Wereld De Jamboree groeit. Twee Nederlandsche Padvinders in Amerika. Er wordt nog hard gewerkt, Doch veel is reeds gereed, Er heerscht nu op het Jamboree- terrein, dat daar zoo schilderachtig aan den binnenduinrand ligt, om zoomd door het hooge donkere ge boomte, een drukte en levendigheid van belang. Af en aan rijden de vrachtauto's, hoogbeladen met mate- terialen, waar bovenop vroolijke kna pen zitten in hun kleurige kleedij. Luid schallen de luidsprekers van de versterkingsinstallatie over het de monstratie-terrein en tientallen nieuwsgierigen rijden af en aan, om dit bonte schouwspel gade te slaan. De Jamboree groeit. Met man en macht wordt er gewerkt aan de outillage van het terrein. Helder klinken de hamerslagen, de wind speelt met blanke houtkrullen, die in lange risten van de planken geschaafd wor den. en felle bijlslagen doen de witte hout schilfers ver in het rond spatten. Bruggetjes worden geslagen, afsluitboo- men worden langs de wegen geplaatst, en aan de toegangen tot de verschillende ter reinen verrijzen rustieke toegangspoorten, van mooie rechte dennestammen, door vaar dige handen keurig opgebouwd. Een klein legertje van voortrekkers, dat eiken dag grooter wordt, bevolkt reeds ge durende enkele weken het uitgestrekte Jam boree-terrein en de jongens werken van den morgen tot den avond, om straks de gasten, die uit alle deelen der aarde zullen toestroo- men, zoo goed mogelijk te kunnen ontvan gen. Deze voortrekkers, die uit verschillende deelen van ons land bijeengekomen zijn, heb ben de tenten opgeslagen op een afgelegen plekje van het terrein, waar een vroolijk, kleurig tentenkamp is ontstaan. In bonte verscheidenheid staan de tenten hier bijeen, van de meest luxueuse dubbel- daks huttent, met een vorstelijken luifel, tot het meest simpele sheltertje, dat behalve den bewoner nog net wat bagage bergen kan. Uiteraard kunnen deze voortrekkers, die den ganschen dag in touw zijn, bij hun vele bezigheden niet ook nog een deel van hun kostbaren tijd aan het bereiden van het avondeten bestemmen. Daar zou te veel tijd mee heen gaan, en daarom heeft men een keurige keuken ingericht, waar een be kwame kok den scepter zwaait over een aan tal voortrekkers-assistenten en er voor zorgt dat des avonds de hongerige magen ge vuld worden opdat de jongens den volgenden dag weer met frisse hen moed hun arbeid kunnen voortzetten. Het marktterrein. Het marktterrein is reeds vrijwel geheel gereed en maakt een fleurigen indruk met de kleurige bloemperken in het midden en de schilderachtige huisjes rondom. Voor het restaurant staan twee groote, bontbeschil derde totempalen, die ons even doen denken aan den tijd, toen we met gloeiende wangen en de vingers in de ooren Karl May en Gustave Aimard verslonden. Ook de meeste winkeltjes zijn reeds open, en begroeten hun eerste klanten. Vooral de buitensportwinkel heeft goede zaken gemaakt met zijn hooge rubberlaarzen, die bij de huidige weersge steldheid waarlijk geen overdaad zijn. Het postkantoor werkt reeds op volle kracht, het restaurant 'zal weldra de eerste gasten kunnen ontvangen en dan zal men zich op het terras kunnen verlustigen in den kleuri- gen aanblik van de af en aantrekkende jon gelui, die hier hun inkoopen komen doen, hun souvenirs komen uitzoeken of een ge zellige pantoffelparade over het marktter rein zullen maken, dat ongetwijfeld een der belangrijkste centra zal worden. De eerste contingenten. Maar er is reeds meer te zien op het uit gestrekte terrein, waar men uren kan rond dwalen, en telkens nieuwe plekjes kan ont dekken. De eerste contingenten buitenland- sche padvinders zijn gearriveerd en zijn be zig hun kampement in te richten. Daar zijn in de eerste plaats onze Neder- landsch-Indische verkenners, die het warme Indië hebben verruild voor het verre van gastvrije klimaat van het moederland. Maar de jongens trekken zich daar weinig van aan. Met een beminnelijken glimlach op de oolijke bruine snuiten loopen zij rond over het hen toebedeelde