België's neutraliteitspolitiek. THIJS IJS EN HET HANENEI Critiek en critici in het Derde Rijk. fysthrnaüjd&is! V R IJ D A G 30 APRIL 1937 Uiteenzetting van Minister Spaak in de Kamer. Doortocht slechts bij gemeenschappelijke actie. De Belgische minister van buitenlandsche zaken, Spaak, heeft in de Kamer van Afge vaardigden een verklaring afgelegd, waarin, jiij o.a. het volgende zeide: België heeft geen direct belang buiten zijn grenzen, het vraagt niets anders dan den vrede. België is sedei*t eeuwen het slagveld van Europa, zijn rol is alle invals wegen af te sluiten en dit slagveld met zoo danige verdedigingsmiddelen uit te rusten, dat ook de stoutmoediigsten de gedachte laten varen daar binnen te dringen. Dit is de reden, dat onze militaire politiek nauw verbonden is met onze buitenJandsche politiek, wij wil len samenwerken tot de organisatie van den collectieven vrede. Daarom blijven wij trouw aan den Volkenbond en brengen wij hem onze loyale medewerking. Frankrijk en Engeland hebben kennis genomen van onzen wil de Belgische landsverdediging te verzekeren en van dezen trouw aan den Volkenbond. Optgrond van het feit, dat onze politiek aldus gedefinieerd is, hebben Frankrijk en Engeland ons losgemaakt van onze uit het verdrag van Locarno voortvloeiende verplich tingen, terwijl zij hun waarborgen jegens ons handhaven. Er is slechts één hypothese, waronder wij er tot een oorlog gebracht zou den kunnen worden en die ons allen ver- eenigd zou vinden: De verdediging van ons aangevallen gebied. Wanneer wij op een goeden dag, gebruik maken van onze vrijheid, onze politiek wij zigden, zouden Frankrijk en Engeland, ons terecht hun garantie kunnen ontnemen. Wat de Belgische interpretatie van arti kel 16 van 't Volkenbondshandvest aangaat, verklaarde Spaak: f,Ik ben van meening, dat het aan de Assemblée te Genève zelve is deze interpre tatie vast te leggen. De Belgische regeering moet echter, in navolging van het voorbeeld van den Nederlandschen minister van bui- tenlandsche zaken, jhr. De Graeff, verklaren wanneer en hoe naar zijn meening dit arti kel kan optreden ten aanzien van wat er het belangrijkste en het delicaatste van is: het recht van doorlating1. De Belgische re geering stelt twee voorwaarden aan de uit oefening van dit recht: 1. Onder geen enkele omstandig heid kan België zonder zijn toestem ming de verplichting worden opge legd troepen door te laten. 2. Dit recht kan slechts worden toe gekend, wanneer het om een ge meenschappelijke actie gaat. Zeker, onder gemeenschappelijke actie ver staan wij niet, dat alle leden van den Volkenbond er aan deelnemen. Wel echter is vereischt het deelnemen onzer naburen. Wat de overeenkomst der generale star, ven''betreft, verklaarde Spaak nog: De Fransch-Britsche verklaring sluit voor ons het tijdvak der militaire accoorden. Voor België kan nog slechts één hypothese van een oorlóg onder oogen gezien worden: De ver dediging van zijn grondgebied. Dit aldus ver eenvoudigde probleem is een technisch vraagstuk. Wij blijven vrij dit technische vraagstuk op te lossen in alle onafhankelijk heid". De redevoering van minister Spaak werd gehouden in aanwezigheid van alle ministers en van de leden van het corps diplomatique. Spaak werd na zijn rede langdurig toegejuicht door de katholieke, socialistische, liberale en Rexistische afgevaardigden Het Eerste Kamerlid, dat naar aanleiding van de rede het woord voerde, was de socialis tische afgevaardigde Piérard, die uit naam van zijn fractie de aandacht vestigde op de kwestie van een nieuw westelijk verdrag, waar- ov-r hij zeide: Wat Duitschland thans België Engeland Zal