Bulten haar kringen Drie Fransche floltieljeleiders zijn Donderdag te Rotterdam aangekomen. De -Bison", de -Chacal" en de -Léopard* aan de Parkkade, waar zij veel belangstelling trokken Jhr. mr. C. H. V. de Villeneeve te Den Haag is benoemd tot voorzitter van den Indischen Ondernemersbond Te Joure hield de Bijzondere Vrijwillige Landstorm Donderdag een Provincialen Landdag. Het défilé der B.V.L.-ers voor de autoriteiten die zich voor het raadhuis hadden opoesteld De kleine Prins Albert van België op den arm zijner grootmoeder, Prinses Ingeborg van Zweden, bij wie de kinderen van Koning Leopold van België thans te Fridhem op vacantie verblijven De heer J. Asscher, be- kendefiguur in den diamant handel, is te Parijs over leden De strijd in Sjanghai. Een der met prikkeldraad gebarri cadeerde straten in deze be langrijke Oostersche haven plaats, waar thans hevige ge vechten plaats vinden Te Beverwijk werden Donderdag de jaarlijksche korte baan-draverijen gehouden, welke ge organiseerd waren door de Harddraverij Ver- eeniging „Prins Bernhard". Eenige deelnemers in actie De Italiaansche vliegtuigen, die deelnemen aan de luchtrace Istres - Damas - Pai ijs, üta aankomst op het vliegveld Istres voor den start FEUILLETON door HERMAN ANTONSEN, 26) „Als jij jezelf voor verachtelijk hield, Curt", zei ze. „Dan zou ik je kunnen begrijpen en 'vergeven". Zijn bittere stemming werd venijnig. „Dat is nog al onbegrijpelijk gezegd, hè?" „Ik bedoelde het niet onbegrijpelijk. Ik meen, Curt, dat je wel nijdig op je zelf bent, maar je zelf niet minacht. Als je iets pro beert en het mislukt dan „Wat heb ik geprobeerd?" vroeg hij bruusk Ze keek hem recht in de oogen. „Wat je mijdoor je gedachten hebt aangedaan, komt er zooveel niet op aan. We kunnen niet altijd helpen, dat we iets denken. Als we achterdochtig zijn, nou dan zijn we het en valt er weinig aan te ver anderen. Maar onze daden hebben we toch wel in onze macht. Je had je argwaan niet in daden hoeven om te zetten. Je had mij de vernedering kunnen besparen van bij een portier naar mij te gaan informeeren. Maar ik denk niet op de eerste plaats aan mijzelf. Ik denk aan Jack Redding. Aan de positie, waarin jij hem geplaatst hebt. Hij was can- didaat voor een club gestelden jij hebt hem onmogelijk gemaakt, gekozen te wor den. Jij hebt je best gedaan, de deuren van alle huizen in New-York voor hem te slui ten". „Met andere woorden", riep hij razend. „Ik heb leugens over hem verteld!" „Zoo is het nou precies gezegd, Curt", ant woordde ze bedaard. „Je begrijpt natuurlijk, dat ik dit van nie mandook niet van joukan aanne men!" zei hij heftig. „Ja, dat weet ik", zei ze. „Dusje verbreekt onze verloving?" vroeg hij. „Heeft die ooit echt bestaan?" vroeg zij Heeft de Curt Suthers, dien ik lief had, ooit werkelijk bestaan? Is hij niet altijd dezelfde geweest, die nu voor me staat, iemand, die als fatsoenlijk man beschouwd wordt, maar innerlijk ,,'n Vrouw mag nu eenmaal alles zeggen", riep hij woest uit. „Dat een man niet met een vuistslag be antwoorden kan, wil je zeggen?" was haar antwoord. „Och, daar schuilt een zekere rechtvaardigheid in, Curt. Ik zal zulke din gen niet meer zeggen. Ik wil alleen verkla ren, dat het me spijt, dat ik ze heb moeten zeggen". „En onze verloving is verbroken?" vroeg hij nogmaals. „Zou je verloofd willen zijn met een meis je, dat zoo over je denkt, als ik doe?" luidde haar wedervraag. „Je hebt het over verdenking gehad; over wantrouwen", zei hij. „Je veracht me, om dat ik jou wantrouwde. Maar jij wantrouwt me zelf ook". „Heb ik er geen reden toe?" „Had ik dan geen reden?" vroeg hij ver wijtend. „Maar voor mij was het een mis daad, aan jou te wantrouwen. Jij moogt ech ter gerust denken, dat ik een leugenaar ben. Zonder er een steek van af te weten, veron derstel je, dat ik je de waarheid over het ge beurde met Redding niet verteld heb. Is dat fatsoenlijk? Is dat rechtvaardig?" Ze keek hem weifelend aan. Hij was de man, van wien ze gehouden had. Hij was de gene, dien ze voor het eerst van haar leven vol liefde gekust had. Nog geen twaalf uur geleden had ze gezegd, dat ze met hem trou wen wilde. Nog geen halve dag geleden was hij haar