LUCHTVERDEDIGINGSOEFENINGEN Rechter zonder genade Tijdens de cross-country der Kon. Militaire Sportvere'eniging, welke Donderdag in de omgeving van Den Haag werd gehouden, werd voor de deelnemers heete chocolade verkrijgbaar gesteld. De «opperschenkers» warmen zich bij het vuur De ontvangst van Koning Leopold van België door het gemeentebestuur van Londen had in de Guildhall plaats. Naast den Koning de Lord Mayor der Engel- sche hoofdstad, sir Harry Twyfofd De kapitein van de «Statendam», de heer J. J. Bijl, is benoemd tot gezag voerder van het grootste mailschip der Nederlandsche koopvaardijvloot, de «Nieuw Amsterdam» FEUILLETON door GEORG FROESCHEL. 38) Dr. Kislinski was zoo woedend, dat hij met zijn actentasch klets op zijn lessenaar sloeg en zonder om te kijken de zaal uitloopt. Of de sentimenteele ezel daarop zijn vrouw op zijn knieën vergiffenis gesmeekt heeft en met haar arm in arm naar hun huis gewandeld is, weet hij niet. In elk geval moesten advoca ten een vereeniging oprichten om hen te be schermen tegen zwakzinnige cliënten." Zoo ongeveer vertelde Kislinski het verloop van het proces van Stiewekind tegen Stiewe- kind toen hij dien avond aan zijn bridge- tafeltje zat. Eerst nadat hij achterelkaar drie robbers gewonnen had. verzoende hij zich weer met de wereld. Dat was dan het slot! een bioscoopachtig happy-end van een burgerlijk drama. Het zwakke, stupide, geduldig wachtende vrouwe lijke had het listig, energiek, krijgshaftig en mannelijke element verslagen, Waldemar Stie wekind erkende zijn onrecht, was van zijn ver blinding genezen en keerde gelouterd tot zijn vrouw terug. Oogenschijnlijk was nu alles in de beste orde. de verkeerde daad van den rechter had slechts goede gevolgen gehad, het succes, de goede resultaten voor elk persoon afzonderlijk be reikt. heiligden in de aardsche begripper het middel waarvan hij zich bediend had. XXV. DE MAN IN DE SCHADUW. t De rechter had zijn verkeerd© daad niet ge pleegd ten eigen voordeele, ook niet door licht- zinnigen moedwil gedreven. Alle folteringen had hij geduld, alle dwang, alle pijnen die een sterk hart. een innerlijk zedelijk karakter ten onder moesten brengen, hadden zich tegen hem moeten vereenigen, voor hij die daad be ging. Nu was geschied wat ontelbare malen reeds geschied was en dat ook tallooze keeren zou geschieden. Geen werkende bliksemstraal viel uit den hemel, geen afgrond opende zich om den misdadiger te verslinden, het leven ging verder. Het gleed over Questenbergs daad heen, liet het in het verleden verzinken, en het zou geheel volgens de menschelijke natuur geweest zijn. als ook de rechter zijn daar in steeds diepe diepten van zijn gevoel en zijn ziel had laten zinken. Het zou menschelijk geweest zijn als Questenberg, omdat hij vergeten wilde, zijn meineed vergeten had en dat hij weer teruggekeerd zou zijn in het rechte spoor van zijn welgevorderd leven, maar Questenberg. de rechter van instructie, de ambtenaar, de echtgenoot, die in al het andere geleek op andere rechterse, op andere ambtenaren en echtgenoten, was op dit eene punt onnatuur lijk, een uitzondering. In de oerwouden bestaan reuzenslangen, die zonder hun prooi te verscheuren een ree, of een jongen buffel inslikken kunnen. Geweldig gespannen, tot berstens toe welft zich hun lichaam om de doorgeslikte prooi, loodzwaar en als verlamd ligt de python wekenlang stil, het schijnt dat hij stervende is maar hij verteert toch tenslotte het naar binnengewurgde kada ver. Questenberg, die tot de soort menschen behoorde, die er aan gewend zijn ongehoorde misdaden, schandelijk onrecht, verschrikke lijke afschuwlijkheiden dagelijks te