Chamberlain zijn belasting- ontwerp intrekken? Volgens parlementaire kringen zal Neville Chamberlain zich verplicht zien zijn belasting- ontwerp in te trekken teneinde critiek te ver mijden. De kanselier van de Schatkist zal zeer zeker gedwongen zijn begin van de volgende week op duidelijke wijze zijn voornemen uit te spre ken. Het gerucht is in omloop, dat een zeker aan tal faillissementen Donderdag a.s. zal worden uitgesproken. Slechts een geruststellende ver klaring zou deze kunnen voorkomen. Nationaal conservatief bij tusschen- tijdsehe verkiezing gekozen. In het district West-Birmingham is een tus- schentijdsche verkiezing voor het Lagerhuis gehouden in verband met het overlijden van den conservatieven afgevaardigde Sir Austen Chamberlain. De nationale conservatieve candidaat, Higgs. verwierf 12.552 stemmen en is gekozen. De arbeiderscandidaat Crossman kreeg 9.632 stemmen. De 'tusschentijdsche verkiezing voor het Lagerhuis-district Wandsworth-Londen heeft tot resultaat gehad, dat de candidaat der Labourpartij Nathan werd gekozen. Hij verwierf 12.406 stemmen, terwijl zijn conservatieve tegenstander 11.921 stemmen op zich vereenigde. (Bij de algemeene verkiezingen in 1935 be haalde de conversatief Sir Alfred Butt 22.013 stemmen en de toenmalige Labour-candidaat 12.960 stemmen. (Red. A.N.P.) aanbied, is een tweezijdig verdrag. Het zou ongetwijfeld niemand verbazen, wanneer wij zeiden, dat het Belgische volk slechts een be perkt vertrouwen heeft in een dusdanige ver zekering. Duitschland vraagt aan België, even als aan de andere landen van West-Europa, het de handen vrij te laten in het Oosten. Bel gië nu, wenscht in volledige souvereiniteit te beslissen over zijn eventueel deelnemen aan elke collectieve actie, .ondernomen krachtens het Volkenbondshandvest. Spreker begreep, dat België niet wil deel nemen aan een collectief optreden, waaraan door Frankrijk en Engeland niet zou worden deelgenomen, maar zal het ook een deelne ming van Nederland eischen? De positie van Nederland, dat nooit ge vraagd heeft gewaarborgd te worden, is niet dezelfde als de Belgische, Nederland ligt niet als België op éen „zenuwknooppunt". Het is dus onmogelijk, aldus spreker, onze houding nauwkeurig te vormen naar de Nederlandsche. Een ander vraagstuk, dat onder oogen gezien moet worden is de werking van de garantie. Zal België contact houden met Frankrijk en Engeland? Spreker hoopt, dat dit het geval zal zijn, want militaire bijstand wordt niet geïmproviseerd. Mola's troepen bezetten Guernica. De oude Baskische hoofdstad een ruïne. Bilbao gebombardeerd. Havas meldt van het front in Bis kaje, dat de rechtsche troepen Guer nica bezet hebben. HET BILBAO FROUT POGING TOT OPSTAND IN BRAZILIë VERIJDELD. RIO DE JANEIRO, 29 April (A.N.P.) Vol gens hier in omloop zijnde geruchten heeft president Getulio Vargas, gesteund door le gerofficieren en politieke leiders in geheel Brazilië, gisteren het begin van een opstand m den staat Rio Grande do Sul verijdeld, waardoor voorkomen is, dat het land opnieuw gedompeld zou worden in een bloedige revo lutie. Voor de bezetting van Guernica door de troepen van Mola trokken de regeeringstroe- pen zich terug zonder een schot te lossen. Na den brand is er van de plaats nog slechts een ruïne overgebleven. Onder de door de recht-' schen gemaakte krijgsgevangenen bevindt zich een kolonel, die een regiment uit Santan der gecommandeerd heeft. Van Baskische zijde wordt gemeld, dat de vliegtuigen, der opstandelingen gisteren hun vernielingswerk in Biskaje hebben voortge zet. .Tegen half vijf in den middag hebben 24 bommenwerpers, vergezeld van zes jachtvlieg tuigen, boven Galcadona, een dorp op 12 K.M. van Bilbao gevlogen. Zij hebben 300 bommen uitgeworpen, waarbij een groot aantal brand bommen. De jachtvliegtuigen vlogen op slechts 40 meter hoogte. IVTet hun machinegeweren heb ben zij de vluchtende bevolking beschoten. 