De Troonrede.
,Blauwe tram" kraakte
Den Haag een
bestelauto.
in
Over verjaardagen.
prWSP^G 21' SEPTEMBER 1937
de Troonrede, vandaag door H.M. de
ningin in de vergadering der Staten-Gene-
K°. uitgesproken, komt natuurlijk voldoe-
raa over de economische opleving zoowel in
Serland al5 in Indië tot uiting' BliJkbaar
de regeering evenwel aanzienlijk optimis
tischer gestemd ten aanzien van de overzee
se gewesten dan van het moederland. De
Troonrede geeft blijdschap te kennen over
d stijging van het welvaartspeil in Indië en
er de beschikbaarstelling van meer geld
tl bevordering van de geestelijke en stoffe-
der Indische bevolking. Cu-
acao maakt het natuurlijk het best van
...nJI' rrolfe nnfrcrviovlrf rlof oon
alles en
er wordt zelfs opgemerkt „dat aan
de wereldcrisis schier onop-
is voorbijgegaan". De eenige kolo-
■g droefenis is er een die sinds menschen-
'5 uit alle Troonreden bekend is: on
danks een lichte verbetering bleef de econo
mische toestand van Suriname weinig bevre-
d'wat het moederland betreft worden aan
de vreugde over de economische verbetering
vele dompers opgezet. Na uiting van „de
hoop dat de nog steeds omvangrijke werk
loosheid verder zal kunnen worden inge-
kfc.» een inderdaad wel zeer voorzichtige
Laaie - zegt de Troonrede later, dat on
danks de ingetreden verbetering in den eco-
nomischen toestand de openbare financiën
n0g in bijzondere mate zorg blijven ver-
elschen. En daar wordt aan toegevoegd:
Ruiten hetgeen op economisch-sociaal ter-
iein en op het gebied der defensie onver
mijdelijk is tot behoud en versterking van de
Nederlandsche volkskracht, zullen vele op
zichzelf gewenschte of nuttige maatregelen,
waaronder die op het gebied van het onder
wijs, dan ook eerst ter hand genomen kun-"
nen'worden, wanneer de inwendige positie
van het budget voldoende zal zijn versterkt,
pe verhooging der defensie-uitgaven zal
enkele bijzondere financieele voorzieningen
noodzakelijk maken.
Dit laatste beteekent kennelijk dat er een
defensie-leening op komst is en sluit zich aan
bij de uitlatingen in de „internationale pa
ragraaf" waarin wordt geconstateerd dat
zoowel hier te lande als in Indië voortgegaan
zal moeten worden met versterking van de
weermacht. Ten aanzien van Indië is evenwel
gezegd dat meer gelden beschikbaar konden
worden gesteld voor de bevordering van de
geestelijke belangen der bevolking; ten aan
zien van Nederland wordt duidelijk te ken
nen gegeven dat het onderwijs moet wachten
plus andere op zichzelf gewenschte en nut
tige maatregelen. Minister Slotemaker de
Bruine is blijkbaar onlangs In zijn rede voor
de Vereeniging van Leeraren aan Gymnasia
wat al te blijmoedig geweest.
Het ontbreken van eenigerlei mededeeling
over verlaging van de vaste lasten, die zwaar
op-de1 bevolking drukken, zal het teleurstel-
lendste feit van deze Troonrede blijken te
zijn. We krijgen geen belasting-verfaglng. De
Ned.-Indische convertieleening, die feitelijk
mislukt is, leed blijkbaar haar échec omdat
geen uitzicht op zulk een verlaging bestond.
Het wordt door het zwijgen in de Troonrede
bevestigd en inplaats van een Nederlandsche
conversieleening zullen wij een nieuwe de
fensie-leening krijgen
Dit laatste feit geeft ons nu ook in eigen
land weer eens een duidelijk beeld van het
remmen van het herstel door de eeuwige in
ternationale ruzies en den dollen wedstrijd-
in-bewapening dien de groote mogendheden
met elkaar voeren. Als de menschen ook in
ons land, die indertijd zoo schamper hebben
gedaan over de Ontwapeningsconferentie en
zoo welvoldaan gelachen hebben over haar
mislukking, omdat hun scepticisme dan toch
maar fijn gelijk kreeg, nu zien dat het her
stel van de welvaart in ons land erdoor be
lemmerd wordt en hun belastingen even hoog
Wijven, zullen zij het wel wat minder ver
makelijk gaan vinden.
