defensie genoeg op de kleintjes? LET Kamerleden dringen aan op zuinigheid Kunst in Haarlem en daarbuiten. VtREENiGINGVOOR KAMERMUZIEK 5-GRAVENHAGE Dagboek van een H. B. S.-er spAG 26 OCTOBER 1938 vervangende Kruiser noodig? jyeede algemeen beleid besproken. „innmff verslag inzake het acht- idefensie) der rijksbegrooting ^onB«nen wij het volgende: Algemeen defensiebeleid, ,pscn waren van oordeel, dat de J? SL'aoWtoiUe van leger ®n. vl00t een, Arrtif is geweest om na te gaan of i<iK*?cht inderdaad paraat is. Voor SSf'fouTen in de organisatie zijn ;r t YrniPn de oorzaken daarvan thans i?»iSocM,-ten einde ze in de toe- Vthans'vooigeiegde begrooting had- RSramde leden groot bezwaar, om jSfS hun meening, geheel uit het ai-mren de noodzakelijkheid van ver- ■s - de economische weerbaarheid d en Nederlandsch-Indië. - J verklaarden de consequenties te van de beslissingen, het vorige ,n ai hadden zij zich toen tegen EIS ran'die beslissingen verzet. Zij er- aS dat - vergeleken met de be- 1 mn 1938 de kosten, voortvloeiende Sooting van het contingent en de van den eersten oefenmgstijd, en a, exploitatie van de weermacht op Et zullen leiden tot een verhooging van I Ifpnsie-uitgaven onderscheidenlijk met I' 15 8 millioen gulden. Maar daarmede i!Li zii no» niet, dat het noodzakelijk 16 oewone dienst der begrooting voor S4 5 millioen zal worden verhoogd. BSn Prijs stellen, indien de mi- Ku Wjilen mededeelen, welke verhoo- »n van den gewonen dienst aan de twee Est genoemde factoren zijn toe te schrij- welke verhoogingen daarvan onafhan- bL ziin Een duidelijk en zooveel mogelijk Berd antwoord op hun vraag zou, naar hoopten het inzicht in deze begrooting Ernstig bezwaar hadden deze leden legen het voorstel, den kapitaaldienst Ie verhoogen van 41.6 tot 98.8 mil lioen gulden. Met deze verhooging van 57.2 millioen ten behoeve van uit- javen, waarvan het vorige jaar niet gerept werd, konden zij zich niet ver enigen. In het bijzonder maakten zij ernstig bezwaar tegen het voorstel, reeds thans een tweeden vervangen- der. kruiser op stapel te zetten. Op het vraagstuk van de samenstelling van dc vloot wilden deze leden bij de be handeling van het materieel der zee macht terugkomen. Thans wilden zij volstaan met de opmerking, dat de hoofdlijnen van de samenstelling onzer marine door de regeering en de staten-gcneraal moeten worden getrokken. khele leden merkten op, dat in dezen bij lder emstigen tijd financieele overwegingen i den doorslag mogen geven, maar dat :ar.ó5 onafhankelijkheid den voorrang moet ebben. Enkele leden gaven als huno ordeel te tanen, dat de regeering thans niet zoo exor- Sant hooge offers ten behoeve der defensie li behoeven te vragen, indien zij de weer- sfct- - mede door een misplaatst vertrou- a op den Volkenbond in het verleden K had verwaarloosd. T& leden hadden met voldoening gezien, de minister met voortvarendheid er naar relt, den achterstand in de materieelvoor- feing in te halen. Ook zij betreurden, dat iaangeboden begrooting aanzienlijk hooger i dan haar voorgangster, doch zij achtten, sier voor wat den gewonen dienst betreft, ■3 sterke verhooging van de uitgaven onver- n'ielijk. Het bezit van een goede weermacht ".or ons land volstrekt noodzakelijk. De :;-:e gebeurtenissen hebben doen zien, dat volk niet te zeer op den steun van bond- psoten moet vertrouwen. Dit voorbeeld zij e aansporing, ons land naar vermogen H'oaar te maken. In deze crisis is pijnlijk ifioeld, dat wij nog niet gereed zijn met den van onze defensie. 