Mï
ft
BESTE VRIENDINNETJES
EN VRIENDJES
Vandaag begin ik direct aan de briefjes
en schrijf dus geen briefje vooraf.
Beste MOEDERSJONGEN. Wel hoe gaat
het met je vader? Is hij nog steeds ziek? Je
moet maar heel lief voor moeder zijn en als
je in de gelegenheid bent, haar met het werk
helpen Je moeder heeft het nu door je va-
der's ziekte dubbel druk, Wil je je moeder
m'n groeten doen? Beterschap met je vader.
Dag Moeders jongen.
Lief LELIETJE VAN DALEN. Jij wordt
een flink meisje zeg. Je hebt keurig gepoetst.
Zoo mag ik het graag zien. Je moet thuis
maar flink helpen. Je zusters zullen het wel
druk hebben met het helpen van je zusters
die ziek liggen. Het beste met allen hoor. Dag
Lelietje van Dalen.
Lief DOORNROOSJE. Je zus heeft je dus
aan het briefjes schrijven herinnerd? Dat is
flink van haar. Toch begrijp ik dat je met
alle drukte thuis niet zoo gemakkelijk tot
schrijven komt. Ga je nog trouw naar de Gr.?
Of heb je daar ook meestal geen gelegenheid
meer voor? Het beste met allen. Wil je je
moeder en grootmoeder m'n groeten terug
doen? Dag Doornroosje.
Beste KLEIN© ZUS. Vorige week Woens
dag heb ik je gezien. Je was fijn aan 't spe
len zeg. Je stond zeker heel dicht bij je huis?
Profiteer maar veel van het mooie weer.
Dag kleine Zus.
Lief ROZEKNOPJE. Weet jij heelemaal
niets te schrijven? Dat is al heel weinig zeg.
Vertel me een volgende week maar eens of
je, nu je een bril hebt. beter op school op het
bord kunt zien. Ook wil ik graag weten welke
spelletjes je zooals buiten speelt. Denk je ev
ook aan plaatjes voor den a.s. kleurwedstrijd
uit te knippen? Dag Rozeknopje.
Beste VERONIKA. Dat is mooi hoor. mij
zoo maar te vergeten. Gelukkig dat het niet
altijd zulk mooi weer is, anders zou ik er
slecht afkomen. Wat speel je alzoo in het
zand? Toch zeker niet meer met schop en
emmer, daar ben je te groot voor. Nog wel
gefeliciteerd met je verjaardag. Je hebt een
goeden dag gehad. Jammer dat je mij niet
van te voren de datum hebt opgegeven, 'k Had
je graag een kaart gestuurd. Speel nog maar
fijn, maar vergeet mij niet meer. Dag Vero-
nika.
Lief KRULLEKOPJE. Wat heb je prettig
gespeeld. Gemakkelijk als je in een oogwenk
een compleet huis kunt samenstellen met
badkamer en alle denkbare comfort. De be
woners waren ook in een oogwenk aanwezig
en zullen de meubels wel keurig op hun plaats
hebben laten staan. Nog veel pleizier. Dag
Krullekopje.
Lief TEEKENAARSTERTJE. Hartelijk
dank voor je teekeningen en je briefje. Wat
prettig dat je nu ook zelf kunt schrijven. Ik
hoop nog veel briefjes van je te ontvangen.
Dag Teekenaarstertje.
Beste BERENDMAN. Ja, je zit nu zeker
ver van me vandaan. Je hebt vroeg vacantie
en ik hoop dat je wat mooi weer treft. In de
bosschen is het anders heel gauw goed, maar
wil men eens in een hangmat luieren dan
moet het toch ook wat warm zijn. 'k Dank je
voor je teekening. Dag Berendman.
Beste POLLY. En hoe bevalt het je in
Hilversum? Je geniet zeker volop van de
boschlucht. Het plaatsje is voor mij niet on
bekend en ik vond het er altijd prettig. Je
gaat nu zeker ook het mooie raadhuis en het
AVRO-gebouw bewonderen? Geniet maar
zooveel je kunt. Ik hoop, dat de Hilversum -
sche lucht je goed doet en dat je geheel her
steld weer te IJmuiden terugkomt. Dag Polly.
Best KALFJ®. Ook al een vroeg vacan-
tienemertje. 't Was zeker 1.1. Maandag heel
fijn in de bosschen? Ik voor mij vind het er
in het voor- en najaar het prettigst. Midden
zomer is het er mij veel te drukkend. Prettig
dat je vrij van school mocht. Geniet maar
veel. Wil je je moeder m"n groeten terug
doen en- haar namens mij prettige vacantie
wenschen? Dag Kalfje.