De landbouw-paragrafen geven een wat
opgewekter beeld. De reeds lang verwachte
opheffing van de landbouw-crisismaatrege-
len wordt thans met de restrictie „zooveel
mogelijk" toegezegd. Wettelijke regeling
van den arbeidstijd zal in onderzoek worden
genomen; met gezinslasten zal bij de vast
stelling van het arbeidsinkomen rekening
worden gehouden.
In het algemeen beschouwd geeft de
Troonrede evenwel geen erg hoopvol beeld
van de komende begrooting voor 1938.
Het feit dat opnieuw een Christelijk coali
tie-kabinet in ons land is opgetreden komt
rot uiting in een uitvoerige paragraaf be
treffende het Christelijk karakter der regee-
nng» waarin overigens gesproken wordt van
''Vermijding van toespitsing van tegenstel
lingen".
ingewikkelde zin betref-
«mae een nadere regeling van het vereeni-
Stogsrecht blijkt te behelzen, bij zorgvuldige
estudeering, dat men de wet op dit punt
met wijzigen wil maar het toezicht op haar
£e naleving verscherpen.
Dit
zyn de voornaamste punten uit een
- «wuiiiaftiuuut ui* uiu
onrede die de meeste harer voorgangsters
D engte overtreft en waarin wij ook dit
leuwe Kabinet gaarne wat bemoedigender
an toon hadden gehoord. De volksaard is in-
aad zwaartillend genoeg. Is het, vooral op
en tijdstip als het huidige, niet gewenscht
aar in „klassieke" uitingen van hoogerhand
mjwJmeer bemoediging te schenken en wat
in zwaartillendheid voor te gaan? Het
minder
is maar
een bescheiden vraag, maar het is
„I ■".UVHV.iuch VJ.a.a.5, niac
e he eerste maal dat ik haar stel.
R. P.
nJ HfNESCHADE VAN DE „TIMOR"
rij. de machineschade van de „Timor"
slp.cnt door de Derike 7 werd binnenge-
dat hot-Vernemen wiJ' dat deze zoo ernstig is,
ren trptv^artui& voorloopig nie,t meer zal va-
den at i* bezien of het met het oog op
jt ,udei'dom van het schip de moeite waard
rePareeren over te gaan.
Zoons, die hun vader doodden.
Door rechtbank tot twee jaar
veroordeeld.
Beroep op noodweer afgewezen.
De rechtbank te Maastricht deed
uitspraak in de zaak tegen de gebroe
ders H. B. en A. B. uit Kerkrade, ver
dacht van doodslag op hun vader, ge
pleegd op 4 Juni van dit jaar.
De rechtbank veroordeelde hen elk
tot een gevangenisstraf van twee jaar
met aftrek van voorarrest.
De eisch, luidde twee jaar en zes
maanden voor eiken verdachte.
De rechtbank was van oordeel, dat
het beroep op noodweer niet op gaat
en dat het hoogst ernstige karakter
van het feit, de genoemde straf alles
zins wettigt.
Ernstig ongeluk bij draverijen.
Maandagmiddag zijn voor het begin van
de kortebaandraverijen te Luinjeberd twee
paarden, die voor de sulkey waren gespannen
en waarvan een der berijders op een ver
keerde baan reed, in volle vaart met elkaar in
botsing gekomen. De paarden vlogen met de
koppen tegen elkaar en waren vrijwel op slag
dood.
De pikeur W. Herder uit Nijehaske, die een
stok in het onderlijf kreeg, werd zwaar ge
wond. Hij is naar het ziekenhuis te Heeren
veen vervoerd, waar operatief moest worden
ingegrepen. Zijn toestand is ernstig.
POSTVERZENDING NAAR SPANJE.
Alleen op risico van de afzenders.
Er wordt nogmaals op gewezen, dat alle
postverzendingen bestemd voor Spanje en de
Spaansche bezittingen, onverschillig of het
gebied zich in handen bevindt van de regee-
rings- dan wel van de Franco-partij, alleen
op risico van de afzenders ter verzending
worden aangenomen.
