IJmuider Courant Centraal Station te Utrecht zwaar door brand geteisterd. IJ S B A A N SlT j,;>' *5,4' f|LL i|| Ills '*.£- Treinenloop kon doorgang blijven vinden. Oude bovenbouw voor een groot deel vernield. CASTRICUM „ÜMUautCleakikQ SewUe" - Bteestt.3 DAGBLAD VOOR VELSEN, IJMUIDEN, SANTPOORT EN OMSTREKEN Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Het Engelsche Beleid. Slagwerk. 24e JAARGANG No. 4t Uitgave Lourens Cosier, Maatschappij voor Courant - Uitgaven en Algem. Drukkerij N. V. Groote Houtstraat 93, Haarlem, Tel. 10724. Bureau IJmuider Courant: Kennemerlaan 42, IJmuiden, Telefoon 5301, Postgiro 310791. Alle Advertenties, opgegeven voor dit blad, worden kosteloos opgenomen in de Kennemer Courant. Directie: P. W. PEEREBOOM EN ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM MAANDAG 19 DECEMBER '38 Abonnementen per week f 0.12Vj, per maand f0.52V2, per 3 maanden f 1.55, franco per post f 1.95 per kwartaal. Losse nummers 3 cent per ex. Advertentien: 1-5 regels f0.60, elke regel meer 0.12. Bij abonnementen belangrijke korting. Ingezonden mededeelingen dubbele prijs. Advertenties van Vraag en Aanbod 1-3 regels f 0.25, elke regel meer fO.10. Onze Londensche correspondent heeft de vorige week een uiteenzetting gegeven van het in Engeland groeiende verzet tegen Chamberlain's internationale politiek. Dat verzet komt, zooals bekend is, niet alleen in de oppositie-partijen tot uiting. In de Con servatieve partij zelf krijgt Chamberlain meer tegenstand. Niet alleen Winston Churchill, de thans in Amerika vertoevende Anthony Eden en de afgetreden minister van Marine Duff Cooper maar ook anderen zitten hem dwars. Bij eenige tusschentijdsche verkiezingen heeft zijn partij zetels verloren en er is nu weer groote belangstelling voor een dergelijke ver kiezing in het Schotsche district West Perthshire. Dat werd vertegenwoordigd in het Lagerhuis door de Duchess of Atholl. Zij kon zich niet langer met de politiek van Cham- beriain vereenigen, trad uit de partij, legde haar lidmaatschap van het Lagerhuis neer en liet zich opnieuw in de vacature in haar eigen district candidaat stellen als „onafhankelij ke". De liberalen steunen haar candidatuur en hebben terwille van de hertogin hun eigen man teruggetrokken. Haar eenige tegenstan der is nu de conservatief Mc.Nair Snadden en de felle verkiezingscampagne in het Schotsche district is in de vorige week beïnvloed door een incident in Londen. Daar sprak im mers Neville Chamberlain voor de vereeniging van buitenlandsche journalisten, de Foreign Press Association, en in zijn rede, die tevoren aan een aantal genoodigden ter inzage was gegeven, liet hij eenige scherpe woorden aan het adres der Duitsche pers hooren omdat deze zich veroorloofd had zijn partijgenoot en voorganger-als-premier Lord Baldwin uit te schelden. Er waren dergelijke termen gebe zigd dat het voor de hand lag dat Chamber lain ze niet zonder protest zou laten -gaan. Hij schold overigens niet terug; hij zei alleen zijn meening. Dit bleek evenwel voor de Duit sche diplomaten en journalisten en voor een Duitschen ambtenaar, die juist voor deze bij eenkomst naar Londen was gekomen, al voldoende reden om weg te blijven van het diner van de Foreign Press Association. Deze houding trok natuurlijk sterk de aandacht en de Britsche gevolgtrekkingen waren" niet malsch. In West Perthshire zei de hertogin van Atholl tot haar kiezers, dat nu bewezen was dat de Duitschers censuur uitoefenden op de uitingen van Britsche staatslieden in hun eigen land. Haar tegenstander Mc.Nair Snad den beproefde niet het geval goed te praten maar zweeg er maar liever over. Tijdens de rede van Chamberlain zelf was sterk opge vallen dat hetgeen hij zeide over de overeen komst van München en over zijn aanstaande reis naar Rome volstrekt geen applaus uit lokte, terwijl daarentegen zijn woorden over de innige samenwerking met de Fransche re geering tot stormachtigen bijval leidden. Ver scherping van de tegenstellingen in Europa vond op deze wijze weer eens uiting. Chamberlain heeft zijn beleid „a policy of appeasement" genoemd. De beste vertaling is: een politiek van kalmeering. Hij beproeft nog immer, al erkent hij dat de teleurstellingen na