2 Om 6000 K.M. tertiaire wegen. Jongens wordt levensmoed gegeven. U' iv. i DE REISCENOOTE. DINSDAG 9 MAART 1937 Belangrijk wetsontwerp voor land- en tuinbouw. Onder de vele wetsontwerpen, die de laatste weken bij de Tweede Ka nier ingediend zijn is er een, dat in het bijzonder de belangstelling dient te hebben van allen, die direct bij land- en tuinbouw betrokken zijn. Het is het wetsontwerp op de finan ciering der tertiaire wegen, dat vreemd genoeg nog niet die be spreking heeft gevonden, die het gelet op zijn beteekenis, verdient. En het zal zaak zijn te zorgen, dat juist dit wetsontwerp met de grootste spoed wordt afgedaan in elk ge- val vóór de verkiezingen opdat deze bij uitstek nationale zaak snelle voortgang kan hebben Het ontwerp bevat slechts drie artikelen, maar zij vormen het uitgangspunt om nu eindelijk te komen tot een snelle en afdoende verbetering van het zoo belangrijke wegen net. dat over het geheele land verspreid de geheele aan- en afvoer van het platteland verzorgt. En waaraan thans nog zoo onein dig veel mankeert. Bij deze artikelen wordt voorgeschreven, dat in elke provincie een tertiair wegennet bij verordening wordt vast gesteld, bevattende de bestaande wegen, wel ke naast de Rijwswegen en de Prov. wegen noodig zijn als verbindingswegen voor het imotorverkeer. Art. 2 regelt o.a, de uitkeeringen aan de provincies ten behoeve van de wegen en stelt deze: a. voor de Prov. wegen op 35 pet. van het 21/28,6 van de ten bate van het Verkeers- fonds komende opbrengst der motorrijtui genbelastingen en der rijwielbelasting in het ibegrootingsjaar; b. voor de tertiaire wegen op 10 pet. van het 21/28,6 van die opbrengst. Voor wegen waarop tol wordt geheven, wordt geen uit- keering verleend, De betaalbaarstelling ge schiedt nadat de opbrengst van de belastin gen bekend is, doch de minister van Water staat kan daarop voorschotten aan de Pro vincies verstrekken. Het aandeel van elke Provincie in de ge zamenlijke uitkeering voor de tertiaire we gen wordt bepaald in evenredigheid van de belastingopbrengst-in de Provincie. De gegeven oplossing is lang niet ideaal, maar met de ministers kan men er als „nood toestand" genoegen mee nemen, in afwach ting van het oogenblik, dat conjunctuurher stel, 200 mogelijk gepaard met de verlaging der lasten, weer een geregeld accres zal brengen. Het is echter van het allergrootste belang, dat de voorgestelde wet nu zoo spoedig mo gelijk gepaard met de verlaging der lasten, weer een geregeld accres zal brengen. Het is echter van het allergrootste belang, dat de voorgestelde wet nu zoo spoedig mo gelijk haar weg naar het Staatsblad vindt en met volle kracht aan het in orde brengen, van dit uitgebreide terriaire wegennet be gonnen kan worden. Immers, het lijkt nu wel zeker, dat wij zijn aangekomen op het punt van omslag in de conjunctuur. Het komt er dus juist! thans op aan, dat alles 'in het werk wordt gesteld om bij dezen overgang land- en tuinbouw zoo goed mo gelijk uit te rusten, om zich van de geslagen wonden te herstellen. Dat het vraagstuk van snel, goed en goedkoop vervoer daarin een belangrijke rol speelt, ligt voor de hand. Van een snelle behandeling van het wets ontwerp zal het afhangen of de lijdensge schiedenis van ons hoogst belangrijke ter tiaire wegennet nu eerlang beëindigd zal worden. Daarvoor is ook van het grootste belang hoe de verdeeling van de beschikbare mid