BESTE VRIENDINNETJES
EN VRIENDJES
Aan allen!
Vergeten .jullie vooral niet a.s. week zoo
vroeg mogelijk de briefjes in te leveren? Niet
bellen, maar de briefjes in de bus werpen.
Hoe vonden jullie ouders de Kerstversie
ringen?
Ik wensch jullie met jullie huisgenooten
prettige Kerstdagen toe. Clubvacantie tot 5
Januari '38.
Best BOODSCHAPSTERTJE. Of jij het
druk hebt zeg. Eerst naar de club, dan naar
gym. en tot slot naar je .bed. Hoe blijf je er
gezond bij? Gezellig dat je ook op school
Kerstfeest hebt en a.s. Zondag weer van
Zondagsschool, 't Is maar feest ear nog eens
feest. Goed dat we ons clubfeestje maar tot
later uitstellen. Dag Boodschapstertje.
Beste KLEINE ZUS. Zijn je Kerstversie
ringen goed thuis gekomen? Wat gezellig zal
die ster met haar zilveren staart het doen.
Thuis werden de voorwerpen zeker ook wel
heel mooi gevonden? Tot 5 Januari. Dag
Kleine Zus.
Beste VERONIKA. Ja, je rapport was dit
keer heel goed. Flink zoo. Je hebt nu wel
club- maar geen schrijfvacantie. Zorg je dat
ik voor één keer je briefje extra vroeg ont
vang. De volgende week heb ik geen vacan-
tie maar het juist extra druk. Oliebollenver
koop ten bate van de Schoolvoeding. 'k Hoop
dat er duizenden verkocht worden en ge kas
van het Comité Schoolvoeding na de cam
pagne. flink gevuld is. Dag Veronika.
Lief ROZEKNOPJE. Je rapportcijfers
heb ik bestudeerd. Ze zijn direct niet slecht
maar toch voor belangrijke verbetering vat
baar. Maar je doet je best en dat is de hoofd
zaak. Na de vacantie, 5 Januari hoo.p ik je
weer op de club te zien. Dag Rozeknopje.
Best BLAUWOOGJE. Ga je dolgraag
naar de club? Meisje dat vind ik fijn. Jij
zorgt maar dat er nog meer vriendinnetjes
bij komen. Wie eemnaal een keer is geweest,
komt graag weer terug. Is je Kersversiering
goed overgekomen? Tot 5 Januari. Dag
Blauwoogje.
Lief TEEKENAARSTERTJE. Meisjelief,
wat heb je me teleurgesteld. Je hebt wel een
rapport gekregen maar met minder goede
cijfers dan de vorige maal. Dat spijt me
heusch heel erg, te meer omdat je als je wilt
en wat beter oplet en minder praat, uitste
kend mede kunt komen, 'k Hoop heusch dat
je me, waneer je weer een rappoi't krijgt,
betere cijfei-s kunt töoiien. Ook voor je goede
ouders vind ik het heel vei'di'ietig. Je oom,
Tom Mix, geeft je een. goed voorbeeld en zou
ik dat maar eens navolgen. Den volgenden
keer dus een beter rapport Afgesproken. Dag
Teekenaarstei'tje.
Best KRULLEKOPJE. Je rapportcijfers
heb ik bestudeerd. Sommige zijn tamelijk
goed, doch al die vijfjes en die vier voor re
kenen moeten vei'dwijnen. Hoe kan je nu
toch voor je vlijt ook een punt minder heb
ben? Dat is heelemaal niet noodig. Ja, ik
zie ook dat het, wanneer je niet heel ernstig
gaat werken, op zitten blijven uitloopt. Maar
je hebt nog minstens drie maanden tijd. doe
je uiterste best, zoodat je eindrapport over
gaan toelaat. Veel succes. Dag Krullekopje.
Best LEZERESJE. Je hebt zeker je zus,
haar Kerstversiering en schuimkransjes wel
gegeven. Echt jammer dat ze nu juist ziek
moest worden en te bed blijven. Wil je haar
namens mij beterschap wenschen?
Ja, nu heb je clubvacantie tot 5 Januari.
Je bi'iefje verwacht ik echter a.s. week zoo
vroeg mogelijk. Dag Lezeresje.
