Amsterdamsche aspecten
Onze lieve straatjeugd.
Vacantievreugden.
DJ NS DAG 27 JULI 1937
Het was in den tijd der Engelsche kro
ningsfeesten, dat een bekend Londensch
blad de verzuchting slaakte, dat het op het
stuk van ondeugendheid en liet uithalen van
Kattekwaad met de kinderen der hoogere
standen al even erg gesteld was als met die
der volksklassen. De verslaggevers hadden
het tijdens de groote plechtigheid in de West
minster Abbey met eigen oogen kunnen
vaststellen tot wat voor wandaden de daar
verzamelde jeugd in staat was. Het waren
eenvoudig mispunten en bengels, schreven zij
vol verontwaardiging op een wijze, alsof zij
de meest sensationeele ontdekking wereld
kundig maakten!
Maar laat dit- in ieder geval een troost zijn
voor ouders en opvoeders, in het bijzonder
dan tot die der groote steden. Vooral de
Amsterdammers plegen steen en been over
de lieve jeugd te klagen, die het altijd maar
te bont maakt. Men zit op het oogenblik in
zak en asch en krijgt welhaast grijze haren
over de toenemende baldadigheid van onze
straatkinderen. Opschudding werd veroor
zaakt door de vernieling van een plantsoen
.ergens in de Indische buurt. Het geval werd
zoodanig opgeblazen, dat de niet-Amster-
dammer zou kunnen gaan denken, dat er
wonder wat aan de hand is, dat de jeugd over
de stad zou zijn losgebroken, dat zij naar
hartelust het stadsschoon, dat toch al met
zooveel moeite in eere moet worden ge
houden, naar hartelust zou schenden en ver
nielen, dat zij de stad bijkans in een ruïne
zou hebben herschapen.
Zonder het genoemde geval van straat
schenderij te willen goedpraten, moet aan
de hand van de feiten toch worden vastge
steld, dat men schromelijk heeft overdre
ven met al dat misbaar. Want zelfs in een
stad als Amsterdam heeft men hier met iets
te doen dat gelukkig- tot de uitzonderingen
behoort. Ja, de jeugd maakt het wel eens bar
maar men moet niet gelooven, dat het in
de hoofdstad erger dan elders zou zijn gesteld
even min, dat er speciale buurten zijn aan
te wijzen, die deswege op de zwarte lijst zou
den moeten worden geplaatst. In volksbuur
ten en in deftiger wijken, het euvel doet zich
in gelijke mate gelden.
Er moet natuurlijk een oplossing voor het
vraagstuk worden gevonden, want men kan
de zaak niet eenvoudig over zijn kant laten
gaan. Het kind heeft voor alles vrijheid
noodig van beweging voor zijn leven, dat het
voorloopig als een spel opvat, een vrijheid,
die maar al te makkelijk in de verdrukking
raakt tusschen de razernij van automobielen,
trams en fietsen. Het grootestadskind moet
zich nog steeds behelpen in het uiten van
zijn speldrift, is nog grootendeels voor zijn
activiteit op de straat aangewezen, zij is zijn
natuurlijk speelterrein, ja zelfs zijn speelgoed
vindt het langs den weg en dat is doorgaans
van zeer gevaarlijken aard.
De bedaarde leuke kinderspelletjes van
vroeger jaren schijnen op den terugtocht te
zijn. Het hoepelen, het tollen het knikkeren
het verstoppertje spelen, zij blijken in disere-
diet te zijn geraakt bij de moderne straat
jeugd, die ruwer kost noodig schijnt te heb
ben voor haar fantasie. Vooral nu het steeds
zoo fanatiek beoefende voetbalspel op on
tactische wijze is verdreven, nemen de min
der. onschuldige vermaken hand over hand
toe. Van het belletje trekken uit baloorig-
heid naar het leggen van steenen op de tram
rails is maar één stap. Tot de laatste cate
gorie „vermaken" behooren ook het stoken
van vuurtjes en het laten afloopen van
brandmelders, onhebbelijkheden waar de
•brandweer maar al te goed van weet mee te
praten en die de gemeenschap in hooge mate
benadeelen.
De mogelijkheden op dit gebied zijn in een
groote stad vrijwel onbeperkt en de beoefena
ren van deze nieuwe takken van straatjeugd-
sport moeten het maar al te dikwijls zelf be
zuren.
