HET SPORTGESPREK
Critiek noopt Chamberlain tot
kabinets wijziging
B. M. H. C. gaat feestvieren.
BURGERLIJKE STAND
Ontevredenheid
over de uitbreiding der luchtmacht
AANBESTEDING NIEUWE IIERV. KERK.
Haarlem Dinsdag.
ZOMERZITTING
PROV. STATEN.
Mr. Dr. A. baron Röell weer in functie.
HAARLEM Dinsdag.
Hedenmorgen half twaalf kwamen de Provin
ciale Staten van NoordJïolland hij een 'in «open
bare zitting, die weer gepresideerd werd door
den Commissaris der Koningin Mr. Dr. A. ba
ron Röell, die op 1 Maart j.l. op de Groote
Markt bij een aanrijding gewond en geruimen
lijd in de Maria-Stichting verpleegd werd.
Mr. Dr. A. baron Röell.
Nadat de Commissaris de zitting had
geopend wijdde hij vriendelijke woorden ter
nagedachtenis aan den heer Ringers, het Sta
tenlid, dat eenige weken geleden gestorven is.
Bijna zeven jaar maakte hij deel uit van deze;
vergadering; hij genoot het vertrouwen en
vriendschap van alle partijen. Zijn voortref
felijke eigenschappen kwamen ook in zijn
woonplaats Alkmaar tot uiting; ook hier nam
hij een vooraanstaande plaats in. Hij heeft
zijn functies met eere vervuld en de erkente
lijkheid van de provincie verworven. Spreker
bracht hulde aan zijn minzame persoonlijk
heid en aan zijn hoogstaand karakter.
De Commissaris geluk gewenschfc.
De heer De Jong Schouwenburg
(Chr. Hist.) vroeg hierop het woord om de ge
voelens van erkentelijkheid en groote blijd
schap te vertolken, dat bij de gezamenlijke le
den onzer vergadering bestaat, nu onze sa
menkomst ook ditmaal weder onder uw door
ons steeds zoo gewaardeerde leiding zal mo
gen plaats hebben. Wij werden allen getrof
fen door het ernstig ongeluk, dat u op weg
van uw woning naar het gouvernement had
getroffen en dat een verblijf van eenige
maanden in het ziekenhuis noodzakelijk
maakte. Zoowel onze vergadering in haar ge
heel als elk onzer persoonlij]? hebben uit den
diepsten grond van ons hart in het u over
komen leed gedeeld. Groot is onze dankbaar
heid, nu de Almachtige op de tot herstel aan
gewende middelen Zijn zegen heeft willen
schenken en onze beraadslagingen ook thans
weer kunnen plaats hebben onder uw 'voor
treffelijke leiding, waarop het fortiter in re,
suaviter in modo te allen tijde zoo in alle op
zichten toepasselijk is. Ik neem de vrijheid,
uit naam onzer vergadering, u met uw herstel
te feliciteeren en daaraan den oprechten
wensch te verbinden, dat voor zoover enkele
minder aangename gevolgen van het ongeluk
nog niet geheel mochten zijn overwonnen,
dit toch ten spoedigste het geval zal worden
en bedoeld accident zoo spoedig mogelijk uit
uwe en onze herinnering geheel zal kunnen
worden weggevaagd. In verband hiermede
wenschen wij u tevens toe, dat bij voortdu
ring, kan het zijn nog langen tijd, de onge
schokte kracht en gezondheid voor u besten
digd mogen blijven ter waarneming van het
opperbestuur in ons gewest, welks belangen
wij steeds met zoo volkomen instemming aan
uw bekwame handen toevertrouwd weten."
(Applaus).
De Commissaris dankte voor deze
vriendelijke woorden en de Staten voor hun
instemming. Gedurende zijn verblijf in het
ziekenhuis heeft hij slechts een gedeelte van
zijn werkzaamheden kunnen verrichten;
daarom verheugt het hem dat hij thans, ge
steund door de sympathie der Staten, zijn
functie weer in haar vollen omvang kan
waarnemen. Spreker hoopt dat het hem ge
geven moge zijn, de belangen der provincie
nog eenigen tijd te mogen blijven behartigen
(applaus)
Installatie nieuw li<J,
Mr. L. E. van Leeuwen Boomkamp
(N. S. B.), die in de vacature-Mr. W. de Rijke
tot lid der Staten benoemd is verklaard, leg
de in handen van den Voorzitter de bij de wet
vereischte eeden af.