Best ZONDAGSKIND. Momenteel kan
ik je briefje niet lezen. Het schrift is zoo
licht geschreven, dat ontcijferen niet moge
lijk is. Wil je voortaan wat meer op je pot
lood drukken of een beter afgevend potlood
gebi'uiken? Met inkt zou nog beter zijn. Tot
5 Januari. Dag Zondagskind.
Lief CROCUS JE. Dat is ook vriendelijk
zeg, mij bijna te vergeten. Gelukkig maar
dat ik jullie nooit vergeet. Stel je voor, dat
je denkt een prettigen clubmiddag te heb
ben en ik vergeet naar het clublokaal te
gaan m.a.w. ik vergeet je en de andere ru-
briekertjes. Hoe zou je het vinden? Maar
zand er over. Heb je prettige Kerstfeesten
gevierd? Dag Ci'oeusje.
Best SPARRETJE. Prettig dat het boek
erg leuk is. Ja, het weer is niet mooi. Laten
we echter niet vergeten dat het winter is.
Steeds thuis anöeten blijven is niet erg pret
tig maar je hebt een prettig thuis en ouders
die je met veel zorg en liefde omringen. Hoe
veel kinderen zijn er niet die zelfs bij ziekte
het noodigste door armoede moeten ontbe
ren? Hoeveel kinderen zijn er niet, die niet
meer door een moeder kunnen worden toe
gedekt, omdat hun moeder reeds voor goed
is heen gegaan? Hoeveel kindei'en missen
een goeden vader? Als we even bij deze vra
gen stil staan, dan vergeten we het verve
lende van ons zelf en zijn innig dankbaar
voor de omstandigheid waarin we vei'keeren.
Mocht ik aan m'n plan je voor Kerst nog
even te bezoeken door verschillende omstan
digheden geen gevolg hebben gegeven, dan
wensch ik je langs dezen weg met je ouders
een aangename vacantie en gezellige Kerst
dagen toe. Dag Sparretje.
Lief ZWEMSTERTJE. Wil jij zoo graag
in de Kerstvacantie schaatsen rijden of
sneeuwballen gooien? Gelukkig maar dat je
het niet te bevelen hebt. Erge koude is
heusch voor velen niet welkom. Maar men
zal moeten aanvaarden wat komt, zonder
meer. Gezellig dat jullie nu reeds thuis voor
de as. Kei'stdazen bezig ziin. Met een ga-oot
gezin zijn feestdagen altijd dol gezellig. Uit
m'n jeugd heb ik nog tal van prachtige her
inneringen aaai allerlei dagen die als feest
dagen passeerden. Ook de verjaardagen en
de trouwdag van m'n ouders behoorden tot
bijzondere dagen, die lang niet onopgemerkt
voorbij gingen. Het gezin waar jij toe be
hoort. is even groot als het gezin waar ik
uit voortkom nl. zes kinderen en toevallig
beide precies eender ingedeeld nl. 4 jongens
en 2 meisjes. Grappig hè. Dag Zwemstertje.
Lief ZUSJESBESCHERMSTERTJE. r-
„Meisje-liefje dat is toch wat
'k Wist niet dat je zoo'n dichtersgeest bezat
De regels van je vader zijn er, 'k zeg 't vrij
Slechts een armzalig aantal bij.
'k Zal je gedicht, je kunt het me niet
beletten,
Hieronder door den zetter laten zetten".
Daar gaat het:
„Lieve Juf ik ben zoo blij
Ik heb tot 4 Januari vrij
De schooldeur is zoolang gesloten
Ik heb m'n boeken, Fransch en Engelsch
weg gesloten.
Het wordt een week vol festiviteit
Waarop ik mij nu reeds verblijd
Dit gedicht vloeit nu uit m'n pen
U ziet, dat ik het ook wel ken".
Dag Zusjesbeschermstertje.
Lief HANDWERKSTERTJE. Ja meisje,
dat was weer eens een extra gezellig och
tendje op school. Kerstboom, vuurwerk, cho
colademelk, chocolaadjes, koekjes enz. Tot
slot een kandelaartje en kaarsjes mede naar
huis. 'k Wil graag gelooven dat je zus ook
wel eens graag zoo'n prettig schoolochtend-
je zou willen mede maken. Maar dat zal niet
gaan hoor. Die gezellige ochtendjes zijn al
leen maar bestemd voor m'n eigen leerlin
ge tj es en voor niemand anders. Veel genoe
gen met je kandelaar. Dag Handwerkstertje.
Beste MOEDERS OUDSTE. Wat gezel
lig dat je lsten Kerstdag met je ouders bij
je tante te Heeanstede gaat doorbrengen.
