Wijziging dienstplichtwet aangenomen. Minder lijsten en minder candidaten. Officieren der „Andra' terechtgesteld? Kunst in Haarlem en daarbuiten. WOENSDAG 21 APRIL 1937 EERSTE KAMER. Verder gansche reeks ontwerpen goedgekeurd. Een incident. DEN KAAG Dinsdag. Het begon zoo aardig. De krasse grijsaard, strijdvaardig en eerlijk kampioen voor het recht, Mr. Sasse v. IJsselt (R.-K.) kreeg ter gelegenheid van zijn 85sten verjaardag een schoone gelukwensch-rede van den voorzit ter aan te hooren. Deze diende hem o.m. een pluimpje toe voor zijn trouwe opkomst „navolgenswaardig, lichtend voorbeeld" en prees in den jubilaris o.m. nog zijn hel deren geest en levendige scherpzinnigheid. Horatius kwam er ditmaal zelfs bij te pas. Een hartelijk woord van Minister Colijn, een vriendelijk bedankje van den jarige en toen, ploef, nog midden in die feestelijke stem ming, klonk daar het sombere geluid van Mr. v. Vessem (nat. soc.), die het woord vroeg wegens een persoonlijk feit. Strubbeling met den President, die eerst wilde weten, waar over het liep. Eindelijk vernam hij, dat de heer v. Vessem boos was over den in de Handelingen, in overeenstemming met de wijze waarop President de Vos v. Steenwijk het inderdaad gezegd had, gegeven nadruk aan het woordje „hier", in de zinsnede, door den voorzitter in de vorige bijeenkomst ge bezigd, toen hij den heer v. Vessem had toe gevoegd: „u bent hier in fatsoenlijk gezel schap". De President verwees Mr. v. Vessem voor deze klacht naar de gemengde com missie voor de stenografie, waarop deze zei, dat die commissie er niets mee te maken had. Vervolgens vele onverstaanbare klan ken van den klager, begeleid door een trom melvuur van presidiale hamerslagen. Einde lijk vingen we van den heer v. Vessem op de aankondiging: „wij zullen deze vergadering verlaten". En hierop volgde de daad op het woord. De twee nat.-soc. senatoren verdwe nen uit de zaal. Of des voorzitters verwijzing naar de commissie wel juist was, valt te betwijfelen, Haringdrijfnetvisscherij geregeld. Hoeveel schepen mogen uitvaren. Het aantal vaartuigen, dat in 1937 achtereenvolgens voor de eerste maal ter haringdrijfnetvisscherij zal mogen uitvaren, bedraagt: op 10 Mei 71, op 3 Juni 68, op 19 Juni 70 en op 10 Juli 58. De vaartuigen worden onderscheiden in drie groepen, voor elk waarvan een maximum, boven speerreeplengte van de vleet droog gemeten, is vastgelegd. In de eerste beurt worden vijf een- schipsreederijen ingedeeld, de overige komen in de tweede beurt. De tweeseheepsreederijen worden in gedeeld in de eerste en vierde beurt, behalve drie, welke in de tweede en derde beurt komen. Van de driescheepsreed'erijen komen een schip in de eerste en twee schepen in de tweede beurt. Voor de reederijen met meer dan drie schepen blijft de regeling gelijk aan die, vastgesteld in 1936. Tusschen twee opeenvolgende reizen van een schip moet een tijdsruimte liggen van ten minste 2 maal 24 uur. Tusschen 1 Augustus en 1 December 1937 mag slechts pekel-of steurharing worden aangevoerd met dezelfde sche pen, aan boord waarvan 'die haring is verwerkt. De visscherij ter zoute zal 18 De cember eindigen. Het toezicht op de naleving van de gegeven voorschriften zal ook op zee worden uitgeoefend. NIEUWE BEPALINGEN OMTRENT REDUCTIE OP DE DUITSCHE SPOORWEGEN. Het reisbureau LissoneLindeman deelt ons mede, dat met ingang van 13 Mei a.s. de bui- tenlandsche reisbureaux aan buitenlanders en in den vreemde wonende Duitsehers spoorbil- jetten met 60% reductie voor reizen naar en door Duitschland kunnen worden afgegeven zonder de beperking van oponthoudsduur van zeven dagen in Duitschland. Het is dus niet meer noodig, dat een reiziger zeven dagen in Duitschland verblijft om te kunnen profiteeren van deze reductie, terwijl biljetten voor reizen naar