Motie F. van de Wallc c.s.
De heeren F. van der Wallc (S.D.A.P.)
en eenige politieke vrienden dienden de vol
gende motie in:
„De Staten van oordeel, dat krachtiger be
strijding der werkloosheid noodzakelijk is
noodigen Gedeputeerde Staten uit:
le. te bevorderen, dat de werken, die van
wege de provincie of met hulp van de pro
vincie in uitvoering zijn, in versneld tempo
worden uitgevoerd;
2e. aan Provinciale Staten een plan voor te
leggen van nieuwe werken, welke door de
provincie of met steun van de provincie in
uitvoering kunnen worden gebracht."
Deze motie zal in de zitting der Staten op
31 Mei a.s. in behandeling komen.
De heer Lu den (Chr. Hist.) werd herko
zen tot buitengewoon lid van Ged. Staten
krachtens art. 89 der Provinciale Wet.
De overige agendapunten werden commis
soriaal gemaakt.
De zitting werd daarop verdaagd tot Dins
dag 31 Mei, des morgens te half elf.
Ir. F. C. Dufour treedt af als
directeur van Figce.
HAARLEM Dinsdag.
Ir. F. C. Dufour zal in de binnenkort te hou
den aandeelhoudersvergadering van de N.V.
Haarlemsche Machinefabriek v.h. Gebr. Figee
verzoeken, hem eervol ontslag te verleenen
In verband met zijn leeftijd acht hij den
tijd gekomen, zich terug te trekken.
In 1889 verliet de heer Dufour Delft, waar
hij gestudeerd had en kwam toen op het
electro-technisch bureau P. H. ter Meulen en
Co. te Amsterdam, waarna hij als ingenieur
werkzaam was bij de firma Schuckert en Co.
te Neurenberg. Li 1891 was hij voor die firma
werkzaam op de internationale electro-tech-
nische tentoonstelling te Frankfort de eerste
groote tentoonstelling welke van dien aard
gehouden is. De electro-techniek stond toen
nog niet op de hoogte die zij in onze dagen
heeft bereikt, mede door het streven van
mannen als Dufour.
Op 1 Januari trad ir. Dufour in dienst der
firma Gebrs. Figee te Haarlem. Zijn antece
denten leidden ertoe dat hij benoemd werd
tot onderdirecteur der afdeeling electro-tech
niek; de heer J. F. Hulswit werd met dezelfde
functie belast bij de afdeeling machinebouw.
Een vruchtbare samenwerking' tusschen beide
bekwame mannen ontstond die veel jaren zou
blijven voortbestaan. Figee ontwierp en
leverde tal van bewegingsinstallaties, o.a. die
voor de groote sluizen te IJmuid«n, voor
bruggen in ons land en in België, voor spoor
bruggen te Velsen en Selzaete, voor liften, o.a.
op Nederlandsche spoorwegstations, in de ver
schillende veemen in Amsterdam en Rotter
dam en in een aantal andere Rijks-, Ge
meente- en particuliere gebouwen.
ben er zich vrijwel toe bepaald te vertellen,
dat de moeilijkheden, verbonden aan de or
ganisatie van de productie, noodig voor de
kolossale uitbreiding, thans overwonnen wa
ren en dat alles van nu af als van een leien
dakje zou gaan. snel en zeker. Zij gaven ver
zekeringen en toezeggingen.. Een er van was,
dat er vóór Maart 1939 een luchtmacht in
eerste linie (d.w.z. gereed voor den oorlog)
zou zijn van 1750 toestellen en tegen het ein
de van 1940 een luchtmacht van 3500 toe
stellen. Dit klonk niet bijster bemoedigend
na het beeld van kracht, dat Sir Hugh Seely,
de spreker der oppositie-Liberalen, van de
Duitsche luchtmacht had gegeven. Deze spre
ker meende te kunnen verklaren, dat Duitsch
land op het einde van dit jaar minstens 6000
toestellen in eerste linie zou hebben.
