HET NIEUWE AVONDBLAD
Werkloosheid-debat begonnen.
Vijfkleurig bridge.
23e JAARGANG No. 174
VRIJDAG 27 MEI 1931
IJMUIDEQ COURANT
ABONNEMENTEN per week 12lh ets., per
maand 52'A: cents, per kwartaal 1.55. Geen
incassokosten. Losse nummers3 cents.
Kantoor Kennemerlaan 42 - IJmuiden, Tel. 5301
VERSCHIJNT DAGELIJKS, BEHALVE OP ZON- EN FEESTDAGEN.
UITGAVE LOURENS COSTER, MIJ. VOOR COURANTUITGAVEN EN ALG. DRUKKERIJ N.V.
DIRECTIE P. W. PEEREBOOM EN ROBERT PEEREBOOM.
ADVERTENTIëN 1—5 regels 0.75. Elke regel meer
15 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Adverten
ties van Vraag en Aanbod 1-3 regels 25 ct., elke regel
meer 10 ct Ingezonden mededeelingen dubbele prijs.
ALLE ADVERTENTIëN, OPGEGEVEN VOOR DIT BLAD, WORDEN KOSTELOOS OPGENOMEN IN DE NEVEN-EDITIE HET NIEUWE AVONDBLAD DE
KENNEMER COURANT.
POSTGIRO 310791.
Gratis Ongevallenverzekering voor betalende abonnés. Levenslange ongeschiktheid ƒ2000.—, overlijden ƒ400.—, verlies van hand, voet ol oog ƒ200.—, beide leden duim flOO— eén lid duim ƒ50— alle leden wijsvinger f 60
één of twee leden wijsvinger ƒ25.—, alle leden anderen vinger ƒ15.—, één of twee leden anderen vinger ƒ5.—, arm- of beenbreuk ƒ30.—, enkelbreuk ƒ15—, polsbreuk f 15—Opvarenden van visschers- marinevaartuigen enz.'
400.bij verdrinkingsdood door ongeval tijdens de vaart; tot een maximum van ƒ2000—, indien hetzelfde ongeval den dood van vijf of meer abonnés tengevolge mocht hebben
Nog afzonderlijke verzekering voor abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad. Alles indien liet gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden
IJMUIDEN
Thalia presenteert
„Middernaclit-taxi" en „De Blanke Jager".
Wat Thalia-Theater deze week brengt is
bij uitstek geschikt voor de liefhebbers van
echte gezonde sensatie. Deze twee films ver
schillen echter zooveel van elkaar, dat men
gerust kan spreken van: men ziet twee pro
gramma's.
FRANCES DRAKE.
„Middernacht-taxi" behandelt het werk
van den reporter. Dat in Amerika dat werk
eënigszins anders is dan in het doodnuch-
tere Holland, is op de film duidelijk te zien.
In' de Amerikaansche millioenensteden is het
leven ruw en gevaarlijk. Dat ondervindt
ook een verslaggever, die er op uitgetrokken
was, om voor zijn blad onderzoekings toch
ten te doen, naar aanleiding van verschil
lende misdaden. In het holle van den nacht
rijdt zijn taxi hem in den afgrond en ver
morzelt hem. Ongeluk? Misdadige opzet?
Hij kan het niet meer navertellenDe
chauffeur brengt het er levend af. En de
politie kan niet bewijzen, dat het geen nood-
lootig ongeluk geweest zou zijn. Des nachts
zwerven eenzame taxi's rond, op tal van
wonderlijke .en onnaspeurlijke ritten.Wat
spoken zij uit? Wat steekt er achter deze
afschuwelijke feiten? Wie is de leider van
de brutale bende? Wie was de chauffeur
van..En als dan de Rijkspolitie den
strijd aanbindt met Amerika's geslepenste
valsche munters, vergt dit sensatie drama
het uiterste 'van uw zenuwen. De tweede
hoofdfilm „De blanke jager", heeft een
heel anderen inhoud, maar is vol spanning
tot het uiterste. Als twee mannen elkaar be
strijden in donker Afrika, waar de haat en
de wilde drang naar zelfbehoud regeeren
en waar het recht van de sterkste en de
brute impulsen de eenige w,etten zijn, die
men erkent, waar overal gevaar is, van
wilde dieren, van vijandige inboorlingen en
en waar de hoofdrollen vervuld worden door
rasacteurs als Warner Baxter en Juhe Lang,
dan is het duidelijk dat deze film boeit van
begin tot eind.