Oostenrijk, Tsjecho- Slowakije, Polen. Scandinavië, Zwitserland, enz., via Duitschland thans ook verkrijgbaar zijn met deze reductie. Bloemententoonstelling te Boskoop geopend. Nieuw gebouw in gebruik genomen. Vanmorgen heeft de minister van Land bouw en Visscherij, mr. dr. L. N. Deckers, de groote bloemententoonstelling te Boskoop ge opend. Deze opening ging gepaard met de in gebruikneming der permanente tentoonstel lingshallen, welke deze maand waren gereed gekomen. De groote hal, welke verbonden is door een overgangsgebouw met het reeds bestaande feestgebouw „Flora" maakt van binnen een majestueuzen indruk. Zij is 102 M. lang en 40 M. breed. Het hierin tentoongestelde stelt een bosch voor, bestaande uit berken, en la- rixen, met sparren en dennenbeplanting, ter wijl als onderbeplanting Boskoop's flora op weelderige wijze is tentoongesteld. Daar vindt men rhododendrons, azalea's, Ja- pansche kers, seringen, hortensia's, gouden re gen enz. enz., in verschillende soorten en va riëteiten en zij vormen op het heuvelachtige terrein, waardoor zich de wandelpaden slinge ren, zoo'n sprookjesachtig geheel, dat de be zoekers zich in een andere wereld zullen wa nen. Zeer effectvol is de beschildering op den achterwand, welke een kasteel aan den zoom van het bosch voorstelt. In het overgangsgebouw, dat 35 M. lang en 20 M. breed is, kan men een tuinaanleg in Engelschen stijl aanschouwen, waarbij de ïozen een voorname rol spelen. gelijk het trouwens de vraag is of hij, die als President van geen sympathie of anti pathie mag doen blijken, niet beter gedaan had de door Mr. v. Vessem als pijnlijk aan gevoelde woorden, achterwege te laten. Minister Colijn heeft vanmiddag zijn stem geluid voor de nog 34 door hem uit te spre ken verkiezingsredevoeringen kunnen spa ren. Het wetsontwerp tot wijziging van de dienstplichtwet (verlenging van den eersten oefentijd voor de zeemilitie met 6, voor de kustwachten met 2 maanden; derde herha lingsoefening voor de landmacht; vrijstelling wegens broederdienst krijgt voor de lichtin gen 1938 en 1939 een voorloopig karakter) gaf geen aanleiding tot debat. Alleen ver klaarde Mr. M e n d e 1 s (s.-d.) dat het gros zijner fractie niet tegen dit voorstel zou stemmen, wat intusschen geenszins een vooruitloopen op eventueële plannen tot uit breiding van het contingent beteekent. Daar entegen liet zijn partijgenoote Pothuis-Smit wel aanteekenen, dat zij „tegen" was, aan gezien ze op deze wijze toch den weg voor opvoering van onze bewapening geopend ziet, wat h.i. niet de weg'naar den vrede was. De wijziging van de Zegelwet lokte bij Mr. Sasse v. IJsselt (R.-K.) en zijn fractie- genooten Blomjous en Mr. Michiels v. Kessenich verzet uit. Te groote controle van de overheid, te vergaande bevoegdheden van de controleerende ambtenaren, gevaar voor het bankgeheim waren hun bezwaren. Minister Oud trachtte aan te toonen, dat zij zich noodeloos muizenissen in 't hoofd haalden, het baatte hem niet, want het trio stemde tegen. Tot de vele ontwerpen, die er verder nog glad doorgingen, behoorden o.m. de vestigingswet voor vreemdelingen, de wijziging van de ziektewet (uniforme premie voor de Raden van Arbeid), de gewijzigde geldschie- terswet, de veranderde haringwet enz. Tenslotte voelde de heer Moltmaker (s.d.) als interpellant Minister Slingenberg aan den tand wat betreft een klein aantal lieden, wien ten onrechte de bevoegdheid zou zijn ont houden de practijk van tandtechnicus uit te oefenen. De Minister erkende, dat er inderdaad op dit gebied nog een onbevredigende situatie bestaat, met name wat het groepje der 31 „technici" betreft, waarvoor de heer Moltmaker het had opgenomen. Maar zoo kort voor het scheiden van de markt, kan dit Kabinet toch geen wetsontwerp meer indienen ten behoeve van deze menschen. En