Best ZONDAGSKIND. Wat heeft je kleine
Zus een mooien naam. Lizetta Aleida. Natuur
lijk is ze nog bij je moeder thuis. 16 Maan
den is nog veel te jong voor de fröbelschool.
Daarvoor moet ze minstens 36 maanden oud
zijn. Je speelt en wandelt zeker veel met
haar? Hoeveel zusjes en broertjes heb je wel
en hoe heeten ze? Krijg ik in je volgend
briefje antwoord op m'n vraag? Dag Zon
dagskind.
Lief CROCUSJE. Je zult me 1.1. Woensdag
niet thuis hebben getroffen. Ik was op fa
miliebezoek te Haarlem. Hoe of ik het maak?
Gelukkig nog steeds uitstekend. Met mooi
weer is het prettig in de duinen maar met
regen brrr., dan is het beter thuis, 'k Hoop
dat je nog veel naar hartelust kunt spelen
en stoeien. Wil je je ouders m'n groeten te
rugdoen? Dag Crocusje.
Best HANDWERKSTERTJE. Dat was ook
even fijn zeg 1.1. Donderdagmorgen om elf
uur Een echte verrassing hoor. Je moeder
weet wel wat fijn is en wat ik prettig vind.
Speel je nog steeds prettig met de kinderen
die in je omgeving wonen? Over een poosje
zal ik aan' je moeder's verzoek, het huis te
komen zien, gehoor geven. Momenteel moet
ik nog met de je bekende loten op stap. Als
ik ze verkocht heb, kom ik eens. Tot ziens.
Dag Handwerkstertje.
Lief ZUSJESBESCHERMSTERTJE, Wel
meisjelief hoe staat het leven? Hoé gaat het
met je mandolineles? Hoe gaat het in de 6e
klas, nog steeds gemakkelijker dan in de 5e?
Heel wat vragen, die je me volgende week
mag beantwoorden. M'n briefje past mis
schien in 't geheel niet als antwoord op jouw
briefje, maar daar kan ik niets aan doen.
Waardoor niet? Dat vertel ik je wel zoodra
ik je zie. Dag Zusjesbeschermstertje.
Best DUINSPARRETJE. Onlangs liep
ik op den Biezenweg en zag de buizen voor
de rioleering langs het Spekkenwegje liggen
Het zal denk ik, echter nog wel een poosje
duren, eer die buizen in den grond geplaatst
zijn. Jullie, n.l. jij met je zusjes moeten maar
niet op en bij de buizen gaan spelen. Jullie
krijgt er zoo gemakkelijk een ongeluk, voor
al wanneer er rails liggen en tractors met
lorries zich op de rails bevinden, Hoe gaat
het op school en hoe maakt je vriend Cox*
BET SLIMME KONIJNTJE
door W. B.—Z.
Jan: Konijntje kom maar gauw bij mij,
Het is zoo stil daar op de hei.
Ik geef je dan veel lekker gras,
Ik zou 't maar doen, als ik je was.
Mijn vader timmert dan heel gauw.
Van planken een mooi hok voor jou.
Je zwerft nu maar door weer en wind,
Totdat je wat te eten vind.
Konijntje-lief kom nu maar gauw,
Je hebt bij mij nooit last van kou.
Konijntje: Neen Janneman, je krijgt me niet
Gevangen-zijn is een verdriet.
Al zwerf ik op de groote hei,
Ik ben toch altijd even blij.
Nu ga ik er maar gauw van door,
Ik pas heusch voor je hokje, hoorl
V. het? Ik hoor of zie niets van hem. Zeg
hem maar dat ik naar hem gevraagd heb.
Dag Duinsparretje.
Lief SNEEUWVLOKJE. Je hebt een heele
tuinderij zeg. Spinazie, aardbeien, uien, erw
ten en walseboonen. Wat zijn dat voor boo-
nen? Wie verzorgt alles? Grappig groenten
en fruit uit eigen tuin. Hoe staat het met de
bloemen? Staan er ook narcissen in je tuin
tje? Je hebt me nu volgende week heel wat
te schrijven, tenminste als je de door mij ge
stelde vragen wilt beantwoorden. Maar dat
wil je zeker. Dag Sneeuwvlokje.