25 huizen werden door brand vernield, even als zulks met verscheiden bossehen in de buurt het geval was. Vrouwen en kinderen, die uit de in brand gestoken woningen konden ontsnappen, ver- keeren in buitengewoon neerslachtige stem ming. De bevolking van Galcadano heeft met be wonderenswaardige koelbloedigheid gereageerd Toch vreezen allen, dat de rechtsche troepen geen enkel Baskisch dorp zullen sparen. Te Galcadano en in de omgeving van deze plaats heeft men tal van brandbommen ge vonden, waarop te lezen staat: „Reinsdorf 1936". Men weet nog niet precies hoe groot het aantal slachtoffers is. Bommen nabij Britsche vrachtschepen. De Reutercorrespondent te Bilbao meldt, dat vijftien bommenwerpers Donderdagmid dag een kwartier lang bommen hebben uitge gooid in de buurt van Britsche vrachtschepen, die in de haven van Bilbao voor anker liggen. De schepen werden niet getroffen. Ook Valencia gebombardeerd. Om vier uur hebben vliegtuigen der opstan delingen gisteren verscheidene bommen neer geworpen in de omgeving van Valencia. Eenige dorpen werden getroffen, in het bijzon der Carcagente. Bijzonderheden ontbreken echter. Men denkt, dat het bombardement door een tiental vliegtuigen uitgevoerd is. Baskische regeering herhaalt haar beroep. De Baskische regeering heeft alle punten der nota, die door president Aquirre is voorgelegd, aangaande de vernietiging van Baskische ste den door de luchtmacht der opstandelingen geratificeerd. De nota verklaart o.a: In het gisteren door het hoofdkwartier van Salamanca gepubliceer de communiqué, beschuldigen de opstandelin gen extremistische elementen, die zich op Baskisch gebied bevinden, officieel van de ver nietiging van Guernica en andere plaatsen. Deze these werd Donderdag door den radio zender van Berlijn herhaald. Tegenover deze onwaarheid doen wij een beroep op de geheele beschaafde wereld en op al degenen, die wen- schen dat waarheid en rechtvaardigheid heerschen. Opdat deze feiten zullen kunnen worden ge- controlyeerd, zijn wij bereid alle commissies of vertegenwoordigers van instellingen, welke zich ter plaatse willen op de hoogte stellen van de feiten, te ontvangen. Ooggetuige verhaalt van de paniek in Guernica. De kanunnik van de kathedraal van Valla- dolid, Alberto Anaindia, die geboortig is uit Biskaje en die ooggetuige geweest is van het bombardement van Guernica, is te Parijs aangekomen uit Bilbao. Tegenover een ver tegenwoordiger van Havas heeft hij o.a. het volgende verteld: Maandag 26 April kwam ik om half vijf in Guernica. Nauwelijks was ik uit de auto gestapt, of het luchtbombardement begon. De eerste bom sloeg in een huis van drie ver diepingen en deed de ruiten van alle huizen in de stad springen. Doordat het marktdag was, waren de bewoners van de omliggende dorpen hier bijeengekomen. De menschen vluchtten ontzet naar het land en lieten hun vee op de markt achter. Het bombardement duurde van half vijf tot kwart voor acht. Gedurende al dien tijd gingen er geen vijf minuten voorbij, zonder dat in de lucht moorddadige vliegtuigen ver schenen. Steeds was de aanvalsmethode ge lijk: eerst mitrailleurvuur, dan gewone bom men en tenslotte brandbommen. De bevolking vluchtte over in de boschjes, die op een kilo meter van Guernica liggen. De vliegtuigen daalden zeer laag, hun machinegeweren ratelden woe dend over de bossehen en wegen, welker