OIVI EEN KIND FEUILLETON ROMAN VAN NORBERT GARA1. Nadruk verboden. 10) „Ik zou wel eens willen weten", zegt Danny geërgerd, waarom jij je hart zoo hoog draagt! Fred is van goede familie en zal van zijn ouden heer zeker dik geld meekrijgen. Het studeeren is voor jullie meisjes immers toch maar dwaasheid. Een vrouw moet trouwen, voor het nageslacht zorgen „Trouwen?" herhaalt Kitty smalend. „Trou wen merci! Daar weet ik van mee te pra ten. Ik ken genoeg menschen, die met elkaar getrouwd zijn, maar zich het liefst zouden vergiftigen. In het huwelijk sterft de liefde!" „Dat ellendige Adviesbureau voor Vrouwen! Jullie hebben je door een paar van die dra ken totaal laten beïnvloeden, zoodat je nu het leven zoo verkeerd ziet, alsof je op je hoofd staat". Kitty's verlangen om Danny eens flink dwars te zitten, wordt door deze opmerking nog slechts geprikkeld. Het is immers het eenige middel om hem er toe te brengen zijn, weliswaar zeer welwillende, maar toch steeds ietwat gereserveerde houding tegenover haar af te leggen. Daarom zegt ze ook nu, op min of meer verveelden toon, dat zij daarover nu eenmaal haar eigen meening heeft, en daarbij wel willend aan toevoegend, dat zij het Danny niet kwalijk neemt, dat hij haar niet begrijpt. Het is immers bekend, dat meisjes over het alge meen veel verstandiger zijn en veel logischer denken, dan jongens van denzelfden leef tijd. En als Danny daarop woedend repliceert, dat de beleefheid hem verbiedt hem eens ronduit te zeggen, wat hij van de verwaand heid, welker naam vrouw is, denkt, ont brandt de strijd tusschen beide jongemen- schen over de geheele linie Nicolle plaatst zich tusschen de beide kemphanen en tracht met een „bon mot" de verzoening tot stand te brengen, maar plot seling zwijgen allen om een oogenblik inge spannen te luisteren. Een auto. Motorgeronk „Dat zal de rechercheur zijn", mept Danny en opspringend, verdwijnt hij in den donkeren tuin. Om den afstand naar den rijweg te be korten, loopt hij dwars door het bosch. Twee minuten later staat hij voor de auto, welks inzittenden, twee heeren in burgerklee- ding, den wagen reeds verlaten hebben en ijverig met den chauffeur beraadslagen. Danny aarzelt een oogenblik, maar dan acht hij het toch wel zeker, dat dit de beide heeren van de politie zijn. „Pardon! zegt hij, naderbij komend, „zoeken de heeren misschien juffrouw Devine?" De heeren keeren zich eenigszins verbaasd om. „Inderdaad", antwoordt een hunner, „wij worden bij juffrouw Devine verwacht". „Dat weet ik. Mijn naam is Danny Ward. Juffrouw Devine logeert met haar vriendin, mijn verloofde, in mijn weekend-huis. Ik zal u er heen brengen. De auto kan hier wel blijven staan". Zijn openhartig, vrijmoedig optreden maakt een zichtbaar goeden indruk op de beide be zoekers, die hem onmiddellijk volgen. Onder weg vertelt hij hun, dat zijn verloofde, juf frouw Osborn, hem reeds van alles op de hoogte heeft gebracht. De kleine Maud ver keert in blakenden welstand en is geheel aan haar nieuwe „mamma", zooals het kind juf frouw Devine ostentatief blijft noemen, ge wend. Kitty en Nicolle wachten reeds vol ongeduld in den kleinen tuin. In een van de beide heeren herkennen zij onmiddellijk inspecteur Benett. „Het spijt me, dat ik de idylle hier- buiten zoo wreed moet storen, dames", begroet Bentt haar vriendelijk. „En dat nog wel op zoo'n on gewoon uur. Maar om bijzondere redenen konden wij helaas niet vroeger komen". Hij wijst op den jongeman naast zich. „Dit is mijn assistent, mr. Kaynes. Ziezoo mr. Kaynes, hier ziet u nu de beide jonge dames, die door zoo'n merkwaardig toeval in de Kensington-affaire betrokken zijn ge raakt Gewoonlijk is de eerste indruk, welke men van iemand krijgt, beslissend voor de verdere houding tegenover deze. Terwijl Nicolle en Kitty van het eerste oogenblik af sympathie gevoelen voor den kalmen, bescheiden jongeman, bespeurt Danny instinctief een afkeer tegen Richard Kaynes. Natuurlijk wil hij zichzelf niet bekennen, dat het steeds waakzame instinct van den ver liefden jongeman plotseling gevaar ruikt. Met groeiend wantrouwen constateert hij heime lijk, dat de man een onbeschaamd nieuwsgie rigen blik heeft. Uiteraard willen de beide heeren er zich allereerst van overtuigen, dat de kleine Maud hier goed is ondergebracht. Kitty gaat hen voor en op hun teenen begeven zij zich naar de slaapplaats van het kind. Nu. Maud maakt inderdaad een alle be zorgdheid verdrij venden indruk. Zij glimlacht in haar slaap en dit vreedzame, zorgelooze lachje verwekt een vriendelijke weerschijn op het ernstige gelaat van de beide politiemen- schen. Fluisterend komen zij overeen, dat, om het kind niet in zijn slaap te storen, het onder houd op de veranda zal plaats hebben. Op dezen mooien, zoelen zomeravond is het op de kleine veranda best uit te houden, ook al ontbreekt het dan aan voldoende zitplaat sen. Maar als Danny een kist naderbij heeft gesleept voor Kaynes en zelf met een omge keerde emmer genoegen neemt, is ook deze puzzle opgelost. „Wij hebben u een paar zeer interessante