'an verschillende zijden werd opgemerkt, deze begrooting allerminst doet blijken van .tachtig streven naar zuinigheid, overal dit mogelijk is. Deze leden erkenden, dat a achterstand nog groot is en dat de prijzen oorlogsmateriaal sterk zijn opgeloopen, daarmede zijn de verhoogingen van tal ^posten voor de materieelvoorziening nog gen en in het bijzonder ernstig bezwaar maakten tegen het voorstel, reeds thans een tweeden vervangenden kruiser op stapel te zetten. De regeering stelde zich aanvankelijk op het standpunt, dat een tweede vervangende kruiser in 1942 of 1943 op stapel zou worden gezet. De minister moge den vervroegden bouw daarvan onder meer motiveeren met er op te wijzen, dat een kostenbesparing kan worden verkregen door twee kruisers tegelijk te bouwen, maar van zuinigheid kan hier toch bepaald niet gesproken worden. Het onderhavige voorstel had deze leden bevestigd in hun meening, verleden jaar in de Kamer uitgesproken, d'at de marineleiding tracht langs dezen omweg tot een grootere kruisersterkte te komen. Deze leden waren er vast van overtuigd, dat men, althans in ma rinekringen, er naar streeft een sterkte van ten minste zes kruisers te bereiken. Te meer waren deze leden tegen verderen kruiseraanbouw, wijl zij het nut van deze wei nig krachtige groote eenheden voor de Indi sche defensie zeer problematisch achtten Deze lichte kruisers deugen niet in het systeem van de Indische defensie. Verscheidene leden verklaarden, zich met de voorgestelde aanbouwplannen geheel te kunnen vereenigen. Vooral van het voorstel om een nieuwen kruiser op stapel te zetten, hadden zij met instemming kennis genomen. Een vloot van klein materieel mist doorslag- vermogen. Een aantal dezer leden achtte een vijftal kruisers het minimum. Ten einde over een vloot van volwaardige kruisers te kunnen beschikken, zal het noodig zijn, dat op de be grootingen voor de dienstjaren 1940, 1941 en 1942 telkens de gelden voor den eersten ter mijn van een kruiser worden aangevraagd. Ook zal bij de samenstelling van de begroo ting voor 1940 moeten worden gerekend op den aanbouw van eenige torpedoboot jagers. Landmacht. Verscheidene leden merkten op, dat het bij de uitwerking en de toepassing van de gewij zigde dienstplichtwet met den dag duidelij ker blijkt, dat de aanvulling van het offi cierskorps groote moeilijkheden oplevert. Wordt dit vraagstuk, dat voor de weer macht van primordiaal belang is, niet spoe dig tot oplossing gebracht, dan zullen de op leiding van de dienstplichtigen en de goede geest bij den troep niet weinig daaronder lijden. Sommige leden wezen er op, dat er een nij pend tekort bestaat aan -goed geschoold kader voor de opleiding van de dienstplich tigen. Zij meenden, dat hieraan moet worden geweten, dat aan de opleiding van de man schappen nog veel ontbreekt. Zij hadden de klacht vernomen, dat de geoefendheid van de dienstplichtigen, die 11 maanden onder de wapenen waren geweest, weinig beter is dan de geoefendheid van hen, die 5Va maand zijn opgeleid. Deze leden zouden daarom gaarne volledige mededeelingen ontvangen omtrent alles wat -op de aanvulling van het onder officierskorps betrekking heeft. Daarbij dach ten zij niet in de laatste plaats aan de wer king van het capitulantenstelsel en het ver loop bij de capitulanten. Vele leden zouden gaarne worden ingelicht omtrent de organisatie van de luchtverdedi ging in den ruimeren zin, waaronder zij dus begrepen niet alleen den eigenlijken lucht vaartdienst, maar ook den luchtwachtdienst, den zoeklichtdienst en de luchtdoelartillerie. Uit welke eenheden bestaan deze wapens en diensten, hoe zijn zij georganiseerd en hoe is hun samenwerking geregeld? Wederom drong men er op aan, dat de mi nister aandacht zal schenken aan de moge lijkheid van het bouwen van ondergrondsche vliegtuigbergplaatsen. De grondwaterstand is, zoo meende men, toch niet overal zoo hoog. dat deze mogelijkheid uitgesloten moet wor den geacht? Zeer vele leden moesten tot hun leedwezen vaststellen, dat, naarmate het defensie-appa raat zich uitbreidt, het voor de Kamer steeds moeilijker wordt op de defensie-uitgaven controle uit te oefenen. Autobestuurder