VERGIFT! dtmfk wm' „MORGEN GAAT HET BETER" I op: I lij* KOLENDAMP, EEN CEMEENE, VERRADERLIJKE SLUIPMOORDENAAR. C. J. VAN LEDDEN HULSEBOSCH: r aruieer ik U, lezersschaar, de vraag zou stellen: kunt ge mij een juiste definitie van „vergift" geven, dan zouden weinig juiste antwoorden binnenkomen. Een Fransch professor, die in een zijner colleges over vergif ten zou gaan spreken, begon den studenten deze vraag voor te leggen: geef mij een juiste om schrijving van het begrip „hond". Niet één was daartoe in staat; al achtte ook een elk zich alles zins bevoegd, op de straat een hond als canis familiaris te herkennen, toch wist niemand een zoodanige definitie van het begrip hond te geven dat het alle soorten honden insloot, en alle die ren, die geen honden waren, daarbuiten vielen Toen allerwege de moeilijkheid van deze .op gaaf erkend was, verklaarde die professor, dat het even moeilijk schier onmogelijk ware. een in alle opzichten juiste omschrijving te ge ven van „vergift". En tóch wist men bij eersten aanblik den hond te herkennen, zoo goed als elkeen overtuigd is, te gevoelen, wat een ver gift is. En bovendien: hoevele vergiften zijn niet betrekkelijk? Wij kennen het verschijnsel, dat als „idiosyn crasie" betiteld wordt; het is de buitengewone gevoeligheid van enkelen voor bepaalde stoffen, die op andere personen neutraal inwerken, doch voor die enkelingen vergiftig zijn. Zoo herinner ik mij een geval uit den tijd, waarin tegen hoofd pijn vaak een antipyrinepoedertje genomen werd. Een jong medicus ten plattelande, die zijn vade> te logeeren had. gaf dezen, toen klach ten over hoofdpijn geuit werden, kalmpjes een De heer C. J. van Ledden Hulsebosch. (Foto Laddé, Amsterdam) antipyrinepoedertje. De oude heer reageerde daar ganschelijk eigenaardig op en de zoon eerst bevreesd, dat hij een verkeerd artikel uit zijn voorraad genomen had, dacht een oogenblik niet anders of hij zou binnen een uur zijn vader ver liezen! Deze had idiosyncrasie voor genoemd ge neesmiddel. Dat feit heeft dan ook het voor som migen gevaarlijke voor de meerderheid heil zame hoofdpijnmiddeltje op den achtergrond doen geraken en tegenwoordig kennen vele jon geren het middel niet eens meer! Een dienstbode kon absoluut geen kina-be- standdeelen verdragenhet innemen van slechts één kininepilletje bracht haar na een uur tot radeloosheid door ondragelijk jeuken van de geheele lichaamshuid, die met een soort eczeem bedekt werd; bij een anderen patient wekte het innemen van één kininepil verschijnselen op, die bij ieder ander menschenkind optreden, zoo dra een kopje vol wonderolie ingenomen is! Van daar, dat het nuttig is, een nieuwe dokter tijdig op de hoogte te brengen van de eventueele over gevoeligheid voor bepaalde geneesmiddelen, op dat de aesculaap bij het samenstellen van het recept, dat hij meent te moeten voorschrijven, met de idiosyncrasie rekening kan houden. Zoo werd, enkele decenniën geleden, nog graag gebruik gemaakt van jodoformverband bij verwondingen. Men vond den penetranten geur wèl uiterst hinderlijk, maar vergat dat nadeel, wanneer er de grootere voordeelen bij de wond- behandeling tegenover gesteld werden. Zoo had in mijn studententijd menig student in zijn fietstasch een klein verba nddoosje voor „eer ste hulp bij kleine ongevallen" en daarin be vond zich ook een jodoformgaasje. Toen op een gezamenlijken fietstocht één der meisjes-studen ten gevallen was en aan den enkel verwond, stond terstond een galante ridder klaar, om de wond te verbinden.... met een stukje jodo- formgaas. Binnen vier en twintig uur zat het meisje over haar geheele lichaam vol met een hardnekkig eczeem zooals de behandelende medicus het noemde het typische jodoform- eczeem, als gevolg van dat enkele verbandje. Zij kon geen jodoform aan haar lichaam verdragen. Het is algemeen bekend, dat lijders aan sui kerziekte doorgaans geen suiker mogen gebrui ken. Zoo had een jong medicus een zijner tan tes in behandeling wegens suikerziekte en schreef haar streng dieet voor; in de plaats van suiker moest de patiënte kunstmatige zoetstof in haar spijzen en dranken brengen; een oude, getrouwe