terrein, verrichten op aanwijzingen van hopman Ranneft, den con- tingents-leider, en zijn assistenten de 1100- dige werkzaamheden, zijn in de schilderach tige veldkeukentjes bezig het middagmaal te bereiden, of wijden hun aandacht aan de fraaie pendoppo, die hier zal verrijzen, en waarvan een verkleind model reeds op het kampterrein staat. Het materiaal voor dit fraaie, inlandsche bouwsel, dat geheel uit bamboe zal worden opgetrokken, afgedekt met atap, werfl. uit Indië meegebracht, en ligt op keurige hoopen, volgens grootte en dikte gesorteerd op het kampterrein. Onder leiding van een der hop lieden is een aantal jongens bezig reeds ver schillende onderdeelen voor dit bouwsel in elkaar te zetten, waarvoor het verkleinde mo del als voorbeeld dient, welke onderdeelen straks zullen worden samengevoegd tot een van die schilderachtige bouwsels, welke ons nog zoo weinig bekende land ook een zeer bij zondere schoonheid bezit. Wij hadden een alleraangenaamst gesprek met hun leider, den heer Jón Oddgeir Jónsson, die met veel enthousiasme over zijn geboorte land vertelde, en zich zeer gevleid toonde, toen wij hem vertelden, er veel over gelezen te heb ben, en het zeer te bewonderen.. De heer Jónsson vertelde ons nog, dat de IJslandsche padvinders een groote hoeveelheid IJslandsche souvenirs hebben meegebracht, die in een der winkeltjes op het marktterrein verkocht zul len worden, en er, naar hij hoopte, toe zullen bijdragen, zijn vaderland wat meer bekend heid te geven. Het IJslandsche contingent heeft, voor het naar ons land kwam, nog een zwerftocht door Noorwegen gemaakt, waarna zij per boot van Bergen naar Rotterdam waren gekomen. Daar waren zij ontvangen door een drietal Holland- sche voortrekkers, die hen verder naar het kamp hadden begeleid. De IJslandsche padvinders, in hun kleurige uniformen en met hun eigenaardige, wellui dende taal, trokken reeds bijzonder de aan dacht, doch op prettige en ongedwongen wijze onderhielden zij zich in het Engelsch met hun makkers uit andere landen. Onder de stellige belofte, spoedig nog een bezoek aan het kamp van de IJslanders te zullen brengen, waar we foto's van het Ultima Thule moesten bewon deren, namen we afscheid van den heer Jónsson en zijn vroolijke groep. Er wordt nog hard gewerkt Er wordt nog heel hard gewerkt op het Jam boree-terrein. Telefoons ratelen in het hoofd kwartier in huize „Teylingerbosch", groepjes padvinders marcheeren van het eene terrein gedeelte naar het andere, motorrijders en auto's van de staf rijden af en aan, ja zelfs ruiters galoppeeren over het groote terrein, dat tenslotte nog te klein blijkt te zijn. Want tegenover Woestduin, wordt in de weiden langs den Vogelenzangschcn weg nog een groot kamp ingericht voor de Hollandsche deelnemers. Maar er wordt hard gewerkt. De jongens draven dooreen, bezield met een heiligen ijver. Veel moet er nog gedaan worden, en veel is er reeds gereed. Reeds wapperen de kleurige vlaggen boven het donkere geboomte, maar er zullen er meer komen. Woensdag, Donderdag en Vrijdag arriveeren de groote contigenten deelnemers, en nog is alles niet gereed. Nog moet hier de laatste spijker worden ingesla gen, en daar het laatste likje verf worden op gesmeerd, maar er wordt gewerkt met een heiligen ijver, het grootsche doel waardig. Uit alle deelen der wereld. Een grootsch doel. Want Zaterdag middag zal H.M. de Koningin de Jam boree officieel openen. Dan zullen tienduizenden padvinders uit alle dee- len der wereld langs de tribunes defi leer en. getuigend van een sterke en verblijdende verbroedering der volken, die het mogelijk maakt, dat de jeugd hier bijeen is, om elkaar te leeren ver staan en begrijpen. Om eikaars zeden en gewoonten te leeren kennen en eerbiedigen, om vriendschap te sluiten, die enkele jaren, maar ook een ge heel leven kan duren. Een verbroede ring der jeugd, die misschien eens de verbroedering der volken mogelijk zal maken. Dat is de achtergrond dezer massale bijeen komst, licht en stralend, zooals de blanke ten ten vroolijk oplichten tegen den donkeren acntergrond der bosschen. Een blij en zuiver ideaal. „Daer can in Vogelsangh iets grootsch geschiên". vindt dat lied prachtig, omdat het een Hol- landsch lied is! 