De taak van den Raad van State
Geslaagde inval in
Speelhol.
De naam van de kinderen
van Prinses Juliana.
Het lidmaatschap zeker geen sinecure
DONDERDAG 28 OCTOBER 1937
Acht mannen in Den Haag
gearresteerd.
Eenigen van hen waren
steuntrekkend.
Wederom heeft de Haagsche po
litie met succes een inval gedaan in
een perceel, waarvan zij vermoedde,
dat er reeds sinds eenigen tijd ge
legenheid werd gegeven tot hazard
spel, aan welk verderfelijk spel ook
sleuntrekkenden zouden deelnemen.
Het speelhol, gevestigd in een bovenhuis
Jacobstraat, was reeds geruimen tijd in de
gaten gehouden en Woensdagmiddag onge
veer 5 uur achtte de politie het oogenblik ge
komen een inval te doen.
Twee inspecteurs, een brigadier en acht
rechercheurs reden in een aantal auto's, op
genoemd tijdstip voor de deur van het bo
venhuis. Aan hun sommatie de deur te ope
nen, werd niet onmiddellijk gevolggegeven,
waarop de politiemannen de deur forceer
den door het raampje stuk te staan om ver
volgens het slot aan den binnenkant open
te maken.
In de gang en in de voorkamer troffen zij
acht mannen aan. Een van hen trachtte nog
te ontkomen, doch toen hij uit het raam aan
de voorzijde van het huis wilde springen, zag
hij, dat ook op de straat een aantal recher
cheurs had postgevat, waarna hij op zijn
voornemen terugkwam en rustig in de ka
mer terugging.
In een kast en in de zakken van de man
nen vond de politie een groot aantal speel
kaarten. Blijkbaar was het gezelschap door
de komst van de politiemannen dermate
verrast, dat men in zijn verbouwereerdheid
geen tijd had gevonden de speelkaarten te
doen verdwijnen.
De acht in den Haag woonachtige mannen
werden met een arrestantenwagen naar het
hoofdbureau van politie gebracht en later
na verhoord te zijn weer vrijgelaten.
Tijdens den inval was de hoofdbewoner van
het perceel afwezig. Hij heeft zich later op
het politiebureau gemeld, waar hem een ver
hoor is afgenomen.
Mr. Jolles president van liet
Amsterdamsche Hof.
Als opvolger van Mr. J. Kruseman.
Mr. Joh. M. Jolles is benoemd tot president
van het gerechtshof te Amsterdam als opvol
ger van mr. J. Kruseman, die Woensdag als
zoodanig zijn ambt neerlegde wegens het
bereiken van den 70-jarigen leeftijd.
Mr. Joh. M. Jolles werd in 1871 geboren, be
zocht het gymnasium te Amsterdam en stu
deerde daarna aan de hoofdstedelijke universi
teit in de rechten. Hij promoveerde op 30 Juni
1893 op een proefschrift getiteld „Wettelijke
interesse". Van 1893—1914 was mr. Jolles ad
vocaat en procureur te Amsterdam en te Bus-
sum. In 1914 volgde zijn benoeming in de ar'r.
rechtbank te Amsterdam, een functie, die hij
tot 1920 vervulde. In dat jaar werd hij in een
hooger rechtscollege benoemd. Van 1920 tot
1933 was hij raadsheer in het gerechtshof te
Amsterdam, in welk jaar hij benoemd werd
tot vice-president.
Van de publicaties van zijn hand noemen
we die op sociaal en maatschappelijk gebied
over „Onze Ziekenfondsen" (1902) en „Rap
port over banken van leening" (1904).
Mr. Jolles presideerde als raadsheer en later
als vice-president gedurende vele jaren de
strafzittingen van het gerechtshof. Naar wij
thans vernemenzal hij ook in de toekomst
een der beide strafkamers blijven voorzitter.
Nederlandscli-Duitsche onder
handelingen.
Over de regeling van het betalingsverkeer.
