Een Prinses van Oranje E erste Lentebode BOEKEN Recepti en VRIJDAG 4 FEBRUARI 1938 Welken Naam zul je je kind geven? Er bestaat een aardig spelletje Zeg het meteen, heet het waarbij alle mogelijke vragen worden gedaan, die één voor één moeten worden gesteld en waarbij een draaiend alphabet de letter aangeeft, waarmee het antwoord moet begin nen. Wie het snelst antwoordt, krijgt het kaartje waarop de vraag staat afgedrukt. „Welken naam zul je je kind geven" hoort ook bij die vragen en de antwoorden zijn meestal velerlei en zeer gevarieerd. Bovendien worden ze nog al eens fel gecritiseerd, als leelijk, of ouderwetsch, of raar, of erg mooi, of vreemd, of te boek-achtig en meer dergelijke. Waarom vinden we namen mooi of leelijk, waarom vinden we ze ouderwetsch, of vreemd, of aangenaam om te hooren? Wie dat eens bij zichzelf overpeinst, komt tot de slotsom dat er aan die uitgesproken voorkeur som mige namen doen ons niets een persoon of een omstandigheid verbonden is, en dat wij den naam niet meer kunnen hooren, zonder de verbinding met ide betreffende persoon of omstandigheid op te roepen. Soms doen we dat bewust, heel vaak ook onbewust, maar de band tusschen het een en het ander blijft zijn invloed houden. In mijn kinderjaren had ik een geliefde pop die Meta heette, een klein popje met zwart haar en een fijn snoetje. Aan dien naam is sindsdien de kleine, fijne gestalte met het donkere haar verbonden gebleven, en al kwam er veel later een groote, dikke, lichtblonde Meta zich in levenden lijve voordoen, de naam blééf verbonden aan dat geheel andere type. Vooral kinderherinneringen blijken uiter mate sterk te zijn op elk gebied, en daardoor is het ook weieens moeilijk om een naam, die verbonden is met een onaangename gedachte van vroeger, te leeren zien als behoorende bij een mensch die wij in onzen vriendenkring hebben opgenomen. Soms gaat die afkeer van een dergelijk naambeeld zóó diep, dat een andere naam of een bijnaam, die met den eigenlijken naam niets meer te maken heeft, in het leven wordt geroepen. Natuurlijk speelt ook de mode een rol bij het geven en bij het mooi of leelijk vinden van namen. Maar een ouderwetsche naam kan, ook al is er schijnbaar niets moois aan, een aangenamen klank hebben, die de een of andere mensch er aan gegeven heeft, alleen maar door zijn persoonlijkheid. Sommigen vinden hun eigen naam zóó leelijk eigenlijk vindt niemand hem echt mooi van zichzelf dat zij hem willen ver anderen. Laten zij zich die moeite maar be sparen, alleen kleine kinderen kunnen nog weieens van naam veranderen voorzoover het dan natuurlijk de voornaam is waarbij zij aan gesproken worden. Voor de oudere jeugd is dit al een onbegonnen taak; een bijnaam vindt eerder ingang dan een serieus-veranderde voornaam. Sommige menschen passen schijnbaar slecht bij hun naam, of hun naam past slecht bij hén. U zult zien, dat u al heel gauw bezig bent, hun naam tot iets meer passends te ver haspelen, of dat er een bijnaam ontstaat. En besef dan maar meteen dat u zoo iemand aardig vondt, want voor een onverschillige kennis neemt men die moeite niet. De geboorte van ons Prinsesje heeft aan leiding gegeven tot heel wat overpeinzingen op het gebied van namen geven. Beatrix, de gelukkig makende, wat een mooie aanwijzing voor een klein menschenklnd, dat aan het be gin van haar weg door het leven staat. En wat een zonnige naam voor een heel klein meisje uit een regeerend Vorstenhuis, een naam die men gegeven heeft, enkel en alleen omdat het een mooie naam is, en niet omdat. de traditie, die ook zijn groote waarde heeft, maar die gevaar loopt van verstarring, dat nu eenmaal zoo wil. De prinses die