Waarlijk een programma, dat er zijn mag
en dat wij de waren filmliefhebber ten zeer
ste aanbevelen.
„Tarzan en De Groene Godin'
59
Interessante films in „De Pont".
Deze week kan men in De Pont weer ge
nieten van het vele avontuurlijke, dat de
verscheidene Tarzan-films u bieden.
De Tarzan van deze week, wordt uitge
beeld door Herman Brix, een Amerikaansche
athleet, die na zijn Olympischen titel evenals
zijn voorgangers zooals Weismuller, Grabbe
en- Morris uitverkozen werd om het publiek
te laten genieten van de avonturen zooals
Tarzan ze op de film beleeft. En het mag
gezegd worden, dat hij er zeer goed in ge
slaagd is,- om een Tarzancreatie uit te beelen
die het publiek in de spanning laat die deze
films ongetwijfeld verdienen. In deze film
dan, is men op zoek naar een schat, die diep
in de jungle verborgen moét wezen en be
waakt wordt door een stel zeer ruwe en bar-
ba'arsche wezens, die geregeerd worden door
„de Groene. Godin", een dame, die daar diep
onmenschelijke wezens. De schat waarnaar
men zoekt, schijnt een afgodsbeeld te zijn,
in het oerwoud den scepter zwaait over deze
dat in een tempel is opgesteld en waar de
Groene Godin en haar volk. eiken dag hun
eigen God aanbidden. Men begrijpt dat er
zich -vele moeilijkehden en gevaren Voor
doen voordat men den schat in zijn: bezit
heeft.
Het publiek, dat op sensatie gesteld is, kan
deze week zijn hart ophalen aan deze voor
treffelijke Tarzan-film.
Alles wat het oerwoud biedt aan sensatie
is in deze film vereenigd, waiit nog altijd
blijven deze films boeien, door hun opzet
en de rijke fantasie der schrijvers. Maar wat
in deze film oök opvalt is de werkelijk groot-
sche scènes, die men van de dialogen ge
maakt heeft.
Liefhebbers van sensatie en avontuur zal
een gang naar de Pont zeer. zzeker bevredi
gen.
(Een bridge-enthousiast te Wee-
nen heeft eenigen tijd geleden een
nieuwen vorm van bridge uitge
vonden met vijf kaartkleuren, dus
■in totaal 65 kaarten. Eén kaart
blijft dan „op stok". De vijfde
kleur heet: groen. In het buiten
land. schijnt dit spel eenig succes
te hebben.)
Ik ben niet zulk een enthousiast
Voor bridge, dat mag ik niet verhelen,
Maar als het zoo een keertje past,
Dan mag ik het wel gaarne spelen,
Dan wijd ook ik mij aan 't probleem,
Hoe 't beste aan mijn „trek" te komen,
Maar ik volg geen bepaald systeem,
Die studie heb 'k nooit opgenomen.
'k Zie het misprijzende gelaat
Van enthousiasten, die dit lezen,
Maar troost u, als 't om bridgen gaat,
Moeten er toch ook krukken wezen.
Enfin, als 'k weer ter zake komv
In wat dit spel voor mij beteekent,
Ik doe het wel, maar zie niet om,
Slechts „dummy" speel 'k bepaald
uitstekend.
Nu heeft me daar een Weensche heer,
Ik weet niet goed op welke gronden,
Eén kleur en dertien kaarten meer,
Voor 't nobel bridgen uitgevonden
Slechts schoppen, klaver, hart en ruit,
Konden dien vinder niet behagen,
Hij breidde 't met een serie uit,
Die groen, de kleur der hoop, moest dragen.
En ik, die al zoo'n tobber was.