'sAvonds, als we in ons tentje zitten, spelen we graag onze Hollandsche lied jes en we vinden dan altijd een gretig gehoor. We hebben een typisch-Hollandsch ver kennerskampje opgeslagen. Een kamppoort vormt de ingang. Daaraan hebben enkele klompen gehangen, die een groote aantrek kingskracht op de jongens hebben. Eén paar klompen ruilen we voor een „tien-gallon- hoed" van een cowboy, die we op een eere plaats in de tent gehangen hebben! We heb- Den twee kleine zwerverstentjes en op een aanplakbord hangt 't affiche van de Wereld- Jamboree in Vogelenzang! Naast ons kam peeren zes padvinders uit Lithauen. Zij zijn ware artisten in het vervaardigen van zand- schilderijen. Met schelpjes en gekleurd zand hebben ze hun verkennersembleem op den grond uitgebeeld. Verkenners uit Polen zijn een zweefvliegtuig in elkaar aan 't zetten. Hiermee hopen ze eenige vluchten over het Jamboreekamp te maken. Een Pool laat mij zijn handteekenin- gen-verzamelboek zien. Hierin staat o.m. een paar krabbeltjes van een Hollandschen ver kenner uit het Nationale kamp in Wassenaar, dat een paar jaar geleden gehouden is. Samen gaan wij naar de tentoonstellingstent, waar van ieder land een afdeeling is. Ook Nederland is hier vertegenwoordigd en wel door foto's en beschrijvingen. Zoo dwalen we den heelen dag door de verschillende kampen, ruilend en handteekeningen in herinneringsboeken schrijvend. Ook maken we heel vaak een praatje met verkenners uit alle mogelijke Amerikaansche staten en uit andere landen. De inzet van de Nationale Jamboree. Het Amerikaansche kamp groeit snel. Op den voorgrond den leider van het Amerikaansche contingent, mr. Harry A. Gordon (links) in ge sprek met een der secretarissen der Jamboree, den heer A. G. Hartman. even doen droomen van een windstillen tro pennacht, met roerlooze palmsilhouetten en de wonderlijk ranke omtrekken van een in landsche woning, als met Oost-Indische inkt geteekend tegen een donkerblauwen sterren hemel. Het kamp der Yankees. Op een geheel ander gedeelte van het ter rein zijn de Amerikaansche voortrekkers, ijverig geholpen door hun Hollandsche mak kers, bezig het Amerikaansche kamp in ge reedheid te brengen voor de ontvangst van het Amerikaansche contingent, dat uit ruim acht honderd deelnemers zal bestaan. Groote khaki- bruine tenten staan reeds over het terrein verspreid, die zullen dienen voor het onder brengen van de voorraden, voor het herbergen der jongens tijdens regenachtig weer e.d. Daaromheen zullen de kleinere shelters worden gerangschikt, waarin de jongens zullen over nachten en er wordt hard gewerkt, om de ter reingedeelten daarvoor af te bakenen. Wij troffen op het terrein den leider van het Amerikaansche contingent, mr. Harry A. Gordon aan, die zich zeer vleiend uitte over de prachtige omgeving van het Jamboree-ter rein, dat hij voor een dergelijke bijeenkomst werkelijk ideaal achtte. Verder sprak hij vriendelijke woorden over ons land en zijn be woners, dat hij reeds eerder bezocht had, en waaraan hij de prettigste herinneringen be houden had. Van verre kusten. Interessant is ook het IJslandsche contin gent, dat uit 31 deelnemers bestaat, en een der eerste buitenlandsche 'contingenten was. Deze jongens, die voor het meerendeel Engelsch spreken, waren ook zeer verrukt over de mooie omgeving van het kamp, doch haastten zich, daaraan toe te voegen, dat hun eigen, bij ons Overzicht van het Voortrekkerskamp. Indrukken van het kamp. oog torent de groote obelisk, het Washington-monument, in de avond lucht. Door helle schijnwerpers be schenen, staat het daar als een stille wachter over het machtige Jamboreekamp. Aan zijn voet liggen honderden tenten en tentjes. Straten doorkruisen het kamp, drom men verkenners, die te zamen zijn gekomen