nam bocht onvoorzichtig. Auto vernield, zelf zeer ernstig gewond. Dinsdagmiddag geraakte de heer J. Hees uit Helpman, vertegenwoordiger der Barbaros- sa-brouwerij te Groningen, toen hij met zijn auto uit de richting Klazinaveen kwam, en met groote snelheid door de vrij scherpe bocht aan het begin van den Angelslöerdijk nabij Emmen reed, de macht over zijn stuur kwijt. De wagen botste achtereenvolgens tegen twee boomen aan den linkerkant van den weg en zwenkte vervolgens weder den weg over om aan de rechterzijde tegen een derden boom geheel vernield tot stilstand te komen. Tijdens deze manoeuvre van de auto werd de bestuurder uit den wagen geslingerd. Hij bleef bewusteloos op den weg liggen. Het slachtoffer is, na verbonden te zijn, naar het Diaconessenhuis te Emmen overge bracht. De man had een beenbreuk, een ern stige hoofdwonde en een hersenschudding op geloopen, Zijn toestand is hoogst ernstig. Geen schade opgeloopen. De trawlkotter SCH 12, welke in den afge- loopen nacht wegens zwaren mist op het strand tusschen Monster en Kijkduin was ge- loopen, is Dinsdagmiddag om half drie door den motorschokker SCH 2. schipper A. C. de Graaf, met twee kabels van het strand ge sleept. Ter assistentie waren in zee nog aan wezig een sleepboot uit Hoek van Holland en het bergingsvaartuig „Meermin". Deze be hoefden echter geen dienst te doen. Toen de kotter vlot was, zette het scheepje koers naar de Scheveningsche haven, waar het op eigen kracht naar de helling stoomde om te worden nagezien. Het schip heeft evenwel hoegenaamd geen schade opgeloopen, omdat het niet op een golfbreker maar op het zachte strand is terecht gekomen. Onderzoek naar duren kabelaanleg Den Haag—Rotterdam. De Haagsche gemeenteraad heeft zich Maandagavond na lange besprekingen, waarbij van vele zijden ook ernstige critiek werd geuit, vereenigd met een denkbeeld van het sociaal-democratisch raadslid Van den Oever dat overgenomen werd door B. er W. om aan een buiten de gemeente staan de commissie van drie, door B. en W. te be noemen, op te dragen te onderzoeken, welke oorzaken geleid hebben tot de overschrijding van het crediet van f 3.6 millioen voor den aanleg van een hoogspanningskabel naar Rotterdam met f 950.000. De commissie zal bestaan uit twee technici en een derde per soon met reputatie op bestuursgebied. V. D. J. O. bestaat 15 jaar. Op Zaterdag 5 Novemiber a.s. zal het 15 jarig bestaan der Vrijzinnig Democratische Jongeren Organisatie feestelijk worden her dacht in de zalen van Tivoli te Utrecht. Zaterdagmiddag wordt van vier uur tot half zes een receptie gehouden. N"a een gemeen- schappelijken maaltijd zal om 8 uur in de groote zaal de eigenlijke feestviering aanvan gen. Mr. A. M. Joekes, adviseur van het hoofd bestuur, zal de feestrede uitspreken. Zondag vindt de algemeene vergadering plaats. Eenige "belangrijke voorstellen prijken op de agenda, o.a. een voorstel van het H. B. om tot de stichting van een eigen 'bondshuis te geraken. Ter gelegenheid van het jubileum is een spéciaal lustrumnummer van het orgaan „Jongeren en Democratie" verschenen. Dc SCH 12 vlot gesleept. Bejaard eclitpaar nam verkeerden trein. Een halve eeuw geleden Uil Haarlem's Dagblad van 1888. 26 October: Op vertoon van legitimatie-bewijzen verleenen de betrokken spoorwegonder nemingen vrachtreductie aan de deel nemers aan het feest bij gelegenheid van het zestigjarig bestaan der Koninklijke Militaire Akademie, op 23, 24 en 25 No vember te Breda te houden. Man bij het uitstappen bekneld geraakt en gedood. Dinsdagmiddag te vier uur is op het station te Leiden een ernstig ongeluk gebeurd, waar bij de 73-jarige heer H. van der P. uit 's-Gra- venhage op tragische wijze om het leven is gekomen. Met zijn echtgenoote was de heer v. d. P. op familiebezoek geweest te Leiden en wilde naar de residentie