Voor verlies, beschadiging, in beslag ne
ming e.d. op jSpaansch gebied, van de zendin
gen of den geheelen of gedeeltelijken inhoud
daarvan, aanvaardt de Nederlandsche post
administratie geenerlei verantwoordelijkheid.
Lijk van Belg in beslag genomen.
De marechaussee te Hulst heeft Maandag in
het R.K. Liefdehuis te Hulst het lijk in be
slag genomen van een 36-jarige Belg uit St.-
Nicolaas. Zaterdag werd deze man in ge
noemd ziekenhuis opgenomen met een schot
wond in het bovenbeen. In den daarop vol
genden nacht is hij overleden. Vermoed wordt,
dat de Belg bij een achtervolging van een
smokkelauto door douanebeambten nabij Si-
naai (België) door een kogel geraakt was. De
smokkelauto is ontkomen.
Garnalenvisschers maakten
moeilijke uren door.
In stormweer van Zandvoort naar
Scheveningen gedreven.
Op het nippertje gered.
Maandagmorgen om 9 uur vertrok uit
IJmuiden de motorgarnalenvlet SCH 105, met
aan boord twee Scheveningers, den 30-jarigen
W. Spaans en den 31-jarigen P. Spaans. Ge
durende de vaart had de bemanning voort
durend met ruw weer te kampen ën onop
houdelijk moest water worden gehoosd.
Toen het scheepje ter hoogte van
Scheveningen was gekomen, was de
toestand hachelijk geworden en moest
de reddingsboot „Zeemanshoop" ter
assistentie uitvaren. Deze boot was
bemand met den monteur Huisman,
den schipper M. J. Bruin en de haven-
bedienden A. Dijkhuizen en J. Harte-
veld.
Het was ongeveer kwart over vijf des
middags, toen het aan de reddings
ploeg mocht gelukken, op ongeveer
200 meter uit de kust, de beide in nood
verkeerende garnalenvisschers aan
boord van de reddingsboot over te
brengen, juist op tijd, want vrijwel
onmiddellijk daarna sloeg de garnalen-
vlet op ongeveer 150 meter bezuiden
het Zuiderhavenhoofd om, waarna het
scheepje in de golven verdween.
In een onderhoud, dat de Tel. met W.
Spaans had, vertelde deze:
„De motor van onze vlet was stuk, maar wij
dachten het wel met zeilen te kunnen halen.
Het weer was niet zoo, dat wij het niet aan
durfden. Wij waren met ons tweeën aan boord.
Toen wij een halfuur op zee waren, begon het
plotseling zeer slecht weer te worden. De gol
ven sloegen over het dek en ons scheepje
dreigde vol te loopen. Wij achtten het daarom
gewenscht, bij Zandvoort een schokker uit
Den Helder te praaien. Wij spraken even tegen
den schipper en vroegen hem bij ons te blij
ven, daar de vlet geheel vol water was ge
loopen. De schipper zei echter, dat hij dit niet
kon doen, maar voegde hieraan toe, dat hij
een ander scheepje, dat er vlakbij lag, zou
vragen om te helpen. Tot onze verontwaardi
ging bemerkten wij, dat zij ons allebei in den
steek lieten. De toestand werd voor ons nu
zeer hachelijk. De storm stak heviger op en
al hoosden wij uit volle macht, steeds meer
water kwam er in de vlet. Ieder oogenblik
dacht ik: het is met ons gedaan.
Zoo naderden wij onder een hevigen storm
Scheveningen. Wij konden niet op zee blijven
en moesten trachten de buitenhaven binnen te
loopen. Door den storm ging dat echter niet.
Gelukkig had de havendienst ons opgemerkt.
Het was toen zoo wat half vijf en wij bevonden
ons op ongeveer 200 meter uit de kust. De
reddingsboot „Zeemanshoop" kwam ons ge
lukkig' te hulp, hetgeen een waagstuk was bij
deze kokende zee.
Groote bewondering hebben wij voor den
moed van deze dappere zeelieden. Toen de
reddingsboot ons dicht genaderd was, waren
de golven nog zoo woelig, dat er geen kwestie
van kon zijn, dat wij over konden springen.
