BESTE VRIENDINNETJES
EN VRIENDJES
Aan allen!
De prijsjes zijn 1.1. Woensdagmiddag uitge
reikt.
lste prijs kopplaat: F. Bijl, Bedelarmband.
2e prijs: M. Visser, Tirolerarmband.
3e prijs: M. Bijl, Geluksbroche.
Troostprijs: C. Goedhart, Ankerbroche, G.
Goedhart, idem, W. Tolman, Armband, B.
Vos, Celluloid popje, J. Manneken, idem, R.
Pronk, idem,
lste prijs plaat naar keuze: T. Zuurbier,
bedelarmband.
2e prijs: M. Groen, Broche.
3e prijs: N. Pronk, Geluksbroche.
Troostprijs: G. Tolman, B'roche, J. Pronk,
Fluit aan koord, D. Vos, doos met caramels.
Jullie ziet dat de prijsjes heusch wel de
moeite waard zijn en ik hoop dat een volgend
keer de kinderen, die geen prijsje gekregen
hebben omdat hun werk niet zoo goed was of
omdat de gestelde voorwaarden niet in acht
waren genomen tot de gelukkigen zullen be-
hooren. Van hen, die niet inzonden, hoop ik
dan eveneens werk te ontvangen. Over eenige
weken worden raadsels opgegeven.
Lief ZUSJESBESCHE1RMSTERTJE r- Meis-
jelief wat heb je me verrast met je plaatje op
je briefje, 't Stond keurig. Ja het was 1.1.
Woensdag geen strand- maar wel boschweer.
Je hebt weer echt genoten heb ik vernomen,
's Avonds ruim acht uur was je nog niet
thuis. Hoe laat ben je wel naar bed gegaan?
Tc Denk veel te laat voor zoo'n kleintje dat
veel leeren moet. Het beste hoor. Dag Zus-
j esbeschermstertj e
Best HANDWERKSTERTJE. Wel zeg,
hoe kon je nu vergeten je prijsje te halen?
'k Begreep er niets van en dacht: ik zal maar
vlug een brandbrief zenden. Misschien wil ze
liever geen prijsje en mag ik het broche hou-
houden. Was het fijn te Velserbeek? 'k Denk
van wel. Hoe vinden je ouders je prijs en hoe
is de theevisite verloopen? Was het gezellig?
Tot Maandag. Dag Handwerkstertje.
Lief KALFJE. Ja vriend, ik heb je reeds
gemist bij den teekenwedstrijd. Jammer dat
je ook niet op visie kon komen. Maar wat in
't vat is, verzuurd niet. Wanneer je weer thuis
bent, mag je nog komen. In de visiterubriek
zie je dan je naam staan. Speel maar veel en
prettig in de bosschen en doe m'n groeten aan
je moeder. Dag Kalfje.
Beste POLLY. Zoo zit je zoo hals over
kop in Putten? Uitgaan is wel prettig maar
de reden van je uitgaan is niet zoo mooi. Hoe
gaat het nu? Gevoel je je beter en kan je nu
wel buiten spelen? 'k Hoop dat je weer spoe
dig naar IJmuiden kunt terug gaan. Prettig
dat Kalfje bij je is. Je hebt nu ten minste een
speelkameraad in de eenzaamheid. Dat je er
uren kunt rondwandelen zonder iemand te
gen te komen weet ik. In de omgeving van
Bennekom, waar ik jaren terug eens logeerde,
was het even stil. Wanneer je weer te IJmui
den bent krijg je nog eens een, invitatie om
op visite te komen. Het beste hoor. Dag Polly.
Lief SPARRETJE. Marietje Krijnen
heeft mij verzocht je haar groeten te willen
doen toekomen. Wanneer krijg ik weer eens
een lettertje? Met enkele regels ben ik reeds
tevreden. Dag Sparretje.
Best BLOEMENMEISJE. Jazeker, Bloe
menmeisje vind ik een goeden naam. Wat
was je briefje keurig geschreven. Heb je het
heusch zelf gedaan? Voor een meisje uit de
derde klas vind ik het schrift bijzonder goed.
