Vreemde toestanden aan Hongarije's
nieuwe grenzen.
H"
HanrDe fturoper
Ontevredenheid aan beide kanten.
Uitwisseling van arbeiders
tusschen Nederland
en Duitschland.
ONRUST IN ECUADOR.
Een kerkhof, dat half
Hongaarsch, half
Tsjechisch is.
Ook hier vluchtelingenleed.....
CVan onzen correspondent)
- ET maken van nieuwe grenzen schijnt
wel tot de moeilijkste dingen van
de wereld te behooren. Dit bleek
weer eens cip een tocht, welken ik
met enkele andere buitenlandsche journalis
ten door het nieuwe gebied ondernomen heb
dat Hongarije er thans in het Noord-Oosten
heeft bij gekregen. Een streek, die sedert den
wereldoorlog, gedurende twintig jaren dus,
tot den Tsjecho-slowaakschen staat behoord
heeft en die ook wel als Roefchenië bekend
staat. Zoc.wel aan deze als aan gene zijde
van de nieuwe grenslijn heerscht groote on
tevredenheid. Geen wonder ook. want de thans
bestaanden toestanden zijn absoluut onhoud
baar.
De stad Ungvar, die gedurende de twintig
jaren van het Tsjechische bewind officieel
Uzhorod geheeten heeft, is een van de voor
naamste plaatsen van de streek. Het is een
stadje, dat er typisch Hongaarsch uitziet.
Vóór den oorlog bestond 86 procent van de
bevolking uit Hongaren. De andere inwoners
waren voor ongeveer de eene helft van Duit-
sche en voor de andere helft van Slowaaksche
nationaliteit. Na den oorlog kwamen er veel
Tsjechen bij. Tsjechische beambten en ambte
naren, Tsjechische gendarmen en Tsjechisch
personeel in de scholen. Die Tsjechen zijn nu
bijna allen weer verdwenen. Maar de nieuwe
grens loopt dwars door de kom van de ge
meente heen, zocdat we het vreemde en tra-
gi-komische schouwspel zien, dat zij een van
de twee kerkhoven in twee stukken snijdt. Een
gedeelte van de dooden van Ungvar ligt be
graven op Hongaarsch grondgebied, terwijl
de overige gestorvenen nog in vreemde aarde
rusten. De andere doodenakker bevindt zich
geheel op Tsjecho-Slowaaksc'h staatsgebied.
Er zijn landbouwers wier akkers en weilanden
en wijnbergen aan den anderen kant van de
grenslijn liggen. Zij mogen er niet heen om
hun eigendommen te verzorgen. Op sommige
plaatsen loopt de grens dwars door de hui
zen van de stad heen.
Een van de andere bekendste plaatsen is
Munkacs, dat onder het Tsjechische régime
officieel Mukacevo werd genoemd. Munkacs
is in het buitenland eigenlijk beroemd ge
worden door zijn grooten schilder Munkacsy,
wiens groote doeken „Christus voor Pilatus"
en den .Xaatsten Dag van een terdoodver-
oordeelde", door de vele reproducties een
wereldvermaardheid hebben gekregen. Mun
kacsy was zijn kunstenaarsnaam. In werke
lijkheid heette de meester Michael (of
Mihaly) Lieb.
Een uitstekende autoweg verbindt de steden
Ungvar en Munkacs, maar de Hongaren kun
nen dezen straatweg niet gebruiken, daar hij
voor het allergrootste gedeelte over Tsjecho-
Slowaaksch grondgebied loopt. Men moet
derhalve een reusaehtigen omweg maken, over
slechte landwegen, waarin men bij regenweer
en bijna gedurende den geheelen whiter diep
in de modder wegzakt. Over den goeden
straatweg zou men den afstand van 48 kilo
meter tusschen de beide steden in minder dan
een uur tijds kunnen afleggen. Langs de
slechte wegen, waarop men niet zoo hard
kan rijden, dikwijls blijft steken en waar men
door tal van armzalige dorpjes met huizen
met daken van strco komt, doet men er drie
a vier uren over. Ook kan men den spoorweg
niet gebruiken, daar deze eveneens door Tje-
cho-Slowakije loopt.
