Het Roode Kenteeken De verkiezingen te Brussel. De politie moest enkele malen handelend optreden, om inciden ten te voorkomen Folklore. De traditioneele meiboom-planting te Noorbeek in Limburg gaat met veel ceremonieel gepaard. In optocht wordt de 30-meter lange den naar het dorpsplein gebracht, om daar geplant te worden De Deensche kapitein Jensen, belast met de non interventie-controle in de Oostelijke Pyreneëen Een historisch bouwwerk behouden. De restauratie van de Nieuwe Kerk te Delft is thans zoover gevorderd, dat een gedeelte van het interieur reeds van de steigers is ontdaan H. M. de Koningin bracht Maandag een bezoek aan de voorjaarsbloemen- tentoonstelling „De Hofstadbloem in de nieuwe tentoonstellingshallen op Houtrust te den Haag. Een foto tijdens de bezichtiging het vooruitzicht der vierdaagsche afstandmarschen. De stormbrigade der Haagsche politie is Maandag met haar training begonnen Na de tewaterlating van de „Nieuw Amsterdam" is men terstond met den afbouw van den Neder- landschen oceaanreus begonnen. Een kijkje op de werkzaamheden Na zijn stemplicht vervuld te hebben, verlaat de Belgische premier Van Zee land het stembureau te Brussel FEUILLETON OTTWELL BINNS. (Nadruk verboden) 12) „Phew!" Terry Domville's gefluit drukte meer uit dan woorden het hadden kunnen doen. Een oogenblik zei hij niets, bracht zich vele mogelijkheden voor den geest. Van Hou ten was een Wall Street koning, die in zijn onmetelijken rijkdom Rockefeller dicht op de hielen zat en als een jongetje van twee jaar alles zou erven, was het heel wel mogelijk dat alle kinderroovers en boeven van New-York tot Chicago en van daar tot New-Orleans en Frisco het op hem gemunt hadden. In de Vereenigde Staten was iets dergelijks een ware industrie en zoo'n rijk kind zou een verleide lijke gijzelaar zijn. Maar er waren dingen, die hij nog niet begreep een daarom vroeg hij verder. „Is die advocaat een eerlijk man?" „Hij een Mr. Van Houten gingen als twee broers met elkaar om. Hij is bezorgd voor het kind". „En de vader van het kind uw broer? Waarom mag het kind niet bij hem blijven?" De bezorgdheid in de bruine oogen werd dieper. „Mr. Van Houten hield niet van mijn broer. Maurice en Lisbeth zijn er met elkaar van door gegaan. Hij heeft het hun nooit kunnen vergeven en Maurice heeft geen geluk gehad. Maar hij wil niet dat hij in den weg staat van zijn zoontje, dat den naam van sijn grootvader zal krijgen". „O, ik ben zijn voogd tezamen met Mr. Sarony, den advocaat". Terry Domville dacht meer dan hij aan het meisje liet merken. „Deugt niet", was zijn oordeel over Maurice Charlton, maar hier door was het mysterie niet opgelost. Hij dacht een oogenblik na en maakte toen weer een opmerking. „Maar al is Saroni boven alle verdenking verheven, dan is zijn klerk dat nog niet. Als hij het werkelijk geweest is, die alles voor u in orde gemaakt heeft, dan zou ik zeggen, dat hij een schurk isAl deze geheimzinnig heid „U begrijpt het niet. Daar heeft Maurice op aangedrongen. En Mr. Sarony had de een of andere geldige reden om het daarmee eens te zijn". „Heeft hij u niet verteld wat dat voor een reden was?" „Nee! Hij wilde niet wegens laster ver volgd worden en hoe minder ik wist des te beter". „Dan was er natuurlijk iemand, die, vol gens hem, zich in de zaak kon mengen. Ik ben benieuwd wie?" „Ik heb er geen idee van". Terry Domville staarde afwezig naar het donkere patrijspoortje. En in het glazen cir keltje zag hij, als in een spiegel, een beeld zich vormen het beeld van drie mannen in een theehuis te Kowloon. In aandacht ver zonken aanschouwde hij het visioen, dat zijn geest hem voorgetooverd had en ingespannen nam hij den man in zich op die bij Chan en den dikken kapitein van de Dusty Miller" ge zeten had en die zoo duidelijk van een speciale standing was. „Die kerel", fluisterde hij hardop. „Wie?" vroeg Norma Charlton vlug. „Ik kreeg ineens een idee. Kapitein Amos Smith „Ja? Ja?" „Veronderstel, dat hij toevallig een van de mannen is, die uw broer „Lieve deugd!' fluisterde het meisje „Misschien is hij van plan u als gijzelaar vast te houden, of, wanneer hij de geschie denis van uw broei* kent, trachten het kind in handen te krijgen en zoodoende uw broer tot iets te dwingenHet is waar schijnlijk bekend, dat het kind de erfgenaam is?" „Het heeft, geloof ik in de helft van alle kranten van de wereld gestaan de erfenis van de Van Houten millioenen was een be langrijk nieuwtje, weet u". „Ja, natuurlijk". Terry dacht weer na. Het geheim van den kapitein van de „Dusty Miller" in verband met Norma Charlton was nog lang niet opge lost, maar wat hij