terugkeeren Hij stapte echter in den trein naar Amsterdam en be merkte zijn vergissing op het laatste oogen- blik. Zijn echtgenoote zag nog kans op het perron te stappen voordat de trein zich in be weging zette. De heer Van der P. evenwel ge lukte dit niet meer. Hij sprong mis en raakte bekneld tusschen den trein en het perron, waardoor zijn hoofd verbrijzeld werd en de ongelukkige op slag werd gedood. Een jaar gevangenisstraf tegen automobilist geëischt. Roekeloos automobilist boort strenge straf eischen. Voor het Amsterdamsche Gerechtshof stond Dinsdag een Hagenaar terecht, die door roe keloos rijden te Wassenaar in den nacht van 1 op 2 Maart 1937 'n auto-ongeluk zou hebben veroorzaakt. Hoewel zijn rijbewijs was inge trokken, was hij toch aan het stuur van zijn auto gaan zitten. Na te 's Gravenhage whisky te hebben gedronken, reed hij met een zeer groote snelheid over den rijksweg in de rich ting van Amsterdam. Volgens een getuige zou hij na het passeeren van een anderen wagen, links zijn blijven rijden. De auto slipte op den gladden weg en kwam op den berm terecht. Een der inzittenden werd zwaar gewond. De politie van Wassenaar constateerde korten tijd later dat verdachte sterken drank had ge bruikt. Op 20 October 1937 heeft de Haagsche rechtbank dezen automobilist veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf en een jaar in trekking van het rijbewijs. In hooger beroep bevestigde het Haagsche gerechtshof dit von nis. De Hooge Raad verwees de zaak tenslotte naar het Amsterdamsche gerechtshof. Dinsdag heeft de procureur-generaal bij dit hof vernietiging van het vonnis der Haagsche rechtbank gevorderd. Hij eischte dat het hof. opnieuw rechtdoende, verdachte tot dezelfde straf, n.l. drie maanden gevangenisstraf en in trekking van het rijbewijs gedurende een jaar zou ver oor deel en. Na aanrijding doorgereden. Voor de Almelosche rechtbank moest zich Dinsdag verantwoorden de kellner W. V. uit Zuid-Lutte bij Oldenzaal, die op den weg Ol- denzaalEnschedé op den middag van 30 Augustus j.l. het meisje Susanna Juninck had aangereden, waardoor zij op slag was gedood. Het tragische hierbij was, dat het meisje juist dien dag met de handschoen in het huwelijk zou treden. V. bleek geen rijbewijs te hebben en bovendien had hij sterken drank gebruikt. Na het ongeluk was hij doorgereden.... De officier noemde hem dan ook in zijn requisi toir een „moordenaar" en eischte de maxi mumstraf van een jaar. leden vroegen, of bij de be- ig van materieel wei voldoende toezicht «^uitgeoefend op de in rekening gebrachte Grensbewaking niet vol doende Jpiheidene leden waren van oordeel, dat «bescherming tegen plotselinge overschrij- van de grens door gemotoriseerde troepen •f'voldoende is verzekerd. De onderdeelen, de grensbewaking zijn belast, zijn *5 van de grenzen gelegerd. .."5 R oordeel van sommige leden moet oostgrens worden versterkt met perma- R€*erten, in den trant van de Fransche de Duitsche Siegfried-linie. denkbeeld werd door andere leden SSJ®d' .dat het in strijd is met onze Arbeidspolitiek. Wil men vestingwer- "^Ibaar^ naar alle züden' maar dit on~ Zeemacht. i'^fj^werd bij de behandeling van het sV r defensiebeleid medegedeeld, dat t met de voorgestelde verhooging kapitaaldienst niet konden vereeni i _art van Dobbenburgh's jongste prentkunstwerken. Bij Van Lier op het Rokin zijn Van Dobben- burgh's lithos uit de laatste jaren ten toon gesteld. Onze Bentveldsche artist exposeert niet te vaak; zoo om de paar jaar laat hij eens kijken wat in dien tijd uit zijn handen kwam en is dan bereid en er zelfs reeds aan gewend den lof der kritiek en de pla tonische waardeering van het publiek te in- casseeren. Van het een noch het ander kan hij broodjes koopen, laat staan rijk worden en die teleurstelling ruimt hij uit den weg door zich met nog grooter