verwerken, stierf aan een kleinigheid, aan een nooit ont dekt oninteressant meineedje. Uiterlijk was er aan hem na den dag van de behandeling niets te bespeuren. Hij wandelde naar zijn bureau, een voorname, zorgvuldig ge- kleede. een tikje bleek uitziende man van in de dertig, hij liep, onopvallend, een van duizenden door de lawaaierige straten naar het plompe, zware gebouw op den, nok waarvan een stand beeld van de gerechtigheid met het zwaard opgeheven stond. Toen ging hij aan zijn volgeladen schrijftafel zitten en vorschte naar misdrijven, dwong be kentenissen af, vaardigde bevelen tot arres tatie uit, was scherpzinnig en onverbiddelijk, opdat het beleedigde recht gewroken kon wor den. Op een bepaald uur reed hij terug naar huis, kuste zijn vrouw, die hem tegemoet trad, ging aan de gedekte tafel zitten, at en dronk, keek de krant in. ging op den divan liggen en deed alsof hij sliep. Zoo ging de eerste dag en de eerste nacht voorbij, Marianne sliep naast hem, lag als een kind op het kussen, ademde diep en rustig in haar zekerheid, grijsachtig licht kwam door de jalouzieën, een bundel van helle zonne- lichtstrepen verschenen op den muur, een nieuwe dag was aangebroken. De dagen volgden el kaai* op, dan weken ge vuld met het zelfde doen. dezelfde plichten, dezelfde gedachten. Alfred Questenberg hield zichzelf onder strenge controle, hield zichzelf strak in toom en deed plichtsgetrouw wat het uur hem bood. Hij had de kracht geërfd om met moede ledematen in het gelid door te blij ven marcheeren. hij strompelde niet, hij ver brak het gelid niet, zwijgend en met een zwaar hart liep hij in de maat door. Nog had hij de gave om zichzelf te kunnen gadeslaan niet. verloren en hij verweerde zich tegen de onzichtbare verstikking, de innerlijke verdorring. Maar het hielp niets, dat hij ver- strooing zocht, dat hij zich tot menschen en boeken wendde om in zich nieuwe levens-inte ressen wakker te roepen. Door een eigenaardige splitsing van zijn per soonlijkheid zag hij zichzelf, zooals hij zich thuis en op het bureau bewoog, zooals hij sprak en werkte, at en uitrustte en het werd hem steeds duidelijker dat hij dit alles niet uit zich zelf deed, maar als tooneelspeler op de plan ken een ingestudeerde rol speelde. De rechter en echtgenoot Questenberg bestonden niet meer, van nu af aan was er slechts een man, die op hem leek. die zijn rol speelde. De wer kelijke Questenberg had het recht_op aich zelf verloren, toen hij de kern van zijn wezen ver nield had. Dat yvas het: niet om zijn brood te verdie nen, niet terwille van de positie en niet uit een lauw interesse voor de koele, juridische gedachten-vormen was hij rechter geworden. Voor hem was het recht het levende middel punt van zijn denken en voelen, toen hij daar tegen zondigde, vernielde hij zijn eigen funda menten en tuimelde, als een dier waarvan men gedurende een vivisectie de evenwichtsorga nen weggenomen heeft, door een zinnelooze wereld. Misschien zou hij weer een houvast gevonden hebben, als hij uit zijn beroep ge vlucht was en als boer, koopman of hand werker opnieuw begonnen was. Maar hij was zoo vastgegroeid aan abstract denken, dat voor dat. wat men het practische leven noemt, hem verstand, kijk en moed ontbraken. Hij kon slechts oordeelen over de daden van anderen volgens het schema van zijn wetten, hij had zoo hoog boven het andere leven, waarvan slechts brokstukken misère naar hem toe kwa men, geleefd, dat het hem een onmogelijk iets scheen om zich zelf in de branding te storten en met eigen armen zich door de golven heen te worstelen. Verward, verdoofd, niet begrijpend, was hij blijven staan, toen Roland Ravenner hem