„Mysterie om een Erfenis FEUILLETON Naar het Engelsch van DOUGLAS GARDINER. (Nadruk verboden.) 11) Hij bleef staan voor het raam van een res taurant en de etenslucht maakte hem onpas selijk. Een vieze kelliier, met grove handen en vuile nagels stond aan de deur. Hij keerde naar huis terug, zonder iets ge bruikt te hebben. Het leek wel, of zijn eetlust verdwenen was. Hij had nog een flesch bier in zijn provisie kast en wat brood en kaas; dat was tenminste zuiver en gezond. Na afloop van zijn eenvoudig maal ging hij op de divan liggen en al spoedig viel hij in slaap. Toen hij na een paar uur wakker werd, hoox-de hij verrukkelijke muziek. Hij stond op en ging naar het open raam Maar toen was het opeens stil. Alleen het blaffen van een hond, die speelsch een musch achtervolgde, klonk in de straat. Zou ik het alleen maar gedroomd hebben? dacht Jack. De groote klok van de Law Courts sloeg vier uur. Daar hoorde hij opeens tikken, alsof beneden een spijker werd ingeslagen. Er is zeker iemand aan de deur, mis schien Brown, ik heb hem toch duidelijk ge zegd, dat ik me sterk verzet tegen zaken doen op Zondag! Maar tenslotte is alles beter dan deze eenzaamheid. Waar dat stof toch alle maal vandaan komt, weet de duivel, de trap leuning is er vol van. Hij rende de trap af en deed open. O, mijn heer Grant, bent u het! Ik dacht dat het mijn compagnon was. Kom binnen. Neen dank u, ik kom alleen maar even vragen, of u bij ons, mijn dochter en mij, zoudt willen komen theedrinkeix. 't Zal hier wel erg ongezellig en eenzaam voor u zijn. U neemt 't me toch niet kwalijk? Kwalijk nemen ?Hoe komt u er bij! 't Is werkelijk heel vriendelijk van u. Maar u mag geen kwaad spreken van mijn kamers.-Kom maar eens mee naar boven, dan kimt u eens kijken. Hij dacht aan de mooie dochter van Grant en vervolgde: Ik kom graag bij u en ben u dankbaar voor uw vriendelijkheid, want ik voelde me wel een beetje eenzaam. Wij zijn de eenige bewoners van Neter Street behalve een paar huisbewaarders. Nu 't is hier keurig en wat een overvloed van mooie dingen, zei hij, toen ze in de zitkamer gekomen waren. Ik houd van mooie dingen, mijnheer Grant, maar ik heb deze niet allemaal ge kocht. Een deel ervan heeft mijn broer me ge stuurd uit ons ouderlijk huis. Uw broer? Ik meende Mijn broer is in Amerika, en haastig ver volgde hij: Hier hebt u mijn slaapkamer en de badkamer en daarachter is een heel ge schikte keuken. Lieve deugd, daar zie ik dat juffrouw Garland vergeten heeft de melk op te bergen en nu is ze zuur geworden. Als u nu uw uitnoodiging intrekt ben ik verloi-en! Als er één ding is, waarvan ik een afschuw heb, is het gecondenseerde melk in de thee. Juffrouw Garlant heeft een heelen voorraad van dat nare goed ingeslagen. Mijnheer Grant lachte en zei: We verwachten u om vijf uur. Ik zal zorgen op tijd te zijn. *t Is allesbe halve pleizierig zoo in m'n eentje Jk heb na de lunch liggen dutten en werd wakker doordat ik me verbeeldde muziek te hooren. Pas uw kloppen deed me tot mezelf komen. Ik dacht dat ik een beetje in de war was. Maar muziek was er wel degelijk, zei de oude man glimlachend. Mijn dochter speelde wat op haar harp en onze ramen waren open. En nu ga ik, u denkt er wel aan, vijf uur. Jack knapte zich wat op voor hij naar den overkant ging. Hij zou zich die moeite niet ge geven hebben als het niet voor het meisje was. Precies om vijf uur klopte hij aan de zij deur van den antiquiteitenwinkel en mijnheer Grant liet hem binnen. Kom mee naar boven, mijnheer Castle- maine. De tafel is al gedekt en mijn dochter is bezig thee te zetten. We wonen maar met ons tweetjes. Jack volgde hem naar de voorkamer en keek uit het raam naar zijn firma-naam. De zon scheen op de vergulde letters. 't Ziet er goed uit, vindt u niet? Keurig! U zult wel gauw met uw zaken beginnen? Ja. Gaat u boeken uitgeven! En wat voor soort? Verhalen? Geschiedenis of wetenschap pelijke wei-ken? oo Voor Jack kon antwoorden, kwam miss Grant binnen met de thee: Haar vader zei lachend Ik hoef jullie tweeën eigenlijk niet meer aan elkaar voor te stellen. Mijnheer Castle- maine, dat is mijn dochter, mijn liefste bezit. Vol liefde keek het meisje haar vader even aan, en wendde zich toen met belangstellende vriendelijkheid naar Jack, terwijl een lichte blos haar wangen kleurde onder Jack's diepen blik. Hoofdstuk IX, LIEFDE EN ZAKEN. Jack werd den volgenden morgen wakker in het bewustzijn dat hij verliefd was; plotse ling, maar hevig. De eerste blik van Rosa mund had zijn bloed op onverklaarbare wijze in beroering gebracht. Wat een glanzende bruine oogen had ze en wat was haar stem diep en zacht! Ze was heel aantrekkelijk, gracieus, beschaafd