Men herinnerde zich ook, dat het ministe
rie bij de aankondiging van het eerste uit
breidingsplan had toegezegd, dat er 1500 toe
stellen in eerste linie zouden zijn in Maart
1937. Nu was de belofte- 1750 toestellen in
Maart 1939.
Toen Baldwin in 1934 verklaarde, dat de
grens van Groot-Brittannië aan den Rijn was
sprak hij ook van de noodzakelijkheid van
pariteit in de lucht met de grootste mogend
heid binnen een afstand, waarin een lucht
macht kon toeslaan, m.a.w. met Duitschland,
dat immers volgens dit Baldwin-dictum aan
Engeland grensde. Men is nu bijna vier jaar
verder en wel verre van pariteit te hebben
bereikt ïs er reden te veronderstellen, dat
Duitschland aanmerkelijk sterker is en steeds
sterker wordt.
Het antwoord van de
regeering.
Aan regeeaïngskant is te verstaan gegeven, dat
niet alles kan worden onthuld wat de regee-
ring onderneemt, dat de sterkte in den lucht
oorlog niet alleen bepaald wordt door het
aantal toestellen, dat terstond in den strijd
kan worden gebracht. Het heeft geen effect
gehad op de verontruste gemoederen en de
zorgen over de luchtmachtzaken hebben een
crisisachtige situatie geschapen, die thans tot
een ontknooping heeft geleid.
In het productiestelsel van het ministerie is
tot nu toe geen plaats geweest voor de metho
den der massa-productie. De ruzie tusschen
Lord Nuffield, den grooten motorfabrikant en
Lord Swinton, is daaruit indertijd voortge
komen. Het ministerie zal voor haar opvat
ting wel goede redenen hebben. Een factor
van groot belang, die mede verklaart hoe het
komt, dat Engeland minder snel vliegtuigen
kan produceeren dan Duitschland, is de nor
male vredesproductie die van het hoogste
economische belang is voor het land en die
zoo weinig mogelijk verstoord moet worden
door de bewapeningsproductie, die econo
misch alleen verlies is, En tenslotte is er het
strategisch bondsgenootschap met Frankrijk,
dat niet uit het oog verloren mag worden
bij de schatting van de relatieve sterkte van
de Engelsche luchtmacht en die van een mo
gelijken vijand
Ir. F. C. Dufour.
Gedurende vele jaren is de heer Dufour lid
van de Kamer van Koophandel en Fabrieken
in dit district geweest; hij is commissaris van
de Holl. Electrische Spoorweg Mij. en lid van
het bestuur van de Groot-Noordhollandsche
Levensverzekering Mij. Het vertrouwen van
zijn Haarlemsche mede-industrieelen riep
hem twee keer naar den voorzitterszetel van
het departement Haarlem der Ned. Mij. voor
Nijverheid en Handel: hij was voorzitter van
1903 tot 1907 en van 1916 tot 1921.
HAARLEM, 17 Mei.
Ondertrouwd 17 Mei: P. P. van Doorn en
F. v. d. Berg.
Getrouwd 17 Mei: W. Lodder en D. Radsma.
Bevallen 14 Mei: A. C. Albraclit-Stevens,
d.. D. StroosmaKoetsier, d.; M. C. E. Peck—
Schotel, d.; 16 Mei: N. MensinkHoogerbeets,
z.;J. M. MeijerHeijboer, z.: E. B. F. v. d.
