H'
A
Vrienden van de reis.
Simpele Japonnetjes,
verrassende details.
Menu van de week
Recepten
Stoffen voor den winter
EEN GEZOND
STUKJE LEVEN.
Elegante Ceintuurs
VKITÜXÜ TT SEPTËOTBEK ¥937
EBBEN jullie nog nieuwe kennissen
gemaakt op reis vraagt mevrouw
aan haar overbuurvrouw, die zij
voor het eerst ontmoet na de va-
cantie.
O ja, de familie Zus en Zoo uit Amster
dam en dan ook nog meneer en mevrouw
Dinges uit Middelburg, zulke aardige lui, wc
hebben al een brief van ze gekregen. Heb-
beix julie nog ontmoetingen gehad?
Neen, zegt de andere, wij maken
liefst heelemaal geen kennissen op reis.
Dan zouden we niet geschikt zijn om
met elkaar te reizen, want wij zijn er juist
dol op.
Zulke contrasteerende meeningen kan
men in ieder hotel of pension, in iedere zo
mer- of wintervacantie ontmoeten: de men-
schen die er op uit zijn, om met zooveel mo
gelijk gasten kennis te maken, en andei-en
die dit juist probeeren te voorkomen.
Wat heeft men nu aan zulke vrienden van
de reis.
Een leuke vacantie zullen de voor
standers zeggen.
Niets dan teleurstelling zeggen de
tegenstanders.
Een leuke vacantie indei-daad, dat kan
het heel goed zijn. Men maakt kennis met
elkaar, ontmoet elkander eerst alleen aan
de maaltijden, daarna worden er 's avonds
eens spelletjes gedaan, tenslotte maakt men
gezamenlijke plannen.
Nu is dat laatste al erg intiem voor een
verhouding die nog maar enkele dagen oud
is. maar kom, men is immers in een roos
kleurige vacantiestemming en men stapt
graag over een klein hebbelijkheidje van
weerskanten heen.
Bij het afscheid nemen woi'den er afspra
ken gemaakt voor verdere ontmoetingen of
voor bi*iefwisseling: de ontmoetingen vallen
niet mee, vacantiegangei-s zijn nu eenmaal
andere menschen dan diezelfden in hun
wei-k, en het is best mogelijk dat de aan-
knoopingspunten van de vacantiestemming
in den dagelijkschen sleur niet meer te vin
den zijn.
Voor een productieve briefwisseling zijn
er twee goede schrijfsters noodig en waar
zijn de punten van aanraking wanneer men
eikaars omgeving totaal niet kent?
Dus spreekt men dan maar liever niets
naders af over ontmoetingen, maar vindt dit
toch ook geen bevredigend einde. Een maand
later ziet men elkaar weer in de bioscoop:
Wie zijn dat ook weer, die menschen daar
op de achterste rij, ik moet ze toch kennen.
En pas later valt ons in, dat dit het gezin Y
is, waarmee we dezen zomer zooveel plezier
hadden wat zegt die naam ons eigenlijk
weinig meer, we vinden het wel wat bescha
mend, de sympathie leek zoo groot en zoo
oprecht!
Dus dan maar met niemand kennis
maken zegt degene die er geen behoefte
toe voelt, dan heb je ook nooit teleurstellin
gen.
Maar zoo eenvoudig is het niet: de een
heeft nu eenmaal behoefte er aan om de
menschen uit zijn omgeving tot zijn kennis
senkring te laten behooren, hij voelt zich
eenzaam en ongelukkig in een onbekende
omgeving, ook al is hij niet alleen op reis, de
ander sluit de rest van de menschen in zijn
vacantie liefst buiten.
Er is echter nog een middenweg, die het
eene. zoowel als het andere bevredigen kan,
namelijk zonder het officieele gedoe van
namen noemen en alles wrat daaraan vast
zit. ieder die ons aantrekt en ons ook vrien
delijk bejegent, als een bekende te beschou
wen, er mee te praten, zoodat dit zeer vage
contact ook niet verbroken behoeft te wor
den, wanneer men naar huis teruggaat. Onze
tijd eischt nietsal die voorstellerijen en offi
cieele plichtplegingen in een gemoedelijke
vacantie-onigeving, en tenzij men erg nieuws
gierig van aard is, doet de naam er ook ver
der niets toe. Alleen zij die graag jagen op
menschen met klinkende namen of die
nieuwsgierig zijn naar de levensomstandig
heden van hun mede-hotelgasten zullen er
op gesteld zijn, den officieelen weg te be
wandelen. Een reisvriendschap is meestal
niet meer dan twee of drie weken oud, al
naar den duur van de vacantie lang is: in
een heel enkel geval komt het voor, dat
zulke kennismakingen uitgroeien tot iets
goeds, tot een hechte band die een prettig
reisgezelschap oplevert voor iedere volgende
vacantie.