De regeeringspersdienst deelt mede:
In verband met het afloopen der
bestaande overeenkomst op het gebied
van het betalingsverkeer op 31 De
cember a.s., zijn op het ministerie
van economische zaken op 26 dezer de
onderhandelingen begonnen tusschen
de Nederlandsche en Duitsche dele
gaties over de regeling van het beta
lingsverkeer tusschen Nederland en
Duitschland van 1 Januari 1938 af.
Verzet legen het geprojecteerde
militaire vliegveld in Bergen.
Goud der Utrechtsche Studenten
gevonden?
Aangehoudene blijft echter ontkennen.
De Utrechtsche recherche heeft in samen
werking met haar Amsterdamsche collega's
een Amsterdamsch opkooper aangehouden,
die bij een goudsmid in de hoofdstad een
klomp goud te koop aanbood.
Men vermoedt, dat dit goud afkomstig is
van de inbraak die Vrijdagnacht is gepleegd
in het tandheelkundig instituut te Utrecht.
De aangehoudene geeft zulks 'echter tot dus
verre niet toe.
MEISJE OVER BOORD GEVALLEN EN
VERDRONKEN.
Woensdagmiddag is het vijftienjarig meisje
M. Broekmeulen in den vaargeul van het Ke-
teldiep op het IJsselmeer, ongeveer tien a
twaalf K.M. buiten Ketel van een tjalk
gevallen en verdronken.
De vader heeft nog pogingen gedaan om het
meisje te redden doch deze faalden evenwel.
Rusland bestelt vier baggermolens.
De directie van de scheepswerf „De Klop"
te Sliedrecht heeft order gekregen tot den
bouw van vier zelfvarende baggermolens, elk
van een emmer inhoud van 1100 liter, be
stemd en voor rekening van de Russische
legeering.
Een bedrag van 5000.toegezegd als elders
een terrein wordt gevonden.
Naar wij vernemen is door meer dan 1700
bewoners en badgasten van Bergen afkomstig
uit het geheele land en uit alle kringen der
burgerij een petitie aan den minister van
Defensie gezonden met verzoek om het mili
tair vliegveld, dat op slechts 1 K.M. van den
buitensten woonrand van Bergen is geprojec
teerd, nog elders te vestigen.
Adressanten, die de noodzakelijkheid eener
krachtige defensie volkomen inzien, doch het
rustige en zeldzaam mooie stukje natuur
liefhebben, achten het onbegrijpelijk dat el
ders geen geschikt terrein meer te vinden is
en wijzen o.a. op den vennen waterspolder, of
den Sammenpolder bij Egmond, die uit de
zelfde grondsoort bestaan als de Bergermeer
en niet beneden A. P. zijn gelegen.
Voorts werd een bedrag van f 5000 ten be
hoeve der Defensie toegezegd, indien het
mocht lukken alsnog elders een geschikt ter
rein te vinden.
Oranje-Nassaugaat aan
„Van Lippe-Biesterfeldvooraf
De Staatscourant van Woensdagavond,
bevat het volgende Koninklijk Besluit:
(Staatsblad no. 5)
Besluit van den 26sten October 1937
betreffende den naam, te dragen
door de kinderen van Hare Ko
ninklijke Hoogheid Prinses Juliana.
Wij Wilhelmina, bij de gratie Gods,
Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
verlangende, dat de naam van het
geslacht, waaruit wij zijn gesproten en
waaraan voor ons en voor het Neder
landsche volk zoo dierbare herinnerin
gen zijn verbonden, ook voor de kin
deren van onze beminde dochter be
houden zal blijven, en overwegende, dat
in dit verlangen door onze dochter en
haren gemaal wordt gedeeld.
op de voordracht van onzen Minister
van Justitie van den 4den Januari 1937,
kabinet no. 487, h.,
hebben goedgevonden en verstaan:
toe te stemmen, dat de naam „Oran
je-Nassau" zal worden gedragen door
alle kinderen van onze beminde dochter,
met en benevens den naam, welken zij
aan het geslacht van hunnen vader
ontleenen, met dien verstande, dat aan
laatstbedoelden naam zal voorafgaan
de naam „Oranje-Nassau", zoodat ge
noemde kinderen, onverminderd den
titel van prins of prinses der Nederlan
den en de hun verder toekomende titels,
zullen worden genoemd „Prins (prin
ses) van Oranje-Nassau, prins (prin
ses) van Lippe-Biesterfeld".