meid-huishoudster, die haar al lange jaren .ter zijde stond als eenige huisgenoot, kreeg van den dokter de noodige instructies, die zij aanvanke lijk stipt opvolgde, met een spoedig opknappen der zieke als belooning. Als zoodanig bleek de huishoudster echter het herstel niet bepaald te beschouwen; zij had wetende, dat zij in het testament der oude dame goedgunstig bedacht was eigenlijk gehoopt, dat dit de allerlaatste ziekte van haar mevrouw zou wezen; zoo rijpte in haar brein de duivelsche gedachte, met ter zijdestelling van saccharinetabletten en andere geoorloofde zoetstoffen, gelijk voorheen, flinke porties gewone suiker door het voedsel van haar patrones te mengen. En terstond verergerde de toestand der oude dame op onrustbarende wijze; haar neef maakte zich ongerust, begreep er niets van.... totdat hij vermoedens voelde rij zen en de huishoudster verdacht, met booze be doelingen de kunstmatige zoetstoffen door sui ker te hebben vervangen. Zoo bracht hij mij op zekeren dag een schaaltje appelmoes, met de vraag of ik door onderzoek wilde vaststellen, welke zoetstof daarin aanwezig was. Ik moest rapporteeren, dat er géén kunstmatige verzoe tingsmiddelen aan toegevoegd waren, doch de „leder jaar, vooral in het koude jaargetijde, maakt de kolendamp nog slachtoffers. Pas op voor het bijvullen van kachels vlak vóór het slapen gaan. Want wanneer de kachel op nachtdienst wordt ge steld, en de kolen hebben geen tijd gehad om warm te worden, dan stelt men zich aan de grootste gevaren bloot leeks ontleende. Eerst na bedreigingen met po litie en justitie kwam hij de waarheid te weten, dat de door mij vastgestelde suiker opzettelijk door haar aan de appelmoes was toegevoegd. Hij had zich helaas door belofte verbonden, bij eventueele bekentenis de politie er buiten te zullen houden, zoodat de eenige straf bestond in onmiddellijke verandering van het testament, waarbij de vlug ontboden notaris nog juist zijn assistentie kon verleenen. Die medicus heeft ze ker niet geweten, dat hij zelf een strafbaar feit pleegde, door het hem bekende misdrijf niet aan de politie of de justitie bekend te maken! Ikzelf hoorde eerst jaren later, wélke omstandigheden zich geweven hadden om het voor mij op zich zelf staande onderzoek van het monster appel moes! Vergift dringt langs allerlei wegen binnen. anneer over vergift gesproken wordt, den ken de meesten uitsluitend aan vergift, dat via den mond in het lichaam geraakt; men dient echter wel te bedenken, dat schadelijke, gevaar lijke stoffen langs tal van wegen in ons lichaam kunnen geraken; ik noem slechts het woord gif gassen, om duidelijk te maken, dat ook langs de ademhalingswegen, ja via de huid zelfs, vergif tige gasvormige producten hun vernielende wer ing op ons leven kunnen aanvangen. Ik herin ner mij nog levendig een geval, waarbij iemand, die geplaaagd werd door ingewandswormen, die voornamelijk in zijn endeldarm huisden, tracht te deze te verwijderen door een lavement, be- eid uit een aftreksel van tabak en uien. Hij had dit aftreksel uit zware tabak véél te sterk bereid en is doodziek geworden tengevolge eener zéér acute nicotinevergiftiging via den endeldarm! Onwillekeurig denken wij, bij het hooren van vergiftige gassen aan het verraderlijke kool- monoxyde (meer populair kolendamp geheeten), welk vergift ieder jaar, vooral in het koude jaargetijde, steeds slachtoffers maakt. Dooi-dat ons lichtgas ook een niet onaanzienlijk gehalte aan koolmonoxyde bevat, is het eveneens zeer gevaarlijk. De vergiftige werking van kolendamp berust op het feit, dat genoemd' gas onze roode bloedlichaampjes voorgoed ongeschikt maakt hun rol bestaande in het opnemen van zuur stof in de longen, teneinde die zuurstof naar alle deelen van het lichaam te transporteeren te vervullen. Zoo wordt het bloed vergiftigd en gaat het slachtoffer feitelijk aan zuurstofgebrek te gronde, dus: aan verstikkingsdood, al bevindt hij zich ook in een atmosfeer, waarin immer nog een aanzienlijk percentage zuurstof aanwezig is. Ik vind dien kolendamp altijd een gemeenen, verraderlijken sluipmoordenaar; veelal worden de slachtoffers