HET NIEUWE AVONDBLAD Een informeele proeftocht met de Delft, IJm. 17 Hoofdzaken. 23e JAARGANG No. 127 DONDERDAG 31 MAART '38 IJMUIDER COURANT ABONNEMENTENper week 12Vs ets., per maand 5A cents, p. kwartaal f 1.65. Geen incasso kosten. Losse nummers 3 cents. Kantoor Kennemerlaan 42 - IJmuiden, Tel. 5301 VERSCHIJNT DAGELIJKS, BEHALVE OP ZON- EN FEESTDAGEN. UITGAVE LOURENS COSTER, MLJ. VOOR COURANTUITGAVEN EN ALG DRUKKERIJ N.V. DIRECTIE P. W PEEREBOOM EN ROBERT PEEREBOOM ADVERTENTIëN1—6 regels f 0.75. Elke regel meer 15 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Adverten ties van Vraag en Aanbod 1-3 regels 25 ct., elke regel meer 10 ct. Ingebonden mededeellngen dubbele prijs. ALLE ADVERTENTIëN. OPGEGEVEN VOOR DIT BLAD, WORDEN KOSTELOOS OPGENOMEN IN DE NEVEN- EDITIE HET NIEUWE AVONDBLAD DE KENNEMER COURANT. POSTGIRO S10791 ?/n «f V0?L betal®nde, abonnés. Levenslange ongeschiktheid f 2000—, overlijden 400—, verlies van hand, voet ol oog 200.- beide leden duim 1100—, een lid duim I 50—. alie leden wijsvinger J 60 f 4fin 25—, alle leden anderen vinger f 15—, één of twee leden anderen vinger f 5—, arm- of beenbreuk 30—, enkelbreuk 15—polsbreuk 15—. Opvarenden van visschers-, marinevaartuigen enz, voir öi-r 0I?°eva.1 tljdens de vaarttot een maximum van ƒ2000.indien hetzelfde ongeval den dood van vijf of meer abonnés tengevolge mocht hebben. 5 aeri'!Ke verzekering voor abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad Alles indien het gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden Na den Anschluss van Oostenrijk bij Duitsch- land volgde precies de periode van opwinding, die Engelsche ervaring en nuchterheid in een spreekwoordelij k-gewor den uitdrukking „a nine days' wonder" hebben neergelegd. Het is een merkwaardig menschelijk verschijn sel dat de algemeene beroering, door een on verwachte gebeurtenis teweeggebracht, inder daad zoowat negen dagen pleegt te duren. Doen zich in dien tijd geen nieuwe voor, uit het vorige feit voortvloeiend, dan volgt een plotselinge „luwte". Zoo ging het ook in dit geval. Het Poolsch-Litausche conflict velen in ons land zullen het alweer bijna vergeten zijn, zoo snel leven we scheen even een crisis te zullen verwekken, maar het werd snel opgelost. Zoo snel, dat men er verbaasd van stond en in een tijd, die toch zoo vol gevaren is, ineens den wensch tot het vermijden van oorlog zag leiden tot een resultaat, dat acht tien jaar lang in onzekerheid was blijven hangen en in veel rustiger perioden niet be reikt kon worden. De luwte, thans in de internationale gebeur tenissen ingetreden, is heilzaam omdat er nu tenminste onderhandeld kan worden, hetgeen een der hoofdzaken is. Het snelle oprukken van Franco's legers in Catalonië heeft zelfs geen internationale opwinding vermogen te verwekken, al schijnt de overwinning der Spaansche nationalisten thans dichter bij dan ooit tevoren. Fransche interventie in Spanje is uitgebleven, met dit hoofdzakelijke belang, dat een geweldig gevaar vermeden is. Er zijn berichten geweest, merkwaardige berichten, dat eenige Fransche ministers tot zulke in terventie reeds besloten hadden zij hadden drie divisies naar Barcelona willen zenden maar daarvan door de Engelschen zijn weer houden. En Winston Churchill, conservatief in de oppositie, even tevoren nog fel bestrijder van Chamberlain toen die Eden losliet, is als officieus Britsch onderhandelaar naar Parijs gegaan en heeft met Blum, Boncour, Daladier, generaal Gamelin, Chautemps, Flandin, Paul Reynaud en Mandel besprekingen gevoerd. Blijkbaar resultaat: de Britsche regeering wil absoluut haar toenaderingspolitiek tot Italië blijven voortzetten en Frankrijk daar ook in betrekken. Zij