HET MYSTERIE
VAN SUNNY SIDE.
Het nieuwe raadhuis van Alphen aan den Rijn, dat gebouwd wordt volgens ontwerp van den Haarlemschen Op kasteel Doorwerth is Vrijdag ter gelegenheid van het 1ste lustrum der stichting Nederlandsch Legermuseum een
architect J. C. Blaauw, nadert zijn voltooiing en zal de volgende maand in gebruik worden genomen speciale tentoonstelling geopend. Generaal b.d. Snijders (geheel links) tijdens zijn rede
Nederlandsch vlagvertoon in het buitenland. Het opleidingsschip „Prinses Juliana tijdens het kort
bezoek, dat gebracht werd aan de haven van Antwerpen
Het tweede gedeelte der zeilwedstrijden van de Holland-week is Vrijdag
op de Loosdrechtsche plassen ingezet. Een snapshot op den eersten dag
Engeland perfectionneert zijn verdediging. Een
snapshot tijdens de nachtelijke artillerie
oefeningen te Acton
Het stoffelijk overschot van wijlen pastoor L. H. Perquin
O.P., voorzitter van den K.R.O., opgebaard in de kapel van
het St. Franciscusgasthuis te Rotterdam
Een deel van de Nederlandsche zwemploeg voor de
Europeesche kampioenschappen te Londen vertrok Vrijdag
van het Centraal Station te Amsterdam. Het afscheid
Van de nieuwe hefbrug over de Gouwe
te Alphen aan den Rijn, in den ver
keersweg Leiden - Utrecht is het mid
dengedeelte gemonteerd, zoodat over
eenige weken de brug voor het ver
keer kan worden opengesteld
FEUILLETON
Naar het Amerikaansch
van
HECTOR JENNINGS.
18)
Toen ik den toestand overdacht, kwam ik
tot de conclusie dat ik de eene geheimzinnig
heid voor de andere verruild had. Ik wist nu
waar Rosie met haar mand heengegaan was,
ik wist niet door wien zij aangesproken was.
Ik wist van de aanwezigheid van Louise in het
huisje, maar de reden van haar plotselinge
verschijning was mij duister. En al wist ik dat
Arnold Armstrong voor den moord in de por
tierswoning was geweest, ten opzichte van den
persoon van den moordenaar was ik nog
niets verder gekomen. Wie was de midder
nachtelijke bezoeker, die Liddy en mij zoo
aan het schrikken had gemaakt? Wie was
door den waschkoker naar beneden gevallen?
Was de man dien Gertrude liefhad een schurk
of een slachtoffer?
De tijd zou op al deze vragen een antwoord
geven.
Hoofdstuk XIII.
LOUISE.
De dokter uit Englewood kwam vrij gauw
en ik ging met hem naar het zieke meisje.
Halsey was weggegaan om in de auto een
zacht bed van dekens en kussens te spreiden
en Gertrude maakte Louise's eigen kamer in
jpAfc kuig in orde. Haar zitkamer, slaap- en
kleedkamer lagen aan het eind van den Oos
telijken vleugel, boven de wenteltrap, en we
hadden ze nog niet open gehad sedert onze
komst.
Het meisje zelf was te ziek om precies te
beseffen wat er eigenlijk met haar gebeurde.
Toen wij haar, met hulp van den dokter, die
een vriendelijk, vaderlijk man bleek te zijn,
naar de villa en in haar eigen kamer naar
bed gebracht hadden, viel zij in een koorts-
achtigen slaap waaruit ze pas den volgenden
morgen ontwaakte. Dr. Steward, zoo heette de
dokter uit Englewood, bleef den heelen nacht,
diende de patiënte medicijnen toe en sloeg
haar voortdurend gade, nadat hij zorgvuldig
vuldig onderzocht had. Hij vertelde mij, dat
ze nog net op het kantje af aan een ernstige
longontsteking ontkomen was.
Na het ontbijt ging- hij weg, na ons ver
zekerd te hebben dat het ergste gevaar voorbij
was, maar dat het meisje heel rustig gehouden
moest worden.