Onze Minister van Justitie is belast
met de uitvoering van dit besluit, dat
op een nader te bepalen dag in het
Staatsblad en in de Staatscourant zal
worden geplaatst.
's Gravenhage, den 8sten Januari 1937
WILHELMINA.
De Minister van Justitie,
Van Schaik.
Op de voordracht van onzen Minister
van Justitie van den lsten October 1937,
kabinet no. 416, d.,
hebben goedgevonden en verstaan:
als dag, waarop bovenstaand besluit
in het Staatsblad en in de Staatscou
rant zal worden geplaatst, aan te wij
zen den dag, volgende op dien der dag-
teekening van dit besluit.
Onze Minister van Justitie is belast
met de uitvoering van dit besluit, dat
in het Staatsblad ten in de Staatscou
rant zal worden geplaatst.
Het Loo, den 26sten October 1937.
WILHELMINA.
De Minister van Justitie,
C. Goseling.
Uitgegeven den zeven en twintigsten
October 1937.
De Minister van Justitie,
C.. Goseling.
Woning in brand gestoken?
Moeder en zoon aangehouden.
AMSTERDAM, 27 October. In den nacht
van 17 op 18 October heeft, naar men zich
zal herinneren, tijdens afwezigheid van de be
woners een binnenbrand gewoed in het bene
den huis van perceel 18 'op den Hoogeweg.
Aangenomen werd, dat de brand was ont
staan door het onoordeelkundig zetten van een
kachel, die niet op een plaat, doch direct op
den vloer dus niet geïsoleerd was geplaatst.
De politie van het bureau Linnaeusstraat
heeft echter nog een nader onderzoek inge
steld naar de oorzaak van dit brandje, waarbij
een deel van het benedenhuis en de inboedel
in de vlammen opgingen.
Dit onderzoek heeft uitgewezen, dat hier
vermoedelijk van brandstichting sprake is.
Verdacht van vermoedelijke brandstichting
zijn thans twee personen aangehouden, een
43-jarige vrouw, die gescheiden van haar man
leeft en haar 24-jarige zoon. Beiden hadden
de woning kort tevoren gehuurd en deze zeer
poover ingericht. Zij hadden de „inboedel",
welke slechts uit enkele waardelooze meubels
bestond, echter verzekerd voor de somma van
5000.
Het tweetal zal thans ter beschikking van
den officier van justitie worden gesteld.
Tegen moeder en zoon is voor een dergelijk
feit reeds eerder te IJmuiden een onderzoek
aanhangig geweest.
KNAAPJE DOOR VRACHTAUTO AANGE
REDEN EN GEDOOD
Woensdagnamiddag is het zevenjarig zoon
tje van de familie Smit op den weg van Al
melo naar Ootmarsum door een vrachtauto
van den expediteur Kienhuis uit Denekamp
gegrepen en op slag gedood.
Den chauffeur treft geen schuld, daar het
kind plotseling den weg is overgestoken.
Enkele beschouwingen in
verband metdebenoemingvan
prof. mr. Aalberse
De benoeming van Mr. Aalberse, den voor
zitter van de Tweede Kamer, tot lid van den
Raad van State heeft onwillekeurig in bree-
den kring bij hen, die niet (meer) alles afwe
ten van onze staatsinrichting, belangstelling
voor laatstgenoemd college opgewekt.
Hier en daar mag men misschien de mee
ning toegedaan zijn geweest, dat er nu voor
den Kamerpresident, zoodra hij deze functie
zal hebben neergelegd, verder een tijdperk van
zeer weinig werk zou aanbreken, aangezien het
lidmaatschap van den Raad van State niet
heel veel meer dan een sine cura zou wezen,
de werkelijkheid is anders. Zeker, het maakt
natuurlijk een verschil uit, of men tot taak
heeft dag in, dag uit behalve dan geduren
de de parlementaire vacanties den hamer
te hanteeren in 's lands vergaderzaal, wat
tevens met zich meebrengt, dat men drommels
goed thuis behoort te wezen in de aan de orde
zijnde of komende onderwerpen, dan wel of
men deel uitmaakt van den Raad van State.