Lief STERRETJE. ja, de bollenvelden
worden nu echt mooi, vooral de narcisvelden.
In de omgeving van je woning liggen wel
eenige terreinen, 'k Begrijp dat je graag mooi
weer hebt. Zoo'n wandeling met je ouders
is ook maar niet even prettig. Wil je je moe
der van mij de groeten doen? Nog veel ge
noegen op je tochten. Dag Sterretje.
Lief SPARRETJE. Wel meisje ben je 1.1.
Donderdag goed geslaagd? Ik hoorde je op
school zelfs zingen„Ik krijg lekker een....
Ik krijg lekker eenenz. Vind je niet dat
ik een scherp gehoor heb? Je moet me vol
gende week maar eens verslag doen. Vind
ik het dan erg mooi en denk ik dat het mij
ook zal staan, dan kom ik bij gelegenheid
wel eens aan om het mede te nemen en een
plaatsje te geven in de kleerenkast van per
ceel Roggeveenstr. 27, IJm. Volgende week
krijg ik dus een uitvoerige beschrijving?
Prachtig hoor. Bij voorbaat reeds m'n dank.
Dag Sparretje
Veel groeten van
Mej. E. VIJLBRIEF.
UIT DE NATUUR
ONS AQUARIUM.
Het wordt weer eens tijd, dat we een
woordje wijden aan onze watervrienden. La
ten we hopen, dat ons aquarium nu goed is,
d.w.z. al zijn er geen visschen in, dat het
dan toch helder en frisch er uit ziet, met be
hoorlijke groene planten. Dan heb je mooi
gelegenheid er wat aardigs in te beleven.
We kunnen nu al er op uit trekken met een
net en emmertje om wat aan den waterkant
te vangen. Wie over een niet al te groot aqua
rium beschikt, zoekt een paar stekelbaarsjes,
liefst een man, die nu een mooie gekleurde
borst en groene rug krijgt, met een paar
vrouwtjes, die donkerder van tint en ronder
van vorm zijn, maar denk er om, dat je ze
dan van één soort uitzoekt, dus met drie of
tien stekels op den rug.
We zorgen dan nog, dat er voldoende plan
ten en vezeltjes in het water zijn en al gauw
is het mannetje druk in de weer om een
nestje te bouwen. Hij begint met een kuiltje
te maken en neemt dan telkens een mondje
vol zand en spuwt dit een eind verder weer
uit. Is het kuiltje groot genoeg, dan maakt
hij een tonvormig nestje van de vezeltjes, met
aan elke kant een opening, waarvan de eene
toegang iets grooter is dan de andere. Is het
nest eindelijk naar genoegen, dan houdt de
architect een jacht op de wijfjes, die hij door
het nest jaagt, door de wijde opening naar
binnen en dan met geweld door de nauwe
opening naar buiten. Het wijfje laat dan in
haar angst de eieren in het nest achter. Zoo
behandelt de man alle wijfjes tot hij genoeg
eitjes bij elkaar heeft. Dan laat hij de dames
ook met rust en houdt trouw de wacht bij het
nest, waar de kostbare schat ligt en hij zorgt
dat er ook niemand in de nabijheid komt. Met
de borstvinnen stuwt hij versch water door
het nest. Als de jonge vischjes uit het ei
komen, mogen ze zich nog niet buiten het
nest wagen, want Papa drijft ze direct weer
terug. Eerst als ze wat grooter zijn mogen ze
mee op een toertje door hun waterverblijf.
Kunnen ze eenmaal voor zich zelf zorgen, dan
is de taak van vader afgeloopen en hij ver
liest dan ook weer zijn mooie kleuren en
wordt een gewoon stekelbaarsje. We geven ze
dan ook maar weer de vrijheid terug, want
anders wordt het aquarium overbevolkt op
den duur.
S.
500 K.M. ONDER DE OPPERVLAKTE
VAN DE ZEE.
Natuurlijk denk je dat er achter aeb m uen
kop boven dit artikeltje 2 nullen teveel staan,
maar dat heb je dan toch mis. We weten wel
dat er geen zee bestaat met een diepte van
500 K.M. De oceanen volstaan over het alge
meen met een honderdste deel daarvan, en
zelfs die diepte is voor een mensch totaal on
bereikbaar. De bekende diepzee-onderzoeker
William Beebe, die zulke ijselijke geschiede
nissen weet te vertellen over het leven daar
beneden in den watergrond is met zijn sta
len kogel toch nooit dieper afgedaald dan 1
K.M., waar op den kogel een druk van 100
atmosfeer stond.