Monde—Staubesand, d.; C. Willemsen—de
Vries, d.; G. GaljaardSchouten, d.; M. W.
v. DijckSmit, z.; A. E. M. van Gerwen—
Westen, z.; 17 Mei: A. Schouten—Philippo, z.\
E. DawideitJonker, d.
Overleden 15 Mei: E. v. d. Meijde Groot,
64 j., Hazepaterslaan; A. de Vries, 62 L,
Gasthuisvest; 16 Mei: T. Harding, 74 j.(
cher#*faa£
L\ F. C. J. Dingemans, architect B. N. A.,
heeft heden, Dinsdagmorgen, in het catechi
satielokaal van de Ned. Herv. Kerk aan de
Kloosterstraat te Haarlem-Noord, namens en
voor rekening van de commissie van beheer
der kerkelijke goederen en fondsen, van de
Ned. Hervormde Gemeente te Haarlem-Noord
onder Protestantsche aannemers aanbesteed:
Het bouwen van een kerk met pastorie, bij
gebouwen, kosterswoning enz. met bijkomende
werken, op een terrein aan de van Egmond-
straat te Haarlem-Noord.
Er waren 25 inschrijvingen. Laagste in-
schrijfster was de firma Broertjes tc Heem
stede voor f 70.800.
EXAMEN HANDENARBEID.
Hel: is te begrijpen, dat onze Hockeyclub het
behalen van het kampioenschap van Neder
land niet onopgemerkt voorbij wil laten gaan.
Integendeel, zij is voornemens dit feit op
grootsche wijze te herdenken op een feest
avond, die Zaterdag 21 Mei in „Riche" te
Zandvoort plaats zal hebben. Hierboven het
bestuur van de kranige hockeyclub (v. 1. n. r.)
zittend: L. de Roos, vice-voorzitter; J. G. H.
van de Stadt, voorzitter; A. Stücker, penning
meester, W. van Olphenv secretaris. Staan
de: R. Mulder, tweede secretaris; Mr. M. W.
Gunning en B. van Gijn, commissarissen.
VAN DE WEEK.
JIMMY MARSHALL OVER HET
SCIIOTSCHE VOETBAL.
Teneinde den lezer in staat te stellen, zich
een denkbeeld te vormen van het Schotsche
voetbal, zijn we eens met Jimmy Marshall,
den trainer van H. F. C., gaan praten.
Marshall toch is geboren en getogen in
Schotland en heeft daar langen tijd als
middenvoor in de eerste klasse club Partick
Thistle te Glasgow gespeeld, alvorens latei-
voor Bradford City en Oldham Athletic, welke
beide clubs destijds nog In de eerste divisie
van de Engelsche League speelden, uit te
komen. Hij is derhalve volkomen bevoegd,
een vergelijking te maken tusschen Engelsch
en Schotsch bcroepsvoetbal.
..Waarin", zoo luidde onze vraag, „ligt het
verschil tusschen Engelsch en Schotsch voet
bal en wat is daarvan de oorzaak?"
„De deskundigen zijn het er volkomen over
eens, dat de Schot in technische vaardigheid
beter is dan de Engelsche speler; dat wordt
als een vaststaand feit beschouwd. Daarvoor
zijn verschillende oorzaken aan te geven;
volgens mijn meening is het in de eerste
plaats het verschil in karakter-eigenschap
pen, dat hierbij een groote rol speelt. De
Schot is kalm en berekend, de Engelschman
daarentegen vuriger, kortom, de landaard
van het volk als geheel komt in de spelop
vatting tot uiting en ligt daaraan ten
grondslag, Zoo legt de Schot zich van jongs
af aan meer toe op balcontrole, techniek en
methodisch spel. doch het tempo Is niet zoo
hoog als in Engeland.
Een tweede belangrijke oorzaak ligt in het
feit, dat reeds vóór den oorlog het voetbal
spel door een veel grooter deel van de be
volking werd beoefend, dan in Engeland. Op
het land en in de kleine dorpen was voetbal
practisch de eenige sport, die door de jeugd
het geheele jaar door werd beoefend. Wegens
het groote aantal jeugdige deelnemers be
stond menig partijtje dikwijls uit 20 in plaats
van 11 spelers en het was dus natuurlijk
moeilijk, in het bezit van den bal te komen,
doch nog moeilijker om het leder bij zich te
houden. Dit laatste gelukte slechts dan,
wanneer men over voldoende balcontröle be
schikte; daardoor werd het dribbelen als
sterkste troef tot een ware kunst opgevoerd.