Dit wil echter allerminst zeggen, dat degenen,
die in dat hooge college zitting hebben, geen
arbeid van beteekenis meer te vervullen zullen
krijgen.
Waarop immers komt de taak van den Raad
van State neer?
In de eerste plaats heeft hij over alle door
de Regeering bil de Staten-Generaal in te
dienen wetsontwerpen advies uit te brengen.
En hoewel het best kan wezen, dat de Regee
ring tenslotte veelvuldig geheel of ten deele
in strijd met het advies van de heeren staats
raden, voorstellen bij het Parlement aanhan
gig maakt, ontslaat deze mogelijkheid den
Raad geenszins van den plicht om nauwkeurig
de wetsontwerpen, zooals ze daar binnen
komen, te bestudeeren. Men bedenke wel, dat
het maken van wetten verre van eenvoudig
is. en dat het licht kan gebeuren, dat los
nog van andere feilen, welke aan een wets
voorstel kunnen kleven een ontwerp in ver
band met de Grondwet of met reeds bestaande
wettelijke bepalingen, niet zonder meer kan
worden aangenomen. Het ligt juist op den
weg van den Raad van State om er op te let
ten in hoeverre een bepaald ontwerp wel of
niet goed past in heel ons raderwerk van wet
ten enz.
Intusschen valt niet te loochenen dat ten
gevolge van inrichting en werking van ons gan-
sche staatsbestel, staatkundig, de invloed van
den Raad van State op het wetgevingsproces ge
meenlijk niet heel groot zal zijn. Immers, ten
slotte gaat de Regeering bij zichzelf te rade
wat haar verantwoordelijkheid tegenover het
Parlement eischt met betrekking tot hetgeen
zij al of niet zal verdedigen. Gesteld bv. dat
de Raad van State zekere voorstellen minder
gewenscht acht, doch dat de Ministers van
oordeel zijn, dat zij die voorstellen wel moe
ten indienen, aangezien aanneming daarvan
in hun oogen in 's lands belang ware en
tevens in overeenstemming met hetgeen de
volksvertegenwoordiging verlangt. Welnu, in
een dergelijk geval laat de Regeering het on
gunstige advies van den Raad van State een
voudig voor wat het is en volgt zij haar eigen
weg. Er is nog een tweede omstandigheid die
meermalen er toe zal leiden, dat een wet in
het staatsblad verschijnt op welks inhoud ten
slotte de Raad van State bitter weinig invloed
heeft kunnen uitoefenen: Ik denk aan de mo
gelijkheid, dat een ontwerp tijdens de be
handeling in de Tweede Kamer in belangrijke
mate wijzigingen ondergaat tengevolge van
een succesvol gebruik maken door de afge
vaardigden van het recht van amendement:
over amendementen adviseert de Raad nl.
niet.
Alles te zamen genomen kan men misschien
wel zeggen, dat zijn arbeid eigenlijk veel en
veel meer beteekenis heeft, zoodra de Regee
ring bij hem aanklopt om advies uit te bren
gen over algemeene maatregelen van bestuur.
Immers hierbij komt de volksvertegenwoordi
ging niet te pas en dus is het dubbel goed, dat
de Ministers, wanneer zij zulke maatregelen
uitgevaardigd willen zien en op die manier
toch veelal belangrijke de burgers bindende
voorschriften in het leven wenschen te roe
pen, tenminste het oordeel van den Raad van
State moeten inroepen.
De staatsraden hebben echter nog meer te
doen. Zij worden ook gehoord over eventueel
door de Regeering te nemen besluiten tot ver
nietiging van besluiten van provinciale of ge
deputeerde staten en van gemeentebesturen.