Blijf je me trouw evenals Teekenaarstertje en
Krullekopje? Dag Bloemenmeisje.
Lief ELFENKONINGINNETJE. Je hebt
het mis hoor. Aan de rubriek doen zoowel
jongens als meisjes mede. Er staat toch altijd
boven m'n briefje of aan het hoofd van de
rubriek „B'este Vriendinnetjes en Vriendjes".
Je broers mogen heusch mede doen. Ze moe
ten maar een schuilnaam bedenken. De zes
jarigen moeten teekeningen inzenden inplaats
van een briefje. Hun schuilnaam moet jij er
maar voor ze opschrijven. Ik geloof, evenals
je moeder, dat je later nog vaak zult wen-
schen weer als voorheen naar school te kun
nen gaan. De gelegenheid is dan echter voor
bij. Dag Elfenkoninginnetje.
Best SNEEUWVLOKJE. Ook ik vind het
prettig dat je een prijs hebt en nog wel een
lste prijs. De armband zal mooi bij je Tiro-
lerjurk staan. Wel gezellig zeg met de klas
in een autobus naar Velserend en daar dan
spelen en baden. Zoo'n gymnastiekles wordt
zeker wel heel erg op prijs gesteld, niet? Veel
genoegen. Dag Sneeuwvlokje.
Lief STERRETJE. Ja, jij bent ook al een
gelukkig prijswinstertje. Zoo zie je „de aan-
houdster wint" en „aldoende leert men." Zijn
de aardbeien in je tuintje haast rijp? Je gaat
zeker een aardbeienfuif geven? Natuurlijk
moest je moeder je weer met iets verrassen.
Welke kleur hebben de nieuwe sokjes? Dag-
Sterretje.
Best DUINSPARRETJE. Heb je zoo maar
een nieuwe fiets gekregen? Jongen wat zijn
je ouders goed op je. 'k Wil graag gelooven,
dat ze fijn licht rijdt. Het is bij jullie thuis
met recht „allen op de fiets". Je vader in den
tuin helpen en mij schrijven gaat niet tege
lijkertijd. Veel plezier met je fiets en met je
strandscheepje. Dag Duinsparretje.
Lief KRULLEKOPJE. Je weet het, vrien
dinnetjes en vriendjes heb ik nooit te veel.
Ik vind het prettig- dat je de nieuwelingen
even op dreef helpt en ze mijn huis wijst.
Leuk, zeg dat je de pop, die Beb als prijs
gekregen heeft, zoo gauw bent gaan kleeden.
Waren de caramels lekker? Je kunt dus deze
week op school niet aan de zwempret deelne
men? Ja zoo gaat het, iedere klas heeft haar
beurt. Een ander maal ga je weer mede. Dag
Krullekopje.
Lief TEEKENAARSTERTJE. Flink zoo
meisje, schrijf je briefje maar heel alleen. Ik
vind het heel flink van je dat je niet na
wilt schrijven wat anderen je voorschrijven.
Je wilt zelf denken en doen en zult er heusch
wel komen De briefjes worden steeds langer
en beter. Je hebt natuurlijk ook van de cara
mels geprofiteerd en heeft je zus met haar
aankleedpartij weer plezier gehad van jouw
prijs, 'k Verlang nu reeds naar je volgend
briefje. Wil je je moeder bedanken voor haar
vriendelijk schrijven aan mij en haar m'n
groeten doen? Dag Teekenaarstertje.
Lief BOODSCHAPSTERTJE of GELUKS
KIND. 'k Feliciteer je met je vondst. Dat
is ook een bof zeg. Het vinden van een kla
vertje vier komt maar zelden voor en begrijp
ik dat je het zorgvuldig mede naar huis ge
nomen hebt en het tusschen een boek te dro
gen hebt gelegd. Je prijs heb je echter niet
aan je klavertjevier te danken maar aan je
eigen werk. Als je werk niet zoo keurig was
geweest, zou je ondanks je klavertje vier,
geen prijs gekregen hebben. Ook ik vond) het
een snoezige broche met de drie gekleurde
klompjes als hangertjes. Op je bloementjes-
jurk zal het schattig staan. Veel geluk met
je klavertje vier. Dag Boodsehapstertje.