Daarop werd er door de „Zeemanshoop" olie
op de golven gestort en van dit oogenblik, dat
de golven even rustig werden, moesten wij ge
bruik maken om over te springen. „Klaar om
te springen", klonk het van de „Zeemans
hoop", en met den eersten sprong waren wij
beiden over."
W-fit—
ZIMMERMANN.
Wanneer gij niet wist dat die grijze heer met die rustige
oogen-achter-brilleglazen Zimmermann heette en dat
Zimmermann een groot kunstenaar is, zoudt ge denken een
schoolmeester of een gemeente-ontvanger, of de directeur
van de broodbakkerij „Het Korenschoofje". Maar hij is
Zimmermann en Mengelberg is zijn Tsaar. En wanneer hij
zijn viool laat zingen zitten de menschen zwijgend en
ontroerd te luisteren. En dan voelt ge wel dat hij geen
gemeente-ontvanger is. Maar een mènsch.
Landbouwcrisisfonds moet nog
voor 1935 gelden hebben.
Suppletoire begrooting voor ƒ17.377.000
ingediend.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijziging
en verhooging van de begrooting van het
landbouwcrisisfonds voor 1935.
In totaal wordt een bedrag van f 17,377.000
op den gewonen dienst meer aangevraagd.
Dit bedrag wordt echter gedekt door een
meerdere opbrengst der middelen ad
f 24.800.000, te weten f 9.500.000 als voor-
deelig slot van den gewonen dienst 1934,
f 3,600.000 aan heffing op suiker, f 6.000.000
als batig saldo van de steunverleening aan
den inheemschen tarweverbouw, oogst 1935
en f 5.700.000 aan heffing op margarine, vet
ten en oliën.
Tenslotte wordt geraamd, dat de gewone
dienst een voordeelig slot van f 7.400.000 zal
opleveren. Bij de beoordeeling hiervan dienst
er echter rekening mee te worden gehouden,
dat uit dit overschot nog belangrijke uitga
ven voor steunverleening aan de melkveehou-
deren zullen moeten worden gefinancierd,
die eerst in de jaren 1936 en 1937 zijn of
zullen worden gedaan en dat genoemd voor
deelig slot van f 7.400.000 derhalve nood|g
bal zijn om de begrooting 1937 zonder nfc-
deelig slot te doen sluiten. Uiteraard zullen
de uitkomsten van 1936 en 1937 ten zeerste
den invloed van de depreciatie van den gul
den ondervinden en is het thans nog niet mo
gelijk met eenige zekerheid iets te dien aan
gaande te voorspellen.
IR. DE KOK TE JUBA.
Ir. de Kok seinde Maandag, dat de P. H.-
KOK in den namiddag te Juba was geland.
Alles was wel aan boord. Het weer was
prachtig.
ONDER STOOMTRAM GERAAKT EN
GEDOOD.
Maandag te ongeveer half vijf is de ruim
vijftigjarige groentehandelaar C. de Vos uit
Knijpe te Heerenveen bij het Spoorweg
emplacement door een stoomtram, die op weg
was naar Gorredijk, overreden en vrijwel op
slag gedood.
r
Courantenreclame verkoopt
voor groot en klein.
Courantenreclame verkoopt zoowel voor
de allergrootste als voor de kleinste be
drijven. Zoo besteedt het grootste waren
huis ter wereld. Macy, jaar in jaar uit
ongeveer 80 van zijn enorm reclame
budget van 3.000.000 (zijnde 3 van
zijn omzet), aan advertenties in couran
ten.
Maar daarnaast vindt men ook het geval
van een eenvoudige kunsthandel, die
150 gulden in courantenreclame belegde
en daardoor een hoeveelheid etsen ver
kocht ter waarde van ruim 2200 gulden.
Chauffeur op slag gedood
Andere inzittende zeer
ernstig gewond.
Maandagmiddag te circa helf zes
is aan de Schenkkade, hoek Adel-
heidstraat te 's-Gravenhage een ern
stig verkeersongeluk gebeurd, waarbij
één persoon op slag werd gedood en
een andere met zeer ernstige verwon
dingen naar het ziekenhuis moest
worden vervoerd.