ideaal van ridderlijkheid, trouw en liefde geweest. En nu beschouwde ze hem als een gemeen leugenaar. Dat was niet eerlijk; dat was niet rechtvaardig. Terry voelde plotseling een opwelling van teederheid tegenover hemniet de teeder- heid der liefde, maar die van het medelijden. Haar liefde tegenover hem was dood. Ook al zou hij haar bewijzen, dat hij niet over Jack gelogen had, dan zou ze toch niet meer van hem kunnen houden. Maar wat kon ze ver der er aan doen? Ze kon haar tegen hem in gebrachte beschuldiging niet bewijzen. Maar hij kon het tegendeel evenmin aantoonen. Er was maar een, die daartoe in staat was en dat was Redding zelf. Op dat oogenblik kwamen de Carsons het zaaltje binnen. Achter hen kwam Carol en de man, naar wien ze glimlachend opzag, was Jack Redding. Suthers zag hen ook. Zijn gezicht verstrakte. „Veronderstel eens", zei hij zich tot Terry wendend, „dat ik Redding er toe bracht, te erkennen, dat hij de dingen van jou gezegd heeft, die ik beweerd heb, wat dan?" „Dat is natuurlijk een bespottelijke veron derstelling", zei Terry. „Toch waar? Wat Is er voor bespottelijks aan de veronderstelling, dat die Redding een laffe schurk is? Als ik een gemeene leuge naar kan zijne waarom hij dan niet? Is hij zoo'n ridder zonder blaameen man, die meisjes in een bus aanklampt en op haar kosten verteringen maakt „Nou maak je jezelf onmogelijk, Curt", zei ze tegen hem. „Ik onmogelijk? Een man is altijd onmo gelijk, als hij een ander aanvalt tegenover de vrouw, die van dien ander houdt, niet waar?" „En jij neemt onzin voor waarheid aan!" zei ze. „Toch waar?" smaalde hij onverholen. „Meisjes verbreken geen verloving, als ze niet op een ander verliefd geworden zijn. Jij bent dolverliefd op iemand, die zelf „Zoo maak je het zelfs onmogelijk voor ons om goede vrienden te blijven, Curt", zei Terry, waarschuwend. „Alsof jij goede vrienden zoudt blijven met een man, die zoo laag van karakter is, als jij van mij veronderstelt!" zei hij schimpend. „Maar je bent bang, dat je nieuwe afgod leemen voeten zal blijken te hebben, is het zoo niet? Nou, ik zal het je dan laten zien. Ik zal hem hier en nu dadelijk laten erken nen „Curt!" hijgde ze. Wat hij dien middag gedaan Ihad, was al erg genoeg. Maar als hij nu hier in het restaurant publiek een scène ging veroorza ken, dan kwam dat op hetzelfde neer als maakte hij het publiek er op attent dat degene, over wie hij met Red ding twist had gekregen, niemand anders was dan zij zelf. En er viel niet te twijfelen aan zijn voornemens. Hij was van zijn stoel opgestaan en wachtte, leunend op den rug er van, de komst van Carson en zijn gasten af. Ze begreep zelf niet meer, hoe ze zoo dwaas had kunnen, zijn, Curt over te halen, hierheen te gaan, terwijl ze toch wist, dat Jack Redding met de Carsons mee zou komen. Al had ze dan ook vaag de be doeling gehad, de twee mannen bij elkaar te brengen, waarom had ze dat in vredesnaam in een publiek restaurant gedaan? Te laat had ze er spijt van. Had Curt met recht beweerd, dat ze van Jack hield? iDat was immers belachelijk? En vanmorgen was er immers voor goed een breuk tusschen hen beiden gemaakt? In elk geval, ze moest nu maatregelen nemen. Niet alleen omdat ze bang was voor haar eigen naam, maar het was ook erg onbehoor lijk tegenover de Carsons, om hen in een scène te betrekken. Ze stond zelf ook op. En de muziek, die een poosje gezwegen had, begon juist weer. Ze gaf Curt een arm en deed een stap naar den dansvloer toe. Onzeker volgde hij haar, weifelde even en ging toch mee. En toen ze aan het dansen waren, kwamen de Carsons him tafeltje voorbij. „Waarom deed je dat?" vroeg Curt fluiste- rend, „Om jou er voor te behoeden, ons beiden in opspraak te brengen", antwoordde ze. „Is dat de reden?" vroeg hij smalend. „Of was het om Redding te redden?" „Toe, Curt!" fluisterde ze dringend. „Ik zal hem toch wel krijgen", gromde hij woest. „Die aap liep weg, voor dat ik over eind kon komen, maar nu hij hier is „Curt!" Haar stem klonk dreigend en be slist. „Noulaten we dan hier vandaan gaan", stelde hij voor. „Ik geloof ook, dat dat beter is", gaf ze toe, (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1937 | | pagina 8