En dan is er tenslotte de afdeeling van den
Raad van State die zich met de bestuursge-
schillen heeft bezig te houden. Ingeval nl. een
burger meent om nu maar eens dit eene
voorbeeld te nemen dat een overheidsorgaan
hem onrecht heeft aangedaan (men denke aan
pensioen- en ontslagkwesties, aan het weige
ren van autobus-concessies enz.) kan hij ten
slotte van de beslissing, welke te zijnen op
zichte getroffen was, bij de Kroon in beroep
komen. Voor de afdeeling „geschillen van be
stuur" kan hij, of zijn advocaat, zijn zaak be
pleiten, gelijk het overheidsorgaan in kwestie
op zijn beurt eveneens een pleidooi mag (doen)
houden. Uiteindelijk heeft de Kroon uit te
maken wat er zal gebeuren. Doch omtrent deze
vraagt brengt genoemde afdeeling van den
UIT DE STAATSCOURANT.
Bij K.B. is aan mr. J. Kruseman op zijn
verzoek met ingang van 1 November 1937
eervol ontslag verleend als president van het
gerechtshof te Amsterdam, onder dankbetui
ging voor de gewichtige door hem in verschil
lende rechterlijke betrekkingen bewezen dien
sten; en is benoemd bij dit gerechtshof tot
president: mr. J. M. Jolles, thans vice-presi
dent bij gemeld gerechtshof; tot vice-presi
dent: mr. P. A. Rutgers van der Loeff, thans
raadsheer in gemeld gerechtshof.
Bij K.B. is benoemd tot commandeur in de
orde van Oranje-Nassau: mr. J. Kruseman,
president van het rechtshof te Amsterdam.
Bij K.B. van 25 October 1931 is aan A. de
Ruyter, op zijn verzoek, het ingang van 1
November 1937, eervol ontslag verleend als
burgemeester der gemeente Haar.en.
Bij K.B. van 25 October 1937 is met ingang
van 15 November 1937 benoemd tot burge
meester der gemeente Oost- en West-Souburg:
A. H. S. Stemerding.
De nieuwe Burgemeester van Oost- en West-
Souburg, de heer A. H. S. Stemerding, werd
15 December 1893 te Pernis geboren.
Na een kweekschool te hebben doorloopen,
was hij van 1912 tot 1916 onderwijzer, en
daarna drukker en uitgever. In 1931 werd de
heer Stemerding gekozen tot lid van den ge
meenteraad van Rotterdam, van welke ge
meente hij in 1932 tot wethouder voor sociale
belangen en arbeidsaangelegenheden werd
benoemd.
Raad van State advies aan de Kroon uit en
wanneer de Koninklijke beslissing tenslotte
van dat advies zou afwijken, moet met de be
slissing ook het oorspronkelijk advies gepu
bliceerd worden en dient men tevens bekend
te maken om welke redenen men van het advies
heeft afgeweken.
De afdeeling voor de bestuursgeschillen telt
5 leden in totaal en heeft tot voorzitter den
vice-President van den Raad van State, ter
wijl de 9 overige afdeelingen uit 3 leden be
staan en de onderwerpen behandelen (ter
voorbereiding voor het werk van den Raad in
zijn geheel) departementsgewijs.
Nog daargelaten, dat ingevolge de Grond
wet de Raad van State met de waarneming
van het koninklijk gezag belast wordt, indien
bij het openvallen van den troon er geen troon
opvolger noch een Regent aanwezig is, kan.
dunkt me, reeds in het licht van de normale
werkzaamheden van dit college, toch zeker
terecht worden vastgesteld, dat het lidmaat
schap daarvan heusch heel wat meer om het
lijf heeft dan alleen maar, of in hoofdzaak, het
bezetten van een eervolle functie. In tal van
opzichten zien zich onze staatsraden geroepen
tot de verrichting van belangrijk werk. Vooral
aan juristen kan deze werkkring veel voldoe
ning schenken. Zelfs al weten zij drommels
goed, dat men meer dan eens naar hun wijze
raadgevingen niet of nauwelijks zal luisteren.