wil niet interveniëeren in Span je, ook niet als de burgeroorlog beëindigd mocht worden. Halifax heeft ronduit in het Hoogerhuis deze dingen verklaard. Hij wenscht Engelands democratie, instellingen, persoon lijke rechten en vrijheden in het binnenland te handhaven en Engelands invloed aan te wenden om de verdeeldheid van Europa in vijandige kampen te voorkomen en verzoening te bevorderen. Hij ziet deze hoofdzaak: op alle manieren pogen, de uitbarsting van een Euro- peesch conflict te voorkomen. Lukt dat, dan kan men later zien of er een basis van samenwerking door de groote mo gendheden is te vinden, die zich intusschen alle nog steeds uitputten in bewapening. In afwachting laat de Engelsche regeering eigenlijk alle stelsels voor het scheppen van betere rechtsverhoudingen voorloopig los. Zij wacht op beter tijden. De Volkenbond is als instrument voor politieke reorganisatie op den achtergrond geraakt; het instrument is ter zijde gelegd. Komt er geen oorlog, dan zal men het vroeger of later weer ter hand moeten nemen, desnoods onder anderen naam en met een nieuw statuut. Maar de hoofdzaak is nimmer het door den Volken bond ontworpen stelsel geweest maar zijn doel: het voorkomen van oorlog. Kan dit voorloopig met andere middelen het best ge diend worden dan moet men daarvan gebruik maken. Dit is het Engelsche standpunt en men kan er zich nauwelijks over verbazen dat vooral de kleine mogendheden, met doodsgevaar bedreigd door een oorlog, het stilzwijgend aanvaarden en er het beste van hopen. Internationale samenwerking, onder den naam Volkenbond of een anderen naam, kan alleen slagen als hij de machtigste fac toren voor zulk een samenwerking in zich vereent. Niet als een gansche groep machti gen zich daar tegenover stelt. Dan is er im mers geen samenwerking maar onderlinge tegenwerking! Natuurlijk kan men hierover zeer naar geestige beschouwingen houden, alles als mis lukt beschouwen en de toekomst pikzwart inzien. Maar men weet het tenslotte niet. Men is geen profeet en doet derhalve ver standiger met het maar wat optimistisch in te zien. Het is inderdaad met al die oorlogs dreiging al zoo vaak meegevallen. Sinds '25 of '26 is de Europeesche oorlog ons al op kor ten termijn voorspeld en hoeveel aanleidin gen zijn er al niet geweest die in vroeger tij den even zoovele uitbarstingen beteekend zouden hebben. Wij moeten vooral moed hou den. Misschienja misschien is de wereld al verder gevorderd dan wij denken, ondanks ai onze ismen en stelsels en overtuigende argumenten R. P. Voor velen was het geen plezierreisje. En van het visschen kwam niets, doordat een iijn in de schroef kwammaar „scherven brengen geluk", meende de directeur van de Vem. Als alle wenschen, die 11a de giste ren door de Delft IJM 17, de nieuwe trawler van de Vem, directie en schip trawler van de Vem gehouden proeftocht, directie en schipper werden toegewenscht, in vervul- winst der IJmuidensche vissehersvloot een goede toekomst tegemoet. Maar voordat men aan de plechtigheid, die na afloop van den „informeelen" proeftocht in den salon van de Delft plaats vond, toe was, was er heel wat gebeurd. In de eerste plaats was daar Neptunus, god der zee, die, spoedig nadat de Delft haar neus buiten de pieren had gestoken, een hooge tol eischte en die deze tol prompt te incasseeren kreeg; en in de tweede plaats was het pechduiveltje aan boord dat de oorzaak was, dat de tocht wat langer duurde dan men van plan was, doordat bij het uitzetten van het net iets gebeurde, waarop men niet gerekend had en waardoor niet al leen de Delft, maar ook de Mary IJM 189 ver traging had. De details van deze gecompliceerde gebeur tenis kan men vinden in het