uit alle staten van Amerika, om één in de 1 Broederschap van Baden Powell, het vijf en 1 twintig jarig bestaan van de Beweging in de U.S.A. te vieren, dwarrelen doorheen. De Jamboree gaat beginnen. Laat in den avond komen nog troepen vreemde verkenners binnen, zwaar bepakt, stoffig van den langen weg dien ze afgelegd hebben, om het groote padvindersfestijn mede te maken. Timmerlieden werken nog laat in den avond onder de booglampen. Balken worden aan gesleept, hamerslagen klinken regelmatig op de planken van de tribunes van het open luchttheater, waar- bonte padvindsshows, cowboy- en Indianendansen gehouden zullen worden als de Jamboree eindelijk zal begin nen. Kamptafels worden in elkaar gezet, keukens worden ingeruimd. Verkenners loopen bedrij vig over de kampwegen, die nu nog mooi groen zijn, maar die weldra stoffig en dor zullen worden onder de duizenden voeten die daar overheen gaan. We drukken voor 't eerst de hand van verkenners uit alle deelen van de wereld, die vannacht in ons subkamp zullen slapen. Een kampvuur laait op en belicht vaag de keukententen, waar de koks bezig zijn de pannen af te wasschen. Verkenners komen toegestroomd. Verken ners uit Texas.Groote breede flapperende cowboybroeken, leeren rijbroeken, een imita tie-pistool in den gordel. Ze ontmoeten hun Broeder-verkenners uit Zweden. Texas en Zweden! Twee geheel verschillende landen, ver van Twee geheel verschillende volkeren, wier afgezanten hier nu staan rondom het hoog- oplaaiende vuur van de Nationale Jamboree waar ruim dertigduizend jongens samen kam peeren. Cowboyliederen dreunen de avondlucht m. Zij worden gezongen met de felheid van het flakkerende kampvuur! Ginds arriveeren nog steeds talrijke groepen padvinders, die zoojuist aangekomen zijn. Ze slaan hun tenten op onder de wiegelende booglampen. Een zwaar geladen atmosfeer hangt boven 't wijde kamp. Ieder draagt in zich den indruk van iets groots en geweldigs, dat gaat beginnen. Zoo heeft de eerste avond, dat wij, twee Hollandsche jongens hier zijn. ons geboeid en gegrepen. Den volgenden morgenEen schelle kreet van een schaterlachende verkenner doet ons om 't hoekje van onze tent kijken. Daar zien we onder een houten schutting twee glim mende beenen van een wakkeren scout, die 't frissche water van de douehe over z'n sla perige leden laat plassen! Vijftig af deelingen, elk van achttien douches zijn op het veld aanwezig. Hier kunnen vele jongens 's morgens en 's avonds hun bad nemen. Als we dat zien glippen we ook gauw uit onze slaapzakken, en rennen langs de kampkeuken, waar voor ieder groep centraal gekookt worden. Even staan we stil om net nog te zien hoe de kok zijn vinger in de pap steekt en daarna in zijn mond, om te proeven of de pap goed is! Deze kampkeukens zijn door het Amerikaan sche leger afgestaan voor de Jamboree. Langs een loopende band worden de pannen naar den uitgang getransporteerd, waar de patrouillekok de pap naar het troepkamp vervoert en de pan in de hooikist zet. Echt Amerikaansch zijn de patrouillekeukens ook weer ingericht. In iedere keuken staat een complete ijskast. Groote witte waterzakken hangen aan drie- pooten. Daarnaast is een glimmend auto maatje aangebracht met papieren bekertjes! Na den verfrisschenden dronk werp je het bekertje in een emmer. Uniforme-vuilnisemmers staan bij iedere keuken te wachten op den afhaaldienst. We loopen na ons Amerikaansch ontbijt de I tent, waar de generale kampstaf gevestigd I is, binnen. Een vriendelijke commissaris laat ons eenige statistieken zien, waarop de hoe veelheden voedsel zijn aangegeven, die voor deze Jamboree noodig zijn. Zoo zien we de verbazingwekkende getallen als: 15.000 broo- den per dag, en 70.000 eieren per ontbijt! Er zal dagelijk een riviertje van 30.000 liter melk I vloeien. Honderdduizend maaltijden moeten er lederen dag opgediend worden Daar komt onze vriend Skyler op ons af. Of we een „Swell time" gehad hebben, vraagt 'lui. Zijn roode haardos gaat nu verborgen onder een