gelukkig maakt, als dit voor het kleine meisje is weggelegd, behoeven wij er voor haar eigen geluk niets meer aan toe te voegen, zij zal er veel geluk door terug ontvangen. E. E. J.P. Als handwerkje, dat u beginnen kunt voor „ons huis na den schoonmaak" laten we u hier een aardig, frisch kleedje zien. De boe ketjes worden in de verlangde grootte op een wit of crème linnen kleed overgebracht een zachte pasteltint zou misschien ook wel aar dig zijn! en we werken met waschecht bor- duurkatoen in teere lentekleuren. Op wit of crème: bloemen roze, en zachtblauw, hart jes geel, blaadjes lichtgroen. Op een pastellint: Bloemen wit, hartjes twee kleuren geel, blaadjes lichtgroen. Op lichtgroen: Bloemen wit, hartjes twee kleuren geel. blaadjes donkergroen. De groote boeketjes worden afgewisseld met een enkel los bloemetje, dat u gemakkelijk hier en daar tusschenvoegt. Een allerliefst kleedje voor een serretafeltje of als sierkleed over een gedekte tafel! In 't laatste geval kunt u er nog een zestal vinger doekjes bij borduren. PLATINA-VOS, 'T NIEUWSTE SNUFJE. De macht van de mode is vrijwel onbeperkt zij speelt zelfs een rol bij het ontstaan van bepaalde diersoorten, 't Nieuwste snufje op dit gebied is wel de platina-vos, die op 't mo ment nog maar in enkele exemplaren op een Noor.sche Zilvervossenfarm voorkomt, doch na verloop van tijd tot een omvangrijke familie zal uitgroeien. Reeds langen tijd zijn de fokkers op aller lei farms bezig, de dieren met veel licht en weinig donker haar apart te houden. Deze worden dan veel duurder verkocht dan hun kameraadjes en op deze manier is eindelijk ook een Noorsch fokker erin geslaagd, een geheel lichte soort te krijger, die hij Dlatina vos heeft gedoopt. Dc- Noren zijn. c-v trotsch op, dat kroon prinses Martha ais eerste vrouw ter wereld een. platina bontstel draagt) BOEKEN. Bij de stichting „De Kindervrienden" te Amsterdam is verschenen „Een sleutel tot het kinderhart", het resultaat van een onderzoek naar den geest en de praktijk van het onder wijs in de V. S. en andere landen. De bedoe ling van dit rapport is in de eerste plaats dc oogen van de meerderen te openen en d> geest van menschelijkheid bij het onderwij.' aan te vuren. Sport- of Skisokken Het aardige van deze sokken is, dat de boor den gemaakt zijn van 5 verschillende kleuren, zoodat we de sokken hij elke kleurencombi natie kunnen dragen. De kleuren vallen in rollen en de boord,, over den schoen heen ge dragen, maakt den indruk van 5 gekleurde banden. Natuurlijk kan men elke gewenschte combinatie nemen; op de foto zijn de kleuren rood, grijs, groen, oranje, hardblauw, terwijl de heele sok grijs is. We beginnen met grijs, voor den binnen boord en 2 pennen no. 3 60 st. opzetten en 15 pennen 2 r 2a. breien. Nu beginnen we met rood en breien 1 pen a. 1 pen i\, tot we aan den bovenkant 12 ribbels hebben. We keeren het nu om: averecht aan den onderkant en recht aan den bovenkant en na 4 pennen wis selen we van kleur. Nu met de nieuwe kleur nog 4 pennen, dan weer averecht aan den bovenkant en recht aan den achterkant breien. Weer 12 pennen en 4 pennen omge keerd, daarna van klem- wisselen. Dit herha len we tot alle kleuren gebruikt zijn, waarna we het werk in de rondte steken op 3 pennen no. 3. We breien nu met grijs verder, eerst 45 toeren 2 r. 2 a. en dan draaien we het werk binnenste buiten. We beginnen nu met den voet en verdeelen het werk in tweeën. Op 24 st. breien we 'den grooten hiel. We breien 19 pennen 1 pen r. 1 pen a.. Bij de 20ste pen begint de kleine hiel. We zijn aan den averechtschen kant: 14 st. breien, twee te zamen (dit heet minderen) nog een st. breien en het werk