Maar dat is een groote uitzondering.
E. E. J.-P.
VERWIJDER VLEKKEN ZORGVULDIG
Mayonnaisevlekken komen nogal eens voor.
Met het kloppen van mayonnaise spat allicht
wat op japon of blouse. De dames zijn er dan
al heel vlug bij met een zakdoek te trachten
de vlek af te wrijven. Dit nu is glad vei'keerd..
Drenk een dotje watten in perchlooraethyleen
en bet daarmede de vlek, wrijf met een watje
voorzichtig na en bedek vervolgens de plek
met een laagje magnesia, dat na een uurtje
weer verwijderd kan worden. Blijft er echter
nog een vlek achter, behandel die dan op de
zelfde manier, doch inplaats van Perchloor
aethyleen, met lauw water. Het overtollige wa
ter verwijdert men door de plek met een zach
te leeren lap zoo droog mogelijk te kloppen.
Om kringen te voorkomen bedekke men de
natte plek met een laagje magnesia, dat na
een uur weer verwijderd kan worden.
NIEUWE UITGAVEN
Het jaar 1936.
Bij de Uitgeverij De Torentrans te Zeist
verscheen een overzicht in woord en beeld
van het jaar 1933. I-Iet journalistieke deel,
een overzicht van de vele internationale ge
beurtenissen en vraagstukken, werd verzorgd
door dr. M. van Blankenstein. L. Cohen,
leeraar aan het Kennemer Lyceum, verza
melde de foto's en teekeningen en voorzag
deze van bondige bijschriften.
Van de groote feiten uit het afgeloopen
jaar, waai-aan bijzondere aandacht werd be
steed. noemen wij de verloving van Prinses
Juliana, de devaluatie van den gulden, den
dood van koning Gecrge V en de abdicatie
van Eduard VIT. de v ere vering van Abecsy-
nië dcor Italië en den Spaanschen burger
oorlog.
Het boek maakt, evenals zijn voorgangers
uit de drie voorafgaande jaren, een welver-
zorgden indruk.
De boekhandel H. de Vi*oede, Trans 6 te
Utrecht gaf een brochure uit „Inlichtingen
voor aanstaande studenten aan de Rijksuni-
vei'siteit te Utrecht".
Het boekje dat vooral hen die het voorne
men hebben opgevat aan de Universiteit te
Utrecht te gaan studeeren belang zal inboe
zemen is samengesteld door den senatus
Veteranorum van het Utrechtsch Studenten
corps. Verschillende hoogleeraren leverden
korte bijdragen.
De zendeling-evangelist Ruth Paxson
schreef „Stroomen van Levend Water" een
werkje dat uitgegeven werd bij den Zoeklicht
Boekhandel te Zeist.
Een enkele aparte versiering geeft het origineele cachet
De herfstmode brengt aardige vondsten,
zoowel in coupe als versiering.
In 't algemeen zijn de japonnetjes heel een
voudig, doch hier en daar verrast een inte
ressante lijn. Onze teekening geeft u drie mo
gelij klieden voor de aanvulling van uw over-
gangsgarderobe.
Links een toiletje van het sportieve genre
en toch eenigszins gekleed. Het is gedacht in
fleschgroene wollen stof: twee met gouddraad
bestikte motieven houden de ruimte van het
lijfje bijeen; de rug is voorzien van een schou
derstuk, de rok van een diepe plooi. Ceintuur
tje met matkoperen gesp.
Nummer twee is vervaardigd van zachtblau-
we stof (pasteltint). Het lijfje zit op den rok
vastgestikt. Koperen gespen vormen een ori
gineele sluiting, tevens versiering. Tenslotte
een iets gekleeder japonnetje: zwart crêpe,
gegarneerd met tressen in een afstekende tint
of van kleurig geruite zijde. Met wat goeden
smaak kan dit een zéér aparte jurk worden.
Zondag:
Champignonsoep.
Fritures met kalfs-
ragoüt.
Gebraden varkens
haas.
Aardappelen.
Snijboonen.
Appelpudding met
room.
Maandag:
Kalfslappen.