Neen, je moet ons opschrift symbolisch op
vatten: als je n.l: 500 K.M. onder de zeeopper
vlakte kon duiken, zou de druk van het water
tot 50.000 atmosfeer stijgen. Weet je wat dat
zeggen wil? Als je een groote goederenwagen
op den nagel van je duim kon zetten, dan zou
die plek een druk van ongeveer 50.000 atmos
feer te dragen hebben! En nu is het een Ame-
rikaansche professor, met behulp van een
speciaal geconstrueerde hydraulische pers,
gelukt, een dergelijken enormen druk te be
reiken en te onderzoeken hoe verschillende
stoffen zich onder deze ontzettende spanning-
gedragen. Professor Bridgman, zoo heet de
geleei*de, deed daarbij eigenaardige ontdek
kingen. Je weet natuurlijk dat alle stoffen
uit moleculen zijn opgebouwd, en nu be
merkte professor B. dat deze moleculen on
der zeer hoogen druk, gepaard aan een
draaiende beweging, haar oorspronkelijke
posities verlieten en tot een nieuwe groepee
ring overgingen, terwijl ook de electrische
krachten, waarin de moleculen zich bewegen,
zich aan den nieuwen toestandaanpasten.
Met andere woorden: er ontstond een nieuwe
substantie, een nieuwe stof. Hier heb je een
paar resultaten van professor B'.
Rubber verloor onder zeer hoogen druk
haar elasticiteit en veranderde in een hoorn
achtige doorzichtige massa. Met papier ging
het precies zoo en ook katoen en linnen de
den ongeveer hetzelfde. Toen loodoxyde onder
d'raaidruk gebracht werd, gebeurde er iets
heel eigenaardigs. Tot niet geringe verbazing
van den geleerde ontplofte de stof en al
leen het metaal bleef over. Dal was iets
nieuws! Ontploffing van een volkomen ge-
vaarlooze stof, enkel als gevolg van hoogen
druk (De temperatuur bij deze proefnemin
gen steeg niet boven 34 graden) een schei
kundige ontbinding, alleen daardoor, dat de
moleculen van de betrokken stof dicht ge
noeg bij elkaar gebracht werden! Direct pro
beerde de professor ook het omgekeerde, n.l.
of hij door hoogen druk ook een scheikundige
verbinding tot stand kon brengen. Koper en
zwavel werden tezamen onder den druk ge
bracht. Bij een spanning van 20,000 atmosfeer
volgde een ontploffing die overigens zoo
sterk was, dat een stalen kolf uit elkaar
barstte de goed bekende, zwarte kopersul-
fietverbinding was ontstaan.
Maar hebben deze proeven ook practische
beteekenis? Ja zeker, wel degelijk. Zoo heeft
men al getracht het weeke aluminium door
overeenkomstige drukdraaiprocessen, te har
den en men heeft ook resultaat bereikt, n.l.
aluminium van groote stevigheid en vast
heid. Zooals je weet, zijn diamanten en het
graphiet van je potlood eigenlijk precies de
zelfde stof n.l. koolstof. Alleen de groe
peering van de moleculen verschilt een beetje
Het is professor Bridgman dan ook gelukt
graphiet in diamant te veranderen, maar.
deze omzetting was niet van langen duur: de
diamanten veranderden 'weer in graphiet.
Het belangrijkste van prof. Bridgmans proe
ven is echter, dat de door hem bereikte span
ningen eenigszins beginnen te lijken op de
geweldige spanningen, die in het binnenste
van de aarde heerschen. Langs dien weg kun
nen we dan misschien wat meer licht ver
krijgen over het ontstaan van de verschil
lende gesteenten en dat is voor ons inzicht
in de wordingsgeschiedenis van onze pla
neet van heel veel belang. Want nog geen
enkel mensch heeft ons nu eens een helder
overzicht kunnen geven van de ontzaggelijke
scheikundige omzettingen en veranderingen
die in het binnenste van de aarde, bij enorme
gloeihitte en onder reusachtigen druk, moe
ten plaats hebben. En natuurlijk willen we
toch graag nauwkeurig weten wat er in het
inwendige van onze planeet, waarop de
menschheid nu al zoo lang leeft, omgaat.
LIJFSPREUKEN VAN BEROEMDE
PERSONEN.