witte tropenhelm! Hij laat ons teekenin- gen zien voor de eerste uitgave van 't Jam boreekrant je dat we iederen morgen bij het ontbijt zullen krijgen. Een compleet jamboreedagblad van zestien pagina's wordt door de scouts zelf geredigeerd. Eigen teekeningen, zelf geschreven verhalen foto's van vreemde deelnemers en vlotte snaphots. Als Mr. Skyler iets doet, dan doet hij het goed. Zoo nu ook. Hij troont ons mee naar de brandweertent, waar twee glimmende brandweerauto's met bemanning gereed staan, om bij het eerste alarm uit te rukken. Bij het postkantoor worden door de jongens de brie ven van thuis ontvangen. Langzaam slenteren ze, al lezende, naar de „scoutshop" waar ze echt Jamboreepapier koopen en meteen aan 't werk slaan om een antwoord te schrijven. Dat valt soms niet mee. Er is zóóveel te zien, en toch weten ze niet wat te schrijven. We kijken om en zien een prachtig pad vinderscorps met tambours en hoornblazers het veld opkomen. Honderd twintig verken ners marcheeren met vliegende vaandels het veld op. Zij staan stil voor de ruime staf tent, om hun Chief James E. West, een muzikale De morgen van den volgenden dag brengt een nieuwe verrassing, de officieele opening van de Jamboree. In breede rijen staan de padvinders opgesteld rondom het uitgestrekte terrein, dat met „marktplaats" betitelen, omdat het er net zoo druk is als op een markt dag. De Generale Staf staat voor de groote vlaggepaal opgesteld. Dan klinken twee pistoolschoten, op welk signaal aan 48 vlagge- masten door een vertegenwoordiger van elk land de eigen vlag geheschen wordt. Duizen den handen brengen tegelijk het saluut. Wij zien op dit moment maar één ding: de rood- wit-blauwe vlag, die met een vaart naar het topje van de Holland-mast vliegt, zich daar in den wind ontplooit en vroolijk in de stralen van de morgenzon wappert. Plotseling dreunt een kanonschot. Een pro jectiel aan een parachute wordt de lucht in geschoten. De parachute ontplooit zich lang zaam en het bundeltje daaronder eveneens. Het bundeltje blijkt de Amerikaansche vlag te zijn, die door een looden kogel verticaal ge houden wordt. Daarna worden de Stars en Stripes ook aan de groote vlaggemast ge heschen ende Nationale Jamboree is be gonnen! Van alle tenten waaien vlaggen in bonte mengeling van kleuren. Iedereen is vroolijk. Een verkennersmuziekkorps speelt een pittigen marsch. De Chief gaat voldaan I de staf tent binnen. 's Avonds wordt in de arena de eerste ge zamenlijke Jamboreebijeenkomst gehouden. In drommen ,met tientallen muziekkorpsen, met vaandels en vlaggen, marcheeren dé pad vinders naar binnen. Zij groepeeren zich rondom de open ruimte in het midden. De duizenden koppen van de 26000 scouts, die hier verzameld zijn, teekenen zich als kleine lichtvlekken af in het helle licht van de vier lichttorens, die op de hoeken van de arena gepionnierd zijn. Rood, blauw en geel licht straalt beurtelings door het jambo reestadion. Als alle groepen binnen zijn en alle poorten gesloten, komt de Chief naar voren, stormachtig toegejuicht door de pad vinders, die hun hoeden hoog de lucht in gooien. De Chief heet de jongens welkom in Washington, de hoofdstad van de U.S.A. en geeft hun daarna een idee van de broeder schap en vriendschap, die een jamboree be- ookt. 't Is muisstil, een speld kan men hooren vallen. Slechts het plotseling opflikkeren van blitzlampen en het knippen van de toestellen der persfotografen is zicht- en hoorbaar. De Chief spreekt! Als hij zijn rede beëindigd heeft laait op nieuw het enthousiasme op en het duurt een paar minuten eer hij een boodschap van Lord Baden Powell of Gilwell, den stichter der pad vindersbeweging, rustig kan voorlezen. Ten slotte leest de Chief een boodschap van pre sident Roosevelt, die blij is dat zulk een bui tengewoon groot aantal padvinders hier aan wezig is, voor. Dan volgen de fantastische Indianendansen, die door echte Indlanenverkenners uit de Reservations gedanst worden. Bossen ade- laarsveeren en amuletten zwaaien