delen over de verschillende provincies zal plaats hebben. Want het is hier een bij uit stek landelijk belang, waarbij alle Provincies gelijkelijk geholpen moeten worden, naar de mate hunner behoeften. In beginsel is er stellig veel voor te zeggen om een Provincie te laten profiteeren van een deel der belastingen in haar gebied op gebracht, teneinde dit aan belangen in eigen gebied te besteden. Mits dit zoo zouden wij er aan toe wil len voegen mits dit niet leidt tot gevol gen, die ongewild groote verschillen en daarmee groote onbillijkheden meebrengen. Het zal dan ook zaak zijn, bij voorbaat na te gaan hoe de voorgestelde regelen in de praetijk zullen werken. De Algemeene Ne- derl. Verkeersfederatie werkt reeds in die richting en dat zal belangrijk studiemate riaal opleveren. Wij zijn ietwat huiverig voor de in de Me morie van Toelichting aanbevolen „toeval lige" omstandigheid, dat in de Provincie waar de opbrengst der hier bedoelde belas tingen het hoogst is, in het algemeen ook de kosten van verbetering per K.M. het hoogst zijn. Zonder dit in zijn algemeenheid te kun nen tegenspreken is het toch niet uitgesloten dat dit toeval ons hier of daar parten speelt. En dan lijkt een goed berekende verdeeling' van dit „toeval" met eventueele mogelijk heid van correcties, waar dit noodig is, wel op haar plaats. Ook zouden wij er de voorkeur aan geven, de bepaling, dat het tertiaire wegenplan ten- Het afscheid van dr. Van Voorthuysen. r Vertegenwoordigers van het buitengewoon onderwijs uit het geheele land waren Zater dagmiddag in de aula van de Dalton-H.B.S aan den Aaronskelkweg te'sGravenhage bij een om hulde te brengen aan den scheiden den inspecteur van het buitengewoon on derwijs, dr. A. van Voorthuysen. Tot de officieele genoodigden behoorden de minister van onderwijs, prof, dr. J. R. Slo- temaker de Bruïne Namens het huldigingscomité sprak de heer C. de Jeu, voorzitter, een woord van welkom, in het bijzonder tot den minister, dr. van Voorthuysen en mevrouw, aan wie bloemen waren aangeboden, de aanwezige le den van het eere-comité en dr. De Groot, di recteur van deze H. B. S. De minister sprak zeer waardeeren.de woor den over den arbeid van dr. van Voorthuy sen. Spr. was dankbaar, dat hij van dr. Van Voorthuysen nog geen afscheid behoefde te nemen, omdat deze afgetreden inspecteur sinds 1 Maart als raadsadviseur aan het de partement van onderwijs was verbonden Des avonds is dr. Van Voorthuysen een jnaaltijd aangeboden. minste één maal in de 10 jaren hemen wordt om te zetten in een imperatief van korteren duur. Als regel zal dat zeker wel het geval zijn, maar bij de snelle wijzigingen in aard en richting van het verkeer, mag men zelfs niet de kleinste kans loopen, dat het ter tiaire wegenplan niet om zoo te zeggen van jaar tot jaar aan de omstandigheden ge toetst wordt. In elk geval is hei, zaak de oogen te openen voor de voor het platteland zoo hoogst be langrijke wet op de tertiaire wegen, die thans ter tafel ligt, Opdat met de grootste spoed daarover de juiste belissing genomen zal worden, die volgens het ontwerp van terug werkende kracht zal zijn vanaf 1 Januari 1937. v. d. L. Staatscommissie ter bestudee ring van het Bankwezen. Onder voorzitterschap van Jhr. De Geer. Bij Koninklijk Besluit is een staats commissie ingesteld met opdracht om te dienen van advies over de vraag of ten aanzien van het particuliere bankwezen