in hun slaap overvallen; het gas is nagenoeg reukloos (wat men waarneemt zoo dra de kachel niet correct afgesteld is, is niet de kolendamp, doch het zijn de deze vergezellende verbrandingsproducten, welke echter den sla pende niet doen ontwaken!). Zoo worden de meeste slachtoffers van dit sluipgif dood in bed gevonden. Wellicht is het hier de plaats op te merken, dat in de meeste gevallen de kachel in prima conditie verkeerde; niet in alle. Toen ik in Maart 1925 door de politie werd geroepen naar een woonark, liggende in het Jacob van Lennepkanaal te Amsterdam, vonden wij daar binnen een ouderpaar met vijf kinderen roerloos te bed.... overvallen door kolendamp; alleen de moeder vertoonde nog levensteekenen: zij kon na behandeling met zuurstof, weer bijgebracht worden, om dan te vernemen, dat haar man en haar kinderen overleden warenals ge volg van een defecte verwarmingsinrichting. Op de bij dit artikel gepubliceerde illustratie ziet men het cylindrische kacheltje een hoogst eenvoudig model! met fluitketel er op, afge beeld. De afvoerpijp liep van de kachel direct horizontaal door den wand naar de buitenlucht, om dan haaks omhoog te gaan. In dat staande gedeelte nu was zooveel regen gekomen, dat on deraan het verticale stuk het bochtje geheel was doorgeroest; daardoor was van een opwaarts loopenden stroom van verwarmde lucht met ver brandingsgassen geen sprake; de schoorsteen kon onder deze omstandigheden niet meer trek ken. De kort vóór het naar bed gaan opgestorte eierkolen bleven tè lang koud en werkten de vorming van het vergiftige gas sterk in de hand met het genoemde noodlottige gevolg! AAR ook daar, waar een goed-functionnee- rende kachel staat met correct Oekkenden schoorsteen, kunnen ongelukken optreden, zooals ik meermalen de gelegenheid had, in mijn loop baan te zien. Men dient goed te overwegen dat de vorming van kolendamp in de eerste plaats aan de orde is, zoodra een lading nieuwe, dus koude brandstof, op het vuur in de kachel gestort wordt. Deze brandstof nu is in staat, zoolang ze koud is, uit één der verbrandingsgassen welke opstijgen uit het vuur onderin de kachel, name- k uit het koolzuurgas, het vergiftige koolmo noxyde te doen ontstaan. Hebben wij nu de ka chel zóó gereguleerd, dat ze flink kan branden, dan is er voldoende „trek" om (bij aldien het kolengas eens niet met de bekende blauwe vlam metjes bovenop de koude kolen verbrandt) het gifgas door den schoorsteen mét de andere ver brandingsproducten te laten ontwijken. Maar wee, bij aldien tè korten tijd na het bijvullen der kachel, laatstgenoemde wordt ingesteld op „nachtdienst" en de trek der gassen naar het schoorsteenkanaal verminderd of bemoeilijkt wordt. Dan kruipen de giftige producten langs de kieren van deurtjes enz. de kamer in en er is o zoo weinig van dat vei'gif noodig, om de atmosfeer te verpesten en de slapenden naar den eeuwigen slaap te doen overgaan. Velen hebben de ongelukkige gewoonte, om kort vóór het naar bed gaan de kachel nog eens bij te vullen, waarna deze terstond op J „nachtdienst" wordt ingesteld. Dat is zooals ik hierboven uiteenzette, funest! Men stelt zich en de zijnen aan de grootste gevaren bloot. Neemt, lezers, toch als vaste gewoonte, de ka chel een paar uren vóór het bedtijd is, geheel bij te vullen, opdat zoolang de schoorsteen nog normaal trekt en de afvoer behoorlijk is de versch gestorte kolen warm kunnen worden. De dan geproduceerde kolendamp zal ons niet scha den: die trekt dan wel den schoorsteen in, zoo ver hij niet verbrandt en tot koolzuur wordt. En, is dan de tijd voor de nachtrust aangebro ken, zoo stel gerust de kachel, die uitsluitend warme brandstoffen bevat, op „nachtdienst" in er zal thans niets gebeuren. Wie een kamer bewoont of in een vertrek slaapt, waar af en toe rookproducten van een stookplaats waargenomen worden, welke in een ander veelal lager gelegen vertrek brandt, dient eveneens op zün hoede te zijn: ik maakte een geval mede, waai een echtpaar dood in bed gevonden werd, terwijl op de flatwoning niet werd gestookt en niettemin kolendamp als doods oorzaak kwam vast te staan. Bij voortgezet