reisverhaal van dezen merkwaardigen proeftocht. Om elf uur gistermorgen waren degenen, die door de directie van de Vem waren uitgenoo- digd om den tocht mee te maken, aan boord. De Delft lag, vroolijk gepavoiseerd, aan den toeristensteiger, met ongeduld het sein van vertrek af te wachten. Het was een uitgebreid gezelschap, vogels van diverse pluimage^ Allereerst noemen wij onzen gastheer Ir. F. Thiel, directeur van de Vem, de heeren J. J. v. d. Bogaerde, econoom, J. M. Jimmink, boekhouder v. d. Plas, wal- schipper van de Vem alsmede eenige ambte naren, Mr. J. J. Schokking, Wassenaar, Ir. W. Fuhri Snethlage, directeur van den Eeono- misch-Technologischen Dienst in Noord-Hol land, dr. L. S. Limborgh Meijer, directeur van den Gem. Geneeskundigen en Gezondheids dienst, Mr. Boosman namens de directie van het Staatsvisschershavenbedrijf, I. Kuijper, havenmeester en C. van Staalen technisch ambtenaar van het Staatsvisschershavenbe drijf, F. P. Vermeulen en G. Carst namens de Reedersvereeniging, Ir. F. Liebert, directeur van het Rijksinstituut voor chemisch, micro biologisch en hydrografisch visscherijonder- zoek te den Helder, A. de Graaf. J. F. Glaze- ner en P. Krab namens de IJmuider Vischhan- delvereeniging, E. Dekker, R. Speelman expert der Scheepvaart Inspectie, W. F. Fournier, inspecteur van het Stoomwezen, G. Wijn schenk, bestuurslid van het C. A. B., A. Gold- boorn en T. H. Meyering namens de Propa- gandacommissie voor het vischverbruik, B. Molendijk namens het C. B. en den Noord- Brabantschen Chr. Boerenbond enz. De trossen werden losgesmeten en met een kalm gangetje stoomde de Delft de haven uit. Het weer was, zooals het voor een dergelijken tocht moest zijn: helder en droog met een flinke bries, die zorgde voor een lekker zee-tje mans genoeg om de Delft gelegenheid te ge ven te toonen, welk een prachtig schip ze is. Nauwelijks waren we buiten de pieren, of ze- boorde haar fermen steven in de landwaarts rollende golven. En toen kwam Neptunus al spoedig met zijn grijzen kop boven de ver schansing uit. De brulboei lieten we linkspardon, aan bakboord brullen, de pieren, de duinen en de torens verdwenen achter ons in den wazigen horizon en toen kwam spoedig het oogenblik, dat we zouden gaan visschen. Dat is heel wat anders dan hengelen op de Zuiderpier. Een leek kijkt daar vreemd tegen op want er moet heel wat gebeuren voordat het net goed en wel overboord is: manoeuvres met het stuur, met de telegraaf, met de winch, de borden en de lijnen, alles moet met zorg en deskundig geschieden. En ook dan loopt het zelfs bij den meest ervaren schipper wel eens mis. De kuil en het net waren overboord, lang zaam werden de lijnen een eind uitgevierd. Daar gingen ook de borden; de haak van de messinglijn werd aangepikt en toen gebeurde het: hoe het precies gebeurde weten we niet, deskundigen verklaarden, dat men op het ach terschip de messinglijn niet vlug genoeg introk maar het eind van het liedje was, dat deze lijn in de schroef raakte. Een voordat dit gebeurde had de Mary IJM. 189, schipper Bram de Goede, ons gepraaid. Reeds had de Mary met eenige stooten op de fluit afscheid van ons genomen, maar toen de boel op de Delft onklaar geraakte werd de Mary teruggeroepen, om ons zoo noodig binnen te sleepen. Dat nooit, dacht schipper Koster. We lagen stil, d.w.z. de machine stond stil, maar de Delft danste lustig op de baren. In de machinekamer tornde men aan de schroefas, nu eens vooruit, dan eens achteruit, maar het lukte niet. Ten slotte zat er niet anders op dan de lijn te kappen. En toen voorzichtig-aan draaien en het lukte. Het uurtje ronddobberen kwam velen duur te staan, maar toen de Delft eenmaal weer „full speed