Best ROZEKNOPJE. Je hebt dus geen
spijt gehad bij mij op visite te zijn geweest.
Het handwerkje heb je prettig, de limonade
en het lekkers heerlijk en het verhaal dat ik
vertelde, mooi gevonden. Beter kan het niet
zou ik zoo zeggen. Als ik weer eens een tee
kenwedstrijd aankondig moet je maar da
delijk m'n raad opvolgen en plaatjes gaan
uitknippen en verzamelen. Je kunt dan ook
mededoen en misschien tot de gelukkigen
gaan behooren. Dag Rozeknopje.
Beste KLEINE ZUS. Was je even geluk
kig met je popje zeg? Je kunt fijn met haar
spelen en moet je zus maar eens vragen een
broekje, mutsje en truitje voor haar te
breien. Als je haar heel lief aankijkt dan doet
ze het vast wel voor je. Speel maar prettig
met je popje. Dag kleine Zus.
Beste VERONIKA. Ook jij hebt het ver
leden week, Woensdag, bij mij thuis echt
naar je zin gehad. Dat vind ik prettig maar
nog prettiger vind ik je belofte mij trouw te
zullen blijven en van den winter weer graag
aan het clubwerk te willen deelnemen. De
drie jongens die ik geinviteerd had konden
tot hun spijt niet komen. Twee zijn om ge
zondheidsredenen momenteel in Putten (Gel
derland) waar ze geheel onverwachts heen
moesten. De derde wilde liever gelijk met de
afwezigen komen en wacht dus tot de an
dere jongens weer te IJmuiden zijn. A.s.
Woensdag inviteer ik weer twee meisjes. Wie?
Kijk maar onder het hoofd Visite. Dag Ve-
ronika.
Best ZONDAGSKIND. Heb je het anker-
brochje al op je alpino bevestigd1? Het zal er
echt aardig op staan. Ben mooi gezicht zoo'n
pronkende pauw vind je niet? Jammer dat
de uiteinden van de staartveeren vaak zoo
erg afslijten door langs het grind, enz. te
slepen. Vind je het geluid van de pauw niet
afschuwelijk? Of heb je het pauwenge-
schreeuw nog niet gehoord? Je wilt zeker m'n
groeten wel aan je ouders, zuster en Lizette
doen? Dag Zondagskind.
Lief CROCUSJE. Ik was 1.1. Zondag niet
in de gemeente Velsen, maar heel ver weg op
een prachtige buitenplaats midden in de den-
nenbosschen. Het weer was wel zonnig maar
niet te warm, zoodat ik echt genoten heb. Je
kon me dus niet in „Velserbeek" zien. Dat
ook jij tot de gelukkigen behoorde vond ik
prettig. Wie weet of je een volgend keer het
er nog veel beter afbrengt. Ik dank je nog
maals voor je zilverpapier. Het was een flin
ke hoeveelheid. Dag Crocusje.
Beste FLIPPIE FLINK. Zeg vriend is je
prijs je meegevallen? Ik denk van wel. Je
kunt er conducteurtje mede spelen of het
sein van vertrek bij wedstrijdspelen mede
geven. Natuurlijk doe je een volgende maal
weer mede. Over eenige weken worden raad
sels opgegeven. Dag Flippie Flink.
Lief DUINVIOOLTJE. Prettig dat ik je
wensch heb kunnen vervullen. Je hebt er
echter zelf toe medegewerkt. Was je werk
niet zoo goed geweest, dan zou je heusch geen
3e prijs gekregen hebben. Vind je het geen
gezellig brochje? Het heet een geluksbroche
maar of het geluk aanbrengt weet ik niet. We
zullen het echter maar wensohen. Je kleine
zus heeft dus haar eerste tand. De tweede zal
nu wel spoedig volgen. Dat ze tijdens het
doorbreken van de tand wat huilerig is, is
een gewoon verschijnsel en behoeft direct
niet te verontrusten. Het beste met haar. Dag
Duin viooltje.