omkeeren. Nu aan den rechten kant een st. afhalen, 5 st. breien, 1st. afhalen, 1st. breien en de afgehaalde over de gebreide halen (dit heet overhalen) nog.een st. breien en het werk omkeeren. Averecht breien tot de opening in de pen, daar minde ren en nog een st. breien, omkeeren en tot de opening breien, daar overhalen en nog een st. breien, omkeeren, enz. Als alle steken op die pen gebreid zijn, is de kleine hiel af. We nemen nu opzij van de groote hiel 10 st. op, laten de voorste pen ook weer meedoen en verdeelen de andere pennen zoo, dat bij het midden van den kleinen hiel de splitsing is. De voet wordt nu als volgt gebreid Voorpen gewoon recht, 1ste zijpen: 2 r. over halen, pen uit. Tweede zijpen: pen uit tot op 4 st. na, dan minderen en 2 r. Dit herhalen we telkens met 3 pennen gewoon recht er tus schen, tot op de beide zijpennen elk nog 12 st. staan. Nu gewoon recht verder breien, tot de voet van den boord af 45 toeren telt. De teen wordt als volgt gebreid: groote pen, 2 r. overhalen, pen uit tot op 4 st. na, dan minderen 2 r. Eerste kleine pen: 2 r., overhalen, pen uit. Tweede kleine pen; pen uit tot op 4 st. na, dan müideren, 2 r. Nu weer 3 pennen recht overbreien en deze tweetoeren herhalen tot er op de groote pen 12 st. staan en op de kleine elk 6 st. Nu dit zelfde zonder 3 pennen recht er tusschen, tot er 8 op de groote en 4 op de heide kleine staan. Nu draaien we het werk binnenste buiten, steken de heide kleine pennen op een pen en kanten af door de twee pennen van 8 st. tegen elkaar te leggen en telkens 1st. Van de voorste en 1st. van de achterste pen te zamen te breien; de verkre gen 8 st. kanten we op de gewone manier af. SP. TH. De haat die blind is We hebben het heel vaak over „de liefde, die blind is", maar als we dit zeggen, geven we ons geen rekenschap van de beteèkenis onzer woorden. Liefde is allerminst blind. Wie waarlijk lief heeft ziet heel goed en heel scherp de fouten van het geliefde wezen, maar hij ver geeft ze en soms gaat hij zich zelfs verheel den, dat hij den ander om zijn fouten lief heeft. De haat daarentegen is werkelijk blind Zóó blind zelfs, dat ze niet alleen onrecht vaardig, maar zelfs onhandig en dom wordt. Hoe weet u b.v., dat „dat vreeselijke mensch", aan wie u een hekel hebt zonder andere re den dan een vage jaloezie, een klein mee- ningsverschil, niet juist een uitstekende vriendin voor u zou kunnen zijn? 't Zou de eerste keer niet zijn, dat een blind, ongemo tiveerd haatgevoel omsloeg in het tegendeel, alsu maar eerst eens de gelegenheid aangreep om er ronduit samen over te spre ken. Waarom ruimen we allemaal van tijd tot tijd onze kasten op, gooien we sommige pa pieren weg en ordenen we andere en waarom maken we er geen gewetenszaak van. zoo - nu en dan onze vage antipathieën op te rui men? Stel u eens de vraag: „Waarom haat ik hem of haar?" en bedenk daarbij, dat er geen mensch op de wereld bestaat, die heele- maal geen goede eigenschappen heeft. Be denk verder, dat dit haatgevoel u zelf 't al lermeest schade doet: een hatelijke gedachte is even slecht voor de gezondheid als een ongeluk en erger dan een ziekte want die dient om verkeerdheden in 't gestel op tp ruimen. Liefhebben en vergeven daarentegen ma ken gezond I Maandag Gebakken bokking Roode kool Aardappelen Botersaus. Dinsdag: Boerenkoolstamppot Rookworst Vruchtengruel Woensdag: Gebakt Brusselsch lof Aardappelen Rijst met bessensap Donderdag: Runderrollade Spruitjes. Aardappelen Rijstkoekjes Vrijdag: Gebakken filets van schelvisch. Aardappelsla met biet en veldsla. Vermicellischoteltje. Zaterdag: Haché. Gekookte rijst. Griesmeelpudding mét pruimen Zondag: Kop bouillon Blinde vinken Aardappelen Doperwten uit de bus Appeltaart. VEGETARISCHE MENUS. 