Te Munkacs liggen de kerkhoven eveneens
aan den anderen kant van de grens. Gedu
rende eenigen tijd konden de Munlkacsers
daar hun dooden in het geheel niet begraven.
Thans moeten zij voor eiken doode vijftig
Tsjechische kronen „invoerrecht" betalen.
Aan de andere zijde van de grens liggen tal
van dorpen, waarvan de inwoners gaarne tot
Hongarije zouden willen behooren. Men ver
telde mij, dat de bewoners van 127 dorpen,
zoowel uit Hongaren als uit Duitschers en Roe-
thenen bestaande, daar schriftelijk om ge
vraagd hebben. Zij waren gewoon de produc
ten van hun landbouw en veeteelt, alsmede
hun hout en hun wijn en hun druiven steeds
naar de markt van Munkacs te brengen, waar
op het eiken Maandag zeer druk toegaat.
Thans mogen zij de grens niet meer over
komen en blijven zij dus met alles zitten. Aan
den anderen kant, achter zich, hebben zij de
hooge bergen van de Woudkarpaten, die hen
van de overige wereld afsluiten. Zij weten
dus niet hoe zij aan geld moeten komen.
Munkacs is iets kleiner dan Ungvar, dat
circa 30.000 zielen telt. Te Munkacs wonen
ongeveer 28.000 menschen, waaronder 12.000
Joden. Dezen zullen binnenkort ook wel een
groot vraagstuk voor Hongarije worden, daar
het anti-semietisme in dit land voortdurend
ernstiger vormen aanneemt. De Joden hebben
in Munkacs bijna den geheelen handel in
handen. Boven bijna alle winkels ziet men
Joodsche namen staan. En ook de verkoopers
van gepofte kastanjes op straat en de vrouwen
en mannen in de fruitstalletjes zijn Joden.
Grenstragedies.
AAN de grenzen wil het nog maar steeds
niet rustig worden, Voortdurend hebben
schermutselingen plaats en bijna eiken nacht
hoort men nu eens hier en dan weer daar
schoten vallen. Overal ziet men vluchtelingen.
Zoowel te Ungvar als te Munkacs en in
Beregszas heb ik mannen, vrouwen en kinde
ren gezien, die door de Tsjechen van hun
woonsteden aan den anderen kant van de
grens verdreven waren, omdat zij Hongaren
zijn. Zij moesten hun woningen in de meeste
gevallen binnen tien minuten verlaten en
hadden dus veelal niet eens den tijd en ge
legenheid ook maar het hoogstnoodige met
zich mee te nemen. Vrouwen en kinderen
kwamen blootsvoets en zonder mantels en
overkleeren de grens over. Gezinnen moesten
alles in den steek laten, hun huisjes, hun stuk.
jes lancl. hun koe, hun geit, hun kippen en
zelfs het weinige geld, dat zij nog bezaten. In
deerniswekkenden toestand kwamen zij op
Hongaarsch grondgebied. Men heeft hen ten
deele in steenen gebouwen en ten deele in
houten barakken ondergebracht, waar zij soms
op stroo op den grond moeten slapen. Tal van
gezinnen zijn uit elkaar gerukt. De moeder
en een deel van de kinderen zijn te Ungvar
of te Beregszas en niemand weet waar de
vader en de andere kinderen gebleven zijn. De
mensehen huilen, wanneer men met hun
spreekt. Zij worden door de Tsjechen de grens
niet meer overgelaten om naar het plekje
grond terug te gaan, waai- ze bijna hun ge-
heele leven gesleten hebben, 't Zijn tafereelen
van de diepste ellende, die men hier ziet.