Beste BERENDMAN. Jij hebt dus met je
vader thuis het rijk alleen. Jammer genoeg
vind je niet. 'k Hoop dat je broer weer spoe
dig hersteld, thuis komt en dat het herstel
dan niet van korte duur is. Is alles thuis weer
normaal dan inviteer ik je opnieuw zoodat
je toch ook eens van de partij bent. Maak jij
het nog steeds goed? Als je in Putten komt
wil je je moeder en broers dan van mij groe
ten en hun m'n beste wenschen voor een
spoedig en duurzaam herstel toewenschen?
Het beste hoor. Dag Berendman.
Best JASMIJNTJE. Alle kinderen zijn bij
mij gelijk. Ook de kinderen die jij bedoelt.
Het clubwerk wordt gehouden voor de trouwe
rubriekertjes en niet voor de kinderen die
's winters alleen schrijven en 's zomers niets
van zich laten hooren. Clubwerk waar geen
orde heerscht is absoluut verkeerd. Kan men
geen orde houden en de kinderen niet pret
tig en rustig bezig houden, dan moet men aan
dergelijk werk niet beginnen. Noch de kinde
ren, noch de leiding is er mede gebaat. Heb je
je popje al aangekleed? Kan je het niet al
leen, dan wil zeker één van je zusters je wel
helpen. Volgende week hoor ik zeker wel iets
van de aankleedpartij? Dag Jasmijntje.
VISITE.
A.s. Woensdagmiddag mogen Zusjesbe-
schermstertje en Handwerkstertje op visite
komen. Ik verwacht ze om half twee terwijl
ze om half drie weer naar huis gaan. Dag
meisjes tot Woensdag'.
Veel groeten van
Mej. E. VIJLBRIEF.
LIEF EN LEED OM INA'S ROLSCHAATSEN
Ze moest eerst leeren, ze op de goede manier
te gebruiken
Tante was zoo ziek en toen
Ina was pas jarig'geweest! Een heerlijke
blijde dag, waaraan ze zoo'n herinnering had,
dat ze, naar ze moeder met een kus had ver
zekerd, er wel weer jaren op teren kon!
„Eén jaar is genoeg", had moeder lachend
geantwoord. „En vertel eens Ien, wat was nu
wel 't fijnste van den heelen verjaardag?"
Ina had moeder met een lachend snuitje
verwonderd aangekeken. Net of je dat nog
vragen moest.de rolschaatsen natuurlijk!
„Toen ik die in vader's hand zag dacht ik,
dat ik haast barsten zou van blijdschap! O,
wat heb ik daarnaar verlangd. Ik geloof wel
m'n heele leven," zuchtte ze, niet weinig over
dreven, maar echt gemeend.
„Nu wees er dan maar zuinig op."
„Ja, moe. Ze rijden verrukkelijk, in één
woord! Ik rijd op één na 't hardste van de
heele klas, alleen Truus Everts nog een beetje
harder. Maar die haal ik ook nog wel in, als
'k maar flink oefen. Denkt u niet, moes?"
„Misschien wel, je moet maar je best doen"
„Ja, Gaat u nu eventjes, heel eventjes mee
kijken, hoe hard ik 't al kan?"
Moeder keek op de klok, ,,'k heb nog erg
veel te doen, maar vijf minuutjes gaat wel.
Vooruit dan maar, dan neem ik de fiets mee."
Ina straalde en tien minuten later waren
ze in de breede laan bij school.
Rrrt, rrrt! zoo zwierde Ina op haar stevige
beenen over 't asfalt! Eerst een eind voor
moeder uit, terug achter de fiets aan en tot
slot nogeens om 't hardst. Moeder had heusch
moeite om haar trappende bij te houden.
„Gaat het niet fijn, moes?"
„En óf," zei moeder. „Je bent een echte
kampioene! Zorg maar, dat je niet overmoe
dig wordt! Want dan val je, en dan krijg je
verdriet van de rolschaatsen, inplaats van
plezier. Zul je daaraan denken, Ineke en je
schaatsen op de goede manier gebruiken?"