wat het 'door den in terpellant geuite verlangen aanging, om straf vervolgingen tegen deze onbevoegden stop te zetten, Mr. Slingenberg zou er eens over praten met zijn collega van Schaik. Meer kon hij ech ter niet beloven. Hetgeen niet wegnam, dat de heer Moltmaker zich toch al dankbaar toonde voor deze toezegging! E. v. R. Toenemende couranten- reclame. De stijging in het verbruik van courantenreclame in Amerika is wel zeer opvallend. Het vorig jaar werden 11 meer advertentie regels in couranten verbruikt dan in 1935. Hoewel de Amerikaansche bedrijfswereld in Januari j.l. zwaar door stakingen en overstroomin gen werd geteisterd, verbruikte men die maand 5 meer aan advertenties in couranten dan in Januari 1936. Over Februari bedroeg die toename (vergeleken met Februari 1936) zelfs ruim 17 Listig verzekeringsagent gesnapt. Zelf overlijdensacten vervaardigd. Bedrag van elf mille buit gemaakt. Te Zwijndrecht is een agent-incasseerder van een Amsterdamsche Verzekeringsmaat schappij, van E. geheeten, met twee kornuiten, M. S. uit Dordrecht en v. L. uit Rijsoord, ge arresteerd die met valsche overlijdensac ten de verzekeringsmaatschappij voor een be drag van ongeveer 11.000 hebben opgelicht. Bij de verzekeringsmaatschappijen is het de gewoonte, dat, als een verzekerde komt te overlijden, de agent de overlijdensakte bene vens de verzekeringspolis opzendt, waarna hem het verzekerde bedrag ter hand wordt ge steld om aan de nabestaanden te worden uit gekeerd. Van E. nu kreeg herhaaldelijk verzoeken van verzekerden om wegens vermindering van in komsten de verzekering te beëindigen. Daar op ging hij in zoo'n geval grif in. Hij nam de polis royaal terug en zeide, dat de zaak daar mede afwas. Van E. echter betaalde de premie rustig door, totdat een zekere tijd verstreken was en er geen kans meer bestond, dat de maatschappij van den ex-verzekerde iets zou hooren. Dan toog een van het drietal naar het ge meentehuis te Zwijndrecht en vroeg daar voor een willekeurigen persoon een gewoon uittreksel uit den burgerlijken stand. Dit pa pier was slechts gedeeltelijk beschreven en op de onderste helft was een officieel stempel ge drukt en een legeszegel geplakt. Wat deden zij nu? Zij sneden de onderste strook er af en schreven daarop met de schrijfmachine een overlijdensverklaring. De maatschappij nam met deze wel zeer echt uitziende akte genoe gen, te meer daar de bewuste verzekerings polis was bijgevoegd. Zij betaalde het verze kerde bedrag aan den agent uit, die het deel de met zijn kornuiten. In Rijsoord en Hendrik-Ido-Ambacht werd deze geraffineerde fraude eveneens gepleegd maar hoe men daar aan officieele overlijdens akten is gekomen is nog duister. In ruim twee jaar tijd hebben deze drie mannen kans gezien den truc niet minder dan 55 maal te herhalen. Ruim 600.000 radiotoestellen in ons land. Volgens de voorgeschreven aangifte aan de postkantoren waren op 31 Maart j.l. 629.618 personen in ons land in het bezit van een radio-ontvang toestel, terwijl het aantal aangeslote nen aan een radiocentrale op dien da tum 361.926 bedroeg. UIT DE STAATSCOURANT. Bij Kon. Besluit van 19 Maart 1937, is be vorderd tot groot-officier in de Orde van Oranje-Nassau: C. J. Hasselman. lid van den Raad van State, te 's-Gravenhage. Bij K.B. van 19 Februari 1937, is aan M. S. Vaz Dias, directeur van het Algemeen Neder- landsch Persbureau „A.N.P." te Amsterdam, verlof verleend tot het aannemen van het vreemde eereteeken van officier der Nationale orde van verdienste van Chili. De internationale controle in werking. Nederlandsch schip passeert als eerste de controle te Dover. Het eerste stoomschip, dat te Dover is binnenigeloopen om waarnemings officieren aan boord te laten volgens de bepalingen van het controleplan be treffende de niet-inmenging