuin neergezet, andere en kleinere voorwerpen bevonden zich nog in het huis. Het nieuw-aangekomen gezelschap wekte veel belangstelling; de lange, blonde jonge man in zijn uniform van luitenant-ter-zee, de kleine dame in haar eleganten .mantel en het hoedje met de orchideeën, het meisje in het zilvergrijs, wier haar schitterde in de morgen zon. Daar heb je Michael Mc Millan, zei Marty plotseling. Ik had het wel kunnen weten, dat hij hier zou zijn. Ben het hooren van zijn naam draaide hij zich om en sprong op den grond. Marty, kind, waar kom jij vandaan? Uit Baltimore, met mrs Bleecker Ken je Jane Bleecker? Kom mee, dan zal ik jullie aan elkaar voorstellen. Toen Marty hem had voorgesteld, voegde zij eraan toe: Hij is fel op antiek, Jane. Vóórdat de veiling afgeloopen is, zullen jullie wel doods vijanden zijn. O, maar ik ben ervan overtuigd dat u aan een dame haar kans niet zult ontnemen, mr. MacMillan! Zij liep op een tafeltje toe, waaraan een lan ge, donkere man zat, Mrs. Bleecker keek hem smeekend aan. Zij was een ongevoelig, zelfbewust persoontje, maar als het in haar kraam te pas kwam, kon zij zich heel zacht en lief voordoen. Ditmaal bereikte zij haar doel echter niet. Waar het mijn collectie betreft, ken ik geen galnterie, verklaarde McMillan. Ik heb drie dingen op het oog en die zal ik hebben. Drie dingen. En welke zijn dat? Hij wierp haar een geamuseerden blik toe. Misschien wilt u ze niet eens hebben, dus waarom zoudt u zich van tevoren onge rust maken? Hij draaide zich om teneinde een van de vendumeesters aan te klampen en onder het naar binnen gaan vroeg mrs. Bleecker aan Marty: Wat is hij voor iemand? Hij is de beroemde uitgever van een be roemd tijdschrift, verklaarde Marty. Jong nog, even in de dertig geloof ik. Zijn vrouw is een paar jaar geleden gestorven. Het was geen gelukkig huwelijk en sindsdien heeft hij den vrouwen den rug toegekeerd. Ik heb hem aan de Rivièra leeren kennen, we zijn tamelijk goede vrienden geworden. Mrs. Bleecker draaide zich half om en wierp nog even een blik naar hem. Rijk? Hij bezit geen millioenen, als je dat be doelt. Hij is niet zoo'n verwaande plutocraat als jij, Jane. Ik ben niet verwaand, Marty. En ik ben niet bang voor jouw McMillan. Zij vervolgde glimlachend: Laten we naar binnen gaan, Tony. En probeer een lijst voor me te bemachtigen. Tpeij zij de woonkamer binnentraden. gen zij dat. de muren al kaal waren en de ta pijten opgerold. De dingen, welke voor den verkoop bestemd waren, stonden op iden vloer en lagen op de tafels. Op den schoorsteenman tel stonden een paar zilveren candelabres, een beetje druk, maar toch verrukkelijk mooi met hun guirlandes en cupidotjes. Mrs. Bleecker stapte er onmiddellijk op afv Zoek die kandelaars op de lijst op, Tony, verzocht ze. Ik moet ze hebben. Bij het hooren van die woorden draaide een meisje, dat zich in 'de kamer bevond, haar hoofd om en luisterde. Zij scheen hier thuis te zijn, want zij had geen hoed op. Haar prachtig, koperkleurig haar lag als een glan zende kroon om haar hoofd. Haar huid stak: roomblank af tegen het amandelgroen van' den sjofelen wollen jumper, dien zij droeg. Tony bestudeerde de lijst en las voor: Zij zal een geschenk van generaal La fayette aan een zekeren Beter Kent. Wie was Peter Kent? Van den anderen kant van 'de kamer klonk de stem van het meisje: Hij was mijn bet-overgrootvader van moeders zijde. Oh!, mrs. Bleecker lichtte haar face-&- main op. Bent u van de familie? Ik ben Virginia Farquhar. Ik zou graag iets meer van die kande laars afweten. Zoudt u zoo goed willen zijn het mij te vertellen? Met plezier. Het meisje kwam door de kamer op het groepje toe en ging naast Marty van Dyune staan. Toen Anthony naar haar keek, zag hjj hoe haar frissche schoonheid Marty's zilve ren schittering in de schaduw stelde, zooals het licht van de zon dat van de maan doet verbleeken, (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1937 | | pagina 10