greppels vol lagen met grijsaards en kinderen, die zich te gen den grond drukten. Tegen het einde van den middag kon men op vijf honderd meter afstand Guer nica niet meer zien door den dikken zwarten rook van het bombardement en de branden. Men hoorde klacht noch gekerm, de men schen waren verstard van ontzetting. Som migen baden, anderen hieven de armen ge spreid ten hemel als om Goddelijke bescher ming af te smeeken. Een vliegtuig daalde tot op 200 M. ter plaatse, waar mijn auto stond en schoot er een salvo mitrailleurkogels op af. Ik had nog tijd mij te dekken in een eikenbosch je en kon vervolgens naar Ria- chuelo komen, waar zijn eenige milititsolda- ten bevonden. Om zeven uur stond Guernica in lichterlaaie. De later aangekomen brand weerploegen uit Bilbao werkten aan de blus- sching van het vuur in de gebouwen, die nog niet geheel in de asch gelegd waren. De weer schijn van len brand was uit Lequettio, op 22 K.M. zichtbaar. Guernica beschikte niet over luchtafweermiddelen, noch over batte rijen en had zelfs geen in stelling gebrachte mitrailleurs. In de eerste uren van den nacht kon men het smartelijkste schouwspel zien: mannen en vrouwen zochten de nabije bossehen af naar hun vrienden en verwanten. Het mee- rendeel der lijken is doorzeefd door verschei dene kogels der mitrailleurs. De huizen nabij den historischen boom, die op een heuveltje staan, zijn ongedeerd. Daarentegen is het stadhuis met de archieven, waar zich docu menten van groote waarde bevonden, ver nield. Als priester moet ik zeggen, dat de grootste beleediging, die men den godsdienst zou kunnen aandoen, zou zijn, wanneer men eens in de kerk van Santa Maria te Guernica, die dank zij den heldenmoed der brand weerlieden van Bilbao van den brand gered is, een te Deum zou celebreeren voor den militairen roem van Franco en Mola, die de meest volkomen bar barij vertegenwoordigen. Lord Robert Cecil verheft zijn stem. In het Hoogerhuis heeft Lord Robert Cecil het luchtbombardement van Guernica ter sprake gebracht. Hij noemde het: „Een ver schrikking zonder weerga in de geschiedenis der beschaving". Lord Robert Cecil vroeg met nadruk de regeering energiek te protesteeren en den steun te zoeken van alle andere regee ringen. Tevens vroeg h'ij de kwestie zoodra dit mogelijk zal zijn voor den Volkenbondsraad te brengen. Wanneer deze gebeurtenis, aldus voegde spreker hieraan toe, ten uitvoer ge legd is door tusschenkomst van Duitsche or ganisaties, behoorde de Duitsche regeering on middellijk alle Duitsche onderdanen terug te roepen. Lord Plymouth antwoordde, dat de regeering geen enkele officieele inlichting bezat over het bombardement van Guernica en niet kan zeggen, wie er het bevel toe gegeven heeft,noch welke toestellen daarbij gebruikt zijn. Lord Plymouth herhaalde hetgeen Eden in dezen reeds gezegd heeft en voegde hieraan toe, dat wanneer de regeering van meening is nuttig iets te kunnen doen, zij het doen zal, maar deze zaak te behandelen krachtens het Vol kenbondshandvest zou niet de beste wijze zijn om het door allen verlangde doel te bereiken, n.l. een herhaling van dergelijke feiten te be letten. ENGELSCHE KRONINGSPLECHTIGHEID WORDT DOOR TWAALF EUROPEESCHE LANDEN UITGEZONDEN. De Britsche post-autoriteiten hebben een regeling getroffen, op grond waarvan per radio een ooggetuigeverslag van de kronings plechtigheden zal worden gegeven voor twaalf Europeesche landen, t.w. Zweden, Noorwegen, Denemarken, Duitschland, Nederland, België, Frankrijk, Zwitserland, Oostenrijk, Tsjecho Slowakije, Joego Slavië en Hongarije. De criticus mag geen kunstenaar meer zijn. Berlijn, 27 April 