in de Spaansche aangelegenheden, was het Nederlandsche, 1306 ton metende, schip „Theseus" van de Koninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatij. Een motorboot met twee ambtenaren van het Doversche bureau der con trolecommissie begaf zich naar de „Theseus", aan boord waarvan de amb tenaren eenigen tijd bleven. Later ver trok 't schip, dat voor Vigo bestemd is. Gevolg van waarborgsom. Een halve eeuw geleden Uit Haarlem's Dagblad van 1887 Bij deze candidaatsteling voor de Tweede Kamer heeft thans voor de eerste maal toe passing gevonden het bij de wet van den 23sten Mei 1935 vastgestelde nieuwe artikel 37 a van de Kieswet, volgens hetwelk bij de indiening van elke candidatenlijst een som van f 250 in de consignatiekas van het rijk moet worden gestort. Bij dit wetsartikel is tevens bepaald, dat deze som aan den staat vervalt, ingeval het stemcijfer van de lijst of van de lijstengroep of het stel gelijkluidende lijsten, waarvan de lijst deel uitmaakt, lager is dan 75 pet. van den kiesdeeler. Klaarblijkelijk heeft deze eisch tot stor ting van een waarborgsom menigeen afge schrikt om candidatenlijsten in te dienen. Immers bedroeg bij de vorige verkiezingen van leden der Tweede Kamer in het jaar 1933 het aantal partijen en grospen, dat candida tenlijsten had ingeleverd, niet minder dan 53 met in totaal 824 candidaten, thans zijn slechts twintig candidatenlijsten ingeleverd- waarop volgens de thans beschikbare gege vens 557 candidaten voorkomen. Sommige kleine groepen, bij welke het voornemen bestond aan de Kamerverkie zing deel te nemen, en die daarvoor reeds bij de verkiezingsbureaux formulieren hadden aangevraagd, hebben het niet tot indiening der candidatenlijsten kunnen brengen, waar schijnlijk doordat ze niet in staat waren de geëischte waarborgsom te storten. Behalve de in ons nummer van Dinsdag reeds vermelde lijsten zijn in alle achttien kieskringen nog lijsten ingediend van de Na tionale Boeren-, Tuinders- en Middenstands partij. Als nummer één komt op al deze lijsten voor mr. C. Vervoom, het thans zittende Ka merlid. Verder worden ver-meld de namen W. Tromp, H. J. J. Weststrate, W. van Riems dijk, P. Boer, W. de Jong, J. H. O. Kersjes, A. J. Haarman, P. J. Rozenboom, J. Oosterman, C. in 't Veld, P. Beukhof, J. H. van Kooten, S. C Eelman, P. Kooyman, J. Douma, J. C. Bege- man, J. A. Grefath. In de kieskringen Tilburg, Arnhem, Rotter dam, 's-Gravenhage. Haarlem, Zwolle en Maastricht is een lijst ingediend van de Nat.- Soc Ned. Arb. Partijvermeldende de namen C. J. A. Kruyt, A. K. H. J. Schilling, C. Koker. A. Wolder, B. L. Wetzels, H. W. Kuiper. In den kieskring Nijmegen meldde de ver tegenwoordige!" dezer partij zich met zijn lijst aan, nadat de daarvoor gestelde termijn van 4 uur reeds verstreken was. Het hoofdstembureau in den kieskring VI 's-Gravenhage) voor de verkiezing van de le den van de Tweede Kamer zal op 24 April a.s. om 12 uur een zitting houden waarm over de geldigheid der gisteren ingeleverde candi datenlijsten en over de handhaving van de daarop voorkomende candidaten zal worden beslist 21 April: Met genoegen maakten wij kennis met een den 8en November 1886 hier ter stede opgerichte muziekvereeniging, on der den naam „Muzikale Vrienden kring". Is de vereeniging nog jong, de leden zijn het evenzeer, want met een enkele uitzondering zijn zij beneden de twintig jaar. Zij stelt zich ten doel de beoefening der instrumentale muziek in hoofdzaak ;en hetgeen door haar gis terenavond op de bovenzaal van het café Brinkmann ten gehoore werd gebracht, heeft onze verwachting alleszins bevre digd. Verschillende compositiën van Haydn, Chopin, Beethoven e.a. werden met veel gevoel en juistheid uitgevoerd en mochten in ruime mate den bijval moogsten van het gehoor, bestaande uit een zeventigtal dames en heeren genoo- digden. Sombere berichten uit Spanje. Overige leden der bemanning in concentratiekamp? DE EUROPEESCHE RONDREIS VAN Mr. F. H. FENTENER VAN V1ISSINGEN. AMSTERDAM, 20 April Vanmorgen te half tien deed piloot Viruly het K. L. M.