Aan den anderen kant hebben ook de Hon
garen tal van Tsjechen over de grens terug
gestuurd, maar men verzekerde mij, dat men
hen toegestaan heeft al hun have en goed
met zich mee te voeren. Ik zag bij Ungvar een
Tsjechische vrouw aan de grens staan, een
onderwijzeres, die al haar meubeltjes bij zich
had. Doch zc stonden in den regen óp de
straat. De wagen uit het thans Hongaarsche
Ungvar mocht niet verder en de wagen, die
van den anderen kant moest komen om het
inboedeltje met zich mee te nemen, was nog
niet aangekomen. De vrouw stond er met
tranen in de oogen bij te wachten. Af en toe
ging ze op een van haar natte stoelen zitten,
dan weer liep zij wat zenuwachtig" heen en weer
en ging met de Tsjechische douanebeambten
en soldaten spreken, die haar ook al niet veel
konden helpen.
De Tsjechische opschriften op de naam der
straten en pleinen zijn overal verwijderd.
Straten en pleinen, die in den laatsten tijd
Masarykplein en Masarykstraafc, Stefanik-
straat en zoo geheeten hebben krijgen nu hun
oude Hongaarsche namen uit den tijd van
vóór het ontstaan van den Tsjecho Slowaak-
schen staat terug. Op de borden van de win
kels heeft men veelal verf over de Tsjechische
na-men en woorden heen gestreken of er
strooken overheen geplakt. Binnenkort zal er
niet veel meer van de periode van het Tsje
chische bewind over zijn gebleven, behalve de
moderne huizen en groote gebouwen, die de
Tsjechen op tal van plaatsen hebben neer
gezet.
W. M. BEKAAR.
Brilsche financiëele steun voor
China?
LONDEN. 15 Dec. (Havas-A.N.P.) De
Financial Times geeft van ochtend te kennen,
dat de Britsche regeering „op het oogenblik de
mogelijkheid van financieelen steun aan
China overweegt ten einde de door Japan ge
nomen maatregelen, die in strijd zijn met
de door het negenmogendhedenverdrag be
krachtigde politiek van de open deur, te doen
mislukken".
Parlement ontbonden
SPANNING VERHOOGD DOOR DREIGENDE
HOUDING VAN REGIMENT.
Havas meldt uit Quito, dat president
Mavaez, die tevens leider van de libe
rale partij is, de wetgevende vergade
ring van Ecuador ontbonden heeft,
omdat de linksche oppositie generaal
Larrea tot leider heeft gekozen. Ma
vaez heeft medegedeeld, dat hij over
eenkomstig de grondwet zal regeeren
zonder een dictatuur in te stellen.
Bij een tweede decreet wordt het kiescollege
uitgenoodigd in 1939 een senaat en een Kamer
te kiezen. De verkiezingen zullen den tweeden
Zondag in Mei worden gehouden en de kamers
zullen 10 Augustus bijeenkomen.
Verscheidene leden van de wetgevende ver
gadering moesten gearresteerd worden, omdat
zij geen gevolg wenschten te geven aan 't ont
bindingsdecreet.
In politieke kringen te Quito is men
van oordeel, dat het krachtig optreden
van de regeering een poging van links
om zich meester te maken van de
macht, heeft verijdeld.
United Press verneemt nader uit Quito:
De spanning is nog verhoogd, door
dat het Yaguachi-regiment positie op
de Ichimbialheuvelen heeft gekozen.
Deze heuvels domineeren de stad en
van daaruit hebben de militairen van
het Yaguachi-regiment geëischt dat
het parlement weer bijeengeroepen zal
worden.
Het zakenleven staat stil. Winkels en thea
ters zijn gesloten, de radiostations staan onder
controle van de autoriteiten. De regeering heeft
aan het Yaguachi regiment een ultimatum ge
zonden en indien dit zich niet overgeeft zullen
onmiddellijk troepen en vliegtuigen orders krij
gen om tot den aanval over te gaan.
Uit officieele bronnen wordt vernomen dat de
kanonnen der regeeringstroepen reeds in de
richting van de heuvels zijn opgesteld, ter wij!
de minister van oorlog bevel heeft gegeven dat
de vliegtuigen zich gereed moeten houden voor
den aanval.