„Tuurlijk, moes," zei Ina lachend, maar
eigenlijk luisterde ze maar half. O, daar ging
de schoolbel, vlug de schaatsen af en naar
binnen. Met een liefkoozend gebaar veegde
ze de mooie nieuwe leertjes even af met
haar zakdoek. Eenig waren ze!
EMMI vam i-AE-R
Ina kreeg tóch verdriet van haar rolschaat
sen, maar op een heel andere manier, dan
moeder gevreesd had.
's Middags, vlak na 't koffiedrinken, was er
gxoote ruzie in den tuin. Moeder hoorde 't
en luisterde zwijgend toe.
„Niemand krijgt nu eenmaal m'n rolschaat
sen. Niemand, dus jij ook niet!" riep Ina.
„Je bent een akelige draak met je rolschaat
sen. Een echte krent! Krijg je lekker m'n bal
ook nooit meer! Nooit meer!" dreigde Reinout
,,'k Hoef jouw bal heelemaal niet. Hou jij je
ouwe, vuile bal zelf maar."
„Eerst wou je 'm wel, eerst wou je 'm graag!
En nu je rolschaatsen hebt, gun je niemand
meer iets. Akelige stijve nuf, trotsche pauw,
wacht maar!" schold Ina's broer. En toen liep
hij met een gezicht, rood van woede naar
binnen.
„Ina!" riep moeder.
„Ja moes?"
„Ik heb gehoord, dat tante Trees een beetje
ziek is. Loop er vlug even aan, vraag hoe 't
met tante is en of ik soms iets voor haar
doen kan."
„Best, moes," beloofde-Ina. Ze keek moeder
tersluiks eens aan.
Moes keek zoo ernstig, zou ze iets van 't
gekibbel gehoord hebben? Nee, gelukkig niet.
Fijn, dan hoefde ze ook haar rolschaatsen
niet af te staan. En Ina pakte ze netjes in
een linnen zakje, dat ze er zelf voor genaaid
had en stak de straat over naar'tante Trees.
Tante was een jongere zuster van moe
der en een echte schat, vonden de kinderen.
Ze was onderwijzeres en woonde alleen in
een aardig klein woninkje, schuin aan den
overkant.
Met haar schaatsen onder den arm stapte
Ina 't bloeiende tuintje door en liet de klop
per vallen.
„Wie is daar?" klonk een schorre stem uit
de kamer.
„Ik tante. Ina!"
„Kom maar binnen
't Meisje zag, dat de bovendeur open was.
Ze schoof nu ook 't knipje van de onderdeur
af en ging naar binnen. Tante lag in bed en
zag er erg vreemd uit, vond Ina. Heelemaal
oleek, terwijl ze anders altijd zoo'n frisschen
kleur had.
„Tante, hoe is 't met u? Bent u ziek?"
„Nu zoo'n gangetje. Ik ben vreeselijk ver
kouden en heb erg hoofdpijn. En nu ben ik
vandaag maar in bed gebleven in de hoop,
dat ik morgen weer aan 't werk kan."
„Ligt u hier heelemaal alleen?"
„Ja kind, dat kon niet anders. De juffrouw
van hiernaast, die het huisje schoonhoudt,
moest boodschappen doen. Maar ik lig hier
fijn, hoor."
Ina ging op een stoel zitten, 't Leek haar
heelemaal niet fijn, zoo alleen te zijn als je
ziek was. Verbeeld je, dat je niemand roepen
kon, als je iets noodig had!
„Ineke?"
„Ja, Tante?"
„Och, wil je even een frissche kan water
voor me halen en die naast 't bed zetten?"
„Natuurlijk". Ze was al weg en kwam spoe
dig met de volle kan terug. Wat was de doek
die op tante's voorhoofd lag, warm geworden.
Voorzichtig nam Ina het eraf, doopte 't flink
in 't water en wrong het wat uit. Toen ze 't
weer op tante's hoofd legde, zuchtte deze van
opluchting. „Hè, dat is heerlijk. Dank je wel
„Kan ik nog iets voor u doen tante?"
„Nee kindje, ga jij nu maar fijn spelen.
Straks komt de juffrouw terug. En zeg aan
moeder, dat er niets bijzonders aan de
hand is."