- vliegtuig Koetilang van Schiphol opstijgen voor een tocht van tien dagen over Europa. Aan boord bevonden zich mr. F. H. Fentener van Vlissingen, de heeren Gerhard Riedberg, Owen Jones en Alex W. Barley, voorzitter en leden van het bestuur van de Internationale Kamer van Koophandel. De heer Fentener van Vlissingen verklaarde voor zijn vertrek, dat hij van zijn reis, welke ten doel heeft in de verschillende landen voor besprekingen te houden voor het congres van de Internationale Kamer van Koophandel te Berlijn, behalve een versteviging der betrek kingen van de Kamer met de nationale co mités een bevordering van de vrijhandelsge zindheid in Europa verkoopt. De punten welke op de agenda van het congres te Berlijn voorkomen en daarom de speciale aandacht ook op deze reis zullen hebben, zijn de grond- stoffenkwestie, de autarkie, het monetaire vraagstuk en de ordening. Een ongewone aquarel van Jan 7'oorop in een Haarlem- sche collectie. Na veeljarige omzwerving in den kunst handel is sinds eenigen tijd een zeer onge wone aquarel van Jan Toorop in een Haar- lemsche collectie terecht gekomen. Wij ge ven er hierbij een reproductie van en zullen niet verbaasd zijn als de belangstellende lezer daar nu niet direct een Toorop in her kent. Toch bestaat er aan de authenticiteit van deze vrij groote .teekening in waterverf niet de minste twijfel: ze bewijst alleen hoe wonderlijk veelzijdig georienteerd deze Hol- landsche meester geweest is en voor hem, die 't origineel mocht aanschouwen tevens, hoe ontzaglijk knap hij iedere techniek 'be- heerschte en hoe bijzonder hij iederen toe- valligen indruk wist te verwerken tot iets wat weer geheel persoonlijk en van hem, Jan Toorop, werd. Immers, de idéé, de grondgedachte van dit werk kan men moeilijk oorspronkelijk noemen, wél de wijze waarop hij die idee uitwerkte en behandelde. De ideeToorop zelf schreef aan de achterzijde van dit werk, dat in 1889 in Katwijk ontstond een eenigszins wijdloopi- gen titel: „de ziel van den kunstenaar door vrouwen verdorven" met verwijzing naar een versregel van Baudelaire en nog een heele- boel meer, dat ik straks voor den lezer zal overschrijven, omdat het eigenlijk een kost baar document is, voor de geniale verward heid waarmee hij zich soms in woorden placht te uiten, terwijl zijn werk steeds klaar, duidelijk en gesloten van vorm was. Doch laten wij eerst de voorstelling eens nader beschouwen, voor zoover die althans op onze verkleinde reproductie te volgen zal zijn. De hoofdfiguur is een slanke jonge vrouw in een prachtig lichtblauw, doorzich tig gewaad en met een breedgeranden stroo- hoed met linten op het hoofd. Zij staat voor een orgel, waarvan de toetsen door nog even zichtbare handen bespeeld worden terwijl de speler zelf achter de groote vrouwenfi guur verborgen blijft. De vrouw heeft in de rechterhand een koord, waaraan een varken vastzit en achter haar zit op zijn hoogen kruk, een bonte papegaai. Door het geopende balconvenster, ter zijde waarvan een bibliotheek van 's werelds groo te wijsgeer en is opgestapeld, heeft men een 'blik op een duinlandschap met de da-ken en den toren van een dorp, waarin men gemak kelijk Katwijk herkent. Deze inderdaad niet alledaagsche voorstel ling is technisch schitterend behandeld: prachtig van kleurvinding en feilloos van tee-kening. Doch wie slechts een weinig in de negentiende-eeuwsche kunst tehuis is, ziet onmiddellijk waar Toorop die juffrouw met haar varken vandaan heeft: hij heeft eenvoudig de Pornocrates van Felicien Rops overgenomen