1. Savoyekool met kaas 3. Stamppot van rauw Aardappelen - Br, lof. Yoghurt met beschuit Wentelteefjes, en suiker. Vruchten. 2. Macaroni 4. Bruine boonensoep Tomatensaus Aardappelen Veldsla Gestoofde uien Chocoladepudding Rijst met boter en Vanillesaus suiker. Watergruel (4 a 5 personen.) Benoodigdheden: 1 ons parelgort, IVi L. wa ter, 3 d.L. bessensap, IV2 ons krenten en rozij nen, l ons suiker, stukje pijpkaneel. Bereiding: De gort wasschen, een nacht weeken en met het weekwater en pijpkaneel opzetten iri een hooge pan, daar gort gemak kelijk over gaat koken. Na 1 uur de gewas- schen krenten en rozijnen er bij doen, en deze V2 uur meekoken. Daarna van het vuur de bessensap en de suiker er bijdoen en de pijp kaneel er uit halen. Voor vruchtengruel neemt men dezelfde hoeveelheden gort en water, kookt deze gaar en laat het laatste uur V/2 ons geweekte tutti-frutti meekoken. In plaats van met bessensap maakt men de gruel dan met het sap van. 1 a 2 citroenen af. Men kan inplaats van gort ook rijst nemen, het weeken vervalt dan, en natuurlijk is de kooktijd dan korter:-3/4 a 1 uur. Het gerecht 'is flauwer van smaak. Heel lekkere -vruch tengruel maakt men"door 1 ons abrikozen te nemen en die, wanneer ze geweekt zijn, in de gort gaar te koken. Van het vuur roert men dan 2 in plakjes gesneden bananen er door en 1 heel fijn gesnipperde goudreinet. De gruel wordt op smaak afgemaakt met sui ker en sinaasappelsap. Savoyekool met kaas. Benoodigdheden: 1 kleine savoyekool, IV2 ons geraspte kaas, 40 gr. boter, paneermeel. Bereiding: De kool schoonmaken door de buitenste bladeren te verwijderen, daarna in grove stukken snijden en de stronk eruit snij den. De kool y2 uur. koken in water met zout, afgieten en op het vergiet goed uit laten lek ken. De kool met de geraspte kaas laag om laag in een vuurvasten schotel doen. Bovenop wat paneermeel, vermengd met kaas strooien en de gesmolten boter er over schenken. De schotel pl.m. V2 uur in een niet te warmen oven zetten. Verschillende andere groenten kunnen met kaas of kaassaus klaargemaakt worden, waar door ze voedzamer worden en meer smaak krijgen. Kaas kan het vleesch wat voedings waarde betreft bij de vegetarische maaltij den vervangen. Brusselsch lof, schorseneeren bloemkool kunnen op deze manier klaarge maakt worden. Men maakt van boter, bloem en melk of kookwater van de groente een ta melijk dikke saus. Op 1 dL. neemt men IV2 eetlepel (glad afgestreken) bloem en 3/4 le pel boter. Men verwarmt boter en bloem en roert er telkens wat van het vocht door. Is de saus mooi glad en doorgekookt, dan roert men de geraspte kaas er door, soms nog wat zout, en giet ze over de groente, die men, nadat ze op het vergiet goed uitgelekt is, op een dek schaal gedaan heeft. Heeft men een oven tot zijn beschikking, dan doet men de groen te in een vuurvasten schotel, met saus en wat gesmolten boter er overheen, zet deze phm. 15 min. in den oven en geeft voornamelijk hoven- warmte. Thee-kransjes. Benoodigdheden: 2, ons bloem, 11/4 ons bo ter, 3/4 ons basterdsuiker, 1 ei, zout, suiker, vanillemerg. Bereiding: De boter in de bloem klein snij den, basterdsuiker, zout, eidooier en vanille merg toevoegen en doorkneden tot men een stevige bal heeft. Met een glas of gekarteld uitsteekvormpje rondjes uitsteken en daaruit b.v. met appelboor kleine rondjes. De kransjes op een beboterd bakblik leggen, ze met het even losgeklopte eiwit bestrijken, wat kristalsuiker er voorzichtig opstrooien en ze in den oven in pl.m. 20 minuten lichtbruin hakken. Ze niet te veel bovenwarmte geven, daar suiker en eiwit