1937. (Van onzen correspondent.) Toen bij decreet van den rijksminister voor propaganda de kunstcritiek verboden werd, ontstond er binnenskamers veel verontwaar diging, die naar het schijnt, weer spoedig geluwd is. Het propaganda-ministerie scheen het noodzakelijk te vinden door een breed voerige behandeling van het thema „Vom Kunstrichter zum Kunstdiener" een verkla ring van het ministerieel verbod te geven. Van critiek „überhaupt" wil de partij- en staatsleiding niets meer weten, tenzij in ver bitterde mate op de dingen, die strijdig zijn met de beginselen der partij. Er was echter nog kunstcritiek. Maar ook deze is den hee- ren der leiding onwelgevallig geworden. Er kwamen dingen voor, zooals met de film. die door de aangewezen staats- en partij orga nen was goedgekeurd en na de eerste vertoo ning door de beproefde critici in de dagbla den zeer werd geprezen. Den volgenden mor gen verscheen in de bladen een ministerieele banvloek naast het loflied op „de kunstzin nige zeer humoristische film", die de minis ter als prulwerk en „fauler Witz" veroordeel de en verbood. Z. Exc. had de première toe vallig bijgewoond en per telefoontje zijn af keuring te kennen gegeven en ook wel zijn misnoegen over de kunstopvattingen der heeren van zijn bureau voor filmkeuring. Maar hier was ook het oordeel over kunst van een minister in botsing gekomen met het kunstoordeel van „Volksgenossen", die be proefde recensenten waren, betrouwbare be middelaars tusschen kunstenaar en kunst minnend publiek, wier recensies in de pers gretig werden gelezen. Het critiek-verbod zal dergelijke gelegenheden tot vermakelijk, maar heel oneerbiedig meesmuilen in de burgerij vrijwel onmogelijk maken. Er is meer, dat gewichtiger is dan een ministe rieel en blunder. De wereld is in den loop der eeuwen beheerscht door Romeinsche en Go- thische kunst. Renaissance en Barok, nu zal om te beginnen Duitschland beheerscht worden door een Nationaal-socialiistische kunst. Zij verkeert nog in het embryo-stadium, als er ooit in de toekomst in allen ernst van een dergelijke kunst gesproken kan worden. Geestdriftige jongelingen putten zich uit met pen, schilderkwast en beitel in luidruchtige verheerlijking van de leer, de symbolen en zelfs van de grooten der Nazi. Zij doen dit min of meer kunstzinnig in oude stijlen, die onaangetast blijven door de nationaal-socia- listische verheerlijking. Er zijn ook enkele kuntenaars, wien het gelukt is, op zoo bij zondere wijze een kunstwerk te scheppen, dat de partijleiding voor haar toekomst kunst er de beste verwachtingen van koestert Als teere plantjes worden zij behoed, en op dat geen strenge kunstrechter of criti'kaster hun het opvlammend dichters vuurt je zal uit blazen, is 't ook uit dien hoofde noodzakelijk den crtitcus zijn werk onmogelijk te maken. De criticus mag in het Derde Rijk geen kunstrechter meer zijn. Hij mag niet meer beslissen of oordeelen, 'het minste, dat van hem verwacht wordt, is, dat hij zich houdt aan de eigenlijke ibeteekenis van het Griek- sche woord „Critiek": onderscheiden-ver klaren. Pas 50 jaar geleden ontstond in Duitsch land een kunstcritiek. die naar de meening der Nazi's op hooger peil stond dan zij ooit in later jaren heeft bereikt Er werden na men genoemd als Lessing, Herder, Goethe, die in de „Cottasche Zeitung" meesterlijke recensies schreef, waarin hij den kunstenaar men raad helpend ter zijde wilde staan. De dichter Kleist schreef in zijn iblad „Berliner Abendblatter" tooneelcritiek met artistieke en politieke strekking. De inten dant van den Berli.jnschen koninklijken schouwburg wist in 1819 een koninklijk be sluit te