De schok van de twee sterfgevallen zal
wel de oorzaak zijn dat de kou die ze gevat
moet hebben, haar op die manier heeft aan
gepakt, merkte hij op terwijl hij zijn tasch
opnam, het is een treurige geschiedenis.
Ik haastte mij den goeden man in te lichten.
Ze weet er nog niet van, dokter, zei ik,
praat er alstublieft niet met haar over.
Dr. Steward zette groote oogen op van ver
bazing.
Ik ken de familie niet, zei hij, toen hij
op het punt stond om de deur uit te gaan.
De jonge Walker uit Casanova praktiseert
hier. Ik meende begrepen te hebben, dat hij
met deze jongedame zou gaan trouwen.
Dan bent u verkeerd ingelicht, zei ik
stijfjes, juffrouw Armstrong is de aan
staande vrouw van mijn neef.
De dokter glimlachte, terwijl hij de teugels
ter hand nam.
De jonge meisjes van tegenwoordig zijn
nogal veranderlijk! zei hij. Iedereen hier
dacht dat dat huwelijk gauw zou plaats heb
ben. Nu, vanmiddag kom ik nog wel eens naar
mijn patiënte kijken.
Hij reed weg en ik keek hem nog even na.
Hij was nog een dokter van de oude school,
een van dat soort doktoren dat helaas aan het
uitsterven is, die in minstens even groote
mate huisvriend en raadsman in moeilijke
omstandigheden zijn, als geneesheer in den
en geren zin van het woord.
Tegen den middag belde mevrouw Ogden
Fitzhugh op. Ik kende haar maar oppervlak
kig; ze zit in 't bestuur van het tehuis voor
oude dames en bederft de magen van de arme
schepsels dikwijls door een overvloed van
versnaperingen te sturen. Zij haa voor de
begrafenis van Arnold Armstrong gezorgd.
Ja, zei ik, toen ik aan de telefoon kwam.
U spreekt met juffrouw Innes.
Juffrouw Innes, begon ze suikerzoet,
ik heb juist een heel eigenaardig telegram
gehad van mijn nicht, mevrouw Armstrong.
Haar man is gisteren in Californië overleden,
zooals u waarschijnlijk al uit de kranten
weetmaar ik zal u het telegram voor
lezen.
Ik vermoedde wat er komen zou en had
mijn besluit al genomen. Als Louise een goede
reden had gehad om haar familie te ontloo-
pen, een reden die haar ook weerhouden had
om naar mevrouw Ogden Fitzhugh te gaan en
in plaats daarvan naar Sunnyside te komen,
was ik niet van plan haar te verraden. Louise
moest zelf haar familie maar op de hoogte
brengen.
Mevrouw Fitzhugh had inmiddels het tele
gram gehaald.
„Paul gisteren overleden. Hartkwaal", las
zij. „Telegrafeer onmiddellijk of Louise bij u
is".
Ziet u, juffrouw Innes, ging zij voort,
Louise schijnt in haar eentje naar het Oosten
gereisd te zijn en Fannie is bezorgd over haar.
Ja!, was alles wat ik hierop te zeggen
had.
Louise is niet bij mij, ging mevr. Fitzhugh
voor en geen van haar kennissen de
weinige die dan nog in de stad zijn heeft
haar gezien. Ik bel u op, omdat Sunnyside,
liet verhuurd was toen zij op reis ging en het
meisje misschien naar huis is gegaan.
Het spijt mij, mevrouw Fitzhugh, maar
ik kan u niet van dienst zijn, zei ik, maar
direct toen de woorden uit mijn mond waren,
had ik er spijt van. Gesteld dat Louise erger
werd? Waarom moest ik vqorzienigheid spelen
in deze zaak, die mij geen steek aanging? De
bezorgde moeder had immers absoluut het
recht te weten dat haar dochter is goede han
den was. Dus viel ik mevrouw Fitzhugh, die
met een grooten woordenrijkdom haar ver
ontschuldigingen maakte, omdat zij mij lastig
gevallen had, in de rede.