enthousiasme aan zijn „vrije bladen" te wijden en zijn graphische qualiteiten in dienst van gelegenheidswerk affiches, zegels en dergelijke te stellen, die den weg voor de broodjes effenen en daar om niet van kunsthoedanigheid gespeend be hoeven te zijn Integendeel, er vol van zijn. Maar dat zijn vrije bladen nog steeds veel te weinig aan de wanden bij kunstlievende burgers te vinden zijn, blijkt jammer, zoo wel voor den kunstenaar als voor de burgers welke laats ten weigerachtig blijven in te zien dat een litho of ets zuiverder kunstproduct kan zijn dan iets in olieverf en dat een prent in wit en zwart meer kleur kan hebben dan de bazarschilderkunst, die zij zich te hunner verheuging plegen aan te schaffen, er naar rato veel meer geld aan bestedend dan een goede prent behoeft te kosten. Nu is het waar dat het kunnen genieten van een prent veel meer innerlijke rust en minder oppervlakkige beschaving vereischt dan deze tijd in staat is te bieden. De opper vlakkige, onrustige geest verkiest kleurigheid boven kleur, zooals ze ontspanningslectuur boven een stuk litteratuur stelt. Des te meer zijn we bereid den kunstenaar blijvende waar deering te schenken, waar deze, tegen de draad in, en zonder kans óp groot gewin, trouw blijft aan het werk dat zijn liefde heeft. Van Dobbenburgh zou dat niet kunnen als hij van huis uit geen romanticus was. Het eigen werk en zijn sympthieën voor dat van enkele anderen verklappen het. Daardoor komt er, buiten hem om, zoo vaak ook iets in het werk gemakkelijk naar binnen, dat een zekeren geestesinhoud bloot legt en vaak den leek van meer belang is dan de verdienste der zuiver artistieke prestatie. Men denke maar eens aan de verschillende handen, die hij de laat ste jaren kende en hoe die tot allerhande overpeinzing kunnen uitnoodigen. Zoo als hij voor zijn kinderen den Kerstboom zag en maakte, kan dat alleen door een romanticus gedaan zijn die een sfeer uit het verleden in een heden plaatsen kan, zonder aan namaak schuldig te staan. Een toef irissen, een kluit aarde met viooltjes of op een ander blad wat zware druiventrossenze zijn niet al leen reëel gezien, maar tegelijk romantisch omweven, waardoor de muziek gaat spelen in dat zwart en wit en het nuchtere object tot leven geraakt. In de groote stillevens met visschen en bloemen kwam steeds meer in de laatste jaren Van Dobbenburgh's romanti sche geaardheid boven. En tegelijkertijd ont wikkelde zich zijn technische beheersching van den lithographischen steen tot 'n hoogte waarop alleen de Fransche kunstenaars der romantiek stonden. De in 1899 geboren Amsterdammer Aart van Dobbenburgh is een leerling van de Quel- linus-school geweest (van 1914'18) waar hij lessen van Lauweriks en J. B. Heukelom ont ving om voor de kunstnijverheid te worden opgeleid. Lauweriks (De Bazel's vriend) was een artist en Heukelom een betrouwbaar tee kenaar, maar zullen op onzen jongen roman ticus geen diepgaanden indruk gemaakt hebben. Graphische techniek werd er uit den aard der zaak niet in alle finesses behandeld zoodat Van Dobbenburgh eerst later, op een steen drukkerij komend, de mogelijkheden van dat vak volkomen begreep en er zijn levensbezig heid in ging zien. Zijn eerste litho's waren, vergeleken met wat hij thans maakt, en ge zien in den tijd van hun ontstaan, slechts ernstige beloften. Hij was toen naar Bussum verhuisd en ik meen dat het zijn eerste eigen tentoonstellinkje was dat ik in Haarlem (in 1919) van zijn werk mocht inrichten. In die eerste bladen zat echter reeds de geest van het latere werk, al zou de beheersching ervan van jaar tot jaar sterker worden en de soms nog onbeholpen uitingswijze steeds meer tot een voor dezen tijd in ons land onbetwiste superioriteit geraken. Te weten wie. Van Dobbenburgh's geeste lijke verwanten zijn in de kunst, maakt het licht hem zelf in