ahead" havenwaarts stoomde, was het ergste leed gauw geleden. Een sandwich en een glas sherry of port bleken een goed geneesmiddel te zijn. En de hulp van de Mary was niet noodig geweest. Toen de Delft weer aan den kant lag noodig- de de gastheer Ir. thiel zijn gasten uit voor een kleine plechtigheid in den salon. Aller eerst dankte de heer Thiel allen voor hun be langstelling. Hij wees er op, dat men, wat de zusterschepen Haarlem en Delft betreft, ge zocht heeft naar een type, geschikt voor de Noordzeevisscherij zoowel als voor de verre visscherij; ze moesten dus niet te klein voor de verre visscherij en niet te groot voor de Noordzeevisscherij zijn. De schepen zijn grooter dan de gewone Noordzeebooten, maar nu reeds is gebleken, dat ook op de Noordzee met de krachtigste schepen de beste resultaten bereikt worden, ook op de haringvisscherij, hetgeen met de Erin reeds bewezen is. De Haarlem en de Delft zijn wel zusterschepen, maar toch is er verschil in de outillage. Zoo heeft de Delft geforceerden en de Haarlem gewonen trek. Toen de werf de order kreeg was daar juist een serie van zes booten in aanbouw, waar voor geforceerde trek werd nabesteld. De eene werf beschouwt geforceerden trek als voordeel, de andere als nadeel en daarom werd door de Vem van beide systemen één besteld. Voor het vischruim is bij de Delft een nieuw verfpreparaat gebruikt, een soort schellak; ook de isolatie is verschillend. Op de booten is een verdamper aanwezig, die zoet water produceert, waardoor voorkomen wordt dat een tank van 40 a 50 ton moest worden ingebouwd, hetgeen zooveel dead weight minder beteekende. Verder wees de heer Thiel op de traaninstallatie, die „fabrik- massig" is ingericht. Op alle Vem-booten wordt nu de traan aan boord verwerkt. Daar door wordt een product verkregen, dat een klasse beter is dan de traan, die gemaakt wordt van aangevoerde lever. Dit levert voor de toekomst interessante mogelijkheden op. Tenslotte richtte de heer Thiel zich tot schipper Koster. Ik heb laten nazien, hoe lang je bij ons in dienst bent, aldus de heer Thiel. In September 1915 ging je voor het eerst met de oude „Duyvis" als schipper mee. Je bent dus nog niet aan je zilveren jubileum als schipper toe. maar toch ben je langer in dienst. Je behoort tot de jongste schippers in leeftijd, maar tot de oudste in dienstjaren. Spreker zeide. zich de Vem niet te kunnen voorstellen zonder schipper Koster en het deed hem genoegen den heer Koster dit schip te mogen toevertrouwen. De kleine „hitch" van vanmiddag zijn we al weer ver geten en scherven zijn geluk. Spreker wensch te schipper Koster met de Delft veel geluk. De heer Koster bedankt den heer Thiel voor het in hem gestelde vertrouwen. Hij hoopte, dat hij er veel'succes mee mocht heb ben en dat de Vem nog vele van deze sche pen zou laten bouwen. De heer Speelman feliciteerde eveneens de directie met deze boot en wees er op, dat de ambtenaren van de Scheepvaart Inspectie steeds prettig met het bedrijf samenwerken. Verder wees de heer Speelman er op, dat deze schepen volgens de hoogste eischen zijn gebouwd dat kracht, ruimte en licht in over vloed aanwezig zijn, alle drie belangrijke factoren voor een trawler. De heer A. de Graaf bracht de directie na mens de IJmuider Vischhandel Vereeniigng hulde voor haar ondernemingsgeest en wenschte haar eveneens veel succes toe. In gelijken zin spraken nog de heeren Molen dijk en F, P. Vermeulen. Laatstgenoemde zeide nog, dat de meeste bestuursleden tot hun spijt verhinderd waren den tocht mee te maken, maar dat hun belangstelling er niet minder om is. Spreker hoopte, dat het mag blijken, dat deze schepen een zegen voor het herstel van het visscherijbedrijf mogen zijn en voorts, dat schipper Koster het schip nog vele jaren met blijdschap en succes mag voeren. Na een dronk aan het succes van de Delft te hebben gewijd, maakten de gasten gebruik van de gelegenheid de Delft te bezichtigen. GEVONDEN VOORWERPEN. Hoofdbureau van Politie- Broche met hangertje, rozenkrans, blauwe ceintuur, zwarte doek, rijwielachterlicht, rij- wielbelastingmerk, ledige koopmansbeurs, zilveren heerenhorloge. IJmuiden-Oost.