gauw bruin worden (zoo- noodig een beboterd papier er op leggen). -Bij J. Philip Kruseman te Den Haag zijn eenige populaire romans verschenen n.l. „Het meisje van Arizona" van Frank C. Robertson. „Het zonverbrande lijk" van George Bagby. „Kapitein Bloed's verdere lotgevallen" van Ra fael Sabatmi, „De roode doos': van Rex Stout, en „Sneeuwstorm over de Far West" van B. M. Bower. ENKELE SCHOONHEIDSFOUTJES. en hun remedie. Is uw gezicht te mager? Kies dan een hoog gesloten japon of blouse met plooitjes. Hebt u een vale gelaatskleur en houdt u niet van kunstmiddelen? Kies dan bij uw mantel of japonnetje een mooie, warmgetinte shawl: Bent u over de veertig-en wilt u er' graai_ jong blijven uitzien? Leg .u dan in de eerste plaats toe op'het behouden van een slank figuur. Al het andere is bijzaak. Zijn uw oogen heel flets of flauw van uit drukking, bijv. na ziekte of" uitputting? Pro beer 't dan eens met een gróote schitterende broche of bloem, dicht bij uw gezicht gedragen. Hebt u neiging om te zwaar te worden? Vermijd dan „gewaden" met wijde mouwen waarvan de ruimte op de pols valt. De onder mouwen moeten steeds nauwsluitend zijn, de ruimte valt in- de bovenmouw. Groote steun voor haar- Huis en voor ons volk. IN deze vreugdedagen, nu de aanhankelijk heid van het Nederlandsche volk aan ons oude Oranjehuis weer eens warm en overtuigend gebleken is, nu een zéér ge liefde Prinses met haar jeugdig gezin in het centrum van de belangstelling staat, is het niet meer dan natuurlijk dat wij hier in onze vrouwenrubriek eens de aandacht vragen voor een andere prinses van Oranje. Voor een Prin ses, die in ontzaglijk moeilijke tijden den naam van Oranje hoog hield, beschermde, tot het uiterste toe verdedigde en die wellicht méér dan welke andere vrouw ook ertoe heeft me degewerkt, dat Nederland en Oranje nog al tijd en thans meer dan ooit één zijn. Ik bedoel prinses Frederika Sophia Wilhel- mina van Pruisen, de echtgenoote van onzen laatsten stadhouder, de moeder van onzen eer sten koning. Zij is inderdaad in de geschiedenis van Ne derland een lichtende gestalte geweest, die te schooner uitkwam naarmate de achtergrond van haar leven die ontzaglijk roerige en ver warde omwentelingstijd van het einde der 18e en het begin der 19e eeuw donkerder werd. Moeilijke jeugd. Prinses Wilhelmina, den 7den Augustus 1751 te Berlijn geboren als eenige dochter van prins Augustus Wilhelm van Pruisen, den broer van koning Frederik den Groote, en van prin ses Louise Amalia van Brunswijk, had een zeer moeilijke eerste jeugd. ,Ik was een schuw, huilerig kind", zoo ver telt ze van zichzelve, en dit mag geen wonder heeten, als we de blzonderheden van haar opvoeding nagaan. Reeds op driejarigen leeftijd kreeg het arme prinsesje in het paleis van haar ouders haar eigen huishouding, die onder het beheer van haar gouvernante stond en zag zij haar ouders bijna nooit meer. En die gouvernantehet klinkt bijna ongelooflijk, wat ervan verteld wordt! 't Was een zekere freule van Redern, een geestige en zeer uithuizige dame, die wel allerminst geschikt was om een kind op te voe den. Tuchtigingen met de roede waren aan de orde van den dag, naar alle hofbals en fees ten, waaraan de gouvernante deelnam, werd het kleine meisje meegesleept en moest dan tot diep in den nacht in de antichambre wach ten. als ze tenminste niet in een donkere ka mer werd opgesloten! Gelukkig voor de prinses moest, toen zij on geveer acht jaar oud was, het hof tengevolge van den oorlog de wijk nemen naar Maagden burg, en daar kreeg zij een andere gouvernan te, freule Sophie von Danckelmann, die in alles het tegendeel was van de vreeselijke freule von