vernomen had, kon tot ver schillende mogelijke oplossingen leiden en een tijd zat hij diep in gedachten verzonken. Toen vroeg hij: „Hebt u dien gebochelden Chinees op dit schip gezien, sinds u aan boord gekomen bent?" „Nee. Denkt u, dat hij hier is?" „Ik weet het niet. Het lijkt me het beste om haar aan dek te gaan, misschien kunnen we dan uitvinden, of hij er is. Dat hij met Amos Smith in deze onderneming onder een hoedje speelt, is zeker. Want, ziet u, ik heb van den eigenaar van het theehuis te Kowloon een waarschuwend briefje gekregen. Hij had klaarblijkelijk het gesprek van de drie afge luisterd. Het briefje maakte vooral melding van den gebochelden Chinees en het is zeker, dat hij het geweest is, die me heeft laten be dwelmen en aan boord van dit schip bracht. Bent u klaar?" Hij ging opzettelijk vlug en zachtjes naar de deur, ofschoon hij dat schijnbaar alleen maar deel om die voor het meisje te openen Toen zij hem bereikt had schoof hij de deur vliegensvlug open en Norma Charlton deed een stap naar voren. Toen greep ze zijn arm beet. „Kijk", fluisterde zij. „Kijk", Terry Domville deed wat hem gezegd werd en zag. zonder eenige verrassing een kleine misvormde gedaante de kajuitstrap ophollen „Als je van den duivel spreekt", fluisterde hii en voegde er toen bij; „Bus dat weten we tenminsteGa aan dek. Laat den man geen vermoeden krijgen, dat we hem in gaten hebben. Ik kom binnen vijf minuten bij u". Het meisje knikte en ging naar* de trap. Terry stond een oogenblik te kijken totdat ze boven was, toen ging hij in de kajuit terug, deed de deur dicht en nam vlug de drie of vier kisten tegen de muren in oogen schouw, zich afvragend, welke van hen het ding be vatte, dat hij op het oogenblik het vurigste verlangde. HOOFDSTUK IV. Een lief, onschuldig meisje. Hij liep naar een van de kisten, die er het meest belovend uitzag. Er zat een hangslot op dat gesloten leek te zijn, maar met een ruk viel viel het open, daar het óf kapot- óf niet voldoende dichtgeknipt was. Hij haalde het uit de kwam en opende de kist. Deze was ge deeltelijk gevuld met kleeren en persoonlijke eigendommen, waartusschen hij als een be roepsvisiteur met zijn handen graaide, totdat hij gevonden had wat hij zocht en het te voorschijn haalde een automatisch pistool, het eigen wapen van kapitein Amos Smith. De patroonhouder was gevuld, maar voor alle zekerheid, graaide hij opnieuw, totdat hij een doosje ammunitie vond, dat hij zich toe eigende en met het pistool in zijn zak stopte. Daarna streek hij de omgehaalde garderobe weer glad, deed de kist dicht, liet het hang slot, zooals hij het gevonden had en ging op gewekt fluitend naar het dek. Bovenaan de kajuitstrap werd hij door een regen van stekende waterdruppels ontvangen, die door een krachtigen windstoot opgeworpen werd en hem voor een oogenblik half ver blinde. Hij grijnsde over het ongeval, veegde net zout uil zijn pijnlijke oogen en keek om zich heen. De „Dusty Miller" baande zich met moeite een weg door huizenhooge, woeste tegenzeeën. Nu en dan spoelde het wate? over het dek en stroomde de spuigaten uit. Kapitein Smith stond op de brug, de gebochel de Chinees was aan het stuur en verschillende andere leden van de bemanning waren op de dekken bezig, maar noch van Norma Charlton noch van Miss Wakinshaw was een spoor te bekennen. Hij was teleurgesteld, dat Miss Charlton niet aan dek was, maar toch verbaasde hem dit nauwelijks. Met een bries, die tot een halven storm aangewakkerd was en golven, die-zich met witte schuimkoppen bedekt voor het schip verhieven; was het dek van de „Dusty Miller" nu niet bepaald een paradijs voor dames. Nadat hij opgemerkt had, dat het schip in zuidelijke richting voer en dat de gebochelde Chan hem gade sloeg, keerde hij naar de kajuit terug, waar hij het zich ge makkelijk maakte en in een draaistoel en van zijn laatste drie cigaretten op ging zitten rooken. Daar was hij nog mee bezig, toen iemand aan de deur morrelde. Een oogenblik later werd zij haastig opengeschoven. Hij keek om en zag Norma Charlton. Er lag een vreem de blik op haar gezicht en een booze glans in de bruine oogen. „Wat is er aan de hand?" vroeg hii vlug toen het meisje de deur achter zich sloot. „Dat meisje", zei ze op harden toon, „dat- is een spionne —of een dievegge!" „Ah!" zei hij en vroeg: „Wat is er ge beurd?" „Ik ging aan dek. maar het weer was zoo verschrikkelijk ruw, dat ik daar niet bleef, maar naar de hut ging, die Miss Wakinshaw en ik samen hebben. De deur was gesloten en ik moest kloppen om binnengelaten te worden. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1937 | | pagina 5