Mevrouw Fitzhugh, zei ik, ik wilde u
eerst in den waan laten dat ik niets van
Louise wist, maar ik ben van gedachten ver
anderd. Louise is hier, bij mij. Ze is ziek en
mag niet vervoerd worden. Er mag ook nie
mand bij haar toegelaten worden, ze moet
absolute rust hebben. Misschien wilt u haar
moeder wel laten weten dat ze bij mij is en
dat ze niet bezorgd hoeft te zijn. Neen, ik weet
niet waarom ze hierheen kwam.
Maar mijn lieve juffrouw Innes!, begon
mevrouw Fitzhugh, maar ik viel haar on
barmhartig in de rede.
Ik zal u laten weten wanneer ze u ont
vangen mag. Neen, gevaar is er niet bij, maar
zooals ik zei: zij moet absolute rust hebben.
Toen ik den hoorn opgehangen had, bleef
ik over het probleem zitten nadenken. Ik kon
de gedachte niet van mij afzetten dat die
dokter Walker er iets mee te maken had;
misschien had hij het haar wel lastig ge
maakt, maar Louise leek me toch geen meisje
om in dergelijke omstandigheden op de vlucht
te gaan.
Ik ging me daarop bezighouden met de cou
ranten die nog vol stonden over de malver
saties aan de Handelsbank. De accountants
die door de Justitie waren aangewezen, waren
nog met hun onderzoek bezig; John Bailey
was op borgstelling vrijgelaten. Het lijk van
Paul Armstrong zou Zondag aankomen en
begraven worden uit het huis dat de familie
in de stad bewoonde. Er gingen geruchten,
Jat de overledene niet veel nagelaten had.
maar het belangrijkste van alles wat ik ge
lezen had, vond ik de volgende mededeeling
aan het slot van een van de berichten.
„Mr. Walker P. Broadhurst, directeur van
de Scheepvaart-bank, heeft medegedeeld dat
hij twee honderd Amerikaansche spoorweg
obligaties onder zijn berusting heeft, die bij
zijn bank gedeponeerd zijn als onderpand
voor een leening van honderd zestig duizend
dollar, die door de bank verstrekt is aan mr.
Paul Armstrong, kort voor zijn Californische
reis. De obligaties blijken te behooren tot de
vermiste effecten uit de kluis van de Han
delsbank".
Dit bericht wekte ernstige verdenking tegen
den overleden hoofddirecteur van de Handels
bank, maar was naar mijn meening nog heele-
maal geen bewijs voor de onschuld van den
onderdirecteur.
De tuinman, waarvoor Halsey gezorgd had,
kwam 's middags tegen één uur; hij was van
het station naar Sunnyside komen loopen,
zooals hij vertelde. Hij maakte een goeden in
druk en zijn getuigschriften waren uitstekend
hij was bij de familie Brays in betrekking
tot ze naar Europa gingen en hij zag er jong
en flink uit.
Hij vroeg om een tuinjongen als hulp en ik
was blij dat alles zoo vlot ging en dat hij een
prettig type was. Hij was een jongeman met
een aangenaam, beschaafd gezicht, donker
haar en blauwe oogen; hij heette Alexander
Graham.
Ik wijd een beetje uit over Alex omdat, zoo
als ik al gezegd heb, hij een belangrijke rol
zou spelen in het drama van Sunnyside.
Dien middag had ik gelegenheid een eigen-
aardigen kijk te krijgen op het karakter van
den overleden bankier. Ik had mijn eerste ge
sprek met Louise. Ze liet mij roepen en tegen
mijn zin ging ik naar haar toe. Er waren zoo
veel dingen waarover met haar niet gespro
ken mocht worden, dat ik tegen het onder
houd opzag. Het ging echter beter dan ik ver
wacht had omdat zij niets vroeg.
£Wqö|t ve^ypJgcL).