München groot zijn geweest en al heeft Engeland zijn tempo van bewapening ver sneld, de gemoederen zoo rustig mogelijk te houden en over alles te onderhandelen. Zijn tegenstanders wenschen dit beleid niet. Zij eischen een krachtiger houding, een openlijk verzet van Engelsche zijde tegen de vele am bities en eischen 'van de totalitaire staten. Huns inziens is het gevolg van Chamberlain's beleid dat zoowel Duitschland als Italië dit laatste vooral in zijn verregaande eischen jegens Frankrijk steeds verder gaan. Daar tegenover is de Britsche premier van meening dat men zich wel voorbereid moet houden op alle mogelijkheden en zijn bewapening ver sterken, maar in de geladen sfeer van Europa alle gevaar voor een noodlottige ontploffing tot het uiterste dient te vermijden. Hij en zijn medestanders zien in een verdere toe spitsing van de verhoudingen oorlogsgevaar en de oppositie wordt er hunnerzijds dan ook van beticht dat hun politiek dit zou aanwak keren. Harerzijds noemt de oppositie haar eigen inzichten „een actieve vredespolitiek", omdat zij van meening is dat Chamberlain's vredespolitiek, die zij passief acht, een toe stand zou kunnen scheppen waarin Engeland niet anders meer zou kunnen doen dan ten oorlog tijgen. Intusschen blijft de Fransche regeering Chamberlain's beleid volgen. Het is nu wel duidelijk geworden dat Daladier zelf invloed heeft doen gelden op de merkwaardig-kalme houding en de zelfbeheersching, die de Fran sche pers eigenlijk al sinds maanden aan den dag legt. In de Britsche tegenstellingen moeten wij, als behoorend tot een klein volk dat zelf op een zeer gevaarlijk punt in Europa woont en dat zich voor de prestige-kwesties van groote mogendheden niet warm behoeft te maken, wel beseffen, dat er ten allen tijde een groot verschil is tusschen de posities van de man nen die regeeren en degenen die hen aanval len. De eerstgenoemden dragen de verant woordelijkheid, de laatstgenoemden zijn daar geheel vrij van en kunnen zich dus gemakke lijk laten gaan. Het is vrijwel zeker dat de Britsche oppositie, als zij morgen aan het be wind kwam, zelf onmiddellijk de noodzaak zou voelen om te kalmeeren, alle onnoodige tegenstellingen te vermijden en tot het uiter De interieurs met het bevroren bluschwater in het door brand geteist erde Centraal Station te Utrecht boden een grilligen aanblik. Een detail van de verwoesting, welke werd aangericht. HET Centraal Station te Utrecht is door een zoo zwaren brand geteisterd, dat het 100 Meter breede gebouw in zijn geheel buiten dienst is gesteld. Het vuur werd Zaterdagavond laat ontdekt en had toen reeds zulk een omvang aangenomen, dat de Utrechtsche brandweer voor een vrijwel hopelooze taak kwam te staan, een taak, welke te zwaarder was, nu de felle vorst het werk der brandweer lieden ernstig bemoeilijkte. Het blusschingswerk was ook zoo moei lijk en eischte zoo aller krachten, dat te ruim middernacht de hulp der hoofdstedelijke brandweer werd ingeroepen, welke naderhand, toen de spuit met manschappen in Utrecht was gearriveerd, echter niet meer noodig bleek te zijn. De schade, welke de Spoorwegen door den brand lijden, is zeer groot. De geheele administratie van de diensten van Weg en Vervoer is vernietigd en dit is wel de grootste schade, welke men kon lijden. De door het vuur aangerichte schade wordt door verzekering gedekt. Een geluk is het geweest, dat de vlammen de stationsover kapping niet hebben kunnen vernielen, waardoor de emplacemen ten geheel intact zijn gebleven. Ware dit niet het geval geweest, de geheele treinenloop in een groot deel van het land zou grondig gedesorganiseerd zijn. ste te onderhandelen. Want de volken willen geen oorlog; de Engelschen zeer zeker even min als de andere volken. En die verantwoor delijkheid zou zich onmiddellijk zwaar doen geldenHet valt trouwens op dat de Fran sche oppositie dit beter schijnt te voelen dan de Engelscheongerekend dan de Fransche communisten. Chamberlain wil tijd winnen door onder handelen. Ik geloof dat Europa hem daar nog steeds dankbaar voor mag zijn. Ik geloof ook dat vele menschen al te zeer vastzitten in prestige-begrippen van een vroegeren tijd, dat velen niet inzien dat het vermijden van den Europeeschen