De carabineros zijn bezig wapenen en munitie
onder de regeeringsbataljons te verdeelen en
den aanval voor te bereiden, terwijl de cavalerie
door de straten van Quito patrouilleert, waar
zij zoo nu en dan groepen van linksche demon
stranten uiteendrijft.
Volgens de berichten zou de vroegere presi
dent generaal Enriquez contact hebben gezocht
met Larealba, den bevelhebber van het Ya
guachi-regiment, van wien hij onlangs ver
vreemd was geraakt, en hij zou hem verzocht
hebben om de harmonie tusschen hem en de
linksche oppositie te herstellen.
AANBESTEDING.
HAARLEM Donderdag.
Hedenmorgen werd namens het ministerie
van Defensie te Haarlem aanbesteed het ma
ken van een gebouw in gewapend beton te
Den Helder. Minste inschrijver was A. Ander-
wijk te Huizum (Fr.) voor f 5907.
„Commissie voor Chineesche
Zaken" wordl deze week gevormd
TOKIO, 15 Dec. (Domei). Vrijdag zal de
„Commissie voor Chineesche Zaken", het cen
trale lichaam te vormen voor de behandeling van
Chineesche aangelegenheden, formeel in het le
ven geroepen worden en zullen de leden wor
den aangesteld. Een desbetreffende officieele
mededeeüng is thans verschenen. De eerste mi
nister, Konoye, zal ambtshalve voorzitter zijn
terwijl de ministers van Buitenlandsche Zaken,
Financiën, oorlog en marine, eveneens ambts
halve, vice-voorzitters zullen zijn.
De taak der commissie zal zijn om gedurende
het Chineesche incident:
1. De politieke, economische en cultureele
aangelegenheden te leiden in China in verband
met het „incident", met uitzondering van de di
plomatieke zaken.
2. Formuleeringen te geven van de te voeren
politiek in verband met de hierboven genoemde
zaken.
3. Controle op het zakenleven en de lichamen,
die bij speciale wetgeving gecharterd zijn voor
het leiden van ondernemingen in China en te
vens toezicht op individueele personen die zaken
doen in China.
4. Eenheid te brengen in het beheer over Chi.
neësche zaken, die behandeld worden door de
verschillende betrokken regeeringsdepartemen-
ten.
Cliineezen laten bruggen in
Kwangtoeng springen.
TOKIO, 15 December. (Domei). Met het
oog op den Japanschen opmarsch naar de hoofd
stad van Kwangsi, Nanning. die ten doel heeft
de levering van wapens uit Fransch-Indo-China
aan de Chïneezen af te snijden, hebben de Chi
neesche autoriteiten bevel gegeven tot vernieling
van alle bruggen in het westen van de provin
cie Kwangtoeng en in het grensgebied tusschen
Kwangtoeng en Kwangsi, aldus meldt een pers
bericht uit Hongkong. Een bericht uit Kanton
meldt, dat de Soenning-spoorweg vernield is
door de Chineezen, terwijl de autoweg tusschen
Kanton en Woetsjau, die over Tsjautsjing loopt
op verschillende punten is opgeblazen met de
bedoeling Woetsjau aan de oostelijke grens van
„Japan kan China niet over-
Ons doel is uitroeiing van de bronnen van
infectie, aldus de Japansche diplomaat Soema.
COLLEGEPARK (Maryland). 15 December.
(Reuter-A.N.P.) Yakitsjiro Soema, raadsheer
van de Japansche ambassade te Washington,
heeft in een gisteravond in de universiteit van
Maryland gehouden rede verklaard, dat Japan
zich niet verbeeldt, dat het China kan overwin
nen. Dat, zeide hij o.a., is niet ons doel en is het
nooit geweest. Een volle van 400 millïoen zielen
kan men zijn wil niet opleggen. Ons doel is het
uitroeien van de bronnen van infectie in China,
welke de Chineesch-Japansche betrekkingen
hebben vergiftigd. Soema voegde hieraan nog
toe, dat Japan niet voornemens was „te raken
aan de volledige vrijheid van handel in het
verre oosten voor ieder land, dat de uitvloeisels
van de nieuwe orde, welke Japan daar wil in
stellen, erkent". i
Copyright P. I. B. Box 6 Cop.nhog.