Met het uitbrengen van hun advies weten zij
in elk geval hun plicht gedaan te hebben. En
tenslotte kan toch wel degelijk voorkomen,
dat zij met hun streven om als trouwe wach
ters voor Grondwet en wet op te treden, wèl
het gewenschte resultaat bereiken, dat zij nl.
afwijkingen van het rechte pad vermogen te
voorkomen.
Wie overloopt van politieke strijdlust zal
natuurlijk goed doen, geen zetel in den Raad
van State te aanvaarden, want daar is voor
den gewonen staatkundigen strijd geen plaats.
Het feit, dat thans Mr. Aalberse een benoe
ming tot staatsraad heeft aanvaard, wil zeg
gen, dat hij tevens afscheid neemt van het
politieke strijdgewoel, al moge het dan een
heel enkelen keer wel eens gebeurd zijn, dat
een lid van den Raad van State zich tenslotte
nog geroepen zag (b.v. Cort v. d. Linden in
1913) een belangrijke rol op staatkundig too-
neel te vervullen. Maar een dergelijk geval be
hoort dan ook tot de uitzonderingen, die den
regel bevestigen.
Dr. E. v. RAALTE.
Een halve eeuw geledi
en
Verzet tegen het cadeaustelsel.
Congres te Utrecht gehouden.
Te Utrecht is een congres voor wettelijke
beteugeling van het cadeaustelsel gehouden.
Aan het slot der bijeenkomst is een uitvoerige
resolutie aangenomen, waarin tot de ontoelaat
baarheid van dit verkoopsysteem wordt gecon
cludeerd, o.m. omdat:
het cadeaustelsel als verkoopmethode on
waarachtig en misleidend is;
het cadeaustelsel in zijn huidigen omvang
en veelzijdigheid van toepassing ernstig af
breuk doet aan de eerlijkheid, oprechtheid en
klaarheid van de verhouding tusschen produ
cent, distribuant en consument en hierdoor
in ernstige mate de uit economisch- en maat
schappelijk oogpunt van groote beteekenis
zijnde nuttige functies, welke de regelmatige
handel voor de samenleving vervult, schaadt
zonder daar iets beters tegenover te stellen;
het cadeaustelsel door zijn wezen den prijs
der artikelen verdoezelt en het voor het pu
bliek zeer moeilijk zoo niet onmogelijk maakt
zich een goed oordeel te vormen over de
waarde van hetgeen het koopt en het prikkelt
tot het doen van onnoodige-, onjuiste- en on
tijdige uitgaven, waardoor een zoo goed en zoo
nuttig mogelijk besteden van het inkomen
wordt belemmerd;
het cadeaustelsel een distributievorm is,
waarbij hét belang van den distribuant bij het
cadeau of nevenartikel goeddeels ontbreekt
en voor zooverre aanwezig bijna steeds van
tijdelijken aard is en volkomen ondergeschikt
aan datbij het hoofdartikel, waardoor niet
de gebruikelijke en noodzakelijke behoed
zaamheid in acht worden genomen ten opzich
te van de distributie dier bij-artikelen, dat
hierdoor vaak groot en blijvend nadeel wordt
toegebracht aan de publieke waardeering voor
deze artikelen, waardoor de normale handel
der getroffen branches de. noodige bedrijfs-
stabiliteit verliest en in voortdurende onrust
wordt gehouden als gevolg van de oneerlijke
concurrentie haar door het cadeaustelsel aan
gedaan;
de particulier-economische voordeelen, welke
het cadeaustelsel voor een of meer deelen van
bevolkingsgroepen zou kunnen opleveren, niet
mogen worden aanvaard, indien ze worden
verkregen met moreel ontoelaatbare middelen,
aangezien het economisch handelen onderge
schikt moet zijn aan de ethische normen.
Aan het bestuur van het „Nationaal comité
tot beteugeling van het cadeaustelsel" is op
gedragen er met den meesten klem bij regee
ring en Staten Generaal op aan te dringen,
dat de betreffende verkoopmethode zoo spoe
dig mogelijk wettelijk wordt beteugeld en zulks
met in aanmerking nemen van den aard en
veelzijdigheid van de consequenties van dit
handelseuvel.