zijn werk te herkennen. Toen hij te Bentveld was gaan wonen kon hij in Haarlem veel van het onovertroffen litho- graphische werk van een Odilon Redon lee- ren kennen en van diens tijdgenooten veel werk zien, dat als prentkunst aan de hoogste technische eischen voldeed. De pure roman ticus die Henry de Groux in zijn jeugdjaren geweest is, moest hem eveneens aantrekken al stonden die bladen technisch niet op de zelfde hoogte als die van een vakman als Mouilleron. Dat ook de subtiele geest van een artist als Degouve de Nuncques op Van Dob benburgh indruk maakte is niet bovenmatig verwonderlijk, evenmin dat nog later een Kathe Kollwitz, op weer andere wijze zijn geest beroerde. Overzien wij aldus zijn sympathieën dan ligt het voor de hand onzen artist in te deelen bij de „peintres de 1' esprit et du sentiment" die een tegenhanger vormen van de, zeker be- wonderenswaarde bravoure der groote mees ters van het impressionisme, ook van de te starre mechanische ontleders der realiteit, die het zonder esprit en zonder sentiment meenen te stellen. Van Dobbenburgh's bravoure is meer uiter lijk dan innerlijk. Hij kan heerlijk schelden op menschen en dingen die hem niet a staan en zijn meening zeggen in termen, waar nu letterlijk geen woord Fransch bij is. Dat behoeft u noch mij ook maar in het geringste te verontrusten. Want als we ons plaatje van deze week bekijken, dat zijn allerjongste werk reproduceert een omslag voor een concert programma, dat verleden week voor het eerst gebruikt werd dan voelen wij dat de artist ook in zulk simpel gebruiksobject alleen het wezen van zijn kunst gelegd heeft. In zijn werk is zijn strijdvaardige natuur onzichtbaar. In dit jongste werkje toevallig de quintessens van zijn kunst harmonisch uitgedrukt: de la musique avant toute chose! J. H. DE BOIS. Het is een moeilijk geval met dat spieken. Wat mijn leeraar er laatst van gezegd heeft, is volkomen waar. Daar kan je geen woord tegen in brengen. Ik tenminste niet. Bedriegen is be driegen. Maar je moet de zaak toch ook eens van ons standpunt bekijken. Er zijn proeven waarbij je eenvoudig niet spieken kunt. Neem een vraag stuk over stereo. Al ken je al de formules van inhouden en weet ik wat meer op een rijtje, je hebt evengoed een pracht van een kans. dat je er geen spat van terecht brengt. Je trekt hulp lijnen tot je er heelemaal gek van bent en kop noch staart meer in je figuur kunt vinden, maar er uit komen doe je niet. En bij een andere proef hoef je gewoon maar op te spuiten wat er in je boek of in je dictaat staat. Je zou onder iedere vraag kunnen zetten: Zie boek pagina 71, 3de regel van onderen tot pagina 72 4e regel van boven, enzoovoorts. Maar dat mag niet. Je moet dat allemaal in je kop stampen, het den vol genden dag opspuiten en dan zoo gauw moge lijk weer vergeten. Anders heb je geen plaats voor wat nieuws. Bovendien zijn er nog al eens dingen die je niet zoo ontzettend interesseeren. ik kan me nu bijvoorbeeld maar niet opwinden over de verschillende soorten bananen die ze in de West geprobeerd hebben en die toch allemaal mislukt zijn. (Dat geloof ik tenminste). En toch moet je ze voor een proef kennen en als je er een eentje vergeet, is het donderen. Zoo komen wij dan tot spieken. Het is een moeilijk geval. En lang niet alle leeraren vinden het erg, dat komt er nog bij. Je hebt er die zeggen: Spiek maar raak mijn jongen, maar als ik je betrap krijg je een één. Verder kan het ze niets schelen. Ze worden ook niet kwaad als ze het merken. Maar aan je één zit je onherroepe lijk vast. Anderen zeggen: Ik vertrouw jullie. En dan gaan ze met hun rug naar je toe staan. Of ze nomen een krant en kruipen daar achter. Maar dan gluren ze stiekem door een zakspiegeltje of ze prikken gaatjes in de krant. Voor ik op school kwam, was er hier zoo een en iedereen wist het. En als