- Polis van een loterij, twee rijwielbelasting- merken, heerenrijwiel, bruine glacé hand schoenen, nikkelen dop van een kinderwagen, bril in zwart étui. wollen handschoen, huis sleutel, vulpotlood, duimstok, paspoort en diploma machinist, aan komen loopen een zwart hondje. Velsen-Noord' Stroomatras, bruine kindermuts, wit kin- derhandschoentje, bruin kindertaschje. paar zWare regenpijpen, zwarte haarstrik Santpoort: blauwe alpinomuts, aan komen loopen een jonge hond. OPENBARE VERGADERING VAN „DE DAGERAAD". De Vrijdenkersvereeniging „De Dageraad' belegt Maandag 4 April a.s. een openbare vergadering in „Ons Huis" aan dpn IJmui- derstraatweg. Spreker is de heer J. Hoving met het on derwerp: „Is er een opperwezen: heeft de >mensch een onsterfelijke ziel?" CONCERT ARB. MAND. CLliB. EXCELSIOR. De arbeiders mandolineclub .Excelsior", dir. Johan B. Kok, geeft Zaterdag 2 April a.s. een concert in „Ons Huis" aan den ÏJmuider- straatweg. Medewerkenden aan dezen avond zijn Jong Excelsior, de Hawaiiangroep en het groote orkest. Na de pauze zal een tableau worden opge voerd. VELSEN Clir. Gemengde Zangvereeniging „Nieuw Hosanna". 6 Mei 1928-1938. Een succesvolle loopbaan. Het was in het voorjaar van 1928. dat enkele oud-leden van de toen reeds eenige jaren rus tende vereeniging „Hosanna" (dir. P. v. d. Roovaart) het plan opvatten dit koor opnieuw op te richten. Het waren de heeren Van Veen, Klees en Schaap, die daartoe in overleg tra den met den huidigen directeur, den heer S. Wiersma, die een eerste poging in die rich ting reeds gedaan had. Het resultaat was, dat het herboren koor, Nieuw Hosanna, met een kleine 25 leden met de repetities een aan vang maken kon. Schuchter begonnen waagde het jonge koor het in 1929 uit te komen in de 4de af deeling op het concours, dat te Zandvoort gehouden werd. Dat de hardwerkende directeur in het vertrouwen, dat hij in zijn zangers en zan geressen stelde, niet beschaamd werd, be wees de uitslag: met 301 punten een eerste prijs. Daarna ging het met Nieuw-Hosanna's zangloopbaan steeds excelsior. Opeenvolgend waren de steeds aanmoedigende successen na Zandvoort f1929)4e afd. Ie prijs, Nieuw koop (1930) 3e afd. Ie prijs, Loenen (1931) 2e afd. Ie prijs, De Bilt (1932) afd. Uitmun tendheid le prijs met 362 punten en uit de latere jaren o.a. Veenendaal (1936) in dezelf de af deeling met het hoogst aantal punten. Nieuw Hosanna's concerten. frieuw-Hosanna is geenszins een z.g. con coursjageres, want naast het studeeren voor een concours werkt deze vereeniging ook bij na even hard aan het verzorgen van haar zaalconcerten. waarvan ze er jaarlijks minstens een tweetal klinkende geeft. Een voornaam aandeel, zoo niet het belangrijk' ste in de succesvolle carrière van het koor heeft de directeur er zeker wel in gehad. Dank zij de energieke leiding van den heer Wiersina heeft Nieuw-Hosanna het zoover we ten te brengen en in de voldoening gevende wedstrijduitslagen is dit tot uiting gekomen. Ook de „persmenschen" bezoeken zijn uit voeringen gaarne, omdat de koorzang er altijd met groote ambitie wordt ingestudeerd en uitgevoerd. Toen het eerste lustrum van Nieuw-Hosan na gevierd werd heeft de leiding van het koor voor dezen avond moeite noch kosten ge