van zijn verdere plannen voor het leven vertelde. Questenberg ontmoette den advocaat, die sedert twee maanden met Ethel getrouwd was, in de buurt van zijn flat. Ravenner zwaaide met zijn hoed, holde over straat en vatte den rechter onder zijn arm. .,Waar ga je naar toe, ouwe jongen? Nog steeds braaf aan het werk op de muffe acten en die beste, oude gauw dieven aan het verhoor en?" „Wat anders zou ik moeten doen?" vroeg Questenberg, terwijl hij zijn arm vrijmaakte. ,,Ga jij dan niet naar je griffie?" „Mijn griffie?" Ravenner deed het gebaar na van een goochelaar, die iets in de lucht doet verdwijnen." Hokus-pokus, mijn griffie is weg, in atomen uit elkaar gespat, in het Nirwana verzonken Ik heb de deur er van achter mij gesloten toen ik ging trouwen en daag wil meepraten moet daar geweest zijn en nu denk ik er natuurlijk heelemaal niet meer aan om de toga weer aan te trekken. Voor mijn part vreten de muizen mijn acten op." „Wat doe je dan nu?" „Voorloopig niets, ik wacht af tot men my roept. Ik kan praten, ik kan schrijven, ik heb wat van de wereld gezien en zie er zelfs vry behoorlijk uit ze zullen me wel roepen. De meeste lust heb ik om het eens in de politiek te gaan probeeren." „En welke partij zou je kiezen?" Ravenner werd ernstig. „Ja weet je, daar over ben ik het met mezelf nog niet eens. Voor iemand zooals ik zou slechts een vleugelpartij in aanmerking komen, maar niet iets al te radikaal. Maar ik heb nog geen beslissing ge nomen; zoodra Ethel weer beter is en wij onze eerste soirées geven „Is je vrouw dan ziek?" „Ja, ze ligt sedert een paar dagen in een kliniek, blindedarmontsteking Ver, als schaduwen, die langs den horizon trokken, gleden zulke ontmoetingen met de ge stalten uit de rustelooze, gedachtenlooze wer kelijkheid aan Questenberg voorbij. Hijmat de menschen niet meer volgens een ze del ijken standaard, deelde ze niet meer in de catego- riën van rechtvaardigen of onrechtvaardiger moe en gevoelloos dwaalde hij door de wereia, welker chaos slechts een weerspiegeling was van zijn innerlijke onrust. Wanneer zich van buiten geen re°ü 5 voordeed, wanneer hem niemand bij de hand nam en uit de gangen van het labyrinth, waar in hij verwdaald was, hielp, dan moest hij m duisternis en eenzaamheid ondergaan. Maar hij bleef op zich zelf aangewezen, Marianne hielp hem niet. Zij had geen idee van zijn nood, zij voelde niet aan wat er met hem ge beurde, zij besefte niet, dat hij leed, zij raadae niet hoezeer hij haar noodig had. Het &elM egoïsme van het komende moederschap nao de onzichtbare band van aanvoelen tusscnen vrouw en man tijdelijk verbroken. (Wordt vervolgd^. ■■m De luchtafweer in actie op het dak van het station te Bussum tijdens de luchtverdedigingsoefeningen, welke Donderdag door legervliegtuigen uit Soesterberg en luchtdoelartillerie uit Utrecht te Bussum werden gehouden De koude Oostenwind legde Donderdag op vijvers en slooten de eerste ijslaag. Het eerste product van de koude wordt beproefd Lord Hallfax heeft tijdens zijn verblijf te Berlijn een bezoek gebracht aan de internationale jachttentoonstelling. De Engelsche gast bezichtigt de expositie Een overdekte straat. De Beursstraat te Amsterdam, welke 'ra verband met de uitbreiding van de «Bijenkorf» geruimen tijd voor het verkeer gesloten was, is thans weer opengesteld De opening van het tweedaagsch Vondelcongres in de aula der ge meente-universiteit te Amsterdam werd Donderdag opgeluisterd door de tegen woordigheid van den minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, Z. Exc. prof. dr. J. R. Slotemaker de Br uïne

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1937 | | pagina 8