Nu is het een gelukkig verschijnsel, dat elke
actie gevolgd wordt door reactie. Die be
staat op dit stuk uit tal van loffelijke pogin
gen om de jeugd van de straat weg te krijgen
en haar te lokken naar plaatsen, waar zij
haar energie in welgeordende banen op onge
vaarlijke wijze kan afleiden.
Bovenaan staat hierbij wel het werk der
speeltuinen, die zoo pas een belangrijke reor
ganisatie hebben doorgemaakt. Deze arbeid is
voor de stadsjeugd van buitengewoon groot
belang, omdat hier een poging gedaan wordt
de jeugd tot een gemeenschap op te voeden.
Het kind op de straat, dat aan zichzelf is over
gelaten, verkeert eigenlijk doorgaans in staat
van oorlog. Het bindt den strijd aan met het
kind van den overkant, van de andere straat,
de andere school, het vernield, het rooft.
Het kind in de speeltuinen wordt opgeno
men in een grooter geheel, het is mede ver
antwoordelijk voor den goeden gang van za
ken, het krijgt kans een activiteit te ontwik
kelen, die op hulpvaardigheid en opbouw is
gericht. Het kind kan er naar hartelust ra
votten en stoeien, kan zich op vele manieren
vermaken, maar het leert er ook stil te zijn,
te luisteren naar anderen op de vertelavon
den en middagen, het leert zorg te dragen voor
het materiaal, de ouders worden ra het spel
betrokken, het leert knutselen, zingen enz.
Dan zijn er de schoolwerktuinen, waai
de liefde van de jeugd wordt aangekweekt
voor plant en dier, waarbij de kinderen zelt
een actieven rol spelen. De massa-lessen op
Frankeldaal, het oude landgoed in de Water
graafsmeer, zijn eenig in hun soort en ook zij
oefenen een beschavenden invloed uit. De
cursus van „veilig verkeer" brengt de jeugd m
aanraking met de mannen der politie, in wie
zii wellicht nog iets anders dan den „smeris
zullen gaan ontdekken. Het werk van organi
saties als „Ons Huis" is van onschatbare
waarde en de padvinderij en de verschillende
jeugdvereenïgingen zijn evenzeer tactoien,
die in vele opzichten ten goede werken. Dezer
dagen lazen wij, dat een dier vereenigingen
een kamp had georganiseerd op de Veluwe,
uitsluitend voor de kinderen die nog nooit
anders hadden vertoeld dan op straat die
nog nooit een stuk hei, een werkelijk bosch of
den blauwen hemelkoepel hadden aan
schouwd.. Dien kant moet het op. Het werk,
dat uiteraard toch nog tot een zekere elite was
beperkt gebleven, moet worden uitgebreid.
De speeltuinen hebben het goede voorbeeld ge
geven door de toetreding tot het lidmaatschap
aanzienlijk te vereenvoudigen. Men heeft op
crootscheepsche, Amerikaansche manier een
propagandaplan opgesteld, duizenden vouw
bladen en aanplakbiljetten wekken de jeugd
op naar de speelterreinen te trekken en doen
een beroep op de ouders. Liefhebbers van cij
fers zij medegedeeld, dat in 1936 al niet min
der dan 2,525.867 kinderen de speeltuinen be
zochten, waarvan 300.503 in klasseverband.
Er werden 195 vertelavonden belegd en 285
handenarbeid- en andere clubs gevormd.
Ruim achtduizend kinderen trokken een dag
naar buiten. Ook al het andere werk is voor
VERAART
Hebt u ooit regen willen maken? Heb 5k ooit regen willen
maken? Laten wij dan verwonderd zijn om de ambitie van
dezen heer, die opstaat en naar bed gaat met regen-willen-
makenEr zijn menschen die zich zelve onsterfelijk willen
maken. Er zijn menschen die de wereld goed willen maken.
Waarom zouden wij dan onze schouders ophalen voor den
mensch die regen wil maken? Over honderd jaar is hij Sint
Veraart, schutspatroon der parapluiemakers, öf vergeten.
Laten wij het beste hopen voor hem en voor de parapluie
makers. En verwonderd zijn om deze ambitie.
uitbreiding vatbaar en indien men het krach
tig aanpakt, dan heeft men iets gedaan, dat
de mopperaars, die hun wijze hoofd plegen te
schudden, zeker ongelijk zal geven. Alleen
door het nemen van preventieve maatrege
len als genoemd kan doelmatig de baldadig
heid bestreden worden.