voorziening noodig of wenschelijk is, zoo ja, in welken zin zulks onder mededeeling van haar gevoelen over de daarmede samen hangende vraagstukken, ook voor wat betreft de vraag, of en in hoeverre het statuut van de Nederlandsche Bank, onder inachtneming van de noodige waarborgen voor haar onafhankelijk heid, wijziging zou behoeven. Benoemd is tot lid en voorzitter dier com missie: jhr. mr. D. J. de Geer te 's-Graven- hage. Tot lid is o.m. benoemd prof. mr. A. M, de Jong, te Bloemendaal. De Ziekenverzorgingswet. Uitstel van behandeling gevraagd. Hét bestuur van de landelijke Federatie ter behartiging van het ziekenfondswezen heeft zich tot de Tweede Kamer gewend met het verzoek om het ontwerp Ziekenverzorgings wet, zooals dat er uit ziet na de Vrijdag j.l. gepubliceerde zesde nota van wijziging, nog niet in behandeling te willen nemen, ten einde het bestuur gelegenheid te geven ook deze nota grondig te bestudeeren en van zijn inzichten aan de Kamer te doen blijken. Het bestuur grondt dit verzoek op zijn oor deel, dat dit'ontwerp in den werkélijken ziri des woords levensbelangen van het Neder landsche- Ziekenfondswezen raakt en uit zijn studie van het wetsontwerp, zooals dat er uit zag na de vijfde nota van wijziging, afdoen de is gebleken, dat deze materie op onvol doende wijze is geregeld en voorbereid. In dit adres worden de verschillende artike len van het ontwerp uitvoerig behandeld. Een voorname plaats wordt in het adres ingeruimd aan;,de behandeling van eenige elementaire eischen, waaraan een behoorlijke wettelijke regeling van het ziekenfondswezen zou moe ten voldoen. EEN DER STICHTERS VAN NOORDWIJK OVERLEDEN. Te Brussel is overleden de heer W. Tap- penbeck, die naast wijlen burgemeester Pické een der stichters van de badplaats Noordwijk is geweest. Jarenlang heeft hij de leiding gehad van het kurhaus „Huis ter Duin". Onder zijn directie is dit uitgegroeid tot het grootste hotelbedrijf langs de geheele Noordzeekust. Saneering van den brand- stoffenhandel in gevaar? Vergadering van handelaren. De bond van Nederlandsche handelarén in brandstoffen heeft alhier een spoedvergade ring in het gebouw voor Kunsten en Weten schappen gehouden ten einde zijn houding te bepalen inzake de saneering in het brand stof fenbedrijf. De voorzitter, de heer H. van Galen Last, drong er met klem op aan, dat de handel van stad en platteland ter zake één lijn zouden trekken, ten einde stelling te nemen tegen het streven van de conventie. De deur voor on derhandelen moet open blijven en nadrukke lijk moet worden verklaard, dat de organisa tie de saneering wenscht voort te zetten, doch niet tot eiken prijs. Spr. vestigde er voorts de aandacht op, dat ook ten aanzien van de ves tiging aan de coöperatie reeds zekere toezeg gingen zijn gedaan. Op deze rede, welke met luid applaus werd beantwoord, volgde een zeer uitgebreide bespreking, welke zeer positief tot uitdrukking bracht, dat de handel er niet aan denkt voor den eisch van de conventie te zwichten, doch overigens onmiddellijk bereid is elk aannemelijk voorstel tot behoud der saneering te overwegen. Een motie, waarin dit standpunt werd vast gesteld, werd met .algemeene stemmen aan vaard'. MOTORRIJDER IN BOTING MET PERSONEN-AUTO. Maandagmiddag omstreeks half zes reed de heer C. D. Smit, student te Wageningen met zijn motorrijwiel op den Rijksstraatweg, toen op den Wageningschen berg plotseling