Oud en nieuw vier je bij je grootouders en
2den Kerstdag ga je naar een feestje. Je
dagen zijn prettig gevuld. Zijn je Kerstver
sieringen goed thuis gekomen. Gelukkig dat
het niet regende en dus niets ingepakt be
hoefde te worden, 'k Wensch je veel ge-
noegen toe. Dag Moeder's Oudste.
Beste HECTOR. Wat was dat een grap
pige teekenfilm zeg. Jammer dat ik haar
niet gezien heb. Wil je je moeder bedanken
voor haar briefje, 'k Hoop haar, als ik het
nog niet gedaan heb, één dezer dagen te ant-
woorden. Wat heb je me een mooie, echt fijne
Kerstkaart gestuurd, 'k Ben er heel blij
mede en dank je vriendelijk voor den goeden
wensch er op vermeld. Ook ik wensch je met
je ouders en zus intens gezellige Kerstdagen
toe en bovendien een prettige vacantie. Wil
je a.s. week je briefje extra vroeg verzenden?
Na Kerst heb ik het verbazend druk. 30 en
31 December worden ten bate van de School
voeding oliebollen gebakken en verkocht. Je
begrijpt dat van Maandag 27 Dec. af tot
Vrijdagavond 31 Dec. ik het steeds verbazend
druk heb en de briefjes dus moet beantwoor
den in verloren oogenblikjes, tenminste als
die er nog zullen zijn. De briefjes zal ik dan
ook heel kort maken. Dat vinden eveiawel
m'n vriendinnetjes en vriendjes niet erg, ter-
wille van het goede werk dat verricht wordt.
Dag Hector.
Beste ERMELOSCHE VRINDEN,
„Kan de post mij niet meer vinden
Of hebben jullie, 'k aaeem het niet aan,
Me in het vergeetboekje staan?
Hoe het ook zij, ik staak met vragen
Maar wensch jullie gezellige Kerstdagen
Met een goed begin
Zette het nieuwe jaar zich in.
En moge het '38 behagen.
Het goede begin steeds mede te dragen".
Dag Ermelosche vrinden.
Lief GOUDMUILTJE. Je moet me. voor
ik je op je vraag kan antwoorden, eens ver
tellen hoe oud je broertje is en hoe hij heet.
Wat zal de, door je zelf gemaakte ster,
keurig in den Kerstboom staan. Haar zilve
ren staart doet het vooral goed. Ook je an
dere versiering kan dienst doen b.v. han
gend in of staand onder den boom. Dag
Goudmuiltje.
VRIENDINNETJES EN VRIENDJES,
Donderdag 30 en Vrijdag 31 December bakt
het Comité „Schoolvoeding" weer oliebollen
ten bate van de Schoolvoeding. De oliebollen
kunnen op bovenstaande dagen in de keu
ken, Hnutmanstraat hoek Wijk aan Zeeërweg
gekoeb' en besteld worden. Ook worden ze
langs de huizen te koop aangeboden en wel
4 stuks voor 10 cent.
Willen jullie nu moeder vragen zelf de
oliebollen niet te bakken maar ze te willen
koopen van het Comité „Schoolvoeding"?
Een goed werk wordt met het koopen ge
steund. Mag ik op jullie rekenen? Prachtig
hoor. Ik dank jullie er reeds bij voorbaat
voor.
Veel groeten van
Mej. E. VIJLBRIEF.
WIM EN DE KRAAI
Zeg kraai, ik ben zoo blij,
Vanmiddag heb ik vrij.
Ik heb mijn sportpak aan
En zal aan 't sleeën gaan,
Ha, ha! Kra, kra!
ii:
Neen Wim, ik ben niet blij,
Ik voel me niet meer vrij,
Ik heb geen voedsel meer,
De kou doet mij wel zeer,
Ha, ha! Kra, kra!
Zeg kraai, 'k haal gauw wat brood
Dan ben jij uit den nood
'k Strooi alle dagen weer,
Wat kruimels voor je neer
Ha, ha! Kra, kra!
IN 'T DENNENBOSCH
door W. B.—Z.
Jans vader woont in een heel groot bosch
Waar 's zomers de eekhooi'ns springen op
mos
Maar 's winters is er de grond zoo vaal
De boomen zijn dan zoo dor en kaal
Doch dicht bij huis
In een breede laan
Zie je frisch groene sparren staan.
En nu zoekt Jan de mooiste der boomen,
Want Kerstmis is immers bijna gekomen.