Wil men mij dat nog doen genieten,
Dan zeg ik eens voor al: ik pas,
Laat mij maar verder Zwarte Pieten.
P. GASUS.
Het tweede hoofdnummer is: „In Old
Santa Fé", met Ken Mayard in de hoofd
rol.
DAMNIEUWS.
Om het kampioenschap van
Noord-Holland.
In hotel Kennemerhof werden deze week
eenige partijen gespeeld voor het kampioen-
ischap van Noord-Holland-.- De uitslagen lui
den
Span j aard—Mertens 1—1
B. DukelB. J. de Boer uitgest.
Laros—H. de Boer 02
KAMPIOENSCHAP VAN VELSEN.
Het wachten is thans nog op het kampioen
schap eerste, tweede en derde klas. Voor de
•eerste klas hebben Buyck en Post gespeeld en
Buyck wist in een verloren eindspel nog juist
remise te forceeren. In de tweede klas wist
Broek reeds een partij van Hoek te winnen,
'zoodat Broek de beste kansen heeft.
Voor de derde klasse moeten Waal en Kok
•nog herkampen. Zijn de kampioenen bekend,
idan volgt met B. Dukel een kampioenscompe
titie om het kampioenschap van Velsen.
POLITIE-VOETBAL.
Woensdag speelde het politie-elftal op het
Stormvogels-terrein de returnontmoeting
tegen „De Gezellen" uit Haarlem. Wisten de
politie-mannen den eersten wedstrijd met 31
te winnen, thans bleven zij met niet minder
dan 70 in de meerderheid. Het politie-elftal
domineerde over vrijwel alle linies.
SANTPOORT
DIEFSTAL VAN DRIE LANGOOREN.
Ten nadeele van een inwoner van Santpoort
iwerden drie levende konijnen ontvreemd, die
in een hok op het erf achter zijn woning hun
einde afwachtten, dat nu wellicht eerder ge
komen is dan wanneer, alle menschen eerlijk
waren.
ORANJEVEREENIGING „SANTPOORT".
Door bijzondere omstandigheden is de ver
gadering van de pas opgerichte Oranje-ver-
eeniging „Santpoort" op Woensdag jJ. niet
doorgegaan. Zij zal nu op Woensdag a.s. ge
houden worden.
BREDERODE-NIEUWS.
Gisteren ontving de R.C. Brederode op haar
terrein twee elftallen van D.T.C. uit Amster
dam.
Beide eerste elftallen bekampten elkaar om
een door den heer Vellinga beschikbaar ge
stelden beker. Met 5—1 wist Brederode daarop
beslag te leggen.
Twee veteranenploegen streden om een door
Brederode beschikbaar gestelde plaquette. Ook
in deze ontmoeting toonden onze plaatsge-
nooten zich het sterkst. Met 5—3 bleven zij
de baas over de hoofdstedelingen.
Na afloop reikte de voorzitter van Brederode,
de heer F. M. van Vliet, den beker in „De
Weijman" uit, waarna de tweede voorzitter, de
heer Slagboom, de plaquette aan den vete
ranen-aanvoerder overhandigde.
VERKOOPING.
Woensdag j.l. werd ten overstaan van nota
ris Boerlage verkocht een woon- en winkelhuis
aan de Hoofdstraat. Kooper werd de heer P. P.
Pruys voor f 5885.
MUZIKALE RONDGANG.
Donderdagmorgen om half 8 was he. aan
treden voor de leden van het fanfarekorps
„Wilhelmina". Een kort „voorwaarts marsch"
en daar vertrokken de musici voor het maken
van hun traditioneelen muzikalen „omrne-
ganek".
TWEEDE KAMER.
Dr. Colijn beantwoordt prof. van Gelderen.
Openbare werken niet op de
eerste plaats.
Mevr. MackayKatz
(C. H. U.).
Behoud en uitbreiding van bedrijfs
leven het eerst gewenschte.
DEN HAAG -Woensdag.