bewerken, waarbij het publiceeren van tooneelcritiek in de „Berliner Abend blatter" verboden werd. Het blad is er door ten gronde gegaan. De andere bladen moch ten afkeurende critiek van een stuk pas dan publiceeren, als het in Berlijn driemaal was Aanvankelijk was in het Derde Rijk voor geschreven, critiek van tooneelspelen eerst 2 dagen na de opvoering te laten verschijnen. Beroemde critici uit het verleden heeft de Nazi-referent niet kunnen negeeren en zoo moest hij nolens volens wel spreken over den grooteyn Duitscben dichter en roman schrijver Theodor Fontane, die in de zeven tiger jaren jl. zijn eritieken schreef in de Vossische Zeitung Het zou alles een pleidooi kunnen zijn vóór de critiek. Maar de critiek moest afschrikken en daar om kregen we enkle vermakelijke aanhalin gen te hooren uit recensies van een der al lereerste Duitsche critici der laatste 40 ja ren. Velen herinneren zich nog, ze igelezen te hebben. Deze criticus schreef, dat de dichter een ONZE DACELIJKSCHE KINDERVERTELLINC. Nu zijn de twee vrienden bij Simmie's woning aangekomen. „Kijk," zegt Sim, „daar heb je nu mijn haan Kukelbont, die het ei gelegd heeft. Hij is er wat trotsch op!" Dat was Kukelbont zeker, want hij keek met verwaande blikken rond en kraaide tot er haast geen geluid meer uit zijn keel kwam. Thijs bekijkt het ei met aandacht. Het komt hem voor, dat hij er finnen in geluid hoort. constructeur is, de criticus een constructeur van constructeuren. „De verdienste van me nig besproken stuk was, aanleiding tot mijn critiek te zijn geweest". „Voor den criticus is het om 't even, of hij spreekt over een lof waardig of zwak drama, het lofwaardige, zoowel als het zwakke zijn hem een voor wendsel, om te spreken". „Oh! als ik een ge nie was ich hab' bloss keine Zeit zou ik stormwind op het tooneel brengen bloss, ich hab' keinen Zeit iiets, dat snijdt en lacht, dat 't schatert!" Ah! hij zou 't eens voordoen, hoe de dichter 't moet aanpak ken. Alleen maarhij heeft geen tijd.. Wij weten hoeveel kunstwerken, die bij „eer ste kennismaking" door het publiek waren afgewezen en afgemaakt door de critiek, later tot onsterfelijke kunst zijn verklaard. De uitwassen der critiek en het gebrek aan juiste waardeering van zoo menig kunstwerk bij zijn eerste verschijning, die den jongen kunstenaar kunnen ontmoedigen, zijn onge twijfeld sterke argumenten tegen critiek. Toch is critiek onontbeerlijk. Wij wenschen over een muziek- of tooneelstuk of ander kunstwerk het oordeel te hooren van iemand, dien wij er competent toe achten. Het kan ons een beter inzicht geven, wij kunnen er onze eigen gevoelens aan 'toetsen wie leest er niet graag de critiek van zoo'n bevoegde, na zelf een première te hebben bijgewoond, maar ook de jonge kunstenaar ikan lee- ren door ernstige, eerlijke, dus opbouwende critiek. Als we dit te berde hadden gebracht, werd ons voorgehouden, dat in den loop der eeuwen al die oude grootsche kunstwerken, die ons met bewondering en eerbied vervul len, tot voor 150 jaren zonder critiek zijn ontstaan". Er was wel degelijk critiek, de verhoudingen waren echter anders en de organen ontbraken, om het igroote publiek in te lichten en er door op te voeden tot waar deering der kunst, Men kwam niet tot over eenstemming. Wel waren we 't er stilzwijgend over eens, dat critiek in allerlei zaken van gewicht erg lastig kan zijn. Toch hebben de creten en critiekverbod in eigen nationaal- socialistischen boezem een opschudding ver wekt, die ons interessant genoeg schijnt, om er ons volgend artikel aan te wijden. H. L. Zie pagina 2 Zeer belangrijk voor U (Adv. Ingez. Med.) PROGRAMMA ZATERDAG 1 MEI 1937. HILVERSUM I, 1875 M. KRO-Uitzending. 