die alleen wat minder klee- ren aan had ze in een prachtig 'gewaad gestoken en ze in het zeer gecompliceerde interieur geplaatst, om te midden van al die reeds genoemde requisieten de symboliek der verderfelijkheid in beeld te brengen. Een en ander is wel zeer typeerend voor Toorop en er is, artistiek .gesproken, niets tegen in te brengen omdat de omwerking dei- grondgedachte niets meer met Rops te ma ken heeft dan de overeenstemming in het varkens-attribuutdat misschien ook al weer niet eens van Rops alléén is. Dat Toorop de prent van Rops gekend heeft staat echter vast. Rops was juist zeer „en vogue" toen Toorop te Brussel woonde, en Katwijk kwam niet zoo lang daarna. In het vroege werk van Toorop, ik bedoel daar mee het werk vóór zijn overgang naar het katholicisme ontstaan, is deze Katwij'ksche aquarel van belang, omdat ze in het ge- heele oeuvre vrijwel uniek is; mij althans Is geen daarmee verwant werk van Toorop be kend. De symboliek is er met een impressio nistische opvatting vermengd, wat aan het geheel die eigenaardige tweeslachtigheid verleent, die alleen door Toorop's fameuse knapheid verontschuldigd wordt Een kunstenaar als hij, kon zich veel ver oorloven wat een minder geniaal begaafde moeilijk doen kan. Dat maakt ook, dat men zijn vroegste Brusselsche werk, hoezeer ook ontstaan onder invloed van allerlei inzichten uit dien tijd, toch zal bewonderen omdat er steeds een accent van hemzelf, reeds in het jeugdwerk aanwezig is. Zoo kan men het enthousiasme begrijpen waarmee het Haag- sche museum een paar maanden geleden een groot doek uit de Brusselsche jaren heeft aangekocht, de „Arrestatie", dat in opvat ting en werkwijze geheel een product van die jaren is, maar toch reeds den eminenten schilder die Toorop was, doet kennen. Keeren wij tenslotte nog even naar onze aquarel terug en bez-ien ze aan den achter kant, waarop Toorop schreef: „De dood van een kunstenaar door vrou wen veroorzaakt: Baudelaire: „O, toi, vil animal pour pétrir un génie". De geest speelt, de handen op 't klavier. De vrouw houdt een varken aan een lint vast. De papegaai is door een ketting verbonden aan een boek, Shakespeare: „much ado about nothing". Links de Venus van Milo, rechts de moderne vrouw (Baudelaire). Bibliotheek: links de werken der antieken van af Homerus, rechts de modernen, van af Shakespeare, Vruchten- gaarde. Bovenaan Beethoven Palestrina, Bach, Wagner, enz. Uit het venster gezicht op Katwijk a. Zee". Deze aanteekeningen zijn in hun eigen aardige impulsiviteit te curieus om ze niet in ons archief vast te leggen. Het is dezelf de impulsiviteit, hetzelfde enthousiasme waarmee hij een Katwijkschen diender de man heette Wassenaar, geloof ik over haalde om zijn baantje er aan te geven en schilder te worden, omdat hij er iets in zag wat een ander niet zag. Een figuur als van den kunstenaar asl Jan Toorop beoordeelt men het best door alleen naar zijn werk te kijken, wat zij daarnaast nog te vertellen hebben, wil wel eens een beetje verward lij ken, voor wie den geheelen mensch niet kende. J. H. DE BOIS. De speciale correspondent van de Daily Te legraph in Spanje, Pembroke Stephens, heeft op verzoek van „De Telegraaf" een onderzoek ingesteld naar het lot van de „Andra-beman- ning". Hij deelt nu uiit Santander aan „De Telegraaf" het volgende mede: Ik heb thans informaties ontvangen om trent het lot van het Nederlandsche stoom schip, dat ongeveer drie weken geleden nabij Bilbao door een nationalistischen kruiser tot zinken is gebracht. Het schip, dat naar be weerd wordt, munitie aan boord had, en de vlag van Panama voerde, was in staat de na tionalistische blokkade te breken en zijn lading te lossen, maar toen het weer vertrok, lag de nationalistische kruiser op de loer en opende het vuur, waardoor het schip tot