Er zou misschien ook nog wel iets te zeg
gen zijn over den invloed van de atmosfeer in
de wereld op de gedragingen van de jeugd,
daar toch immers de baddadigheid-in-het-
groot juist geen monopolie van de straatben
gels is te noemen, nu er zelfs staten zijn, die
haar overtreffende trap de terreur tot
systeem hebben verheven. En ook over de in
vloeden van de film, de teekenfilm met gooien
de en smijtende Popeye-the-Sailorman en zijn
consorten, zou in dit verband menige opmer
king kunnen worden gemaakt. Maar dat is
een ander chapiter, dat in deze kolom boven
dien niet thuis hoort.
A. D. L.
De Paasheuvel te Vierhouten
vernieuwd.
De Arbeids Jeugd Centrale, die sinds 1931
reeds velen duizenden jongen werkloozen
arbeid heeft verschaft in kampen van korten
en langeren duur, heeft feestelijk het gereed
komen van een belangrijk werkobject ge
vierd. De Paasheuvel te Vierhouten, die het
grootste deel der jeugdigen sinds jaren had
geherbergd, was dermate uitgeleefd en ver
sleten, dat een ingrijpende vernieuwing
noodig bleek. Deze werd mogelijk gemaakt
door hulp van de regeering, door vele eigen
offers en door steun van het N.V.V. Zij werd
uitgevoerd door een flinke ploeg jonge vak
arbeiders, die met buitengewonen ijver en
opmerkelijke vakkennis, onder verantwoor
delijke leiding, wekenlang hun beste krach
ten hebben gegeven.
Bij ontstentenis van den minister voor
sociale zaken werd de plechtige oplevering van
het werk en de ingebruikneming bijgewoond
door den hoofdinspecteur voor de werkver
schaffing, den heer Meyer de Vries en den
heer de Graaf van het departement voor
Sociale Zaken.
Nadat de voorzitter der stichting „Voor zon
en Vrijheid", de exploitante der A. J. C. Kam
pen en -terreinen, den heer J. J. Vorrink,
de talrijke gasten en de jonge werkloozen
had verwelkomd heeft de heer Meyer de Vries
een korte rede uitgesproken.
Nadat door den vertegenwoordiger van den
minister de gedenkplaat was onthuld, die ter
herinnering aan deze gebeurtenis nabij het
kamphuis is aangebracht, werd nog het woord
gevoerd door den heer PI. Lindeman, namens
de moderne centrale voor werkloozenzorg.
Tot slot werd een rondgang over de ter
reinen gemaakt, waarbij een toelichting werd
gegeven over alles wat er in de jaren, sinds
het begin van de crisis, door jeugdige werk
loozen was verricht.
WIELRIJDER DOODGEVONDEN.
HOOGEZANTD 26 Juli. Vannacht te om
streeks drie uur heeft een groenten-expediteur
toen hij met zijn wagen de Van Royenstraat
passeerde, het lijk van een jongeman gevon
den. dat naast een vernield rijwiel lag. De
doodsoorzaak is nog niet vastgesteld. Het ver
moeden ligt evenwel voor de hand dat de man
bij een aanrijding is gedood. De verongelukte
is de 28-iariee K. Smit uit Kropswolde.
Motorvrachtboot gekapseisd.
Acht opvarenden gered.
Rank schip op de Nieuwe Maas gezonken.
Maandagavond omstreeks zes urn- is
op de Nieuwe Maas een eind ten oosten
van de IJselhaven te Rotterdam ide
motorvrachtboot Alpine V van de Ne-
derlandschZwitsersehe Rijnvaart
Maatschappij, welke op weg was naar
Bazel, bij het opdraaien van de rivier
gekapseisd en langzaam gezonken. Een
toegeschoten bootje van de firma Ta-
zelaar heeft de acht opvarenden aan
boord kunnen nemen. Een deel van de
lading, welke naar verluidt, een waar
de vertegenwoordigt van een halve ton,
werd drijvend op het water gevonden.
Alles was verzekerd.