Zooals je wel weet, voerden vooral vroeger,
vele bekende en beroemde personen een le
vensleus of lijfspreuk, waarin de kern van
hun levensbeschouwing tot uitdrukking kwam
We laten hieronder eenige volgen. De meeste
luiden eigenlijk in het Latijn, maar, terwiile
van de niet-latinisten onder jullie en dat
zijn er misschien nog wel een paar! ge
ven we ze alleen in vertaling weer. Ga maar
eens na welke je het liefst voor jezelf zoudt
willen kiezen.
Piet Hein: „Zilver is minder dan goud (daar
kon P. H. inderdaad over oordeelen! Red.);
beiden zijn minder dan de deugd."
Arminius: „Een goed geweten is een para
dijs."
Bilderdijk: „Steeds dezelfde".
Blücher: „Voorwaarts!"
Boerhaave: „De eenvoud is het kenmerk
der waarheid."
Bredero: „Het kan verkeeren."
Cats: „Elck spiegelt hemzelven".
Coornhert: „Verkiezen doet verliezen" (Men
zegt dat C. deze zinspreuk aannam, toen hij,
door tegen den zin van zijn familie te huwen,
de kans op een erfenis verloor.)
Gomarus: „Zoolang ik adem, hoop ik."
Hugo de Groot: „Het uur snelt heen."
Karei V: „Nog niet."
Marnix van S;t. Aldegonde: „De rust elders"
Maurits: „Eindelijk wordt het stekje een
boom."
Erasmus: „Voor niemand wijk ik."
Anna Visscher: „Genoeg is meer".
Willem I: „Rustig in de onstuimige baren."
Nicolaas Witsen: „Arbeid komt alles te
boven."
Vergeetachtige Japanneezen. Te Tokio
worden door de IV2 millioen,passagiers in al
lerlei middelen van vervoer dagelijks 200
voorwerpen vergeten. Een Japansch geleerde,
Dr. K. Hisazoeka heeft nagegaan op welke
dagen de meeste voorwerpen werden achter
gelaten en hij is tot de conclusie gekomen,
dat de menschen over 't algemeen op dagen,
waarop de lucht vol met waterdamp zit, op
vochtige dagen dus, het meest lijden aan ver
geetachtigheid.
RAADSELOPLOSSINGEN
De raadseloplossingen der vorige week
zijn:
Oost West, thuis best.
Scheveningsche vette haring.
Bols ward.
EEN
Paramaribo. Batavia. Makassar, Sabang,
Belawan, Soerabaja.
Biefstuk, Riblap, Rollade, Rosbief.
Olifant.
TE HUUR OP TE KOOP.
LENTELIEDJE
..ente is het nu volop!
Ylle struikjes groenen
Zie, het lente-elfje danst
Op zijn zachte schoenen.
Danst zoo blij en danst zoo vlug
Over 't groene grasje
met z'n roode puntmuts op
En z'n bonte jasje.
Met z'n fluitje in de hand
Speelt hij 'n leutig liedje.
Lliere-fliere-fluut-fluut-fluut,
Wiede-wiede-wietje.
Voel dien warmen zonneschijn,
H001* die bijtjes zoemen
Zie die kleine vlindertjes
Dartlen langs de bloemen!
Kind'ren, jubelt met hen mee,
Kind'ren lacht nu blijde
Laten we een dansje doen
Op de groene weide!
MARIE MICHON,
Z A TEEDAG 17 APRIL 1937
AAN ALLEN.