ze dan iemand betrappen, doen ze fantastisch verontwaardigd. Dat is toch ook geen stijl. *En dan zal er op iedere school net als op de mijne wel eèn leeraar zijn die zoo kippig is of zoo oud dat hij er niets van merkt. Al ligt je boek open en bloot boven op je bank, hij heeft het toch niet in de gaten. Hij loopt rond met een dreigend gezicht en waar hij langs komt zie je de boeken en papiertjes verdwijnen en weer te voorschijn komen. Uit voorzichtigheid stop pen ze ze maar weg, al is 't eigenlijk niet noo dig. Hij weet, denk ik, niet eens dat er zoo iets als spieken bestaat. Alleenwaarom rent hij dan zoo rond? En nu wij. Wat moeten wij doen? Je weet ze ker dat je het bij den een niet probeeren moet, ook maar even bij je buurman te kijken, want voor je de kans hebt gekregen een letter te zien, lig je al op de gang. Bij den volgende spiekt ieder een of bijna iedereen. En de derde geeft zoo el lendig veel op, dat je het eenvoudig niet laten kunt. Wil je een voldoende halen, dan moet je spieken of drie vrije middagen van te voren gaan zitten blokken. Ik weet niet meer wat ik er mee aan moet. Toen ik na die spïekgeschiedenis zoo verduiveld sportief behandeld werd, heb ik tegen mezelf gezegd: Ik spiek niet meer. Ik doe het niet meer, al gebeurt er ik weet niet wat. Maar later, toen ik er nog eens goed over nadacht, twijfelde ik weer. 't Is natuurlijk erg gemakkelijk dat nu zoo te zeggen, maar of je je er aan houdt is een andere vraag. En dat wist ik opeens niet zeker meer. Spieken is zoo iets gewoons in het leven van een schooljongen, dat kan je maar niet zoo één, twee, drie laten. Heelemaal laten bedoel ik, ook als je hem zit knijpen als een ouwen dief voor een overgangscijfer. En dat zou dan toch moeten. Eindelijk heb ik de stoute schoenen aange trokken. Ik ben naar den leeraar gegaan en we hebben er nog eens over gepraat. Hij was er blij mee dat ik kwam! Ik vind zei hij, dat er maar twee oplossin gen zijn: eerlijk of oneerlijk. Een tusschenweg is er niet. Dat snap je ook wel. Het is natuurlijk moeilijk voor jullie. Maar iemand die eerlijk is tot dat het te lastig wordt en er dan maar weer op los spiekt, is geen vent. Maar als ze het allemaal doen? Met wat anderen doen heb je niets te ma ken. En als je er nu een voldoende mee kunt fokken en anders blijf je zitten? Beter eerlijk blijven zitten dan oneerlijk overgaan. Toen ben ik maar op mijn fiets gestapt. Want dat kon ik niet zoo gauw verwerken. En ik weet het eigenlijk nog altijd niet. Of liever: ik wéét het wel maar MAX. Noodlottige val in een kelder. Dinsdagnamiddag kwart over vijf heeft zich in een woning aan de Wattstraat te 's-Gra- venhage een tragisch geval voorgedaan. Een dame, de 65-jarige mevr. W. R., wonende aan de Juliana van Stolberglaan, die daar op be zoek was, wilde zich naar het toilet begeven en opende daartoe bij vergissing de deur, welke tot den kei-der toegang gaf. Zij stortte met een hevigen smak in den kelder neer, waar zij met een schedelbreuk en in bewusteloozen toestand bleef liggen. De G.G.D. werd onmiddellijk te hulp geroe pen en bracht het slachtoffer naar het Roode Kruisziekenhuis. Bij aankomst aldaar bleek mevr. W. R. reeds te zijn overleden. DE MOORDZAAK TETJE HOF. De vice-president der Almelosche rechtbank heeft Dinsdagmiddag medegedeeld, dat de rechtbank had besloten een interlocutoir von nis te wijzen in de moordzaak Tetje Hof. Het vonnis zou anders op 1 November zijn uitge sproken, doch de rechtbank achtte het wen- schelijk een nieuw on dei-zoek te gelasten, waarbij speciaal de zenuwarts dr. Beek uit Enschedé, die vorige week bij de behandeling der zaak afwezig was, gehoord zou worden. De zaak komt opnieuw voor op, 15 November a.s. en zal dan met gesloten deuren verder wor den behandeld.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1938 | | pagina 5