Bloemkool.
Aardappelen.
Caramelvla.
Vruchten.
Dinsdag:
Runderrollade.
Postelein.
Aa r dapp elpuree.
Broodschotel met
appelmoes.
Woensdag:
Kerryschotel.
Kalfsoesters.
Slaboonen.
Pruimencompote.
Donderdag:
Blinde vinken.
Gestoofde sla.
Aardappelen.
Flensjes.
Vrijdag:
Gebakken kaas
broodjes.
Gestoofde (rauwe)
visch.
Aardappelen.
Kropsla.
Watergruel.
Zaterdag:
Macaroni met
ham en kaas.
Tomatensla.
Wentelteefjes.
Vruchten.
VEGETARISCHE MENU'S.
3. Tomatensoep
met groente.
Spinazie met eieren
en croutons.
Aardappelen.
Botersaus.
Pannekoeken
met appelen.
4. Roerei op
gebakken brood.
Tomaten- en kropsla.
Aardappelkoekj es.
Deensche rijst.
1. Griesmeelkoekjes
met tomatensaus
en sla.
Aardappelen.
Snijboonen
Brusselsche appelen.
2. Gebakken kaas-
plakken.
Spercieboonen.
Aardappelen.
Boter.
Chocoladepudding
met vanillesaus.
Griesmeelkoekjes met tomatensaus.
Benoodigd: y2 L. melk, 120 gr. griesmeel,
zout, boter, eiwit en paneermeel.
Van melk, zout en griesmeel dikke gries-
meelpap koken. Deze overdoen in een omge-
spoelden vorm en koud laten worden. Daar
na in dikke schijven snijden, door eiwit en pa-
neermeel halen en in de boter vlug bruin la
ten bakken. Ze met de bruine boter opdienen
of tomatensaus er bij geven.
Kaaskoekjes.
Benoodigd: 1 ons boter, 1 ons bloem, 1 ons
geraspte oude kaas, zout, peper.
De boter in de bloem klein snijden en met de
ovei'ige bestanddeelen doorkneden tot een
stevigen bal. Het deeg uitrollen tot een lap van
pl.m. 3/4 c.M. dikte. Hiervan reepjes snijden
en deze op een beboterde plaat leggen. In
een matig warmen oven de koekjes gaar en
heel licht bruin bakken, (pl.m. 20 minuten.)
Worden deze koekjes te donker gebakken,
aan worden ze bitter van smaak. Ze moeten
eigenlijk geel blijven en toch goed gaar
zijn.
Voor handige vingers
We borduren zelf onze handschoenen
Ditmaal moeten de vingers wel buitenge
woon handig zijn, maar aangezien borduur
werk op handschoenen nu eenmaal aan de
orde van den dag is, zullen we er ons toch ook
eens aan wagen. Er kan ons niets gebeuren,
als we een solide, toch soepele kwaliteit kiezen
en voorzichtig te werk gaan.
Wat zegt u van wit met groen, beige met
donkerrood borduurwerk? Misschien brengt
deze schets u op een goed idee voor de versie
ring van uw wintercollectie!"
HET GEBIT VAN MOEDER EN KIND.
Prof. Toverud te Oslo heeft kortelings be
langrijke onderzoekingen gedaan op het gebied
van tandhygiëne voor moeder en kind. Hij
toonde met proeven aan, dat het voor het ge
bit van het nog ongeboren kind van het aller
grootste belang is, dat de aanstaande moeder
veel fruit eix groente gebruikt, kortom een vi
taminen- en mineraalzoutenrijke voeding tot
zich neemt. Ook acht prof. Toverud voor kin-
deren met melkgebit het wittebrood uit den
booze. Bruin brood moet verre de voorkeur
genieten, in de eerste plaats omdat ook de
melktandjes oefening noodig hebben en ver
der omdat de spijsresten van bruin brood zich
niet zoo gemakkelijk tusschen de tanden vast
zetten, waardoor gisting ontstaat.
Het is van het grootste belang, dat de melk
tandjes 't zoo lang mogelijk uithouden, zij toch
zijn de wegbereiders van het vaste gebit. Prof.
Korkhaus te Bonn heeft een 140-tal kinderen
gedurende 2y. jaar uitsluitend met volkoren
brood gevoed en hun gebitten geregeld onder
zocht, evenals dat van 140 andere kinderen
die thuis gewone wittebroodvoeding kregen
Het verschil was verbluffend. Bij de laatste
kinderen werden veel meer tandbederf en ge
bitsonregelmatigheden geconstateerd dan bij
de met bruinbrood gevoede kleintjes.