De „Alpine V", een motorvrachtboot van 5%
meter breedte en 57 meter lengte, een lange
platte j.kast", die regelmatig op en neer vaart
tusschen Rotterdam en Bazel, had de laatste
dagen in de IJselhaven lading ingenomen. Het
schip meet 444 ton, en had als lading een dek
last van 440 ton stukgoed, bestaande uit pak
ken cellulose, tabak en chemicaliën, bestemd
voor Italië.
Het schip verliet de IJselhaven omstreeks
zes uur en personen, die het schip zagen ver
trekken, maakten al de opmerking, dat de boot
naar stuurboord overhelde. Zij vermoedden,
dat de lading wat topzwaar gestuwd was, het
geen hij deze soort schepen heel gemakkelijk
kan voorkomen, omdat, wanneer maar een kist
te veel aan den eenen kant ligt, of wanneer
maar een persoon aan een bepaalde zijde staat,
de schepen, welke zeer ondiep zijn, gaan over
hellen. Hoe het zij, toen de boot eenmaal op
stroom was gekomen, draaide de schipper haar
tegen den stroom in, en bij dit opdraaien is
het, ondanks zijn lengte vrij ranke, schip
scheever en scheever gaan trekken en ten
slotte gezonken. Men heeft nog getracht het
ongeluk af te wenden door sterk bakboordsroer
te geven, maar dit mocht niet baten. De op
varenden, de 37-jarige schipper A. Breitbach
uit Salsich aan den Rijn, zijn vrouw en drie
kinderen, een meisje van 11, een jongen van 8
en een jongetje van 1 jaar, de schippersknecht,
de 26-jarige G. Breitbach, broer van den
schipper en zijn vrouw, eveneens uit Salsich,
alsmede de 16-jarige dekknecht O. Reinhardt
uit Neuburg, begaven zich onmiddellijk naar
het voorste deel van de boot.
Inmiddels had men op de rivier reeds gezien,
dat het mis ging met de „Alpine V", zoodat
direct assistentie op weg toog. Achter de juist
passeerende Pernisserboot om kwam een
bootje, de „Neutraal" van de firma Tazelaar,
schipper de 48-jarige J. Evers van de Prins
Hendrikkade te Rotterdam, hulp verleenen en
de' bemanning van dit bootje slaagde er in
zeven van de acht opvarenden in veiligheid
te brengen. De 29-jarige roeier G. M. Fransen
uit de Tuinerstraat te Rotterdam was zelfstan
dig op weg getogen om het reddingswerk te
verlichten. Toen hij eenmaal aan boond van
de Alpine V was en het een-jarig jongetje op
de „Neutraal" wilde overbrengen, was de af
stand tusschen dit scheepje en de zinkende
Alpine V al zoo groot geworden, dat hij te wa
ter sprong en met het kind in de richting van
de „Neutraal" zwom, Ook zij ziin daar toen aan
boord genomen. i
Slippende auto eischt slacht
offers.
Twee gewonden, van wie een ernstig.
Maandagavond omstreeks half acht slipte
op den rijksweg TilburgBreda onder Huiten
een luxe bedrijfsauto, bestuurd door den 40-
jarigen T. A. uit 's-Hertogenbosch.
De wagen sloeg met la-acht tegen een der
langs den weg staande boomen, schoof door de
vaart door en kantelde tegen een tweeden
boom. De gevolgen waren ernstig.
De bestuurder T. A. 'liep een schedelbasis-
fractuur op en kreeg een zware hersenschud
ding, ide ongeveer dertigjarige A. van T. even
eens uit 's-Hertogenbosch, die naast hem was
gezeten, kreeg een lichte hersenschudding en
snij- en scheurwonden over het geheele
lichaam, terwijl de 14-jarige A. van D. uit
's-Hertogenbosch een onbeduidende scheur -
wonde aan het achterhoofd' opliep. De toe
stand van A. is hoogst zorgwekkend.
NEDERLANDER ZES WEKEN IN DUITSCH-
LAND GEVANGEN GEHOUDEN.
TILBURG, 26 Juli. De heer C. G. uit Tilburg,
die zooals gemeld in Duitschland werd
gearresteerd wegens vermeende overtreding
der deviezenbepalingen en Vrijdagavond jl.
weer in vrijheid werd gesteld, is niet elf da
gen vastgehouden, doch zes weken.
Hij werd nï. reeds op 12 Juni te Duisburg
gearresteerd en hoewel hij onschuldig was,
tot 23 Juli in arrest gehouden.