en ontwik keld en haar heele wezen had iets rustigs en eenvoudigs. De bijzonderheden van dien middag zou hij nooit vergeten! Het sneeuw witte tafellaken, de kunstig gevormde zilveren lepels: de frischheid en vriendelijkheid van de heele omgeving! En hij praatte met Rosamund en luisterde naar Rosamund. Hij had haar verteld van wat hij voor een droom had ge houden en toen de tafel was opgeruimd, had Rosamund hetzelfde stuk nog eens gespeeld. Toen werd het tijd voor de avondkerk en Jack had graag mee willen gaan. Maar mijn heer Grant bleef liever thuis bij zijn pijp. Jack was vertrokken voor Rosamund terug kwam, maar die paar uur hadden het leven voor hem een nieuwen inhoud gegeven. Hij was vroeg opgestaan; 't was een belangrijke dag. Hij bekeek zich in den spiegel en kwam tot de conclusie, dat hij met zijn grijs gemengd haar en donkeren baard den indruk maakte van een bejaard man. Het was onuitstaan baar, want hij wilde er in de oogen van Rosa mund zoo aantrekkelijk mogelijk uitzien. Om elf uur 's morgens zou de belangrijke bijeenkomst zijn, waarin alles definitief zou worden afgesproken. Teddy Brown en Grantley Dennington kwamen tegelijkertijd en Jack riep uit: Eindelijk zal het er van komen! Kom maar gauw boven in mijn zitkamer. En 't wordt tijd ook, zei Brown, twee honderd pond huur per jaar en dan nog hon derd voor de belastingen! We moeten ons haasten om aan het einde van het seizoen nog met wat nieuws voor den dag te komen. De zo mermaanden zijn ongeschikt voor dat doel. U bent de man, die mij helpen kunt. Brown. U weet wat we kunnen ondernemen met weinig onkosten en u bent er van op de hoogte waar een hol is om in te kruipen. Een hol is nergens; we moeten wat nieuws op de markt gooien, iets waaraan be hoefte bestaat en dat zeker zal slagen, als het er smakelijk uitziet. En wat is dat dan? Ik zie, dat je het idee al kant en klaar hebt. Een jongenskrant, mijnheer. Wat zeg je? riep Jack verwonderd. Maar beste kerel, wilde Grantley er te gen op komen. Een jongensblad, hei-haalde Brown vast beraden, een ding van een penny. De beste firma's geven die dingen uit. Maar geen zoet sappige titels en verhalen en ook niet zoo veel over tennis en konijnen. Ongedwongen pittig, rondborstig moet het zijn. „Zonen van Brittannië" lijkt me een prachttitel. In for- sche letters en de Britsche leeuw op den ach tergrond. Maar zou dat verkoopbaar zijn? vroeg Jack sceptisch. Absoluut! Ik kan er over oordeelen. We beginnen met het jongensblad en later nemen we alles, wat goed verkoopbaar lijkt. 't Is tenminste een begin, zei Jack gela ten. Nu dan, afgesproken mijnheer? Ik laat alles aan jou over, alles, maar ruïneer me niet, want dan zijn je eigen kan sen ook weg. Laten we afspreken dat je me van alles op de hoogte houdt. Ik wil voeling houden met alle medewerkers en zelf zal ik ook een verhaal schi-ijven. Ja, u hebt stof genoeg voor een avontuur lijk verhaal. We moeten zorgen voor een pak kend titelblad, waar de jongens op afvliegen. En nu ga ik. ik heb al een paar medewerkers op het oog, teekenaars en schrijvers en dan zal er gauw financieel werk komen voor mijn heer Grantley. Houdt uw chèqueboek maar bij de hand, mijnheer! Voor hij ging, overhandigde hij Jack eenige pas verschenen jongensbladen en zei: Kijk ze eens door, dan krijgt u een idee wat er alzoo in behandeld moet worden. We moeten zien een paar er uit te werken. <Wordt vervolgd), Het huwelijksgeschenk van het Nederlandsche volk aan het Prinselijk Paar is Zaterdag ten paleize Soestdijk officieel overgedragen. Het comité. V.l.n.r. zittend: A. P. Jungcourt, dr. J. van Burkom, gen. Muller Massis, mr. L Trip, gen. H. Röell en dr. E. Heldring. Staande: G. H. Kleinhout, J. de Bruyn, R. v. d. Steur, dr. v. d. Wijk en ir. J. de Bie Leuveling In gezelschap van den bekenden golfspeler Compston be geeft de Hertog van Windsor tijdens zijn verblijf aan de Riviera zich op weg naar de golflinks De motorclub „Westiand" organiseerde Zondag een zgn. „Wegwijzerrit" door het Westiand Minister-president dr. H. Colijn tijdens een wandeling te Klosters nabij Davos in Zwitserland, waar onze minister-president momenteel ver toeft Ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan van het 1ste half-regiment huzaren te Amersfoort werden Zaterdag door de burgerij vaantjes voor de trompetten geschonken Dr. C. A. Lobry van Troostenburg de Bruyn is benoemd tot directeur van het Centraal Instituut voor Materiaal onderzoek „Cypria" organi seerde Zaterdag en Zondag te Rot terdam een groote pluimvee-tentoon stelling, waar kostg bare inzendingerT te bewonderen waren

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 8