en deinen met de lichamen mede. Rood licht wordt op het geheel geworpen en een tam-tam geeft het rythme aan. Na dit hoogtepunt wordt plechtig maar toch eenvoudig de padvindersbelofte hernieuwd. Hiermede behoort de inzet van de Jamboree tot het verleden. Ieder zoekt zijn eigen tent weer op, allen verdwijnen in de duisternis Als het middernacht is staat daar alleen nog maar de machtige obelisk, die eenzaam waakt over het slapen Jamboreekamp „Holland" staat op onzen kamppoort ge schreven. Twee klompen en een „jakar" (touwhoepel) vormen de versiering. hulde te brengen,voor al het werk dat hij voor de scouts gedaan heeft. Er zijn ook enorme voorbereidingen noodig geweest om alles zoo goed georganiseerd te krijgen als nu het geval is. Wanneer bijv. een vader of moeder hun zoon op de Jamboree wenschen te bezoeken, dan gaan ze naar de centrale administratie- tent, waar de staf weet, waar elk scout zich bevindt. De scouts kunnen het kamp n.l. niet ongemerkt verlaten, door middel van het das- sensysteem. Iedere padvinder draagt hier een blauwe Jamboreedas. Wil hij nu het kamp verlaten dan moet hij aan z'n leider een roode uitgaansdas, waarmede hij weg kan, vragen. Zoo wordt iedere verkenner, die zonder te vragen het kamp verlaat door z'n daskleur opgemerkt. Na afscheid van onzen vriend genomen te hebben, gaan we naar de radiotent. Buiten staat een stalen zendmast opgesteld, vastge pind met haringen. Het is een amateur korte golf zendstation. De verkenners kunnen er gratis een bericht naar huis sturen. Wij laten natuurlijk een bericht naar Holland ver zenden! De „operator" heeft eenige moeite met de Hollandsche woorden, die voor hem vreemd zijn. Roode en groene lichten flikkeren op, als ons telegram de aether ingestuurd wordt. Deze morse-berichen worden ergens in Nederland door een amateur opgevangen, die ze telefo nisch aan de geadresseerde doorgeeft. (Dit is inderdaad geschied. Door een Nederlandschen amateur-zender is het bericht ontvangen en naar het huis van den schrijver in Bussum doorgezonden) Naast dit amateurstation, hebben nog twee van de grootste radio-omroepvereenigingen hun tenten opgeslagen, waar iederen dag Jamboree-muziekuitzendingen plaats vinden. Verkenners uit Hawaii, negers met hun banjo's zeeverkenners met blokfluiten worden daar „gebroadcast" Natuurlijk krijgen wij ook een beurt! Geaccompagneerd door harmonica en gitaar zingen we „In 't stille dal"! Iedereen Inhalen op den Wagenweg verboden. HAARLEM Dinsdag. B. en W. hebben geconstateerd dat bestuur ders van motorrijtuigen op het smalle ge deelte van den Wagenweg van het Plein tot het Westerhoutpark-Zuidzijde elkaar herhaal delijk op hoogst gevaarlijke wijze inhalen en zich. niettegenstaande het drukke verkeer uit beide richtingen, schuldig maken aan het z.g. „snijden". B. en w. achten het in het belang van de vrijheid en veiligheid van het verkeer gewenscht, wegens de geringe breedte van den weg en de verkeersdrukte die daar in het al gemeen heerscht, te bepalen, dat op boven genoemd gedeelte van den Wagenweg met een motorrijtuig een ander motorrijtuig, dat zich in dezelfde richting voortbeweegt, niet inge haald mag worden. Restauratie van <le Groote Kerk te Alkmaar. ALKMAAR, 27 Juli. De Minister van On derwijs, Kunsten en Wetenschappen heeft aan het gemeentebestuur van Alkmaar mede gedeeld, dat de restauratiekosten van de Groote Kerk te Alkmaar geraamd worden op 520.000 gulden. De minister stelt voor, dat het Rijk daarvan zal betalen 52 procent ,de pro vincie en de burgerlijke gemeente ieder 22 procent en de kerk 4 procent. Men zal trachten het Werkfonds in te schakelen om de gelden bij wijze van voor schot te verkrijgen. In een begeleidenden brief doet de minister uitkomen, dat deze kerk een der meest waardevolle monumenten van ons land is en dat daarom redding olicht kan worden ge noemd van de overheid. Men hoopt thans spoedige overeenstemming te bereiken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1937 | | pagina 5