JAARVERGADERING KON. NED.
ZANGERSVERBOND.
Te Utrecht is de 84ste jaarvergadering van
het Koninklijke Nederlandsche Zangersver
bond gehouden.
Uit het verslag van den secretaris bleek,
dat gedurende het afgeloopen verbondsjaar
een vijftal vereenigingen uit het verbond
was getreden, doch daartegenover trad een
achttal vereenigingen toe. Met een' aantal
vereenigingen wordt nog over toetreding ge
correspondeerd. Op 30 Juni 1937 bedroeg het
aantal aangesloten vereenigingen 61.
Met dit hoofdbestuur van Toonkunst werd
onderhandeld over aansluiting als lid van
het pensioenfonds van de maatschappij, voor
de directeuren der aangesloten vereenigingen
Het jaarverslag van den penningmeester
over 19361937 alsmede de begrooting 1937-'38
werden goedgekeurd.
De heeren J. R. Kornacker, voorzitter, H.
Noorman 2e secretaris en R. Koerselman,
bibliothecaris, werden met algemeene stem
men in het bestuur herkozen. Voorts is de
heer G. J. H. Benders met algemeenen stem
men tot le secretaris gekozen.
Tot leden van de muziek-commissie
werden gekozen de heeren Hendrik Altink,
Lieven Duvosel en Jos Vranken Jr.
In beginsel werd besloten het 85-jarig
bestaan van het verbond in- 1938 te herden
ken met een zangersfeest op den tweeden
Pinksterdag in het openluchttheater te Arn
hem.
Verordening Gemeentepolitie.
B. en W. stellen wijziging voor.
HAARLEM Dinsdag.
In de vergadering van 9 December 1936
werd vastgesteld de Verordening gemeente
politie. In dat ontwerp was rekening gehou
den met opmerkingen, welke de Minister van
Binnenlandsche Zaken had gemaakt ten aan
zien van een Verordening, zooals vastgesteld
bij besluit van 14 April 1934, op welke Veror
dening goedkeuring van de Kroon was ver
zocht.
Bij schrijven van 22 Februari 1937 stelde de
Commissaris der Koningin in deze provincie
B. en W. in kennis met de opmerkingen.,
waartoe de laatstelijk vastgestelde en ter
goedkeuring ingezonden Verordening ge-
meente-politie den minister van Binnenland
sche Zaken aanleiding geeft. Beschouwing
van deze opmerkingen toont aan, dat ge
noemde Minister handhaaft enkele der be
zwaren, welke bij de eerder ter goedkeuring
ingezonden Verordening bij dien Bewindsman
bestonden.
Dit heeft B. en W. teleurgesteld, in 't bij
zonder, omdat die bezwaren voornamelijk ge
richt zijn tegen een onderdeel van de salari-
eering der agenten en hoofdagenten van
politie, welke na moeizame behandeling werd
vastgesteld. Bedoeld onderdeel is de belooning
voor overwerk van genoemde functionarissen.
B. en W. stellen voor dit artikel te doen
vervallen.
Ten opzichte van de overige opmerkingen
van den Minister meenen B. en W.:
Aangezien in deze gemeente geen behoefte
bestaat aan tijdeliik politiepersoneel, behoeft
een bepaling, waarbij de aanstelling van zoo
danig personeel mogelijk wordt gemaakt,
naar onze meening niet worden opgenomen.
Nu de Minister bezwaar blijft maken tegen
de toelage ad 100 aan den hoofdinspecteur
en de inspecteurs, ingedeeld bij de justitieele
politieafdeeling, meenen wij thans niet langer
op handhaving van onderdeel a te moeten
aandringen.
Uit de toelichting, welke wordt gegeven bij
het verzoek om artikel 40 te doen vervallen
blijkt, dat over het hoofd is gezien, dat dit
artikel slechts voorschot wil toekennen, be
rekend naar het vermoedelijke pensioen. Hier
is dus geen sprake van gelegenheid scheppen
om op „voorschot te leven". De minister
meent echter „dat de benaling betrekking-
heeft op een materie, welke niet geacht kan
worden onder „bezoldiging" in ruimen zin
opgevat begrepen te zijn, weshalve zij in
de onderwerpeliike Vordening niet thuis be
hoort". B. en W. hebben er geen bezwaar
tegen, dat dit artikel vervalt. Indien de In dat
artikel gewenschte hulp noodzakelijk is. kan
die hulp ook zonder bepaling worden ver
leend. In de praktijk komt het trouwens
slechts zelden voor.