Niet alleen voor een
GOEDE PERMANENT WAVE, WATERGOIF
OF ONDULATIE
maar ook voor
VAKKUNDIG VERVEN VAN GRIJS HAAR
OF TINTEN
in de NIEUWE MODEKLEUREN, is
DULLER'S KAPPERSHUIS
het adres voor betere HAARVERZORGING.
KALVERSTRAAT 184 TELEFOON 4516.
Onze bekende Permanent Wave kost slechts
1.10 en geeft U zes maanden voldoening.
(Adv. Ingez. Med.)
De oude degelijkheid keert terug!
Met nieuwe kleurenpracht.
Na veel schoonen schijn, die niet al te
solide was, keert Parijs terug tot de ouder-
wetsch-degelijke stoffen, zooals onze groot
moeders ze, na lang bekijken en betasten,
voor haar mantels en japonnen uitkozen. M. a.
w.: we worden weer opgevoed in warenkennis
en we zullen niet zoo licht meer iets kiezen,
dat wel mooi van kleur, maar „verder niet
veel bizonders" is.
Kwaliteit in stoffen, rijkdom van tinten,
eenvoud van dessins, ziedaar de drie wacht
woorden van de komende wintermode. Alle
fabrikanten van zijde, wol en lakenstoffen
hebben zich uitgesloofd om de prachtigste
kleuren te brengen: soms wordt één stof in
meer dan honderd kleuren op de markt ge
bracht.
Klassieke dessins als pied-de-poule en
Schotsche ruiten zijn door dezen kleurenrijk
dom als herboren. Rodier zet in zijn ruitstof-
fen groen tegen violet, roze tegen cassis, cy
clamen tegen teerblauw.. ..en dezelfde tin
ten, maar in heel kleine dessins, zijn in de bij
passende effen stoffen verwerkt.
Men voorziet reeds, dat enorm veel ruiten
zullen worden gedragen, in verrassend nieuwe
tinten.
En zoowel de geruite stoffen als de tweeds
zullen dezen whiter bijzonder zacht en donzig
van oppervlakte zijn, waardoor de kleuren
iets worden verzacht. Ontelbare nieuwe stof
fen met de wonderlijkste namen als „Para-
dou", „Velipil", „Suzelia", „Guedelya" kondi
gen zich aan. Uitleggen, hoe die er precies
uitzien gaat moeilijk, maar de algemeene in
druk is er een van fijnheid en zachtheid.
In de japonstoffen komt dezelfde tendenz
tot uiting: Alles is teer, licht en soepel (met
als frappante uitzondering enkele nieuwe, ta
melijk stijve crêpe- en ripssoorten).
Laken zal in het seizoen 1937-1938 zeer op
den voorgrond treden: schitterende soorten,
met metaaldraad doorweven, trekken vooral
de aandacht. Verder veel zwart laken met
kleui'ig borduurwerk, gedragen bij effen
zwart, b.v. een kleurige blouse bij een effen
rok.
Het opleidingsschip „Pollux", pracht-
opvoeding voor Hollandsche jongens.
AN de Oosterdokskade te Amster
dam, vlak bij de groote stad met
haar benauwde dampen en toch
doorwaaid van een frisschen bui
ten wind, ligt een groot schip, stevig veran
kerd en door een breede houten brug met
den wal verbonden.
't Is het opleidingsschip „Pollux", domein
van het matrozeninstituut en tevens „mu
seumstuk" voor deh wandelenden hoofdste
deling, die altijd graag wat te kijken heeft.
Hier worden de matroosjes voor onze koop
vaardij opgeleid door een particulier in
stituut met Rijkssubsidie en de jongens
tusschen 14 en 16 jaar in him blauwe werk
pakken hebben er wanneer ze aan dek hun
lessen volgen, den boel schoonmaken of in
den hoogen mast klimmen, gewoonlijk nogal
wat bekijks. Ze storen zich er weinig aan en
de „Pollux" ligt ook te ver van den wal om
de belangstelling hinderlijk te doen zijn.
't Is hier een school als ieder andere, er
wordt hard gewerkt en natuurlijk ook van
tijd tot tijd straf uitgedeeld, maarde
geest schijnt er zoo buitengewoon prettig te
zijn en de jongens vinden het er zoo fijn, dat
een dankbare moeder, wier min of meer on
handelbaar zoontje op de „Pollux" tot rede
was gebracht, er me in enthousiaste bewoor
dingen opmerkzaam op maakte.