een personenauto, bestuurd door den heer C. v. d. Koppel uit Amsterdam achter de boo- men vandaan kwam en den straatweg op reed. S. kon niet tijdig meer remmen en bot ste met groote vaart tegen de auto, waarvan het linkerportier werd ingedrukt. De motorfiets werd totaal vernield, S. is in hoogst ernstigen toestand naar het zie kenhuis „Ziekenzorg" te Wageningen ver voerde VITRAGE GORDIJNEN De oogen van Uw huis, de ramen, moeten steeds een irisch en aantrekkelijk uiterlijk toonen. Onze vitrage gordijnen vallen op door smaakvolle dessins en uitstekende kwaliteit. Hiermede lanceeren wij eenige bizondere aanbiedingen. MARQUISETTE met schulp 0.65 p. Meter FILET zeer modern 0.60 p. Meter ZOONs COMPLETE WONINGINRICHTING BARTEUORISSTRAAT 13-17 - HAARLEM (Adv. Ingez. Med.) Het is een lange reis van „Het Putven" naar „De Schaapskooi". „Het Breede water" verschaft werk. 99 itstappen Rotterdam (Beurs) dan naar de Rozenstraat waar het station der R.T.M. staat om vervolgens een poging aan te wenden met een tramtrein naar Roekan je te •komen".Ik zi-t in den trein van Breda naar Rotterdam en herhaal de aanwijzingen, die ik in het werkkamp „Het Putven" te Chaam kreeg óver de beste wijze, waarop ik het werk kamp „De Schaapskooi" kan bereiken. Jawel, het klinkt zoo eenvoudig, als je het op papier hebt staan, maar in de praetijk Om 10.45 uur arriveer ik aan het R.T.M.- statiion om daar te vernemen, dat de tram naar Rockanje pas om 8 minuten over twaalf vertrekken zal. Ik heb dus ruim 5 kwartier om me zoet te houden. Enfin, dat schikte nog al. Met behulp van enkele liters koffie en veel sigaretten kan een reiziger wel iets doen. Precies op tijd reden wij in een. zeer gema tigd tempo weg, onder een oorverdoovend lawaai. Op het locomotiefje bleek zich n.L een ietwat schorre, drietoninge sirene te be vinden en die werd zoo om de minuut in werking gesteld. Zóó reden wij Rotterdam uit. in een slakkentempo en de stedeling, gewoon aan de snelle, electrische tram, voelde het schaamrood naar de kalven stijgen toen hij eenige Rotterdammers ietwat misprijzend kijkend den tramtrein met de fiets zag voor bij schieten. En dat in het jaar 1937! In Spijkenisse moest ik overstappen. Ik had den conducteur omstandig uitgelegd, dat ik naar Rockanje moest, waarop deze mij even omstandig' uitlegde, dat ik dan tot Spijke nisse kon blijven zitten. Ik had een retour Rockanje gevraagd, maar kon er slechts één krijgen tot Oostvooriie. Van daar moest ik dan per auto naar Rockanje. Het was een troosteloos ritje, waarbij ik niets anders zag dan akkers en weilanden, oververzadigd van water, benevens hier en laar een schemering van nat-glimmende wegen. In Spijkenisse kwam de conducteur mij waarschuwen toen ik over moest stappen. Wa rempel, de R.T.M. had daar nog een tremtje staan van precies hetzelfde formaat als het vehikel waar ik uitgestapt was. Ik bleek uit gerekend de eenige pasagier in de afdeeling pluche te zijm Na een rit van ruim IV2 uur belandde ik in Oostvooriie. De zorg die de conducteur voor zijn eenigen passagier aan den dag legde, was werkelijk voorbeeldig. Hij bracht mij van het perron naar den weg door het dorp, beduidde mij toen dat ik de tramrails moest oversteken en legde mij tenslotte uit, dat ik in die ga rage, waarop ik met koeien van letters taxi- verhuurinrichting zag staan, een auto kon huren. I11 een waarlijk vorstelijke taxi, ingericht voor 6 