Dan komt de spar in 't boschwachtershuis.
Dan is de heele familie thuis.
En branden de kaarsjes zoo helder en rein,
Wat zullen dat heerlijke kerstdagen zijn!"
Schreef ik in mijn Sinterklaaspraatje dat
lang niet overal het ainterklaasfeest
gevierd werd, met het Kerstfeest is het
anders. Dit feest wordt zoowat in elk
land gevierd. B'ijna overal verspreidt de kerst
boom zijn licht en worden de kerstliederen ge
zongen. Toch viert elk volk het feest op zijn
eigen wijze. In België b.v. ziet men niet veel
kerstboomen, maar meer de kerstkribbe. Des
middags doet men zich te goed aan een vaak
overvloedig kerstmaal, dat vooral uit specu
laas, wafels, en krentenbrood bestaat; borst
plaat en banket schijnt daar niet tot de lek
kernijen te behoor en, want dat ziet men daar
veel minder dan bij ons.
In Frankrijk en vooral in Parijs is het 't
grootste feest van 't heele jaar, en bestaat
vooral in veel en lekker eten. Ook hier vinden
we op tal van pleinen de kraampjes, anaar al
lerlei versieringen voor de huiselijke feestvie
ring verkocht worden. Men ziet echter weinig
kerstboomen, heel anders dan in Duitschland,
waar in geen enkel gezin de boom ontbreekt.
Hier is 't het feest om elkaar cadeautjes te
geven, zooals bij ons met Sinterklaas. In Po
len en dan vooral op 't plattelaaid, wordt in
een hoek van de woonkamer een korenschoof
gezet. Men geeft hiermee uiting aan de hoop
op een goeden oogst en men strooit stroo onder
de tafel, als herinnering aan het stroo, waar
op het kind in de kribbe lag. Niet vóór de eer
ste ster aan den hemel is verschenen, gaat
men aan tafel. Na afloop van den maaltijd,
waai'bij geen vleesch wel visch gegeten wordt,
worden de lichten aan den boom ontstoken.
In Oostenrijk is het als in Duitschland; de
versierde kerstboom en de kribbe is hoofdzaak.
Wie maar eenigszins kan heeft gespaard om
cadeautjes te kunnen geven. Voor men aan
tafel gaat, heeft men het kerkhof bezocht,
waar in het afgeloopen jaar familie of vrien
den begraven zijn. De beide Zondagen voor
Kerstmis heeten hier de Zilveren en de Gou
den Zondag. Dan worden de inkoopen voor
Kerstmis gedaan. In Zweden is het Kerstfeest
ook het feest van den liuiselijken haard. Men
geeft elkaar cadeautjes als bij ons met Sin
terklaas en noemt het Julfeest. Wie maar
eenigszins kan, zorgt met kerstavond thuis te
zijn. Kerstavond noemt men hier indoopdag
want in de saus waarin de kerstham, het
vleesch en de worst gekookt zijn, wordt het
brood bij den maaltijd gedoopt. In Malmö
wordt in den kei'stnacht om 12 uur van 't bor
des van 't stadhuis door een orkest van ko
perinstrumenten geblazen. Op den avond van
13 Januari gebeurt dit nog eens en men noemt
dit Jul in- en uitblazen. In Servië leggen de
boeren een deel van hun kerstmaal bij den
mesthoop. Zij gelooven vast en zeker dat dan
de wolven in den aanstaanden zomer hun vee
met rust zullen laten. In de hoofdstad, Bel
grado, rijden op Kerstdag de officieren der
koniiaklijke garde een kerstboom naar het pa
leis van den koning. Dagen van te voren staan
op tal van pleinen kerstboomen, waarbij col
lectes worden gehouden om ook de minder be
deelden van de kerstvreugde te doen genieten.
Baars is de hoofdschotel van de kersttafel. Als
we bedenken," dat de eerste blanke bewoners
van Zd. Afrika Nederlanders waren, dan ver
wondert het ons niet, dat ook daar het kerst
feest gevierd wordt en wel op Nederlandsche
wijze. Daar het in onzen wintertijd daar zo
mertijd is, viert men in Zd. Afrika het kerst
feest bij stralend zomerweer. Tot zelfs in Ja
pan is het feest rond den kerstboom doorge
drongen.
W, B.Z.
TOCH SCHIJNEN DE LICHTJES
door W. B.Z
De dokter zou een drank opschrijven
Ik moest in mijn bedje blijven.