Op voorstel van den President besloot de
Kamer zoowel de interpellatie-de Visser over
het beleid van Minister Goseling ten opzichte
van de vreemdelingen als de interpellatie-
Dieters toe te staan. Dit laatste nadat de heer
Dieters (nat. soc.) het onderwerp zijner inter
pellatie beperkt had tot den invoer van groote
hoeveelheden buitenlandsch vleesch in ver
band met de kalver-
teelt-beperking. Bij
de voortzetting der
beraadslagingen
over de te wijzigen
Bedrij fsr aden wet
bepleitte de heer
Steinmetz (r.k)
opneming, metter
tijd, van de hoofd
arbeiders in de be
drij fsr aden, waarna
mevr. Macka y—
Katz (c.h.) be
toogde, dat toeken
ning van een taak
op economisch ge
bied aan de be
drij fsraden niet
paste in het kader
van de huidige wet, welke die organen juist
louter een werkkring t.a.v. sociale kwesties
had willen laten vervullen. Spreekster, die van
oordeel is, dat deze aangelegenheid eerst bij
den hoogen Raad v. Arbeid aan de orde had
moeten worden gesteld, voelde voorloopig niets
voor het wetsontwerp, wat volgens den com
munist W ij n k o o p een gevolg was van den
conservatieven geest, die haar zou beheer-
schen. evenals de liberalen.
Minister Romme stelde vast en dit tot
z'n vreugde dat het eigenlijk 'n overwon
nen standpunt in de Kamer bleek, dat het ar
beiderselement niet in staat zou wezen over
economische vragen in het productieproces
mee te spreken. Hiertegen had b.v. ook mevr.
Mackay niet zoozeer principieel bezwaar als
wel tegen de wijze, waarop het aanhangige
ontwerp het arbeidsveld der bedrij fsraden wil
uitbreiden. De minister trachtte duidelijk te
maken, dat de bedoeling van den wetgever
van 1933 geenszins was geweest om de grens
zoo nauw te trekken als de c.h. spreekster
scheen te meenen. Bovendien is er na dat jaar,
ook dank zij den wetgever nog een en ander
gebeurd.
Wat er nu geschiedt is eigenlijk niets an
ders dan aanpassing van de bedrijfsradenwet
zelf aan wat reeds in speciale wetten t.a.v. uit
breiding van hun werkingssfeer geschied is.
En nu de verordenende bevoegdheid. Zoo
lang we nog in zoo sterke mate met betrekking
tot de bedrijfsraden in het luchtledige tasten,
heeft het weinig zin, over dit onderwerp in
den breede te gaan debatteeren. Echterzij
tevens opgemerkt, dat in de voor-ontwerpen
werkloosheidsverzekering en kinderbijslagver-
zekering wel 'n bepaling voorkomt omtrent
aan de bedrijfsraden toe te kennen verorde
nende bevoegdheid op die gebieden.
Het is de uitdrukkelijke, in de wet ook dui
delijk neergelegde bedoeling, dat er alleen ge
adviseerd zal kunnen worden ten behoeve van
een complex van ondernemingen, en niet van
afzonderlijke ondernemingen, in eenzelfde be-
drijf stak. Aldus 's Ministers antwoord op een
desbetreffende vraag van Mr Wendelaar.
In daarvoor in aanmerking komende be
drijven hoören de hoofdarbeiders zeker ook
in de bedrijfsraden thuis, zoo geeft de Mi
nister te verstaan, doch hij meent dat in het
huidige stadium dit punt nog wel even zal
moeten blijven rusten. Met aanteekening dat
de nat.-soc. fractie en mevr. Mackay (C.H.)
„tegen" waren ging het ontwerp er z.h.s. door.
Het is drie uur
..als Prof. v. Gel
deren (S.-D.) zijn
.interpellatie kan
houden over het
vraagstuk der werk
loosheid, waarover
alom een groote
ongerustheid be
staat. Er is een
.kreet om werk in 't
land gehoord, wat
getuigt van gezon
den arbeidslust van
.ons volk. Stelsel
matige en doortas
tende aanwending
van alle middelen
ter bestrijding der
..werkloosheid is ge
boden. Het land hoopt vurig dat het nu plaats
te vinden debat tot een ommekeer in gunstige
richting zal leiden. De daling in de werkloos
heid is, blijkens de cijfers, geheel tot staan
gekomen en hier en daar bijv. in de textiel
industrie kan men weer stijging waarnemen.