personen, ben ik naar het werkkamp gebracht. De weg was niet zoo heel eng mooi, maar toch al weer stukken beter dan in Ohaam. Na circa 12 minuten stopte de taxi voor een wit hek met er boven een bord waarop stond te lezen: „De Schaapskooi". Het was ongeveer half 3 in dén middag. Wan neer u nu weet dat ik om 9.15 uur van het werkkamp „Het Putven" te Chaam was ge start, dan kunt u nagaan hoe lang de reis geduurd heeft. Ruim 5 uur reizen, 't Was welletjes! „Even voorstellen, m'n naam is Nauta, kampcommandant". Mijn verbazing duurt maar heel even, dan noem ik eveneens m'n naam. Waarom ik verbaasd ben? Om het jeugdige uiterlijk van dezen kampco, den heer P. Nauta, leider van circa' 100 jongens, waar van Rotterdam en den Haag het overgroote gedeelte hebben geleverd. Alleen een journa list kan zoo indiscreet zijn om den leeftijd van den gastheer te vragen. Ik ben journa list en dus,... Neen, het antwoord op mijn vraag zal ik niet publiceeren. De mede deeling dat ik te gast ben bij den jomgsten kampcommandant is de 9, die door de Cen trale voor WerMoozenzorg" zijn aangesteld is voldoende. „Door den regen is er vandaag' nog niets van werken gekomen," aldus één der eerste mededeelingen van den kampco. Ik knik toe stemmend. In Chaam was het bij mijn aan komst hetzelfde geval, 't Gekstee is dat daar na mijn komst het weer opklaart ennau welijks ben ik een half uur in „De Schaaps kooi" of het wordt eveneens droog, d.w.z. de jongens zullen toch nog naar het werk kun nen gaan. Ondertusschen- neemt de bezoeker, vergezeld van den gastheer, een kijkje op het terrein. Het kamp lijkt hier anders dan in Chaam, maar in wezen is het toch hetzelfde. Alleen zijn hier dan 12 barakken, elk inge richt voor 8 jongens (chef inbegrepen). Voorts zijn alle barakken in tweeën ver deeld: een slaapzaaltje met alleen 1-persoons kribben en een gedeelte waar de jongens nog even kunnen zitten. Ook is er in dit kamp geen waschlokaal. Wasschen doen de deel nemers in hun verblijf. De leeszaal is leuk in gericht. Geheel door de jongens zelf gedaan. Ook de aardige rustieke hoekjes op 't kamp terrein en de dito bruggetjes, doen het goed. .Natuurlijk kijken wij in de keuken, waar de kok, in vol ornaat, ruitjesbroek, witte jas en muts den scepter zwaait. Dan noodigt de kampco mij uit om naar het werk te gaan kijken. Ik schiet in m'n re genjas, hetgeen tot gevolg heeft, dat na 10 minuten de regen zich al weer laat gelden. Langs slingerende eenmanspaadjes voert de kampco mij naar het „Breede Water", dat de kamp-deelnemers thans geheel in orde ge bracht hebben. Zoover m'n oogen reiken zie ik een duinmeer, met hier en daar eilandjes. Een prachtige vogelbroedplaats. Daar was het ook om begonnen, want dit meer was door de snelle vegetatie geheel aan het dicht groeien, zoodat onder de vogels een ware wo ningnood uitbrak. Mede door de activiteit van de „N.V. Mij,. Voorne's Duin" en de „Ver- eeniging tot Behoud van Natuurschoon" is men er in geslaagd „De Schaapskooi" aan den binnenkant van de duinbosschen in te richten. Het weïkobject voor de werklooze jeugd lag hier voor de hand. Wij gaan verder naar den vijver, welke de jongens nu aan het graven zijn en waar voor een stuk waardelooze grond met wat on kruid opgeofferd wordt. Als wij bij dit werk komen zijn de jongens al weer weg. De regen! De grond is hier al diep uitgegraven en aan gezien een kleine 100 paar armen het werk