„De saus", zei Hans, „maakt U zich daarover maar geen zorgen. 11 laten zien." Fluks stak hij zijn handen in de zakken en toonde de
Die heb ik meegebracht. Zelfs zoo veel, dat ik er U iets van kan dochter des konings een beetje modder, waarmede hij deze had
gevuld. De prinses sloeg de handen van verbazing in elkaar.
Onderhandelingen
te Berlijn,
Onze Berlijnsche correspondent schrijft ons
dd. 15 December:
„Er zijn nu ongeveer 20.000 Neder-
landsche arbeiders in Duitschland werk
zaam. Aanvankelijk zaten ze meeren-
deels in het Rijnland en Westfalen, doch
thans ook bij de „Reichswerke Hermann-
Goering" en de volkswagenfabriek te
Fallersleben. Wij hebben hier te doen
met een oud-Nederlandsch gebruik.
Yoor den oorlog, omstreeks 1907, waren
er rond honderdduizend Nederlandsche
arbeiders in Duitschland werkzaam. Wij
streven ernaar, deze traditie in ecre te
herstellen en willen zoodoende weer tot
stand brengen, wat in de natuur van
beide landen en volken ligt."
Aldus Ing. R. A. Verweij, directeur van den
rijksdienst voor werkloosheidsverzekering en ar.
beidsbemiddeling, die aan het hoofd staat van
een Nederlandsche delegatie, welke op het oogen-
blik te Berlijn onderhandelingen voert over een
uitwisseling van Nederlandsche en Duitsche
werkkrachten. De commissie bestaat verder uit
den heer de Boer van het ministerie van Buiten-
landsche Zaken, die inmiddels naar Nederland
is teruggekeerd, mr. Schouten, de heer van
Lier en" dr. Kapma van 't ministerie van So
ciale Zaken, mr. Teppema van het ministerie van
Economische Zaken en de heer van Santen van
het ministerie van Binnenlandsche Zaken.
De besprekingen vinden plaats in het rijks-
ministerie van Arbeid. De Duitsche minister van
Arbeid, Seldte, door wien de delegatie deze week
officieel ter begroeting ontvangen is, neemt per-
soonlijk niet deel aan de onderhandelingen, welke
van Duitsche zijde gevoerd worden door een uit
gebreide commissie onder voorzitterschap van Mi.
nisteral-direktor dr. Engel.
„Vorige week Vrijdag zijn we begonnen her-
nam Ing. Verwey en we hebben goede hoop,
dat het door beide landen gewenschte resultaat
nog deze week toto stand zal komen. Zooals u zich
zult herinneren, hadden wij reeds meermalen
soortgelijke besprekingen. Thans gaat het om een
definitieve regeling voor 1939.
„Kort na den oorlog waren er natuurlijk heel
wat meer Duitschers in Nederland werkzaam
dan Nederlanders in Duitschland, thans is het
verschil niet zoo groot meer.
,De groote moeilijkheid om tot een bevredigen»
de regeling te komen ligt in de Duitsche deviezen»
bepalingen. Alleen daaraan is het toe te schrij
ven, dat wij nog niet tot een definitieve regeling
zijn gekomen. Het is absoluut noodzakelijk, een
weg te vinden, om de Nederlandsche arbeiders,
die in Duitschland werken, in staat te stellen,
voor hun gezin, dat zij in Nederland achterlaten,
te zorgen. Bovendien leidt het tot ongewenschté
toestanden, wanneer de betrokkenen over be
trekkelijk veel Duitsch geld beschikken, dat zij
niet aan hun gezin kunnen overmaken."