De aanvulling van artikel 5, welke aan het
slot van den brief van den Commissaris der
Koningin in overweging wordt gpj -ven, mee
nen B. en W. vooralsnog niet te moeten voor
stellen. Zij staan nog steeds op het stand
punt. dat de wijziging, welke middels artikel
12 van het Capitulantenreglement 1935 in de
Gemeentewet is aangebracht, het College niet
de verplichting oplegt, om de functie van
agent van politie aan te wijzen als een ambt,
dat met uitsluiting van andere gegadigden'
slechts door capitulanten kan worden ver
vuld. Hieromtrent loopt nog een briefwisse
ling met 't college van Gedeputeerde Staten
dezer provincie, aan welk college de goed
keuring is gevraagd va.n de Capitulanten-
verordening.
B. en W. stellen voor art 6 te lezen:
Aan de hoofdagenten en agenten van po
litie, die zijn aangewezen om recherchedien-
De laatste dag.
We snellen naar de vacantie: vandaag is de
eindspurt. In huis heerscht een opgewonden
drukte en de slaapkamers bieden een gansch
anderen aanblik dan gewoonlijk. Alle kasten
staan open, op de stoelen liggen stapeltjes
smettelooze goederen en koffers en tasschen
wachten daartusschen geduldig op hun inhoud.
En dan is er veel rumoer: <de bel belt, de tele
foon ratelt, wij rennen trap-op trap-af en
sleepen onze ben-oodigdheden bij elkaar. Voor
een zomerhuisverblijf van eenige weken, 5
man sterk, komt heel wat kijken. In dezen tijd
heb ik een afschuw van schoenen. Er komt
geen eind aan. Je moet eenige paren hebben
voor nat weer en dan prettige lichte neuslooze
voor zomer-zonneschijn. Want we rekenen
overal op: dikke truien pakken we naast bad
pakjes, ondoordringbare trainingspakken naast
gebloemde zonnejurken en shorts. En dan:
lakens, dekens, huishoud goed, eetgerei, hang
matten, speelgoed, veMflesschen.de gan-
sche catalogus van een waren ma g e zij n
Met onze trouwe auto, model 1928, doen we
boodschappen. We hebben een heele lijst, ook
huishoudelijke artikelen als een zwabber, een
komkommersehaaf, een waschlijn. Bij den
hoek van de straat ontdekken we, dat Pim,
onze straat-foxterrier, achter ons aan hijgt,
We keeren en bezorgen hem thuis. Op de stoep
staat een man: het asyl komt poes halen. Pim
gaat mee, we hebben er eerlijk om gegooid.
We willen het buiten niet al te beestachtig
maken. We zoeken poes, we speuren overal
rond, we roepen, we vleien, w-e smeeken, we
rennen en hollen door huis en erf, geen poes
te vinden. Het asyl verwijdert zich katterig en
belooft later terug te komen. Als het den hoek
om is, staat poes midden in de gang. We trach
ten geen ruwe taal te bezigen en stijgen in de
auto, onze brik.
In 't waremnagazijn is 't idruk en goedkoop.