Prof. v. Gelderen verklaart te hopen, dat als
nog zal blijken dat de Regeering meer wil.
dan zij in de Memorie van Antwoord be
treffende het ontwerp tot verhooging van
het crediet voor werkverruiming kenbaar
heeft gemaakt, al was daarin reeds eenige
verbetering merkbaar, vergeleken bij het
ProL J. v. GELDEREN
S.D.A.P.
aanvankelijk ingenomen standpunt. Prof. v.
Gelderen drong op steun bij de rest der Ka
mer aan, wat betreft pogingen om de Regee
ring nog meer tot durf en daden te stimulee-
ren. Het gaat hier om meer dan alleen het
beleid van dit kabinet. Er valt thans een eere-
taak te vervullen, een werkproeve ten bewij
ze van wat ook het democratisch bestel ver
mag, dat voor niemand en niets hoeft onder
te doen.
De Minister-president, omgeven door de
Ministers Romme, Steenberghe, Goseling, de
Wilde, Slotemaker de Bruine, begon met de
verklaring, dat hij gezien het reeds nu in
geschreven aantal van liefst 18 sprekers in
eerste instantie niet al te breedvoerig zou
zijn.
Hij wees er op dat de interpellant vooral
vond, dat er te weinig voor werkloosheidsbe
strijding beschikbaar wordt gesteld en tevens
kenbaar had gemaakt, dat er heel wat minder
is besteed (verwerkt) dan beschikbaar was
gesteld. Het eerste ontkende de Premier en
wat het tweede betreft, dit ligt ten deele aan
het feit, dat een en ander niet zoo snel kan
worden uitgevoerd zonder wijziging onzer
bestaande wetgeving.
Los van contingenteering, van landbouw
steun, van de 54- milllioen verleend voor export
garanties, heeft de Rijksoverheid in de jaren
1933—37 een bedrag van 763 millloen be
schikbaar gesteld. Trekt men daarvan 320
millioen voor normale waterstaatswerken af,
dan is er toch liefst in die 5 jaar 443 millioen
extra ter beschikking gesteld en hiervan is
rond 385 millioen extra besteed geworden.
Dit in 'n reeks van jaren, waarin de finan-
cieele toestand buitengewoon slecht was.
Alles tezamen wordt er voor 1938 een be
drag van pl.m. 125 millioen meer ter beschik
king gesteld dan in de 5 vorige jaren met 't
oog op de werkloosheidsbestrijding beschik
baar is gesteld.
Zoodoende komt men dus op 260 millioen.
Nu kan men zeker nog wel een heel wat hoo-
ger bedrag verlangen, gelijk de interpellant
deed. Maar.... dan besteedt men het geld
niet meer aan economisch te verantwoorden
werken, d.w.z. werken van blijvende waarde.
Intusschen meent de Minister er op te
moeten wijzen, dat de werkloosheidsbestrij
ding bovenal gezocht moet worden in het be
houd en in de uitbreiding van het bedrijfs
leven. Dit is de eenige weg, die blijvende uit
komst kan geven, wat met een politiek van
openbare werken nimmer het geval kan zijn.
Hierbij is aan het einde gemeenlijk de werk
loosheid weer even groot als zij was in 't. be
gin, terwijl de schuld, die de noodige lasten
op de bevolking legt, dan aanmerkelijk is
toegenomen.
In dit verband wijst Dr. Colijn op wat ten
deze in de Vereenigde Staten valt waar te
nemen. Ging het slechts om een korte pe
riode van crisis-diepte dan ware er nog wel
iets te zeggen voor 'n openbare-werken-po-
litiek.