oorlog het geweldigste aller be langen is en dat men wèl moet begrijpen dat voorzoover de aanhangige zaken erkende fouten uit het Verdrag van Versailles betref fen toegeven inderdaad de eenige methode is om een beteren toestand te scheppen. Na tuurlijk geldt dat niet de Italiaansche „eischen" voor Tunis, Savoye en Corsica. Maar de vraag is nog of die ooit serieus zullen wor den. De vraag is nog of verstandig beleid het niet wint. R. P. Toevallig brak de brand uit op een tijdstip, dat men reeds zijn handen vol had om het treinverkeer tusschen Utrecht en het Westen van het land zonder eenige stagnatie te doen verloopen. In de omgeving van het stations- emplacent te Vleuten was namelijk om streeks tien uur de voedingskabel van het electrische net gebroken, waardoor het trein verkeer tijdelijk over één spoor moest wor den geleid. Toen dan ook kort daarop de uit slaande brand in het Centraal station opnieuw moeilijkheden opleverde, was het uiterst moei lijk een normalen treinenloop te handhaven. Het gelukte echter de treinen op een vei lige plaats, alhoewel met vertraging, in en uit te laten gaan, terwijl zooveel mogelijk de electrische treinen werden vervangen door Diesel- en stoomtreinen. Hoe ongustig de weersomstandigheden ook waren, moet ten opzichte hiervan worden op gemerkt, dat men van geluk mag spreken dat de brand in het Noordelijke gedeelte van het station is uitgebroken, waardoor het later t-oen voldoende water op de vuurhaard kon worden gespoten, mogelijk bleek, den brand te beperken tot de bureaux van de afdee- lingen Weg- en Werken en van Vervoer. Hier door gelukte het de afdeeling Tractie, behou dens aanzienlijke waterschade onaangetast te behouden, waardoor de daaronder gelegen vestibule met het plaatskaartenbureau en toe gangen tot de perrons eveneens aan den greep van het vuur kon worden ontrukt. Dit gedeelte van het station verkeert momenteel evenwel in een dusdanig deplorabelen toestand, dat het vermoedelijk nog wel eenigen tijd zal du ren alvorens het wederom in dienst zal kun nen worden genomen. De brand is te ongeveer tien uur ontdekt door den huismeester der Spoorwegen Van Ginkel, wiens woning zich bevindt op de eer ste verdieping aan het einde van de rechter vleugel. Gewaarschuwd door een brandlucht in zijn woonkamer ging hij op onderzoek uit en ontdekte tot zijn groote ontzetting, dat de archief-ruimte, die grensde aan zijn woning in lichterlaaie stond. Onmiddellijk werd de stations-brandweer gerequireerd, doch deze stond geheel machteloos. Aanstonds sloegen de vlammen uit en in allerijl waarschuwde men de Utrechtsche brandweer, die weldra met groot materiaal arriveerde. Onder leiding van den commandant Vleming werden met behulp van het stationspersoneel dadelijk zes slangen aangesloten op de waterleiding, ter wijl inmiddels de voorbereidingen werden getroffen voor het inwerking stellen der mo torspuiten. In koortsachtige haast werden steeds meer slangen uitgerold en in korten tijd wierpen de vier motorspuiten van de Utrechtsche brand weer met tientallen stralen groote water massa's in de vuurpoel. Van blusschen geen sprake Aan blusschen viel niet te denken. Men dit weldra in en de tactiek werd aldus gewij zigd, dat alles werd geconcentreerd op het voorkomen van de uitbreiding van het vuur naar de zijde van het middenstuk. Muren werden drijfnat gehouden, maar het batte niet. Aangewakkerd door den vinnigen oostenwind lekten de vlammen aan de pa- piermassas op den zolder en aan den kantoor- inventaris en de archieven op de bovenverdie ping. Er was geen houden meer aan en de eene meter na de andere moest worden prijsgege ven. Tien meter, twintig meter, dertig! Steeds hopeloozer werd de situatie, maar dank zij de volharding der brandwachten kon tenslotte na een enerveerende kamp met het vuur, met den wind en met de koude, verdere uitbreiding worden verhinderd. Maar toen schoten de wilde vlammen reeds uit het dak van het mid denstuk boven den ingang van het station In een uur tijd had de vuurzee zich uitgebreid over de geheele bovenbouw over een lengte van meer dan zestig meter! (Zie ook elders in dit nummer). (In Amerika is oen vereeniging gevormd van orkestleden die de instrumenten van het slagwerk