Uit Haarlem's Dagblad van 1887
Jachtje stuurloos bij Marseille
aangetroffen.
Twee Nederlanders onder de vier vermiste
opvarenden.
Het A.N.P. verneemt uit Marseille, dat een
onderzoek, ingesteld naar de identiteit van
de vier opvarenden van het jachtje Coqueli-
cot, dat stuurloos en zonder opvarenden werd
aangetroffen bij het eiland Riou (in de buurt
van Marseille) heeft uitgewezen, dat de
eigenaar van dit schip een Nederlander zou
zijn geweest, nl. de 25-jarige heer Brodhaag.
Een jonge vrouw, die zich eveneens aan
boord moet hebben bevonden, zou Maria
Cornelia Wamelen heeten. Deze is op 21
Januari 1916 te Utrecht geboren.
De beide andere opvarenden waren Fran
cisco Hernandez de Agierro. de 24-jarige
zoon van den Cubaanschen zaakgelastigde
te Brussel en Santiago Alonso Yllera, een
26-jarige jongeman. Het schijnt, dat dit ge
zelschap door een storm is verrast en, wei
nig bedreven in het zeilen, over boord is ge
slagen. In het jacht bevond zich een groote
voorraad wapenen, geneesmiddelen, gereed
schappen en verscheidene zeekaarten, uit
welke laatste valt af te leiden, dat de jon
gelui van plan waren een langdurigen kruis
tocht te maken naar Napels en Zuid-Italië.
Geen enkel slachtoffer is gevonden.
28 October:
De volgende week zullen op de Tpp
kenschool voor Kunstnijverheid alhier hI
lessen in kunstgeschiedenis en sHiiw
weder beginnen. y er
De heer Von Saher directeur do,,
school, stelt zich voor om in een reev
van voordrachten, die gedurende 4 <51
maanden elke week gegeven zullen
den, een algemeen overzicht te eevJn
van de geschiedenis en de ontwikkelW
der plastische kunsten bij de verschil0
lende volken in de verschillende land?»
Deze cursus zal in hoofdzaak behang
len de oudheid, de middeleeuwen en dp
renaissance, verder een algemeen over
zicht der kunstontwikkeling in de Np*
derlanden. Deze lessen kunnen worden
bijgewoond tegen betaling van fin
voor den geheelen cursus.
Nederlanders bij verkeersongeval
in België verongelukt.
Tc Heverlee, een plaatsje bij Leuven isEtn
auto, bestuurd door den heer Jansen uit Ber
gen op Zoom in botsing gekomen met eei
vrachtauto. De héér Jansen moest in zor°-
wekkenden toestand naar het St.-Pieters-
hospitaal te Leuven worden overgebracht
De heer Jan Fonck, die eveneens* van Ne»
derlandsche afkomst is, doch te Brussel woont
en ook in de auto zat, werd op slag gedood
HET DUSSELDORP-MEER OP NIEUW-
GUINEA
Het „Bat. Nwsbld." meldt het volgende:
Gelijk men zich zal herinneren, werd eeni-
ge maanden geleden in het binnenland van
Nieuw-Guinea een nieuw meer ontdekt, dat
den naam ontving van het Dusseldorp-meer
naar den vlieger die het ontdekte. Hierom
trent valt het volgende te melden.
Het meer ligt, ruw geschat, op ongeveer 30
km. N. t. W. van Kaukenau (Mimika-kust),on
een hoogte van 1600 a 1300 meter. De groot
ste lengte is 15 km. Het meer schijnt diep te
zijn en is omgeven door kilometers lange
grasvlakten, in welke kampongs en met zorg
bewerkte tuinen liggen. De bevolking beschikt
over een niet onbelangrijk aantal prauwen,
welke zij o.m. voor vischvangst op het meer
bezigt.