Ik had overal zoo'n pij ai
Zou 'k met Kerstmis beter zijn?
Ik zou het aan den dokter vragen.
Over pijn wou 'k niet meer klagen.
Maar hij zei:, „hoe of 't me spijt,
Jij blijft in je bedje, meid."
Ik heb een uur wel liggen pruilen
Soms ging 'k een deuntje huilen.
Toen bedacht Moes een fijn plan
Daar vertel ik je nu van.
Op een tafeltje dichtbij mijn bed.
Werd een kerstboompje neergezet.
Straks gaan alle kaarsjes aan,
Hè wat zal dat feestlijk staan!
Neen, nu zal ik niet langer zeuren.
Straks gaat er wat fijns gebeuren.
Lichtjes stralen er voor mij
En wie is er dan niet blij?
HET VRIENDELIJKE KERSTVROUWTJE
Een oud sprookje uit liet zwarte woud.
Wil je eens een heel, heel oud sprookje hoo-
ren, dat altijd omstreeks Kerstmis door de va
ders en moeders in het Zwarte woud aan de
kinderen wordt verteld?
Luister dan maar:
In een hol hoog op de rotsen, waar dichte
dennebosschen zijn, maar niemand weet
eigenlijk precies waar woont al sinds vele
jaren, sommigen zeggen: sinds eeuwen, het
vriendelijke Kerstvrouwtje. Alle boeren, die
graag haar bescherming willen genieten voor
een goeden oogst, laten bij het inhalen van
het vlas altijd één bosje op het veld achter:
dan komt het vrouwtje dit 's nachts halen en
van al die bosjes vlas spint ze zich een nieuw
hemd.
Je begrijpt, dat het Kerstvrouwtje dus veel
van de boeren houdt, maar ze houd nog meer
van kleine meisjes, voorat als ze goed kunnen
handwerken en het werk met schoone handen
aanpakken!
Tegen Kerstmis maakt het vrouwtje haal
bed op, dan stuiven de veeren naar beneden
van de rotsen af: 't begin hard te sneeuwen.
Dat is het teeken, dat zij gauw komt om de
ijverige meisjes te beloonen. De luie hand-
werkstertjes daarentegen plaagt ze verder het
heele jaar door en in vroeger tijden, toen er
nog heel veel gesponnen en geweven werd,
stak ze de spinrokken van die luie meisjes in
brand.
Dat het echter toch in haar hart een heel
vriendelijk vrouwtje is, kun je in 't volgende
verhaaltje lezen:
In oude tijden woonden er op het slot Eber-
stein een jonge tuinman en een dienstmeisje,
Clara geheeten, die veel van elkaar hielden en
graag samen wilden trouwen.
Maar de booze slotheer, die de meisjes dag
en nacht liet spinnen zonder haar ooit eens
rust te gunnen, wilde Clara geen toestemming
hiertoe geven. Hij zei, dat ze eerst maar eens
een bos brandnetels moest plukken op de gra
ven van haar ouders en dan daarvan het ga
ren voor twee hemden moest spinnen: een wit
hemd voor hem en een rood hemd voor haar
zelf, dat ze dan onder haar bruidskleed zou
dragen.
Natuurlijk was dit een onmogelijkheid, en
de arme Clara barstte dan ook in tranen uit,
toen ze deze wreede eisch hoorde.
Maar 's nachts kwam het vriendelijke kerst
vrouwtje op eens in haar kamertje en beloofde
haar te zullen helpen. En daarna ging het
vrouwtje bij den boozen slotheer spoken en
schold hem uit voor alles, wat leelijk was! Den
volgenden dag was hij echter al die dreige
menten alweer vergeten en hij hield, nadat hij
van de jacht was thuisgekomen, een vroolijken
maaltijd met zijn vrienden.
Maar ziet, wat gebeurde? Terwijl ze nog aan
tafel zaten, werd er aan de deur geklopt en.
Clara kwam binnen met de beide hemden in
de hand.
Toen moest de wreedaard wel zijn toestem
ming tot het huwelijk geven. Op den dag van
de bruiloft echter, toeia hij zijn nieuwe witte
hemd wilde aantrekken, hoorden de boeren,
die om het kasteel aan het werk waren, op
eens een vreeselijk gegil. De booze man had
zijn hemd aangetrokken, maar nauwelijks was
hij er met zijn lichaam mee in aanraking ge
komen, of alles begon hem te steken en te
branden. Hij rukt en trekt, maar tevergeefs!