Op genoemd tijdstip reed aan de
Schenkkade een tramwagen van de
z.g. blauwe tram, bestuurd door den
37-jarigen A. B. te Voorburg in de
richting Den Haag. Bij de Adelheid-
straat gaan de rails dwars over den
weg en juist toen de tram den rijweg
overstak, kwam uit de richting Den
Haag een bestelauto,, bestuurd door
den 21-jarigen chauffeur J. B. te
's-Gravenhage. Naast hem zat de 33-
jarige F. B., eveens uit Den Haag. Of
de chauffeur den tramwagen niet op
merkte, dan wel, dat hij dacht er nog
juist voorlangs te kunnen, is moeilijk
na te gaan, doch het noodlot wilde,
dat de auto door de tram werd ge
grepen. De wagen werd tusschen de
tram en een ijzeren paal plat gedrukt
en van voren geheel vernield.
De chauffeur B. was vrijwel op slag
dood, zijn medepassagier werd met
ernstige verwondingen naar het zie
kenhuis aan den Zuidwal vervoerd.
Nog een doode.
Een Voorburgsche dame, die met
een harer kinderen juist op de plaats
van het ongeval voorbijkwam, meende
dat haar kind onder den auto was ge
laakt en schrok zoo herig, dat zij
een hartverlamming kreeg en op de
plaats dood bleef.
Of: hoe alles verandert
in het leven.
Het geviel dezer dagen, dat ondergeteeken-
de zijn verjaardag vierde, maar „vieren" was
het woord niet voor zulk een penibele bezig
heid: het gaan over den drempel van het eene
oude verzadigde jaar in het andere, dat bij
zijn geboorte reeds zwaar is van het scep
ticisme, dat den man van den jongeling
scheidt.
Rustig zittende temidden van hen, die het
aan hun graad van bloed- en aanverwant
schap zich verplicht achten met doozen siga
retten en een stereotypen glimlach van hun
belangstelling in zulke onfeestelijke gebeur
tenissen te doen blijken, terwijl men thee
dronk en bij de expresselijk-daartoe gebun
kerde onzen koekjes de nieuwe verlovingen
in den familiekring aan den (gouden) tand
voelde, rustig die vriendelijkste aller lieden
latende kouten, had de jarige de goede ge
legenheid in gedachten een blik achterwaarts
te werpen en te verwijlen bij de jaardagen
zijner jeugd, toen alle dingen anders waren.
Daar was in die dagen het verlangen
naar bezit, dat reeds weken van tevoren dien
verjaardag in de gouden glanzen der begeer
lijkheid zette. Laten wij die dingen niet
poëtischer zien dan zij in waarheid waren:
niet zoozeer de trots om een jaartje ouder
te worden gaf dat geluksgevoel aan den toe-
komstig-jarige als wel de meest prozaische
oer-kapitalistische drift, die zich in die dagen
voordat knaapje nog niet fixeerde op dividen
den en bonussen als wel op een klok-en-hamer
spel en een hoeveelheid chocolade-reepen,
welker aanschaffingskosten verre uitgingen
boven dë mogelijkheden van een weekgeld a
tien centen.
Waarna de studententijd kwam en de kapi
talistische schraap- en grijpzucht zich onver-
bloemder uitte in de voorpret om de zekerheid
dat de paps zijn portefeuille te voorschijn zou
halen, teneinde eenige blauwe briefjes aan het
nageslacht te overhandigen, terwijl de mams
zich even welgemeend, zij het op bescheidener
schaal, aan een soortgelijke traditioneele over
drachtshandeling wijdde. Den volgenden dag
ondervond dan Leiden daarvan den last in
den vorm van een al te vroolijk en al te
zangerig heer, die de vaderlijke kopeken, in
groote zorgzaamheid, vlijt en naarstigheid
vergaard, met groot gemak te 's Gravenhage
had omgezet in gerste- en ander nat en van
dit deel van het ingetogen-provinciaalsche
vermogen goeden sier maakte in uitbundige
zwerftochten langs de toenmalige dat wil
zeggen: gezellige Haagsche oorden des
vermaaks.
Later en óók nog in den studietijd
werd dat verjaarsgeschenk alweer een schre
de nader tot de onaandoenlijke berekening
gebracht.
Het vormde toen een welbewusten budget-
post in dezen zin, dat men tot den kleerma
ker zei: „Wacht u s.v.p. tot na midden Sep
tember, dan zal ik u die honderd poppen ko
men brengen".