bedienen. Het doel is meer waar- deering op te wekken voor de mu zikale waarde van het slagwerk.) De slagwerkspecialisten zijn zich gaan organiseeren, Zij worden naar hun meening niet voldoende gewaardeerd, Ri beste slagorde gaan zij zich slag op slag verweren, Opdat hun slag (in dubblen zin) naar waarde wordt geëerd, 't Is vreemd dat zij dit moeten doen, nietwaar, want onder allen Zijn zij de menschen juist van 't krachtig roeren van de trom, Zij zitten echter in het hoekje, waar de slagen vallen, Al doen zij daar ook nog zoo wel, men ziet niet naar hen om. Wanneer zij vol slagvaardigheid hun batterij bewerken. Besteedt men, muzikaal gezien, daar weinig aandacht aan, Het smart hen om bij het publiek een houding op te merken, Alsof zij niet veel anders doen, dan er een slag naar slaan. En, trommel-nog-an-toe zij slaan zich moeizaam door het leven, Het slagwerk eischt beduidend meer dan enkel maar een slag, Zij eischen dat de slagboom voor hen eens wordt opgeheven, De slagwerker wil ook uit zijn slagschaduw voor den dag. Zoo zal de werker aan den slag ook eens zijn recht verwerven, Bij 't leven dat hij leidt (en maakt) niet slechts geduld, doch meer, En als, zooals ook hij moet, de slagwerker eens zal sterven, Dan zij 't in welverdienden roem op het slagveld van eer. P. GASUS. Zeeweg, geopend van 10.22 uur VERLICHTING MUZIEK (Adv. Ingez. Med.) Gebraden wildeen oude wijn, Dat kan met Kerstmis heerlijk zijn. Mocht spijs en drank te rijk'lijk vloeien, Laten wij er ons dan mee bemoeien. TELEF. 5673 BEVERWIJK. In één uur chemisch gereinigd en geperst. (Adv. Ingez. Med.) De buitenlander H. weer in vrijheid gesteld. Vrijdag heeft de rechter-commïssaris in straf zaken te 's Gravenhage, op vordering van den officier van justitie het vooronderzoek geopend in de strafzaak tegen den heer A. Holzmann, te Amsterdam, beschuldigd van meineed. De rechter-commissaris heeft dit onderzoek geleid in tegenwoordigheid van den officier van justitie en van den verdediger van Holzmann, mr. Bernhard M. Cohen, advocaat te Amsterdam. Na verhoor van de door den officier van jus titie opgeroepen getuigen en een zeer kort ver hoor van den heer Holzmann, die zijn onschuld volhield, heeft de rechter-commissaris diens in hechtenisneming geweigerd en de onmiddellijke invrijheidstelling van den beschuldigde bevolen. Goederen van Duitsche Katholieke organisatie verbeurd verklaard. Laffe truc. De laatste dagen is bij de Haagsche politie van verschillende zijden aangifte gedaan, dat een net gekleed persoon zich bij menschen, die in behoeftige omstandigheden verkeeren. aan meldde met de mededeeling, dat zij in aanmer king kwamen voor een kerstpakket van een of andere liefdadige vereeniging. Hij beloofde daarbij voor het pakket te zullen zorgdragen, doch een klein bedrag 50 a 60 ets. moest dan wegens expeditiekosten worden gestort. Bij onderzoek bij de instellingen, welke de man had opgegeven, is evenwel gebleken, dat daaromtrent niets bekend was. Waarschijnlijk heeft men dus met een zeer laaghartig geval van. oplichting te doen. Jongeliedenbond als Staatsvijandig gebrandmerkt. Het Duitsche „Reichsgesetzblatt" pu bliceert een beschikking, waarbij de bezittingen van den Bond van Roomsch-Katholieke jongelieden in het bisdom Limburg, die onlangs ont bonden is, worden verbeurd verklaard ten gunste van den Pruisischen staat. De verbeurdverklaring heeft ook betrekking op onderafdeelingen van den bond en op de goederen van de Roomsch-Katholieke ver eeniging „Neu-Deutschland", terwijl verder een terrein, toebehoorende aan de parochie Irmtraut in Limburg verbeurd verklaard is. Deze beschikking is genomen op grond van de wet van 14 Juni 1938, die voorziet in de confiscatie van goederen, toebehoorende aan vijanden van volk en staat. AANTAL JOODSCHE ADVOCATEN MAG IN DUITSCHLAND VOOR JODEN PLEITEN. De Duitsche minister van justitie heeft naar Havas verneemt een aantal Joodsche advoca ten gemachtigd Joden tot raadsman te dienen en voor hun belangen op te komen. Zij zullen zich moeten noemen juridische adviseurs" en mogen hun universitairen graad vermelden. Andere titels zijn evenwel niet toegestaan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1938 | | pagina 1