spaard om dit heugelijk feit waardig te herdenken. Het was dien 8sten November 1933 een belangrijke gebeurtenis in de ge- schiedenis van de vereeniging en de herinne ring aan het uitstekend geslaagde concert is bij ons. na een lange reeks meer of minder ge slaagde uitvoering van andere ensembles, nog steeds levendig gebleven. De viering' van het 10-jarige bestaan. Op Woensdag 20 April a.s. is het voor de jubilaresse „feest". Dan zal in het Ned. Herv. Vereenigingsgebouw het 10-jarige bestaar gevoerd worden. Nieuw-Hosanna heeft daar toe in studie genomen een groot koorwerk, evenals bij het eerste lustrum. Toen was het de bekende cantate voor gemengd koor, so praan- en tenor solo en strijkorkest van Paar- dekoper: „Uchtend-gloren" thans het niet minder populaire werk „Lentefeest". In de gepasseerde vijf jaar heeft de ver eeniging met vele moeilijkheden te kampen gehad en een belangrijk ledenverlies is haar niet bespaard gebleven. De leiding heeft echter voor de belangen van het koor op de bres gestaan en het werven van nieuwe leden krachtig tèr hand genomen, zoodat het zich niettemin goed heeft weten te handha ven. Mede is dit te danken aan de energieke wijze waarop de directeur zich van zijn taak kwijt en dit weer zijn terugslag heeft op het koor. dat zijn zang steeds weer voor een aan dachtig publiek kan uitvoeren. De onderaf- deeling van de vereeniging het kinderkoor „Klimop", mag zieh eveneens verheugen in een gunstige reputatie en meermalen mochten we van haar frisschen kinderzang genieten. Op den komenden jubileumavond zullen behal ve kleinere koorwerken van verschillende com ponisten van Herwaarden's werk voor ge- mengd-, vrouwen-, mannen-, meisjes-, kna pen- en kinderkoor worden uitgevoerd. De begeleiding is voorloopig in handen gegeven van het Chr. orkest Concinère. dir. de heer D. Klut Sr. De algeheele leiding berust bij den heer S. Wiersma, Indachtig- aan het devies van Nieuw Ho sanna „Wij geven ons geheel en al" is men ijverig aan de studie om dezen avond lot al ler wensch te doen slagen. Hetgeen wij bij het vieren van haar eerste lustrum schreven wordt ook thans gelukkig bewaarheid: ..Nieuw-Hosanna. welker uitste kende kwaliteiten we meermalen mochten loven, heeft door haar harde werken, daarin door directeur Wiersma voorgegaan, bewe zen een prominente plaats onder onze plaatse lijke koren te mogen innemen". We wenschen haar nog vele geslaagde con certen, eerste prijzen en lange jaren toe. W. SANTPOORT SANTPOORT IN VROEGER EEUWEN. Over Osmgdroppcn. De heer J. S. Visser te Santpoort schrijft ons: In enkele oude koopcontracten, die welwil lend aan de vereeniging „Vrienden van Oud Santpoort" ter inzage waren afgestaan vond ik enkele malen het onbekende woord „Osing- druppen" waarover ik in de stukjes over „Het Buurwegje" heb geschreven. Op grond van de mij gegeven inlichtingen gaf ik de verklaring dat het woord ose in verband stond met het tegenwoordige nog bekende woord „hoozen of oozen" beteekende: water verplaatsen. Het zelfde begrip zou dan nog weer te vinden zijn in waterhoos, hoosnap enz. Osingdrop zou dus beteekenen het in de vorm van druppels verplaatsen van water van een dak zonder afvoergooten. Dat afvallende water zou op eigen erf moeten vallen en niet buurmans erf mogen bezwaren. De ruimte tusschen den muur en de druplijn op den grond kreeg de naam van osingdroppen. Eensdeels is deze verklaring correct, zooals aanstonds zal blijken. Niet correct is echter de woordafleiding. Ik heb een en ander nog eens nagezocht en kom tot het navolgende": In het Middel-Nederlandsch woordenboek lees ik dat het woord ose ook voorkomt in de navolgende schrijfwijzen: Oose, Oyse, Oeyse, Osie, Hosie, Eusinge