Maar zoo is de toestand niet. In hoofdzaak
hebben we in ons land te doen met structuur
verschijnselen: daardoor kan een openbare-
werken-politiek niet de finale oplossing van
het werkloosheidsprobleem brengen, terwijl
ons bedrijfsleven zich richten moet naar de
gewijzigde omstandigheden. Heel wat van
onze productie acht de Minister blijvend ver
loren en daarvoor is dan productie van iets
anders geboden, hetgeen zeer wel bereikbaar
is, mits men zorge voor kapitaalsinves'tee-
ring. Doch dat geschiedt dan ook. In nog
meerdere mate dan tot nu toe geschiedde zal
geld voor nieuwe productie beschikbaar moe
ten worden gesteld: dat geld ware te verge
lijken bij den milden regen, die op dorre aar
de valt. Zeker, daaraan zitten heel wat be
zwaren vast. Doch met alle macht zullen volk
en regeering moeten streven den weg van
verruiming en verbetering van ons bedrijfs
leven in te slaan. In zijn hart nog steeds een
hartstochtelij:: voorstander van vrijer ruil
verkeer, meent de Minister, dat de werkelijk
heid ons 'n gansch ander beeld laat zien en
dat we ons daarnaar hebben te richten. De
industralisatie is ontegenzeggelijk een poli
tiek van langen adem, maar dit geldt even
eens voor de openbare werken; wie op dit
terrein op een termijn van korter dan 10 jaar
rekent, is aldus Dr. Colijn een onver
beterlijk optimist. En wanneer men beseft,
dat openbare werken ons nog vele jaren zul
len vergezellen, moet dat invloed hebben op
wat men daarvoor jaarlijks beschikbaar kan
stellen. Alle aanbevelingen uit de Kamer ter
verhooging van wat de Regeering ten dezen
beschikbaar meent Ie kunnen stellen, moet
zij daarom afwijzen. De democratie moet
met der, financieelén toestand rekening hou
den, wil zij niet vastloopen.
Bovendien moet men ook rekening houden
met wie na ons komen en vermijden dat een
komende Regeering en Kamer zich voor niet
meer te overwinnen moeilijkheden gesteld
zouden zien.
Na deze uiteenzettingen deed de Minister
nog een mededeelingen over de verder
te volgen werkmethode. Tusschen werkfonds-
werken en arbeid in werkverschaffing zal
onder leiding van den Minister van Sociale
Zaken een innig verband worden bevorderd,
Voorts komt er, onder leiding van den Mi
nister-President zelf een betere coördinatie
riisschen de zooeven genoemde groepen van
werken en van datgene wat door de andere
Departementen wordt ondernomen. In over
weging is of de Regeering behoefte heeft
aan grootere bevoegdheden ter versnelling
van het tempo der uitvoering van werken en
ter bevordering van .arbeidsspreiding", Er zal
in nauw verband met het bedrijfsleven, ten
deele ook met de arbeidersorganisaties, een
onderzoek plaats hebben naar de mogelijk
heid van meer activeering van 't productie
vermogen.
En voorts vernamen we nog, dat de Re
geering ernstige aandacht zal schenken aan
scholing en herscholing van vakbekwame
arbeiders. Op dit alles volgde dan nog de be
antwoording der vragen, waarvan hier reeds
melding is gemaakt.
E. V. R.
De ramp van de „Petrakis
Nomikos".
Raad voor de Scheepvaart constateert tekort
komingen van verscheidene personen.
AMSTERDAM, 25 Mei. De raad voor de
Scheepvaart heeft vandaag uitspraak gedaan
inzake de ontploffingen aan boord van het
Grieksche tankstoomschip „Petrakis Nomi-
kos".
Het schip lag op 31 October 1936 aan de
werf van Wilton-Feijenoord. Veertien perso
nen kwamen bij den ramp om het leven.
Resumeerende komt de raad tot de con
clusie, dat in dit geval een reeks tekortkomin
gen heeft plaats gehad, door verschillende
personen gepleegd en dat, ondanks de om
standigheid, dat de aanwezigheid van lading-
olie in de bunkers toenmaals niet was te
voorzien, hoogst waarschijnlijk deze ramp
niet zou hebben plaats gehad, indien een
ieder zijn plicht had gedaan.
De Raad is van oordeel, dat deze ramp is
veroorzaakt door het in aanraking komen
van open vuur van het gebruikte snij-
vlamapparaat met een ontplofbaar gas
mengsel, afkomstig van de in s.b.-zijbunker
aanwezige zeer gevaarlijke haifa-crude-oil.