Of ik eens ga kijken? Natuurlijk, want de
kennismaking met een echt prettige school
kan niet anders dan een moederhart verheu
gen, vooral in onzen tijd, nu de opleiding
van onze jongens, zoowel in paedagogisch
als in maatschappelijk opzicht, meer en
meer een probleem wordt.
Een afspraak met commandeur M. A. Wil-
lemse, die op de „Pollux" den scepter zwaait,
is spoedig gemaakt en weldra zit ik, na keu
rig door den 14-jarigen „wacht" geëscor
teerd te zijn, in het kantoor van den com
mandeur, met uitzicht op het achterdek,
waar intusschen inspectie wordt gehouden
en les wordt gegeven in alles, wat een licht
matroos moet weten.
„U leidt dus uitsluitend op voor matroos?"
„Ja zeker. We zijn geen doorgangshuis voor
lastige jongetjes, waarmee de ouders geen
raad weten. En ik durf gerust zeggen, dat
een jongen, die thuis en op school ,de
speelt", waar geen karakter en geen nïti
zit, 't hier ook tot niets brengt. We hehh
voor onze koopvaardij flinke jongens non*
met heldere koppen, doorzettingsvermoï?
liefde voor de zee en dat niet in de laat
ste plaats met een gezond lichaam, is
alles in orde, dan kunnen ze 't hier best i*
houden en dan ben ik er ook later niet ban
voor. n&
Dit dus in 't algemeen. Maar nu komt hpt
een enkele keer voor, dat een jongen die
wél de noodige capaciteiten heeft om het tot
iets te brengen, toch op school en in z'n hui
selijke omgeving niet recht aarden kan
„Dat is zelfs tegenwoordig een zeer veel
voorkomende klacht van ouders en odvop
ders".
„Ja. De jeugd is dikwijls baloorig m
hun vrijen tijd hebben ze soms geen leiding'
ze hangen om en komen tot verkeerde din
gen, ook als 't op zichzelf beschouwd noë
lang geen verkeerde jongens zijn. En dan
is b.v. een afleiding als deze, waar ze den
heelen dag bezig zijn, meest in de open lucht
waar ze steeds onder tucht staan, vaak vol
doende om er heel andere kinderen van të
maken. De jongens voelen, dat de leeraren
en ik met hen meeleven, dat niets ons te veel
is. En dan: er zijn vaste regels, waarvan niet
wordt afgeweken; onder geen beding. De dag
is stipt ingedeeld: 's morgens vroeg op was-
schen en aankleeden, hangmatten opbergen
aantreden, eten, 't gaat alles op de klok. Dan
de practisc'he lessen, die een groot deei van
den dag in beslag nemen, enteren, roeien
looden, dekzwabberen en daar tusschendoor
theorie. En als ze zoo den heelen dag bezi»
zijn geweest, wordt er met smaak gegeten
en zijn er geen kieskauwers".
„Wat voor soort jongens krijgt u hier'"
„Ik mag eigenlijk wel zeggen: van alles.
Jongens uit alle kringen, maar steeds pittige
kereltjes, wier hartewensch het is, te gaan
varen, en die er zich ook de noodige moeite
voor willen getroosten. De „afgezakte" typen
komen hier niet. die probeeren zóó, zonder
opleiding, een schip te vinden, wat trouwens
meestal niet gelukt".
„En uw jongens? Maken ze een goedé
kans?"
„Onze jongens", zegt de heer Willemse met'
een verheugde glimlach „krijgen altijd een
schip. Daar zorg ik voor. Want als ze 't di
ploma hebben, kan ik er borg voor staan
dat ze goed zijn".
„Er komt dus weer meer werkgelegenheid
in de zeevaart?"
„Ja, 't. wordt ruimer, dat lijdt geen twijfel
Maar 't is nog altijd zoo, dat scherp wordt
geschift. Alleen de beste krachten kunnen
vooruitkomen. Tijdens de zwaarste crisisja
ren, toen 't hoe langer hoe moeilijker werd,
hebben verschillende maatschappijen een
goede reserve gekweekt door hun stuurlui al
len in dienst te houden, met twee maanden
onbezoldigd verlof. De goede krachten zijn
dus niet door jongeren vervangen, waardoor
het peil zeer goed is gebleven. En het spreekt
vanzelf, dat ook de matrozen op peil moeten
zijn.