Zoodra een jeugdig speler opvalt, wordt hij
door een dorpsclub van iets hooger standing
uitgenoodigd, voor haar te komen spelen en
zoo wisselt hij dikwijls ieder jaar van club.
aldus langzaam opklimmend en een naam
voor zichzelf vestigend. Hij krijgt dus telkens
andere spelers naast zich en leert zich aan
die nieuwe partners aan te passen. Teneinde
het verschil in stijl te overbruggen, moet hij
zich dus toeleggen op samenspel, een der
belangrijkste factoren in voetbal. Hij leert
dus zijn medespelers te bestudeeren en zich in
alle omstandigheden te schikken.
„Veel meer nog dan in Engeland, wordt
een zeer groot percentage der spelers uit de
mijn-districten gerecruteerd; ik geloof, dat
de aard van dat werk daar wel iets mee te
maken heeft. Want het werk in de mijnen is
zwaar, de lichaams- en beenspieren worden
gehard, wat aan het uithoudingsvermogen
ten goede komt. Bovendien noodzaakt de ge
vaarsfactor tot voortdurende oplettendheid
om in geval van nood vlug te kunnen den
ken en handelen. Deze eigenschappen zijn
op het voetbalveld van evenveel belang.
„Een groot aantal spelers gaat naar Engel
sche clubs over, waarbij het in hoofdzaak
volleerde spelers geldt. Hierbij dient te wor
den opgemerkt, dat het Schotsche transfer
reglement den betrokken voetballer een
grooter percentage van de koopsom toestaat
dan in Engeland.
„In het algemeen kan men zeggen, dat een
Schot van erkende reputatie drie a vier
maanden noodig heeft pm aan den Engelschen
stijl te wennen, niet slechts wat het hoogere
tempo betreft, doch ook de tactische details,
zooals bijv. het moment om den bal af te
geven. Li negentig procent van die gevallen
weet de Schotsche speler zich op den duur
aan te passen; clit ligt in zijn natuur en de
wijze waarop hij zijn voetbal heeft geleerd.
„Na den oorlog viel in het Schotsche voet
bal de neiging te constateeren, meer den
Engelschen speeltrant over te nemen en
sedert de invoering van het zoogenaamde
stopper-spil-systeem, dat ook door de meeste
Schotsche clubs is aanvaard, vertoont het.
spelsysteem (niet te verwarren met stijl) een
nog grootere overeenkomst met het En
gelsche.
„De Schotsche aard brengt echter mee, dat
de stijl meer methodisch is, dan die der
Engelsehen, want terwijl het tempo niet zoo
hoog is, maakt het positie- en combinatie
spel het Schotsche voetbal effectief en aan
trekkelijk. Daardoor zijn zij ongetwijfeld in
het voordeel, wat anticipatie-vermogen be
treft".
„Is de Schotsche competitie even spannend
en zwaar als in Engeland?"
„Neen; van de twintig clubs in de eerste
divisie zijn er slechts ongeveer zes in staat,
zich met succes met Engelsche eerste-klassers
te meten. Men kan er op rekenen, dat elk
jaar één van deze zes clubs óf het kampioen
schap, óf den beker wint. Meestal verovert
Glasgow Rangers of Glasgow Celtic den titel,
welk feit er toe geleid heeft, dit tweetal „de
oude firma" te noemen: voorts behooren
Heart of Midlothian rtteTts). Motherwell,
Aberdeen en Partick T' tot dit zestal.
De belangrijkste wedstn van het jaar Is
die tegen Engeland en als daarin de over
winning wordt behaald (zooals vorige maand
op Wembley met 10), is iedereen voldaan,
zelfs, wanneer (zooals in het afgeloopen
seizoen het geval was) van Wales wordt ver
loren en tegen Ierland gelijk gespeeld. Schot
land—Engeland is voor den Schot, wat Ne
derlandBelgië voor den Hollander is. De in
ternationale „cap" tegen Engeland is voor den
speler de grootste eer, die hij kan behalen.