aanpakken, za 1 men binnen niet al te lan gen tijd gereed zijn. Welk werk er dan gedaan wordt? De kampco lacht even, eer hij ant woordt: „Weer terug naar het „Breede Wa ter", daar is nog genoeg te doen!" Het loopt tegen etenstijd als wij, wederom langs slingerende paadjes terugkeeren naar het kamp. „Springen", hoor ik voor me roe pen. Een waterplas over de geheele breedte van het pad verspert ons den weg. Erg lang is zij gelukkig niet. Maar even later komt er eentje die veel langer is. Zigzag stapt de kampco dan over den plas heen en geluk kig heb ik lange beenen zigzaggend volg ik hem. Reeds in de verte kan men het kamp zien liggen. De lichten zijn al ontstoken. Ik kan net den tijd vinden om droge sokken en schoenen aan te trekken, dan luidt de etensbel. 's Avonds is er vraag-avond, d.w.z. de in de Vragenbus ingediende schriftelijke vragen worden dan behandeld. Voorts wordt er na tuurlijk gezongen. Vervolgens deel de heer Nauta den uitslag mede van den barakna- menwedstrijd de jury, gevormd door de kampdames en den kampco, had daarbij een zware taak en dan is het: dagsluiting. De kampco leidt deze zelf. Eerst leest hij den aandachtig luisterenden jongens een ge deelte uit den bijbel voor, dan legt hij, een voudig en duidelijk uit, wat daarmede be doeld wordt. Tenslotte gaat hij dan voor in gebed. De dagsluiting wordt geopend en ge sloten met gezamenlijk zingen van een psalm, begeleid op het orgel. Slechts even praat ik met den heer Nauta na, dan zoek ook ik m'n krib op. Hoe laat m'n slapie in dit geval de kampco, te bedde ging, weet ik niet. Toen sliep ik al als een roos, Een halve eeuw geleden Uit Haarlem's Dagblad van 1887 9 Maart. Door B. en W. was het voorstel ge daan tot het verkrijgen van machtiging om school C openbaar voor afbraak te verkoopen. Naar aanleiding daarvan werd door den Voorzitter lezing ge daan van een schrijven van den ge meente-archivaris, inhoudende het verzoek, uit genoemd schoolgebouw, vóór men tot de slooping overging, een paar kunstig gemaakte schoorsteen mantels, voorts eenige balken, draag- steenen,' sleutelstukken enz., weg te nemen, daar het behoud van die voor werpen voor de gemeente van belang is. Door den heer Dr. Cuypers was het verzoek gedaan om eenige van die voorwerpen ten behoeve van het Rijks museum te mogen ontvangen. Door den heer Gallandat Huet werd op de waarde van enkele deelen van het gebouw, dat uit de '16e en 17e eeuw dagteekent en deel uitgemaakt heeft van het toenbestaande bisschoppelijke paleis, gewezen en opgemerkt dat som mige deelen van het schoolgebouw meer voor 's Rijks verzameling, andere weder meer voor die der stad waarde zouden hebben. De vraag, wat voor het Rijk en wat voor de gemeente zou moe ten worden gereserveerd, lokte een ge el achtenwisseling tusschen enkele leden uit. De Voorz adviseerde, het gebouw voor afbraak te verkoopen, na voor de ™meente een tweetal schoorsteenman tels en enkele deuren te hebben gere serveerd en voorts aan den heer Dr. Cuypers te kennen te geven, dat hij tot het verkrijgen der voorwerpen, door het Rijk gewenscht, met den slooper van het gebouw in onderhandeling zou moe ten treden. De roofmoord te Vlissingen. Onderzoek vordert slechts langzaam. Dr. E. C. van Rijssel uit Rotterdam heeft de sectie verricht op de beide slachtoffers van den roofmoord te Vlissingen. Het on derzoek vordert langzaam. Het eenige, dat men nu heeft kunnen