zinken werd gebracht. De bemanning werd door den krui ser opgepikt en naar San Sebastian gebracht. Het bleek, dat zich aan boord een Spaansch regeeringscomité bevond, bestaande uit drie leden. Dit comité schijnt de munitie in het bui tenland te hebben gekocht. De leden van dit comité en alle officieren van het schip werden door de militaire rechtbank berecht, ter dood veroordeeld en geëxecuteerd. De overige leden der bemanning werden naar het concentratiekamp voor buitenlanders te Salamanca overgebracht. Hun werd de dood straf niet opgelegd, omdat de militaire autori teiten te San Sebastian van oordeel waren, dat zij geen rol hebben gespeeld in den aankoop van munitie in het buitenland. Pembroke Stephens deelt voorts mede, dat hij bij de marine-autoriteiten te San Sebas tian geen inlichtingen omtrent de opvarenden kon krijgen, doch dat de hierboven genoemde feiten hem door een militaire autoriteit zijn medegedeeld. Een verdere bevestiging was echter niet te verkrijgen. De namen van de leden der bemanning, voor zoover z-ij althans de Nederlandsche nationa liteit bezitten, zijn: Kapitein: L. Dragten, Rotterdam. Eerste of ficier: P. Gazan, Middelburg. Tweede officier: A. A. D. Hulsman, 's Gravenhage. Derde offi cier: P. D. Pronker, Harlingen. Marconist: D. de Vries, Haarlem. Eerste machinist: L. W. van Schaick, Rotterdam. Tweede machinist: H. A. Deékens, Groningen. Derde machinist: A. J. de Bie, Driesprong-Teteringen. Hofmeester: B. van Bennekom, Rotterdam. Messroombediende: W. H. van Herk, Rotterdam. Matroos: C. Ba tenburg, Scheveningen. Matroos: G. J. Goe man, Rotterdam. Matroos: J. C. Louwerens, Rotterdam. Donkey-man: T. J. Stolk, Rotter dam. Olieman: F. V. Desmet, Rotterdam. Sto ker: C. v. d. Watering, Rotterdam. Stoker: H. Munnik, Rotterdam. VIJF EN TWINTIG JAAR LID VAN DEN RAAD VAN STATE. 's GRAVENHAGE, 29 April. Alvorens met de werkzaamheden aan te vangen, heeft de vice-president van den Raad van State de leden van het college er aan herinnerd, dat heden 25 jaren geleden, de heer C. J. Has- selman is benoemd geworden tot lid van den Raad van State. Jhr. Beelaerts van Blokland stelde er prijs op staatsraad Hasselman van harte geluk te wenschen met dit zeldzaam ambtsjubileum. Na er vervolgens op gewezen te hebben, dat de krachten van den heer Hasselman, niet tegenstaande het klimmen zijner jaren, steeds volkomen berekend zijn gebleken voor den hem opgedragen arbeid, memoreerde de vice- president, dat de jubilaris van de af deelingen Financiën en Koloniën, van welke beide af- deelingen hij gedurende een kwart eeuw deel heeft uitgemaakt, het voorzitterschap be kleedt. Naast deze veel omvattende functies is hem twee jaren geleden bovendien nog zit ting gegeven in de afdeeling Buitenlandsche Zaken. Zuurstofapparaat gesprongen. Smidsknecht op slag gedood. Dinsdagmiddag is in de smederij van den heer P. Iley aan de Dorpsstraat te Zevenhui zen een zuurstofapparaat gesprongen. De knecht, R. Heemsbergen, kreeg een stuk ijzer tegen het achterhoofd en werd op slag ge dood. De smid liep lichte wonden op. VAN EEN ZOLDER GEVALLEN. Bij het schoonmaken van den zolder is de 45-jarige echtgenoote van den heer C. Lin- denberg te Ierseke van een hoogte van 3 V2 meter gevallen. De vrouw brak een der hals wervels en is enkele minuten na het ongeluk overleden. VIER INLANDSCHE WERKLIEDEN GEDOOD. MALANG, 20 April (Aneta'A.N.P.) Giste ren is bij de reparatie van een toevoerleiding van het waterkrachtstation van de N.I.W.E.M. een ongeluk voorgevallen, waarbij vier inland- sche werklieden den dood vonden. Voor den aanvang der werkzaamheden was nog alles gecontroleerd en in orde bevonden. Een Europeesch opzichter, bij de reparaties tegenwoordig bleef ongedeerd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1937 | | pagina 7