Zoo werd met het klimmen van 's levens
zon naar de middaghoogte der maatschap
pelijkheid het jarig-zijn een min of meer
economisch moment: de kleermaker kreeg
voorrang en de poëzie ging op den loop voor:
„en zouden wij genoodzaakt zijn in dat ge
val onze vordering in handen te stellen van
onze rechtsgeleerde raadslieden mrs. Klauw-
cate en Potman".
En nóg bejaarder geworden, reeds sinds
jaren ingetreden en -gevroren in de Groote
Maatschappij der In-Keurige knapen, wordt
ge geconseerd zélf uw boterham, uw dak
boven het hoofd en uw dagdienstbode te ver
dienen en neemt men gemakshalve aan, dat
ge u gefroisseerd zoudet betoonen zelfs je
gens hen, die sine ira en studio u een en
velop met inhoud zouden komen overhan
digen. Stel je vóór, een man van middelba
ren leeftijd, die nog zulk een kinderachtig
presentje accepteert!
En zoo zijt ge dan dus gezeteen temidden
uwer familieleden, die u allen een doosje ci-
garetten hebben medegebracht van een merk
en een kwaliteit, die heide niet voorzien in
een niet-bestaande behoefte en ge bepeinst,
hoe nu en juist en met recht nu zulk een
flapje van honderd u te stade zou komen om
eindelijk eens in eer en deugd en verstandige
'besteding te worden aangewend.
Nu eindelijk: gespeend van frivole driften
en nadeelige posten, zoudt ge dat oude
goede blauwe briefje eerst recht nuttig heb
ben kunnen besteden: een bescheiden hoedje
voor het hoedzuchtige gaaike hij voorbeeld
en wellicht nu eindelijk eens een Dunhill
voor u zelf.
Maar nu ge verstandig zijt geworden ein
delijk en te langen leste, nu is het tevens te
laat. De honderd popjes gaan uw met der
jaren stapeling spitser wordenden neus voor
bij en de verjaardag is nog slechts een hoog
tij van conventie-met-koekjes geworden.
Vroeger klomt ge, als minderjarig per
soon zijnde,' reeds bij het uchtendkrieken in
uwer ouders sponde om u' te laten begiftigen
met veel en velerlei.
Later keerdet gij wèlverzadigd uit het
ouderlijk huis terug naar Leiden om den
buit te verbrassen.
Nu zegt uw eigenste genoote: „Wel gefeli
citeerd en nog vele goede en vruchtdragen
de jaren en asjeblief" en overhandigt u
een geschenk, dat, hoe lief en goed ook ge
meend, tenslotte door u zelve bekostigd is.
Zoo worden die verjaardagen van den
ouden man stereotype momenten in een ste-
reotyp leven. En al mogen wij nog dankbaar
zijn voor de grooter-dan-door-de-weeksche
nadrukkelijkheid, waarmede de echtelijke
omhelzing plaats grijpt, al moge ook ik dank
baar zijn voor het vriendelijk bezoek mijner
aanverwante koekjes-eetsters en oude-klare-
drinkers, dit kan mij niet beletten met eeni-
gen, mijns inziens gerechtvaardigden wee
moed terug te denken aan het blonde ver
leden, toen één zak slechte rumboonen van
Mina-de-Meid een kostbaren schat betee-
kendeen toen ik mij positiever wenschen
formuleerde dan: nog vele jaren, zonder
ziek zijn, zonder pech, zonder zorgen, en hier
is een doosje minder slechte sigaretten dan
je gewend bent te rooken
Mr. E. ELLAS.
Mr. Van Scliaik voorzitter R.-K.
Kamerfractie.
In de gistermiddag gehouden vergadering
van de R.K. Tweede-Kamerfractie is het be
stuur dezer fractie als volgt samengesteld:
mr. J. R. H. van Schaik, voorzitter; ir. M. C.
R. Bongaerts, vice-voorzitter; J. G. Suring,
secretaris, dr. L. G. Kortenhorst, tweede se
cretaris; C. J. Kuiper, penning w^ter.
EXAMEN*
Vooi net machinistendipju. i i ge
slaagd de heer G. H. J. van der Veldt, te
Haarlem.