Redern en van wie prinses Wilhel mina herhaaldelijk getuige: „Aan haar heb ik het te danken, dat ik nog geworden ben, die ik ben". Toen het hof in 1763, na den vrede van Hu- bertusburg, te Berlijn terugkeerde, was prinses Wilhelmina geen kind meer: zij werd, hoewel pas elf jaar oud, als een volwassen meisje be handeld en genoot vooral zeer van den om gang met haar oom den koning, die bizonder veel van haar hield en haar dikwijls bij zich aan tafel noodigde. Hij stelde belang in al haar doen en laten: haar musiceeren, haar schilderen, haar bordu ren en overlaadde haar met kleine attenties en hij was het ook, die in 1767, niet uit poli tieke overwegingen, maar uitsluitend met het oog op haar geluk, haar huwelijk met den erf stadhouder Willem V tot stand bracht. Een verbintenis, die overigens zelfs voor een ko ninklijke Pruisische prinses zeer eervol was! Bij die gelegenheid verklaarde de koning aan den heer de Larrey, die namens den Prins officieel aanzoek om haar hand deed, o.a.: „Zij is rijzig, goed gebouwd en bevallig in haar bewegingen. Wat haar karakter aangaat, dat overtreft alles wat ik ooit heb waargenomen. Het is niet uit vooringenomenheid, dat ik dit zeg; ik ben niet blind voor de gebreken van de kinderen mijner verwanten, maar waarlijk, bij mijn nicht heb ik geen gebreken kunnen opmerken". Donkere wolken. Van de eerste huwelijksjaren van prinses Wilhelmina is weinig belangrijks te vertellen; al spoedig bleek, dat de jonge echtgenooten elkaar buitengewoon goed begrepen. Hun ver houding was zeer hartelijk en de prins hechtte zich al spoedig zoo sterk aan zijn lieftallige 'en verstandige gemalin, dat hij haar geen dag meer missen kon. Zij ging met hem mee op zijn reizen, maar bracht toch ook heerlijke dagen door in het Binnenhof te den Haag, waar zij zich met hart en ziel toelegde op het versieren van haar appartementen met fijn borduurwerk en genoot van tooneel en mu ziek. En toen in November 1770 haar eerste kindje, prinses Louise, geboren werd in 1772 en 1773 volgden haar twee zoons Willem Frederik en Willem Frederik George was er wel geen gelukkiger vrouw en moeder dan prinses Wilhelmina denkbaar! Helaas zouden deze zonnige tijden niet lang duren, want politieke moeilijkheden stonden voor de deur. Reeds lang was het de prinses een doorn in het oog, dat haar gemaal bij het nemen van besluiten al te zeer luisterde naar den raad van zijn opvoeder, den hertog van Brunswijk-Wolfenbuttel, die hiervan misbruik maakte om den prins aan den leiband te hou den. En toen eindelijk in 1784 de hertog het land verliet laaide de strijd tusschen patriot ten en Prinsgezinden hooger en hooger op: afbreken lag immers in den geest van den tijd! In deze uiterst moeilijke jaren toont prinses Wilhelmina zich in al haar grootheid van ka rakter. Meer en meer weet zij den Prins te overreden haar zijn politieke moeilijkheden toe te vertrouwen, en steeds geeft zij hem den juisten raad, terwijl zij zich echter steeds be scheiden op den achtergrond houdt. Ze is vol komen op de hoogte van alle onderdeelen on zer zoo uiterst ingewikkelde staatsregeling, verdedigt den Prins hardnekkig en wat misschien nog het grootst in haar is loont zich steeds opgewekt, nooit terneergeslagen, hoezeer de moeilijkheden zich ook opstapelen. De eerste catastrofe kwam, toen de prinses Wilhelmina van Pruisen, een krachtige persoonlijkheid in donkere tijden Een Prinses van Oranje. in Juni 1787, op haar reis van Nijmegen, waar het stadhouderlijk hof toen vanwege de on lusten gevestigd was, naar den Haag bij Goe- janverwellesluïs werd tegengehouden; de tweede, toen het stadhouderlijk gezin na den inval der Franschen in 1793, twee