4.00—5.00 HIRO. 8.00—9.15 en 10.00 Gramofoonmuziek. 11.30 Godsdienstig half uur. 12.00 Berichten. 12.15 De KRO-Melodisten m.m.v. solist. 1.00 Gra mofoonmuziek en postduivenberichten. 1.15 KRO-orkest. 2.00 Voor de rijpere jeugd. 2.30 Vervolg KRO-orkest. 3.00 Kinderuur. 4.00 Het 20-jarig bestaan van den Centralen Bond van Werkmeesters en ander opzichthoudend Per soneel. 5.00 De KRO-Melodisten en solist. 5.30 Gramofoonmuziek. 5.45 De KRO-Nachtegaal- tjes. 6.15 Gramofoonmuziek. 6.20 Journalistiek weekoverzicht. 6.45 Gramofoonmuziek. 7.00 Berichten. 7.15 „Maria en de Meimaand", cau serie. 7.35 Actueele aetherflitsen. 8.00 Berich ten A.N.P. Mede de el in gen. 8.15 Overpeinzing met muzikale omlijsting. 8.35 Declamatie. 8.55 Het KRO-orkest. 9.25 Inleiding volgende uit zending. 9.45 Opera-uitzending. 11.00 Sport- reportage. 11.30—12.00 Gramofoonmuziek. HILVERSUM II, 301 M. VARA-Uitzending. 10.0012.20 v.m. VPRO. 8.00 Opening van het 1 Mei-programma m. m.v. sprekers, koor en orkest. 10.00 Morgenwij ding. 10.20 Declamatie. 10.40 Orgelspel. 11.00 Vervolg declamatie. 11.20 Voor de vrouw. 12.00 Gramofoonmuziek. 12.45 VARA-koor „Cante- cleer" m.m.v, solist. 1.00 „De Mei in het Plan", causerie. 1.20 Cello en orgel. 1.452.00 Vervolg koorconcert. 2.15 „De Krekeltjes" en „De Rood borstjes". 2.30 Hobo en piano, 2.40 Voor de kinderen. 3.00 Vervolg concert. 3.10 Vervolg kinderkoorconcert. 3.30 Gramofoonmuziek. 4.00 Voor den jongen mensch. 5.00 VARA-Groot- orkest. 6.00 Declamatie. 6.15 VARA-koor „Can- tecleer". 6.30 „Onveranderlijke leuze", toe spraak. 6.50 Vervolg concert. 7.05 De Ramblers. 7.30 Vocaal ensemble. 8.00 Henh. SOS-Berich- ten. 8.03 Berichten A.N.P. 8.10 VARA-orkest. 8.30 Radiotooneel. 9.30 Vervolg orkestconcert. 9.55 Berichten A.N.P. 10.00 „Mei-weide", toe spraak. 10.20 „Musiea", m.m.v. soliste. 11.00 Sluiting 1 Mei-programma. 11.1012.00 So listenconcert. DROITWICH, 1500 M. 10.05 Voor de Vrouw. 10.20 Orgelspel, 10.50 BBC-Northern orkest m.m.v. soliste. 11.50 BB C-Dansorkest. 12.20 Commodore Grand-orkest. 12.35 Sportnieuws. 12.50 Vervolg concert. 1.20 Het Dulay-kwintet. 2.05 Sportreportage. 4.05 Sportnieuws. 4.20 Sportreportage. 4.35 Tennis- reportage. 5.20 Berichten. 5.35 Sportnieuws. 5.50 Welsch intermezzo. 6.05 BBC-orkest m. m.v. solist. 6.50 Cabaret. 7.20 Revueprogramma. 8.20 Berichten. 8.40 Gramofoonmuziek. 9.05 Orgelspel. 9.35 Viool en cembalo. 10.00 Decla matie. 10.20 Jack Jackson's Band. 10.50 Be richten. 11.0011.20 Vervolg dansmuziek. RADIO PARIS 1648 M. 6.10 en 7.20 Gramofoonmuziek. 11.20 Pa- rijsch Kamerorkest en zang. 2.20 Gramofoon muziek. 4.50 Pascal-dansorkest. 7.35 Zang. 7.50 Nationaal orkest. 9.50 Gramofoonmuziek. 10.20 12.20 J. Bouillon-dansorkest. KEULEN, 456 M. Zie Deutschlandsender. BRUSSEL. 322 M. 11.20 Gramofoonmuziek. 11.50 Kleinorkest. 12.30 Salonorkest. 12.50 Gramofoonmuziek. 1.20 Zang. 1.35 Gramofoonmuziek. 1.50 Zang. 2.20 Dito. 2.35 A. Felleman's orkest. 3.20 Zang. 3.35 Gramofoonmuziek. 4.20 Kleinorkest. 5.50 Gramofoonmuziek. 6.20 Dito. 7.20 Omroepor kest en soliste. 8.05 Radiotooneel. 8.35 Omroep- symphonieorkest. 9.30 Cabaret. 10.20 Gramo foonmuziek. 10,3511.20 Omroepdansorkest, BRUSSEL, 484 M. 11.20 Gramofoonmuziek. 11.50 Salonorkest. 12.30 Kleinorkest. 12.50 Gramofoonmuziek. 1.40 A. Felleman's orkest. 2.20 Gramofoonmuziek. 3.35 Gramofoonmuziek. 4.20 Salonorkest. 5.20 Kleinorkest. 6.35 Gramofoonmuziek. 7.20 Sym- phonieconcert. 8.05 Zang. 8.35 Radiotooneel. 9.30 Omroepdansorkest. 10.2011.20 Gramo foonmuziek.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1937 | | pagina 7