Even aarzelde Ina. Ze liep naar de deur en
stond weer stil. Dan voelde ze de rolschaatsen
onder haar arm.
„Zal ik moeder roepen?" vroeg ze. Maar
tante schudde heftig van nee. „Moeder heeft
't veel te druk. Ga maar gerust, ik lig hier
best! Dag Ina!"
„Noudag tante," zei Ina. Maar 't ging
niet van harte.
En toen ze buiten' stond, vond ze zichzelf
een echt spook, 't Was net of ze Reinout's
stem weer hoorde, die gezegd had: „nu je rol
schaatsen hebt, gun je niemand meer iets,
Akelige stijve nuf, trotsche pauw!"
Ja, 't was waar. Je gunde niemand iets. Rei
nout mocht nog geen half uurtje op de
schaatsen en tante moest daar maar alleen
in bed liggen
Nee, dat kon toch niet!
Vlug stak ze de straat over en deed 't hekje
open.
„Rein, waar ben je? Reinout! Reinout!"
Een onverstaanbaar gebrom was 't ant-
wooord. Hij zat achter 't huis en schopte met
steentjes voor zich uit.
„Ben je nog boos?" vroeg Ina.
„Wiedes! Vervelende krent!"
Dat was niet erg bemoedigend, maar ze
moest nu toch doorzetten.
„Ik ga naar tante Trees. Wil jij dan zoolang
m'n rolschaatsen?"
Reinout keek verbaasd op. „Hmm, nou in
eens wel? Heeft moeder 't gezegd?"
„Nee," zei Ina zacht, maar 't was ook niet
aardig van me. Nouwil je, of niet?"
Toen lachte Reinout ineens met z'n heele
gezicht, terwijl hij de schaatsen aanpakte.
„Je bent een reuze meid!" zei hij. „Wees maar
niet boos meer. Ik zal er geweldig op passen!"
Een oogenblik later zwierde hij door de
laan. En Ina sloop op haar teenen Tante's ka
mer binnen en verfrischte stilletjes het doek
je. Tante was half ingedommeld en merkte
't niet eens. Maar 't was toch wel goed, dat
ze er was, want er kwam twee keer iemand
aan de deur en die stond ze netjes te woord
en schreef de boodschappen op een papiertje.
„Hè, wat heb ik heerlijk geslapen!" zuchtte
tante, toen ze om vier uur wakker werd. Ik
geloof, dat ik al haast beter ben."
Toen waren er vier tevreden mienschen:
moeder en tante, Reinout en Ina. Dat kwam
van de rolschaatsen, die op de g o e d e manier
gebruikt waren!
R. DE RUYTER-V. d. FEER.
Jullie leeren op school natuurlijk dat tal
van landen van Europa, die vroeger
geregeerd worden door een vorst nu
republieken zijn en dat we die vroegere
vorsten, voorzoover ze nog in leven zijn ex-
keizer of ex-koning noemen. Deze vorsten
deden niet vrijwillig afstand van hun keizer-
of koningschap, maar in Frankrijk woont een
koningin, die vrijwillig afstand deed en nu al
sinds jaren met haar man, dus ook een prins
gemaal, net als Prins Hendrik was. het boe
renbedrijf uitoefent. Neem nu eens je atlas
en zoek daar de kaart van Afrika op. Zoek
nu aan de oostkust van dit werelddeel, de
stad Mozambique en niet ver van deze stad
en het daar tegenover liggende eiland Ma
dagaskar liggen 4 kleine eilandjes, de Como
ren. Welnu over één van deze eilandjes, n.l.
het eilandje Mobe-li, regeerde indertijd de
twintigjarige koningin Salima Machimba.
't Was maar een klein koninkrijkje, waar ze
over regeerde; het aantal inwoners bedroeg
maar 12000, die hoofdzakelijk bestonden van
bananen- en koffieteelt. Om beter met de
Fransche taal op de hoogte te komen deed
ze een reis naar het aan de andere zijde van
Madagaskar gelegen Fransche eiland Réu-
nion. Hier huwde ze met een Fransche gen
darme Camille Paule. Iedereen op het eiland
had nu verwacht, dat de gendarme voor zijn
baantje zou bedanken, doch dat gebeurde
niet. Wat niemand gedacht had, gebeurde.