(Deze „cap" is een fluweelen petje met een
pluim van gouddraad, het wapen van den
Bond en den datum van de match).
„De Schotten komen met een sterke ploeg,
doch men moet daarom geenszins denken
dat zij een walk-over zullen hebben. Zelfs al
gaat men van de veronderstelling uit, dat de
Schotsche spelers stuk voor stuk heter zijn,
dan moet men niet vergeten, dat het Neder-
Iandsch elftal het groote voordeel heeft, zoo
dikwijls in teamverband te hebben samenge
speeld. Daardoor zijn Van Heel en zijn man
nen in staat, aan Schotland goed partij te
geven en men mag hun kans op de overwin
ning niet uitschakelen. Van Heel mag dan
wat langzaam zijn, maar hij beschikt over
een uitzonderlijk goede balcontrole en boven
dien hadden sommige der beste spelers die 't
voetbal ooit heeft voortgebracht, hetzelfde
gebrek aan snelheid. Zoowel Alec James en
Bobble Walker (een naamgenoot van den
huidigen Schotschen internationalen rechts
binnen) als Jimmy Mc Menemy (Celtic) en
Jimmy Mc Mullan (Partick Thistle) om er
slechts enkelen te noemen, waren langzaam.
Men kan verzekerd zijn van een hoogstaan-
den wedstrijd, die van beide zijden op spor
tieve wijze zal worden uitgevochten. May the
best team win!"
De minister van Onderwijs, heeft benoemd
in de commissie welke in 1933 beiast is met
het afnemen van de examens ter verkrijging
van de akte van bekwaamheid voor schooi
en huisonderwijs in handenarbeid te Haar
lem:
atot lid en voorzitter: ii. van de Weijer,
inspecteur van het lager onderwijs in de in
spectie Haarlem, te Haarlem;
b. tot plaatsvervangend voorzitter: S. Ane-
ma, schoolopziener van het lager onderwijs in
de inspectie Amsterdam, te Bloemendaal;
c. tot leden: p. L. J. Borren, leeraar aan een
bijzondere kweekschool voor onderwijzers en
onderwijzeressen, te Utrecht; H. Elsinga,
leeraar a.d. Rijkskweeksch. voor onderwijzers
en onderwijzeressen te HaarlemB. J. Groene-
velt hoofd v.e. openbare school voor buitenge
woon lager onderwijs te Amersfoort; J. W.
Stevenson, leeraar aan een bijzondere kweek
school voor onderwijzers en onderwijzeressen
te Den Helder; H. Th. Veringa, onderwijzer
bij het bijzonder buitengewoon lager onderwijs
te Amsterdam, te Haarlem; J. Vijverberg,
leeraar aan de Rijkskweekschool voor onder
wijzers en onderwijzeressen te Hilversum.
d. tot plaatsvervangende leden: N. Broek-
huysen, oud-directeur van de Nieuwe Baarn-
sche school te Baarn; G. J. van Dijk, leeraar
aan de Rijkskweekschool voor onderwijzers en
onderwijzers en onderwijzeressen te Utrecht,
te Bilthoven; A. B. van der Klein, onderwij
zer aan een centrale school voor het 7de en
8ste leerjaar, te Amersfoort; M. W. Kruis-
kamp. onderwijzer aan de openbare school
voor buitengewoon lager onderwijs te Zaan
dam; J. H. van Manen, leeraar aan een bij
zondere kweekschool voor onderwijzers en on
derwijzeressen, te Utrecht,
LORD SWINTON, de afgetreden Britsche
minister van Luchtvaart.
Lord Swinton's heengaan
Een speciale correspondent te Londen
schrijft ons:
Lord Swinton en Ormsby Gore (Lord
Harlech) hebben de regeering verlaten
De eerstgenoemde is de minister voor
de Luchtvaart, wiens hoofd reeds
eenige malen is gevraagd door de regeerings-
oppositie, maar wiens onthoofding, politiek
gesproken, evenveel malen is verhoed door
Neville Chamberlain zelf, die Swinton's bij
zondere vriend en beschermer is en die zijn
bekwaamheden hoog aanslaat.