mededeelingen te doen", leidt Benett het ge sprek in. „Het lijkt mij het beste, dat ik er de dames direct van op de hoogte stel, dat zij vijfduizend pond en nog meer kunnen ver dienen, als zij ons behulpzaam zijn bij de op sporing van een reeds lang door de politie gezocht individu". De emmer valt rinkelend om. Danny is van opwinding overeind gesprongen. Ook de beide meisjes staren inspecteur Benett stom verbaasd aan. „Drie jaar geleden", begint deze zijn toe lichting, „werd bij de Estna-fabrieken „Wat zegt u?" valt Danny hem in de rede. „Bij de Estna-fabrieken?" „J...." „Zooja", stotterde Danny, „dat komt, ik.ik ben ook bij de EstnafabriekenIk werk op het constructiebureau „ZooNu, dan zult u zich die affaire zeker wel herinneren", wendt Benett zich tot Danny, „die drie jaar geleden zooveel stof heeft doen opwaaien. Het betrof een ingenieur van de Estna-fabrieken. Deze ingenieur zijn naam is Conrad Coverley wordt wegens ver duistering van fabrieksgeheimen door de po litie gezocht. Tot dusver is hij er echter steeds in geslaagd zich aan alle nasporingen te ontrekken". Danny antwoordt mechanisch, dat hij er wel eens iets over gehoord heeft. Met de toedracht is hij echter niet op de hoogte. a, die Coverley", zoo vervolgt Benett zijn verhaal, „is een slimme vos. Maar eens zullen we hem toch wel vangen. We hebben bepaalde redenen om aan te nemen, dat hij zich op het oogenblik in Engeland ophoudt „Wat is er aan de hand?" Kaynes luistert ingespannen en wendt het hoofd m de richting van den tuin. „Het was net, of ik buiten voetstappen hoord, inspecteur!" Allen zijn z-ij nu een en al aandacht. „Misschien is het onze patrouille", fluistert Benett. „Maar de jongens hebben toch de op dracht zich bij ons te melden. Eigenaardig, dat zij dat tot dusver nog niet gedaan hebben!" Hij wijdt zich tot de beide meisjes. 1 Schrikt u alsublieft niet, dames, als ik u zeg, dat dit huisje hier sinds gisteravond onder politietoezicht staat. U hebt er zeker nog niets van bemerkt, wel? Ja, onze machinerie werkt geruischloos. Wij nemen namelijk aan, dat Coverley zicli in de omgeving ophoud en mocht dat niet het geval zijn, dan meenen wij er toch op te moeten rekenen hem binnenkort hier buiten aan de Theems te zullen ontmoeten, want deze, door de politie gezochte Conrad Coverley, is nie mand anders dan de eigenlijke vader van de kleine Maud. Wij twijfelen er dan ook niet aan, of hij zal een poging doen om zijn kind te zien, misschien zelfs wel om het te ont voeren". „Dat begrijp ik toch niet goed", zegt Kitty verwonderd. „Ik heb toch vandaag een brief van mr. Gordon gekregen, waarin hij den wensch te kennen geeft, dat zijn dochtertje hier blijft. Wie is nu eigenlijk de vader?" „Gordon heeft de kleine Maud geadop teerd „Een oogenblik", interrumpeert Danny. »Nu gaat mij een licht op, Gordon, mr. Gordon.... Is dat misschien de directeur-generaal van de Estna-fabrieken, inspecteur?" „Inderdaad „Bewaar me!" Danny laat zich weer op zijn emmer vallen. De wetenschap dat het kind van den almachtige der Estna-fabrieken zich luer in zijn weekend-huisje bevindt, is hem in de beenen geschoten. Richard Kaynes maakt plotseling een waar schuwende beweging en legt dan vermanend zijn vinger op de lippen, daarmee allen ge biedend te zwijgen. Onverwacht staat hij op om dan geruisen- loos als een schaduw uit de veranda te glijden. Danny wil hem volgen, maar Benett fluistert bevelend: „Hier blijven!" Gehoorzaam gaat Danny weer op zijn em mer zitten. Op de veranda heerscht thans een diepe stilte; van den tuin uit klinken af en toe voetstappen en het gedempt geluid van stem men dringt tot hier door (Wordt vervolgd)» j De strijd In het verre Oosten. Ellende in Sjanghai. Een Chineesche moeder, die met haar kind in de internationale concessie was gevlucht De nieuwe brug over den Ouden IJsel te Doetinchem is Vrijdag onder groote belangstelling door den commissaris der Koningin in Gelderland, mr. S. baron van Heemstra geopend. De autoriteiten wandelen voor het eerst na de openstelling over de brug Honger. Dagelijks ontvangen honderden Chineesche kinderen een rantsoen voedsel te Sjanghai in de Fransche Concessie, van welke liefdedaad gretig gebruik gemaakt wordt Voor de jury op de groote tngelsche nationale vogeltentoonstelling in New Horticultural Hall te Londen, waar prachtige exemplaren geëxposeerd waren Een doorkijkje op het binnenplein van het Prinsenhof te Delft, dat in bouwvalligen toestand verkeert en waarvan restauratie dringend noodig is De aanslag op Nahas Pacha te Caïro. De plaats, waar dader vier schoten op den Egyptischen minister-president afvuurde, welke echter geen doel troffen. Inzet: Nahas Pacha beantwoordt, onmiddellijk na den aanslag, de toe juichingen der menigte voor een der vensters van zijn woning Rookkolommenen instorting van ruï nes kondigden het feit aan, dat Chi neesche troepen delaatstestellingen in Sjanghai verlie ten en de vijand niets dan branden de puinhoopen vond

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1937 | | pagina 8