En er zijn erg leuke dingen. En voordeelige
aanbiedingen. En allerlei practische pas-uit
gevonden artikelen om de huishouding licht en
vlug te doen. We doen onze inkoopen en ren
nen verder met de brik. Ieder heeft een lijstje
afgewerkt. Dan geven we bij de post en de
kranten ons vacantie-adres op. En dan komen
we thuis met alles, en pakken de koffers en
manden en 't blijkt een hersenschim, dat al
onze leuke nieuwe aanwinsten erin zouden
gaan en we pakken alles weer uit en probee-
ren 't opnieuw en ruilen dingen met elkaar
en ontdekken dat we 4 komkommerschaven
hebben (hij stond op alle lijstjes) waarop een
van ons opmerkt dat we 't treffen dat het kom
kommertijd is, en we eten een boterham uit 't
vuistje voor 't gemak en iemand schopt een
volle kop koffie- om over mijn nieuwe witte
strancLschoenen en door de telefoon probeert
een vreeemde heer ons nog net een Perzisch
tapijt te verkoopen en midden in de drukte
vertelt ons hitje, dat ze „zoo naar" is en ze
stapt op de fiets en peddelt zingend naar huis
en ieder oogenblik is er een dame of een heer
met een -lijst aan ide deur en we zijn zoo in
onze schik met onze eigen vacantie, dat onze
gemeenschapszin boven komt en dan ga ik
naar den kapper en de kinderen in bad en als
we klaar zijn eten we sla met eieren. En daar
na zien de buren ons telkens met planten
voorbij draven, die ook uit togeeren gaan en als
alles klaar is, ploffen we in bed, onze hoof
den stampvol zomersche idylles. We zullen
zonnebaden nemen en buiten eten en in de
schaduw van dennen en berkeboomen mijme
ren en door warme mulle zandwegen loopen
en
We starten 's morgens om 7 uur in den giet-
regen. Gelukkig, dat we zulke opgewekte na
turen hebben gekregen. De koffer met levens
middelen en speelgoed, die we vergeten hebben,
stuurden de buren op met van Gend en Loos,
Ais ijlgoed.
M. S. v. G.
Man door trein aangereden en
gedood.
Maandag is op de spoorbaan, nabij de spoor
brug te Barevel-d, bij Wildervank, het deerlijk
verminkte lijk gevonden van den 42-jarigen
haringkoopman G. B. Timmer, afkomstig uit
Winschoten.
Bij onderzoek is gebleken, dat de man
Zondagavond door den laatsten trein, die om
10.10 uit Stadskanaal naar Zuidbroek was ver
trokken, is aangereden en op slag gedood.
Het slachtoffer laat een vrouw met negen
kinderen achter.
Veel regen in Augustus?
De seizoenvoorspelling van De Bilt.
LI. te De Bilt deelt het volgende
Het K.N.
mede:
De voorbereidingen voor seizoens-verwach-
tingen, waarover in Mei j.l. in de Konink
lijke Academie van Wetenschappen een mede-
deeling werd gedaan, hebben nog zooveel tijd
vereischt, dat eerst thans, nu de zomer reeds
gedeeltelijk verstreken is, het resultaat om
trent het karakter van den zomerneerslag
verkregen werd. Dit luidt, dat de zomerneer
slag dit jaar ongeveer normaal zou zijn,
Aangezien Juni en Juli tot dusver samen iets
onder normaal zijn, wil dit zeggen, dat
Augustus eer iets boven normaal zal. zijn, wat
de regen betreft. Voor een enkele maand is
de kans op volkomen vervulling van een der
gelijke verwachting niet groot.
Deze mededeeling geschiedt om aan te kon
digen, dat de voorbereidingen ten einde
loopen en tegen 1 September waarschijnlijk
een verwachting voor den herfst kan worden
bekend gemaakt.
HULDIGING J. N. KATTENBURG.
Maandag vierde de heer J. N. Kattenburg,
president-directeur van de N.V. Hollandia-
fabrieken Kattenburg en Co. te Amsterdam,
zijn zestigsten verjaardag, voor welk feit het
personeel en zijn vrienden hem hebben
huldigd. In de ochtenduren heeft 't person
van de fabriek zijn jubileerenden directeur
een geschenk aangeboden.
Des middags kwamen vele vrienden van den
heer Kattenburg in het Carlton hotel tezamen
om van hun belangstelling blijk te geven.
MINISTER BERAADT ZICH OVER VOOR-
ONTrrERP LANDBOUWORDENINGSWET.
In verschillende bladen is het bericht ver
schenen, dat het voorontwerp Landbouw-or-
deningswet door den minister van economi
sche zaken zou zijn teruggenomen. Van be
voegde zijde vernemen wij, dat dit bericht in
dezen vorm niet juist is. De minister heeft
stpn fp vprrïphtew "SU zijn standpunt ten aanzien van dit vooront-
de ii^titieele DolitieafdppIni mg€deeid w werP n°S' niet bepaald, maar aan de advisee-
de jSu^^SSd®^ b0/er i"en(Je instanties verzocht haar voorloopig op
_:,.iaa.rL1JKSC?l_bezn1d,ginS een toelage toe- te schorten, ten einde te voorkomen dat mo-
1 gelijk onnoodig werk zou worden verricht.
gekend van 75.