enz. De verklaring die aldaar gegeven werd is de volgende „Ose is de buiten den muur uitstekende punt van het (rieten) dak en ook de ruimte tusschen de lijn waar die dakdrup naar beneden valt en de muur". Men dient dit als volgt op te vatten: Voorheen waren bijna alle huizen van hout gebouwd en waren de wanden afgedekt door rieten daken. Water-afvoergooten werden toen nog niet gebruikt omdat het regenwater toen nog niet opgevangen werd voor mensche lijk gebruik. Om te voorkomen dat het regen water langs de wanden naar beneden vloeide, staken de rieten daken dus iets over, waar door het snel verrotten van de vochtige wan den dus werd voorkomen. Die overstekende ruimte werd voorheen „ose" genoemd. Van dit soort ose Ls het woord „osendrop" en later „osingdrup" afkomstig. Natuurlijk was het begrip ose en osendroppen aan voor schriften onderhevig. Zoo lezen wij bij het woord oosedruppen een aanhaling uit de Fris. Stadr. „Die oosdrop tusschen hun bey- den zal wijdt wesen anderhalf geervoet. Dui delijker is de volgende maataanduiding: „So wie tymmert is sculdich van synre erven, dair hy op tymmert, te laten onbetymmert ledich ligghen, tot synen waterganc ende eusendrop VI durnen breet byder roeden dairt water, dat van sinen huyse comt, opval len mach, ende dairt bij wechloopen mach, ende wechgeleet worden tot een leegher stede." Zooals wij ook Isagen in de stukjes over het Buurwegje, gaf de osingdrop vele malen aan leiding tot onaangenaamheden. Schepen Ba- rent Kromhout had schijnbaar van zijn hooge positie misbruik gemaakt, waarvan het ge volg was dat in de koopcontracten na zijn overlijden speciaal werd aangeteekend dat de gemaakte gaten in de muur gedicht moesten worden en hij van de osingdrop geen gebruik mocht maken om ander dan regenwater af te voeren. Het bovenaangehaald woordenboek wijst op die ruzies door het aanhalen van een rijmpje uit Pers Bellerophon dat luidt als volgt Hier quelt gij d' een, of d' ander U verstoort, En komt om goot of oosdrop U aan boord Al scheelt 'et niet een duym 't Is veel te ruym. FAILLISSEMENTEN. Door de Arrondissements-Rechtbank te Haarlem, zijn de volgende faillissementen op 29 Maart 1938 uitgesproken: 1 E. H. Nottrot, sigarenwinkelier wonende te Haarlem Barrevoetestraat 1. 2. Diens buiten gemeenschap van goede ren gehuwde echtgenoote, mevr. P. Goester, sigarenwinkelierster aldaar. 3 Arie van der Steen, visscherman, wonen de te IJmuiden-Oost, Velserduinweg 125. Curator in deze faillissementen- Mr. Dr. F. A. Bijvoet alhier. Rechter-commissarLs: Mr. E. H. F. W. van Schaeck Mathon alhier. Wegens gebrek aan actief werden de na volgende faillissementen opgeheven: 1 A. P. Langendijk, veehouder te Beverwijk. Breestraat 91; curator Mr. T. A. M. A. van Löben Seis alhier. 2 H. van der Woude, tuinder, te Haarlem mermeer, Spieringweg 319; curator Mr. J. Deenik alhier. 3 J. Langendijk. kapper te Beverwijk. Noor derwijkstraat 21; curator Mr. A. W. Hellema te IJmuiden. 4 J. J. Vonk, loodgieter te Zaandam West zijde 84; curator Mr. F. M. Hagemeyer, al hier. 5 H. J. Bakker, zonder beroep te Haarlem. Wilsonsplein 3; curator mej. Mr. E. Gouda alhier. 1 De nalatenschap van wiilen H. A. van Emmerik in leven caféhouder te Haarlem; curator: Mr P. J. Prinsen Geerligs, alhier. 7 E. Keur bouwondernemer te Zandvoort, Burgstraat. 16 curator Mr. O. H. van Wijk ►p Heemstede. Door het verbindend worden der eenige uitdeellngsliist zijn geëindigd de navolgende faillissementen: 1 De N.V. Mijndérs en Co. te Hillegom; cu rator Mr. F. M. Gerritsen alhier. 2 V. J. M. Bakker, bloembollenhandelaar te Hillegom; curator Mr. W. Veniet alhier

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1938 | | pagina 1