De koningin deed vrijwillig afstand van haar
koningschap en stond haar eiland af aan
Frankrijk, waar ze ook haar schat van juwee-
len aan afstond. Natuurlijk dat de Fransche
republiek dit geschenk dankbaar aanvaardde
en uit dankbaarheid schonk ze de ex-konin
gin een jaargeld van 300-0 francs, dat later tot
5000 francs verhoogd werd. Jarenlang bleef
de gendarme met zijn vrouwe die hij altijd
nog noemt Hare Majesteit de Koningin, nog
in functie op het eiland Réunion. Tot ook
voor hem de tijd van rust nemen aanbrak.
Als gepensionneerde trok hij weer naar zijn
geboorteland, en vestigde zich weer in de
streek waar hij geboren was, n.l. Cléry in de
Haute-Saöne. Hij kocht daar een flinke boer
derij, die hij met behulp van zijn 3 kinderen
en de ex-koningin Salima Machimba be
stuurt. Maar de Fransche franc is lang niet
meer zooveel waard, dan in de jaren toen de
Fransche regeering aan de koningin de jaar-
lijksche toelage toekende. Geen wonder dus,
dat tot de Fransche regeering het verzoek ge
licht werd de toelage te verhoogen, wat deze
dan ook deed en wel tot 10.000 francs.
W. B.Z.
ZATERDAG 19 JUNI 1937
EEN TOOVERKUNSTJE.
We hebben een lange, smalle reep papier
(fig. 1) Het is nog al duidelijk, dat we als
we de reep met een schaar in de richting van
den pijl dus in de lengte doorknippen
twee even lange reepjes krijgen.
Dit is ook het geval als we de einden van
den reep AB en ab tot een ring samenplak-
ken. We krijgen dan twee ringen, geheel los
van elkander.
Maar nu komt de goochelarij!
Maak een halven slag in den reep en plak
de einden op elkander als in fig. 2 is aange
geven, dus b op A en a op B. Knip thans dezen
ring in de lengte door en neen, ik vertel
niet wat je nu krijgt. Probeer het zelf maar
eens en je zult er verbaasd over staan. Je
kunt er een heel gezelschap mee vermaken
zoodat de menschen aan toovenarij gelooven.
Maar je moet dan een heel langen en smal-
len reep papier nemen, zoodat ze den halven
slag niet in de gaten krijgen.
Sprinkhanenzeep. Men heeft ontdekt dat
sprinkhanen een soort vet bevatten, waar
van een goede zeepsoort kan bereid worden.
Een flinke bevordering. De president-
commissaris der Engelsche Imperial Chemical
Industry is indertijd als jongste bediende bij
deze fabriek begonnen.
Een rivierbedding als bouwland. Door
een onverklaarbare reden is het riviertje de
Misboarne in Engeland drooggeloopen en de
boeren uit den omtrek hebben in de bedding
allerlei gewassen verbouwd in de hoop, dat
de rivier niet plotseling weer vol zal loopen.
EEN GRAPPIGE SCHOOL
door W. B.Z.
Ze hadden veel jool
Op de grappige school
Zwarte Geertje zat naast 't beertje
Tom-mie. met zijn strooien hoed.
Zat te luisteren o zoo zoet,
Want de juffrouw las wat voor.
Van een reisje met de spoor.
Van een tochtje op de zee,
Toen dacht Fik: ik mag ook mee
Daarom liep hij heel gauw weg.
Maar Mies riep: Hier blijven zeg.
Ik houd je nu heel stevig vast.
Anders ga je in de kast.
Fik vond 't schoolgaan heel niet fijn,
Hij wou liever buiten zijn.
Straks mocht Mies de juffrouw wezen,
Dan zou zij wat voor gaan lezen.
Fik dacht: dan ga 'k er vandoor,
Ik vind 't hier niks grappig hoor.
UITSLAG VAN DE VERDEELING VAN DEN
BOOMKWEEKER.
Nevensgaande teekening geeft de juiste ver
deeling aan.