Trouwens veel jongens hier studeeren ver
der. En dat is ook de reden, waarom we hier
jongens uit alle kringen krijgen. Na hun ma-
trozenopleiding van acht maanden, gaat een
deel 1 y2 jaar varen en daarna naar de zee
vaartschool, om zich verder voor derden
stuurman te bekwamen.
„Dat is toch niet de gewone weg?"
,,'t Is een van de wegen, die men kan in
slaan. Natuurlijk gaan ook veel jongens, na
hun einddiploma 3-jarige H.B.S. of Mulo te
hebben gehaald (of zelfs dikwijls 5-jarige
tegenwoordig) rechtstreeks naar de Zeevaart
school. En dan komt het varen later, want
twee jaar vaartijd moeten ze toch hebben.
De 8 maanden hier op de „Pollux" tellen
met den vaartijd mee. En de rest van de jon
gens blijft matroos. „Ze gaan dan wel heel
jong de wijde wereld in".
„De meeste zijn 15 a 16 jaar. En natuurlijk
zijn daaraan bezwaren verbonden. Maar aan
den anderen kant: ze zijn hier een gezónd,
ordelijk leven gewend en ik laat geen gele
genheid voorbijgaan 0111 hen. zoowel bij dé
lessen en lezingen als ieder persoonlijk, te
wijzen op de groote gevaren van het zee
mansleven. Verder moeten we. zooals ieder
ouder tenslotte, de toekomst overlaten.
„Nog één vraag: is het Matrozeninstituut
Christelijk?"
„Zeker, het is Christelijk in den ruimsten
zin. We krijgen jongens van allei'hand ge
loof; ik zelf ben Katholiek, maar dat doet
er niet toe. Ieder krijgt godsdienstonderwijs
in zijn eigen lichting; de ouders waardee-
ren het zeer. dat hun jongens religieus wor
den opgevoed".
„Gelukkig", besluit commandeur Willemse.
Twee heel belangrijke lichtpunten voor onze
jeugd: de eroote behoefte aan tucht en de
terugkeer tot den godsdienst. De jeugdkerken
hier zitten vol tegenwoordig. En als wij op
voeders daar dankbaar gebruik van maken,
dan staat het met de toekomst van onze
jeugd nog zoo slecht niet, als we soms ge
neigd zijn te denken".
Na deze bemoedigende woorden neem ik
afscheid van den commandeur en van me-
vrouw Willemse, die zoowaar een gezellig
„flatje", bestaande uit salon, slaapkamer,
keuken en logeerkamertje op de „Pollux"
heeft. Ik werp nog even een blik in de groote
eetzaal beneden en in de kombuis, waar de
kok juist bezig is, enorme porties capucijners
met spek op te scheppen.
En deze smakelijke aanblik, gepaard met
de heerlijke geuren uit de kombuis, versterkt
nog even mijn krachtigen indruk van het
mooie stuk gezond-Hollandsch leven, dat
hier ligt- Opvoeding voor de zee, trots en
glorie van onze natie; en een opvoeding, ge
bouwd op echt oud-Hollandsche tradities,
steunend op godsvrucht, eenvoud en gezond
heid en een gemoedelijk soort tucht, die niets
straf-mïlitairs heeft, maar toch als 'fc noo
dig is, de lijn strak aanhaalt. Een opvoeding,
die iedere moeder voor haar jongen zou wen-
schen.
R. DE RUYTER-v. d. FEER.
In de .node van dezen herfst en winter zul
len de bijzaken of „accessoires", zooals ze ge
wichtiger heeten, weer een groote rol spelen.
Het toletje mag eenvoudig zijn, als het
kraagje maar fijn, de ceintuur maar oiigineel
is, als het taschje maar „en style" is en de
handschoenen in harmonie zijn met t geheel!
Enkele vooraanstaande Parijsche modehui
zen hebben deze ceintuurs ontworpen-
Van Lola Prussac is deze origineele cein
tuur van varkensleer (links) bestaande uit
een geajoureerd en een effen gedeelte, aan
elkaar verbonden door twee bronzen gefPe?'
Madeleine Vionnet maakt de meer gekleeae
japon versiering- daaronder; antiloop, ingelego
met strass.
Dan volgt een creatie van Ui-ioste: witte
ottomaanzijde met versieringen van gr0011
lak en tenslotte eexi zeer sportief model van
rood leer met afneembaar beursje (k°13
Prussae)s