Plannen tot verkenning
Het zal duidelijk zijn, dat het eerste wat
noodig is, een nadere verkenning van het ge
vonden meer is. De daarvan gegeven beschrij
ving doet vermoeden, dat men 99 procent
kans heeft, dat het voor het gebruik van wa
tervliegtuigen geschikt is. Uiteraard is aan
een eerste daling op het meer eenig risico
verbonden, indien men het niet van te vo
ren van de aardoppervlakte af in oogen-
schouw heeft kunnen nemen. Dergelijke en
grootere risico's zijn bij verschillende vlieg
tuig-expedities in Australisch Nieuw-Guinea
(Brandes en Archibold) aanvaard. Het Nieuw
Guinea Comité heeft den Gouverneur-Gene
raal voorgesteld, dat de Marine, die reeds zoo
veel lauweren heeft geoogst bij de exploratie
van Nieuw Guinea's binnenland, thans weer
daaraan zal deelnemen door dit meer nader
te verkennen met een harer moderne zee
vliegtuigen.
De verschillende instanties en lichamen, die
in aanmerking komen voor het verrichten
der gecombineerde landexpedities met geza
menlijk uitgangspunt, hebben dan een vasten
grondslag. Het Nieuw-Guinea-Comité denkt
zich de gezamenlijke expeditie als in totaal
bestaande uit 5 groepen, n.l. een groep voor
bestuursdoeleinden, een groep bestaande uit
een anthropoloog en een wetenschappelijk
geoloog, een zendingsgroep, een biologischs
groep en een mijnbouwkundige groep. Het
N. G.-comité komt tot een totaal aantal per
sonen van 10 Europeanen, 41 man veldpolitie,
15 man hooger Inlandsch personeel van bui
ten Nieuw Guinea en 83 dragers en dwang
arbeiders, totaal 149 personen van de kust.
Bij gunstig weer zal het zeker mogelijk zijn
2 a 3 vluchten per dag te maken.
VOGELTREKSTATION TEXEL.
Het vogeltrekstation Texel heeft zijn me
dewerkers verzocht hun waarnemingen he
denochtend te hervatten en door te gaan zoo
lang het gunstige weer aanhoudt.
Kranig werk verricht hij berging
van de „Axel'\
Lading practiscli zelfs droog" gebleven.
De kranten in Emden roemen het bergings
werk van de „Oceaan" en de „Holland me
het door de bemanning verlaten Zweedscne
schip „Axel" behouden hebben binnenge
bracht, zeer. De bladen schrijven o.m.:
De 15 koppen tellende bemanning van a
met gerst geladen Axel, was, toen net scnp
ieder oogenblik dreigde te zinken, overgeno
men door een Duitsch stoomschip, de „te
Heumann" en van dezen Hamburger naaa
de Oceaan en de Holland het bericht gekrege
in welk een desolaten toestand de Axel roi -
dreef. Weinige uren later, Zondagmor.
omstreeks 10 uur, waxen de sleepbooten
bij het verlaten vaartuig, dat een slagzi;n
van meer dan 40 graden. De verschans:
was voor een groot deel vernield en
machinekamer stond geheel onder wa
Bij de uiterst ruwe zee was het buiwng -
woon moeilijk verbinding te krijgen met
wrak maar niettemin slaagde men erini ro
een sloep drie man aan boord te brengt-"-
Zoodra deze de noodige trossen hadden a
bracht, verlieten zij op lijfsbehoud becta
ijlings het schip, dat elk oogenblik kon k.
sijzen. En toen werd terstond de tochtn
Emden aangevangen, 't Was een zwam
in den storm, die het onbestuurde
kens weer aanviel en water naar binnen*
gerde, doch de „Oceaan" bleef langszu
oompte heel den langen weg. Het volhou
rad succes. Na een paar uur was men
Borkum en tenslotte kon men de Ka» -
wateren van de Eems opstoomen, waar
veilige haven van Emden wachtte.
Ofschoon het water, dat van achrere
het schip is geslagen reeds weer vuor
groot deel was weggepompt had net s
toen het aan de kade gemeerd lag, wen
zware slagzij tengevolge van het overs
van de lading. Deze lading zelf was pra
droog gebleven en had dus haar waarae.
houder, wal voor de bergers een extra D"
kansje zal beteekenen, wanneer het neio
wordt vastgesteld.