vaststellen, is, dat Woensdagavond laat nog twee mannen in het café zijn geweest van wie men echter slechts een zeer vaag signalement bezit. De politie doet daarom nogmaals een drin gend beroep op de medewerking van het pu bliek, om zich direct tot de politie te wenden, wanneer men iets ontdekt, dat voor het on derzoek dienstig kan zijn. Wij herinneren er in dit verband aan, dat het zeer waarschijn lijk is, dat de dader zelf min of meer ernstig werd gewond, hetgeen de aandacht op hem moest vestigen. TWEE ZIEKEN PER VLIEGTUIG VERVOERD. Maandagmiddag is een ambulance-vliegtuig van het Roode Kruis van het vliegveld Eelde naar Schiermonnikoog vertrokken. Het toe stel werd bestuurd'door den instructeur Lam- bermont, terwijl de arts Brouwer medevloog. Het vliegtuig was opgestegen om te Schier monnikoog twee zieken, jongens uit de R.K. Zieken-vacantiekolonie aldaar naar Arnhem, waar zij woonden, te vervoeren. Het toestel heeft de jongens laat 'in den middag op Eelde gebracht, vanwaar ze per zie kenauto naar hun woonplaats werden overge bracht ITT DE STAATSCOURANT. Bij Kon. Besluit van 6 Maart 1037, is met ingang van 1 April 1937 benoemd tot bur gemeester der gemeente Rucphen en Vorens einde: J. J. van Buitenen. De nieuwe burgemeester van Rucphen en Vorenseinde, de heer J. J. van Buitenen, werd 27 November 1886 te Delft geboren en is dus 50 jaar. Hij is thans wethouder van Breda en Rijksinspecteur voor de werkverschaffing. Ik leerde haar in den D-trein kennen. Tien minuten na het vertrek. Zij droeg een reis- costuum van uitstekenden snit en een bruin leeren reishoed. Zóó stond zij in de gang van den slaapwagen en rookte een sigaret. In den restauratiewagen nam ik met een verontschuldigend woord aan haar tafel plaats. Er was werkelijk geen ander plaatsje vrij. Weldra waren wij in gesprek. En ik hoorde, dat zij naar Warschau reisde. Zij sprak vier talen vloeiend en schilde haar appel met gratie. Zij had mooie handen en met groote grijze oogen keek zij iemand tot diep in het hart. Den volgenden dag' moest ik naar Dresden. Zij reisde verderMaar wij wilden elkaar niet uit het oog verliezenWij wilden el kaar weerzien Vier dagen later kreeg ik haar eersten brier Acht kantjes. Ik wou dadelijk antwoorden. Maar ik deed het niet. Het was mij niet mo gelijk. Een week daarna kwam een nieuw epistel. Met verwijten. Ik had haar vergetenIk had haar bedrogen, haar om den tuin geleid. Ik keurde haar niet eens een antwoord waar dig Ik was vertwijfeld. Las en herlas haar tinei telkens weerIk draaide hem om, bekeek hem van alle kantenBekeek ook wee moedig den omslag. Maar ik antwoordde weer niet. Ik kon niet. Binnen acht dagen kwam de derde. Dit keer werkelijk vertwijfeld, verlangend en ver wijtend. Een brief, waarvan men tranen in. de oogen kreeg. Ik werd er verdrietig van. Maar toch kon ik weer niet antwoorden. Ik verscheurde hem, woedend op mij zelf en de wereld Toen bleven de brieven uit. Maar na drie weken kwam zij zelf. Trotsch, koel, afwij zend, beleedigd. Zij was alleen maar geko men om rekenschap te vragen, waarom ik haar als de eerste de beste behandelde. Ik wou haar alles uitleggen, wou haar alles zeg gen. Maar zij liet mij niet aan het woord ko men, sloeg de deur dicht en ging. Zoo kon ik haar niet zeggen, dat zij mij niet eenshaar adres had gegeven Vrij naar Sigma, jf

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1937 | | pagina 2