Over terugkeer
dienstboden.
der Duitsche
Wij maakten van de gelegenheid gebruik, om
ook het vraagstuk der Duitsche-dienstmeisjes in
Nederland nog even ter sprake te brengen. Zoo
als men weet, heeft de leider van het Arbeids»
front, dr. Robert Ley, onlangs aangekondigd,
dat hij het voornemen koestert, geleidelijk,
maar tevens binnen afzienbaren tijd alle Duit
sche werkkrachten in het buitenland naar
Duitschland terug te roepen. Deze bepaling geldt
ook voor de dienstmeisj'es het hoeft wel geen
betoog, dat dit ook slaat op meisjes uit het voor
malige Oostenrijk en Sudeten-Duitschland
waarvan er dan ook reeds velen naar Duitsch
land beginnen terug te keeren.
Ing. Verweij verzekerde .ons, dat er in strijd
met allerlei thans loopende geruchten bij de
Nederlandsche regeering officieel niets bekend
is over een massalen terugkeer van Duitsche
dienstmeisjes naar Duitschland. Moeh het als
nog zoover komen, dan behoeft zulks niet van
zoo ingrijpend belang beschouwd te worden,
daar er ten onzent genoeg meisjes gevonden
zouden worden, die deze leemte kunnen aan
vullen.
Aan het einde van ons onderhoud legde Ing.
Verweij er nogmaals den nadruk op, dat de
onderhandelingen met de Duitsche regeering
nog niet tot het gewenschte eindresultaat heb
ben geleid, niettemin koestert hij de hoop, dat
het nagestreefde einddoel nog deze week be
reikt zal worden.
(Nadruk verboden).
„Zoo mag ik het hooren", zei de dochter van den koning ten
slotte, „jij weet overal een antwoord op, en je toont verstand te
hebben. Jij zult mijn echtgenoot worden. Alleen moet ik je ver
tellen, dat de krant alles zal weergeven, wat wij nu gezegd hebben.
Daarvoor zit men hier zoo Ijverig te schreven, onder leiding van
een der hoogwaardigheidsbekleders.
En die hoogwaardigheidsbekleeder is nog de ergste, want hij is
stokdoof." Dit laatste was echter niet waar en de prinses zei het
alleen maar om Hans bang te maken. Hans keek de schrijvers
eens aan. Zij trokken allen een boos gezicht en wierpen een inkt
mop op den vloer. Maar daar trok Hans de Stumper zich heel
weinig van aan.
(Slot volgt J,
Zigeuners in Duitschland moeten
zich melden.
Uit Berlijn: Duitschland wil thans het
vraagstuk der Zigeuners regelen, meldt Ha
vas. De chef van de politie heeft gelast dat
alle zigeuners, halfbroedzigeuners en personen
die de leefwijze der zigeuners volgen, zich bij
de politie moeten melden, opdat naspeuringen
op het gebied der rassen-biologie worden ge
daan.
De zigeuners, die in groepen rondtrekken,
zullen verstrooid worden, de zigeuners zullen
zich niet meer in de grensgebieden mogen
ophouden. Verder zullen zij niet meer uit de
steden met meer dan 500.000 inwoners ver
jaagd mogen worden, vermoedelijk om te
koorkemen, dat zij het platteland over-
stroomen
Krijgt Amerika een „super-
dreadnought"
Kruiser met waterverplaatsing: van 45000 ton.
WASHINGTON, 15 Dec. Naar verluidt be
studeert Roosevelt op het oogenblik de aanbeve
ling van den bouw van een kruiser ter waarde
van honderd millioen dollar, ter grootte van
45000 ton, bewapend met twaalf kanonnen van
16 inch. Het schip zou een lengte hebben van
720 voet. De nationale verdedigingscommissie
dringt aan op goedkeuring van den president en
het congres. Roosevelt zou reeds besloten heb
ben credieten aan te vragen voor den bouw van
twee slagschepen binnen den limiet (35000),
doch zou nog geen beslissing hebben genomen
aangaande den „superdreadnought".
Dit bericht vindt bevestiging in een telegram
van den correspondent van ^le New-York Herald
Tribune uit Washington, die dit plan in verband
brengt met de meening, die heerscht, dat Japan
de grens der 35.000 ton overschrijdt.
(United Pressli