Verwacht werd, dat ook Lord Winterton
zou aftreden, doch dit is tenslotte niet ge
schied. Deze zal echter niet meer van het
Lagerhuis de luchtvaart-aangelegenheden
verdedigen, aangezien de nieuwe minister
van luchtvaart,Sir Kingsley Wood zitting in
het Lagerhuis heeft.
Lord Winterton is pas onlangs in het ka
binet gekomen en heeft toen de taak gekre
gen het beleid van het luchtvaartministerie
in het Lagerhuis te verdedigen. Een man van
het gezag van een Kabinetminister was
daarvoro noodig, want de Oppositie had al
zoo vaak geklaagd, dat Lord Swinton, die om
zijn adellijken staat uitsluitend in het Hooger
huis kon optreden en dus geen voeling kon
hebben met de volksvertegenwoordiging, fei
telijk de rechte man niet was aan het hoofd
van een thans zoo belangrijk departement
als dat van de luchtvaart (tevens de lucht
macht). Om aan die klacht tegemoet te ko
men had de regeering aan Lord Winterton
(in dit geval is „Lord" 'n hoffelijkheidstitel,
Winterton is geen pair) kabinetsrangs ge
geven. Zoo kreeg het Lagerhuis een man van
liooge regeeringspositie als vertegenwoordiger
va.n de Luchtvaart. Er hij was tevens een
House of Commons r en niet, als Lord
Swinton, een „House ds man".
Algemeene
ontevredenheid.
De Oppositie zou niet zoo gevoelig zijn ge
veest voor den specialen parlementairen of
„misterieelen staat van het hoofd van lucht
vaart, indien dat departement zijn functie
in dit stadium een zeer moeilijke en hoogst
belangrijke functie naar aller tevreden
heid had verricht. Maar men zal weten, dat
geen departement van staat in Engeland de
laatste maanden zoo hevig aan critiek heeft
blootgestaan als juist dit lucht-ministerie.
De ontevredenheid op dit punt is allerminst
beperkt gebleven tot de Liberale en de Labour
oppositie. Verscheidene volgelingen van de
regeering en eenige organen, die veelal de re
geering steunen, zijn weinig minder scherp
geweest in hun critiek. Geleidelijk is in de
gansche natie, kan men zeggen een gevoel
van ernstige ongerustheid ontstaan over het
beleid van Lord S'winton en zijn medewer
kers.
De gedachte, die het volk en zijn verte
genwoordigers in het parlement plaagt, is
dat de productie van toestellen veel te traag
is, dat men in Duitschland veel harder op
schiet, en dat onder de bestaande Engelsche
productie-methoden de groote voorsprong,
dien Duitschland reeds heeft, met het voort
schrijden der maanden nog veel grooter
dreigt te worden.
In het debat over de luchtverdediging, dat
juist heeft plaats gehad, is" Lord Winterton
er niet in kunnen slagen de gemoederen ge
rust te stellen. Integendeel, in zijn uiteen
zettingen kon men slechts een bevestiging
vinden van het ernstigste, dat men wist of
het ernstigste, dat men vermoedde. Geen
wonder, dat niemand tevreden was en dat
zoowel de twee oppositie-partijen als een
groep Conservatieven onder Churchill óf een
grondig onderzoek verlangden in de werking
van het door Lord Swinton ontworpen pro
ductie-stelsel, óf een speciaal departement
<rnnv luchtmacht-voorziening wilden hebben,
Ie uitrusting van dit wapen, thans in het
>s van de verdubbeling van zijn kracht.
.i het ministerie zou overnemen.
Bij zulke drastische eischen, zoowel aan
den regeerings- als aan den oppositiekant
van het Lagerhuis, die zeer sterk schijnen uit
te spreken hoe zeer de minister tekort is ge
schoten, laat zich het aftreden van Swinton
wel verklaren
Verzekeringen en toe
zeggingen.
Lord Swinton in het Hoogerhuis en zijn
ministerieele zegsman in het Lagerhuis heb-