Het kerstvrouwtje had het hemd betooverd
en de man stierf van pijn.
WAAR ZIJN DE KABOUTERS?
Die arme man kan heusch niet meer.
Zijn rug en zijn knieën doen hem zoo'n zeer.
Wie ziet de 'kaboutertjes 'bij hem staan.
Die hem zullen helpen bij 't verder gaan? li
VISSCHEN IN DEN GOLFSTROOM.
De groote Golfstroom, die ten Oosten van
Noord-Amerika stroomt en zich daarna om
buigt langs.Haiti en Cuba, is een van de mach
tigste en geheimzinnigste vischwateren ter
wereld. Slechts aan de uiterste randen durven
visschei's het aas uitwerpen en niemand weet
eigenlijk van tevoren wat voor wonderlijke
zeegedrochten hij zal ophalen.
En zoo is het visschen in die streken, dat
meest wordt gedaan met vier lijnen tegelijk,
die respectievelijk 60, 80, 100 en 150 vadem
(een vadem is 1.88 M.V diepgang hebben, al
tijd een hoogst spannend en soms zelfs een ge
vaarlijk werkje.
Aan iedere lijn hangt een kleine tonijn als
lokaas, En de visscher weet, dat het water hier
minstens 700 vadem diep is en dat hier mon-
stervisschen levendie misschien in staat zul
len zijn, hem met boot en al in de diepte te
sleurenDus, opgepast: een der lijnen begint
af te loopen en dus weet de visscher, dat hij
beet heeft. Wat zal het zijn? Misschien een
ï'euzenvisch, die omhoogscïiiet, vlucht en dan
de dolste sprongen maakt, waai'bij hij de boot
voor zich uitrukt?
Of een visch, die reehtuit-rechtaan voort-
zwemt als een onderzeeër en die dan na een
uur of vijf zwemmen de lijn horizontaal heeft
getrokken en met een ruk weet te ontsnappen?
Een rog of misschien een zwaardvisch? Er
zitten daar kanjers, waarbij de allergrootste
exemplaren, die in aquaria en musea te zien
zijn, nog dwergjes lijken!
Onder de Cubaansche vissehers worden de
wonderlijkste verhalen verteld van vreemde
vissehers avonturen. Zoo sloeg eens een van
hen een spierwitte reuzenkabeljauw aan den
haak. De visch sprong tweemaal uit het water
omhoog en dook toen naar de diepte en terwijl
hij dook, voelde de visscher, die de lijn vast
hield, opeens een zwaar gewicht.hij kon
de lijn niet houden en deze schoot uit zijn vin
gers en rolde af tot op 150 vadem. Zoo zwaar
en onbewegelijk voelde die lijn aan, alsof ze
aan den bodem vastzat.
En dan opeens hield het trekken op, maar
nu voelde hij weer het gewicht van een visch,
hij trok hem in de boot en zag, dat hij mors
dood was. Ben andere, tandelooze visch, waar
schijnlijk een zwaardvisch, had zijn kaken om
't lijf van den tachtig pond zwaren kabeljauw
geslagen en een groot stuk uit zijn lichaam
gehapt! Wat moet dat wel voor een reus zijn
geweest! Op een andere keer kreeg een oude
man, die in zijn eentje in den Golfstroom
vischte, een geweldig groote kabeljauw aan
den haak, die zijn bootje aan den lijn ver in
zee sleepte. Twee dagen later werd de oude
man 60 mijl Oostelijker door andere vissehers
teruggevonden: de kop en een klein stuk van
het lichaam van den reuzenvisch, tezamen
8:00 pond wegend, waren aan het boot vastge
maakt. De man vertelde, dat hij twee dagen
en twee nachten met den visch verbonden was
geweest: de kabeljauw zwom ergens in de
diepte en sleepte de boot achter zich aan. Toen
het dier omhoog kwam, was hij op hem toe
gevaren en had hem geharpoeneerd, doch
nauwelijks had hij hem aan de boot vastge
maakt of een troep haaien wierp zich erop en
de oude man had zich in zijn eentje urenlang
tegen hen verdedigd met de harpoen en zijn
riemen, totdat hij totaal uitgeput was. De
haaien hadden toen zooveel van den visch weg
gehaald als ze maar konden grijpen: meer dan
duizend pond. De oude man huilde van teleur
stelling, toen hij 't verhaal vertelde! Je ziet
dus, dat het visschen in den Golfstroom lang
geen peuleschilletje is!