Eén dezer dagen over den Dam te Amster
dam wandelende, zag ik daar op één der hoe
ken van het groote plein een heele troep kin
deren voor de ouderwetsche poppenkast staan-
Ze leefden geheel met het spel van Jan
Klassen mee; dat was duidelijk aan
hun uitgelaten vroolijkheid te merken. On
willekeurig dacht ik aan den tijd, waarin het
Jan Klaassenspel ontstaan is. Toen was het
niet als nu een spel tot vermaak van de jeugd
maar meer een groote menschenspel. Wat de
groote menschen nu soms op vergaderingen
kunnen hooren over sommige personen werd
toen door Jan Klaassen op straat behandeld
Want hoe en wanneer is het Jan Klaassen
spel ontstaan? De poppenkast is nog niet zoo
oud. Langen tijd heeft men gemeend, dat de
poppenkast zou ontstaan zijn in 't jaar 1650,
En men meende dan dat Jan Klaassen
want deze man heeft werkelijk bestaan en
naar hem is het spel genoemd een ontsla
gen trompetter was uit het leger van stad
houder Willem n. Julliq weten wel, dat deze
in 1650 getracht heeft Amsterdam bij ver
rassing in te nemen en toen zou Jan Klaas
sen, als welkomstgroet het Wilhelmus gebla
zen hebben aan de Regulierspoort. De Am-
sterdamsche stadsbestuurders, die van Wil
lem II niets wilden weten, hadden hem dit
zeer kwalijk genomen en zijn ontslag als
trompetter bewerkt. Hij zou toen uit wraak
hierover de poppenkast hebben uitgevonden
en in zijn spel de Amsterdamsche stadsbe
stuurders in 't zonnetje gezet hebben. Latere
onderzoekingen hebben echter uitgemaakt
dat dit niet heelemaal juist was. Want Jan
Klaassen, de man van de poppenkast is vol
gens oude papieren, die op 't Amsterdamsche
stadhuis berusten in 1686 te Amsterdam met
Katrijntje Pieters en wel op den 7den Sept,
getrouwd. Jan was toen 22 en Katrijn 23 jaar
oud. Je merkt dus wel, dat hij onmogelijk in
1650 met zijn poppekast voor den dag kon
komen. Maar hij is wel trompetter geweest
doch bij Willem UI. Na zijn trompetterschap
werd hij trekwerker, d.w.z. een werkman in
de weverij, om de kettingdraden omhoog te
trekken, een werkje, dat iedereen doen kon
Dit werk begon hem gauw te vervelen en toen
is hij er met de poppenkast op uitgetrokken,
want poppenspel en grappenmaken lag heele
maal in zijn aard. Jan was een vurig aanhan
ger van stadhouder Willem m en dat liet hij
in zijn spel heel duidelijk uitkomen. De te
genstanders van den Prins moesten het vaak
bij hem ontgelden.
Een Amsterdamseh schrijver zegt van hem,
dat hij de meest beroemde van alle beroemde
Amsterdammers geweest is. Hij is den 27sten
April 1706 te Amsterdam op 't Karthuizer-
kerkhof begraven, waar ook onze vriend Jan
v. Gij zen begraven was.
W. B.—Z.
EEN MOEILIJK DOOLHOF.
rp^nrp
H
'jpif
Een jong vogeltje dat nog niet kon vliegen
tippelde door dezen doolhof. Hij kwam er
toch zonder gehavend te zijn weer uit. Geef
eens door een potloodstreepje aan, welken
weg dat vogeltje gevolgd moet hebben.
DE SLAPERIGE HOFNAR.
Een koning had eens een hofnar, die op
een avond juist naar bed wilde gaan, toen
zijn meester hem liet roepen om hem iets
te hooren vertellen. De hofnar gaapte eens
in stilte en begaf zich toen naar 's konings
slaapvertrek.
Hij vertelde de volgende geschiedenis:
„Een boer kocht op de markt honderd scha
pen. Toen hij met deze kudde naar huis ging.
was de beek, die hij moest doorwaden door
een wolkbreuk zoo hoog gestegen, dat d«
doortocht levensgevaarlijk zou zijn. Wat te
doen? Er was daar alleen maar een kleine
roeiboot, waarin behalve voor den boer slechts
voor één schaap plaats was."
En nu vertelde de nar heel uitvoerig van
moeilijkheden, die de boer ondervinden moest
om met zijn schaap aan den overkant te
komen. Daarna zweeg hij. „En hoe ging het
toen verder?" vroeg de koning.
„Laten we hem op deze manier eerst alle
schapen stuk voor stuk naar den ov kant
laten brengen," antwoordde de nar. „V an
il en intusschen naar bed gaan. En als .nor-
gen alle schapen er zijn, vertel ik verder."
De koning moest lachen om dit listige be
denksel en gaf den nar zijn zin: hij mocht
dadelijk gaan slapen.
„VEILIG VERKEER".
Een heel gevaarlijk spelletje op den weg
dat hoe langer hoe meer beoefend wordt is
het rolschaatsenrijden. Bij voorkeur wordt
dit gedaan op asphaltwegen omdat deze
daartoe het beste geschikt zijn maar
asphaltwegen zijn meestal juist, die wegen
waar een druk verkeer is.
Geen wonder dan ook dat gevaarlijke of
hinderlijke spelen, waaronder het rolschaat
senrijden is begrepen verboden is, hoewel het
op enkele pas aangelegde wegen waar nog zoo
goed als geen verkeer is oogluikend wordt
toegelaten.
H. v. E.
.(Wordt yervolgdL