jaar later, in een visscherspink zee koos om zijn toevlucht te zoeken in Engeland. Onder dit alles bleef prinses Wilhelmina van een bewonderenswaardige kalmte en berus ting. Bij het afscheid van haar hofdames scheen zij hevig ontroerd, maar nog eer zij Scheveningen had bereikt, zoo vertelt een ooggetuige, had zij haar gewone fiere houding weer aangenomen. En aan haar dochter Loui se, toen reeds gehuwd met den erfprins van Brunswijk, had zij enkele dagen tevoren ge schreven: „De crisis is op zijn hoogst geklom men en middelen om er ons uit te redden zijn er niet. Ziedaar de waarheid. Maak nu zelve maar uw gevolgtrekkingen. Bid God voor ons; maar wacht u voor moedeloosheid. Laten wij onze hoop op Hem stellen. Hij kan licht doen voortkomen uit de duisternis en Zijn wegen zijn wonderbaar". De Prinses als moeder. Gedurende de jaren van haar ballingschap, eerst in Engeland, later op 'het landgoed Oranïënstein in Duitschland doorgebracht, leeren wij prinses Wilhelmina vooral kennen als moeder. Vooral de verhouding tot prinses Louise, die aan de zijde van haar geestelijk zeer onont- wikkelden, ziekeljjken man een moeilijk leven had, was buitengewoon innig en daarnaast strekte zich haar liefde uit tot het gezin van den erfprins den la-teren koning Willem I waarvan het oudste zoontje Guillot (Wil lem II) haar bizondere lieveling was. „Ik dank u, mijn lieve kleine Willem, schreef zij 18 Augustus 1798, „voor uw brief en de goe de 'wenschen, die gij maakt ter gelegenheid van mijn geboortedag. Ilc zie met blijdschap, dat gij nog somtijds aan groote Mama van Oranje denkt. Zij deiikt dikwijls aan u en aan uw geheele familie. Ik zend u twee Fransche boekjes, hopende, dat gij schielijk in staat zult zijn ook deze taal te verstaan. Hebt gij veel plaisir dit jaar buiten? Wat is uw liefst tijd verdrijf van den zomer te Schönhausen?Maakt mijn compliment aan uw goede vrienden en vriendinnen en zegt aan mama, dat ik haar geschreven heb. Geeft een zoen in mijn naam aan uw lief broertje, en weest altoos verzekert van de tederliefde van Uwe goede Groot Ma ma Wilhelmine. Groet Papa, omarmt harte lijk de lieve kleine Willem en zijn broertje. Ik bid u, zend mij van nieuws de maat van uwe grootte". In een schrijven aan den erfprins maakte de prinses haar excuses, dat dit briefje „erg slecht Hollandsch" was. En in deze moeilijke jaren van omzwer ving, ziekte en dood, waaronder het Huis van Oranje zeer te lijden had prins Willem V overleed in 1806 te Brunswijk was de krach tige, opgewekte persoonlijkheid van hun moeder hun allen tot grooten' steun, totdat eindelijk de politieke hemel opklaarde en zij, korten tijd na haar zoon, die in 1813 zijn zege vierenden intocht in ons land hield, den Ne- derlandschen. bodem weer betrad. Den loden Januari 1814 kwam zij met prinses Louise, de hertogin-weduwe van Brunswijk, na een 19- jarige ballingschap te den Haag aan, hartelijk toegejuicht door het saamgestroomde volk, dat haar tot haar dood toe in hooge eer heeft ge houden. Zij overleed na een korte ongesteld heid, stellig verergerd door haar verdriet om den dood van prinses Louise, op den 9den Juni 1820 en werd in de kerk te Apeldoorn begra ven. Een trouwe, onvermoeide werkster voor hét heil van haar Huis en van ons land ging met haar heen. R. DE RUYTER-v. d. FEER ROMANTISCH BRUSSEL. In het grootste Brusselsche stadspark worl den ieder jaar niet minder dan 900 banken door het insnijden van harten en letters zóó zwaar beschadigd, dat men ze door nieuwe moet vervangen. De gemeenteraad heeft thans- besloten, me-- talen banken te doen vervaardigen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1938 | | pagina 9