Bij deze ontploffing vloog de in bedoelden
zijbunker aanwezige olie in brand. Een half
uur daarna volgde een ontploffing in s.b.-
zomertank no. 1, welke tank eveneens de ge
vaarlijke crude oil en in leegen toestand
het daarvan afkomstige gas moet hebben
bevat en welke met bedoelden zijbunker in
verbinding stond.
De zeelcods heeft, in strijd met de uitdruk
kelijke bepaling van art. 29 van het reglement
op den Rotterdamschen Waterweg, op een
mondelinge verklaring van den kapitein,
aangenomen, dat het schip gasvrij was.
De vraag, of, indien de zeeloods zijn plicht
had gedaan, de ramp ware voorkomen, kan
niet beantwoord worden.
De havenloods heeft evenzeer de fout ge
maakt. dat hij op geheel onvoldoende ge
gevens en gelijk uit zijn verklaringen volgt,
tegen zijn eigen vermoeden in heeft aan
genomen, dat het schip gasvrij was.
Dat art. 45 van de verordening op de
havens te Schiedam ,dat juist gegeven is om
branden en ontploffingen op tankschepen
zoovee lmogelijk te voorkomen, op de haven
van Wilton eenvoudig niet werd toegepast,
is een omstandigheid, die niet- ten laste van
den havenloods kan komen.
Nu het havenbestuur zich, wat betreft het
verrichten van herstellingen aan boord van
tankschepen in de Wiltonhaven, geheel af
zijdig hield, was het de werf zelve, die met be
trekking tot de veiligheid maatregelen trof.
Deze maatregelen zijn echter naar 's Raads
oordeel geheel onvoldoende geweest en de
wijze, waarop met het tankschip is gehandeld
was in verschillende opzichten niet verant
woord en zeer onvoorzichtig.
Ook wat verder is geschied het een aan
vang maken met de herstellingen op het niet
ontgaste schip, het langszij leggen van een
ander schip, terwijl inmiddels aan het gas
vrij maken van de „Petrakis Nomikos" niets
werd gedaan verdient afkeuring, is in
strijd met de noodige voorzichtigheid en
door genoemd art. 45 verboden.
Ook de omstandigheid, dat het schip dagen
lang in onontgasten toestand bleef liggen,
terwijl' inmiddels een ander schip langszij lag
en aan het ontgassen niets werd gedaan,
getuigt van groot gebrek aan zorg en voor
zichtigheid. Voorts is ook het later gevolgde
gasvrij maken op zichzelf beschouwd, daar ter
plaatse, te weten aan een kade van de werf,
zeer afkeurenswaardig en in strijd met de
eischen van voorzichtigheid. Het schip had
dan ook, gelijk gezegd, verhaald moeten wor
den.
Wat de bunkers betreft, heeft de ramp van
de „Petrakis Nomikos" geleerd, dat anders
dan te voren werd gedacht ook hier een
gevaar kan schuilen.
De aanwezigheid van Haifa crude
in de bunkers is ten slotte de voor
naamste aanleiding voor het ontstaan
der ontploffing geweest..
De raad wil er niemand van de ten deze
verantwoordelijke personen een grief van
maken ,dat niet aan de aanwezigheid van
haifa-crude in de bunkers is gedacht. Dit is
een bijzondere omstandigheid, welke zich,
voor zoover den raad bekend, voor het eerst
voordeed. Thans wordt geen gasonderzoek ge
houden zonder dat ook mtrent den inhoud
der bunkers een onderzoek heeft plaats ge
had
Het eerste punt echter, n.l. de aanwezigheid
van niet-onderzochte ruimten binnen den
voorsten en achtersten kofferdam gelegen,
is voor alle tankschepen van groote béteeke-
nis. Naar 's raads oordeel mag niet genoegen
genomen worden met een certificaat, dat
eenige tusschen de lcofferdammen gelegen
ruimten, welke op dat certificaat als „clo
sed" zijn vermeld, buiten het onderzoek laat
vallen