on derzoek bleek, dat het rookafvoerkanaal van een groote stookplaats, onderin den kelder van het flatgebouw ter hoogte van de bewuste woning gescheurd was. Behangselpapier, dat op strak gespannen doek over de scheuren van den schoorsteen aangebracht was, kon toch niet ver hoeden, dat bij een ongunstigen trek en wel licht noodlottige windrichting! wolken kolen damp de slaapkamer der oudjes binnendrongen, met het bekende gevolg. Tal van vergiftigingsgevallen zijn aan nood lottig toeval toe te schrijven soms aan dom heid der menschen. Wanneer bij minder hygiënisch uitgevoerde kaasbereiding een ongewenschte infectie door schadelijke microben plaats vindt, kan het ge beuren, dat in een kaas van grootere afmeting op één plek bedoelde bacteriën de eiwitstoffen der kaas gaan omzetten, waarbij dan vergiftige splitsingsproducten gevormd kunnen worden, die met cadaverinen lijkegiften) op één lijn te stellen zijn. Wie dat stuk uit de kaas onge lukkigerwijze treft, kan na de consumptie er van danig ziele worden; wij hebben gevallen meegemaakt, waarbij de leden van een gezin dat een stukje kaas gekocht had na gebruik daarvan ernstig ziek werden, (terwijl wan neer de keuringsdienst bij den winkelier vlug de rest der aangesneden kaas in beslag nam, deze bij zijn onderzoek moest constateeren, dat daarin géén schadelijke microben aanwezig wa ren; zóó plaatselijk kunnen zich soms die kaas vergiften ontwikkelen. Colibacillen. Iets anders is het met vleesch- en worstwaren Nog niet zoo heel lang geleden verwerkte een minder scrupuleuze „slager" het van een zieken hit geslachte vleesch tot biefstukjes en worst met het resultaat, dat geheele groepen der klei ne luiden doodelijk ziek werden. Nog steeds heerscht bij velen de verkeerde meening, dat men bij aankoop van „derderangsch worst", elk gevaar zoude kunnen ontloopen, door de worst vooraf goed en lang te koken. Ik zeide reeds, dat deze onderstelling verkeerd is. Men denkt aan de voor melk zoo vaak gegeven adviezen, dit voedingsmiddel vóór gebruik goed te koken en meent een parallel te kunnen trekken bij vleesch waren van verdacht allooi. Bedacht dien* echter te worden, dat door de melk eenigen tijd aan kookhitte bloot te stellen, de schade lijke bacteriën gedood worden, die erin aanwezig zijn. In het gevaarlijke vleesch van genoodslachte dieren echter is reeds het door rottings- of andere gevaarlijke bacteriën gepro duceerde vergift aanwezig en dat weerstaat de kookhitte volkomen, evenals b.v. rattenkruit dat vermag! Men koope dergelijk minderwaardig vleesch liever niet en bedenke, dat het blootstellen aan kookhitte de gevaren, aan het gebruik van dus danige vleeschwaren verbonden, allerminst wegneemt! Het zijn veelal de zoo dikwijls bij name noemde colibacillen, die onze spijzen ongemerkt vergiftigd doen worden. Die colibacillen be- hooren tot onze darmenflora, ze spelen een rol bij het verteringsproces in ons darmkanaal en worden regelmatig in faecaliën aangetroffen. Ge raken deze micro-organismen nu ongelukkiger wijze eens in spijs of drank, dan kunnen zij de daarin aanwezige eiwitachtige stoffen aantasten en daaruit vergiftige afbraakproducten doen ontstaan. In dit verband wil ik het even over de ijskast hebben. Ik heb hier niet het oog op de moderne vrieskasten, welker interieur een tem peratuur onderhoudt, liggende op of onder het vriespunt, doch denk uitsluitend aan de ouder- wetsche ijskasten, welker dubbelwanden met stukken ruw ijs werden opgevuld en in welker bergruimte dan een temperatuur heerschte, die steeds een kleinigheid boven het vriespunt ligt. Het spreekt vanzelf, dat ook de bedoelde moder ne kasten wanneer ze eens niet op tempera tuur onder nul ingesteld worden de spijzen en dranken, die er in bewaard worden tot heel even boven het vriespunt zullen houden. Daarin schuilt een vergiftigingsgevaar, dat ik U hoop te verduidelijken in een volgend artikel. (Nadruk verboden) heet de nieuwe Hollandsche film Maar vandaag gaat 't ook best", zeggen zij die filmen. Woonvertrek der woonschuit, waarin het kacheltje des nachts genoeg kolendamp ontwikkelde ,om een gezin van ouders en vijf kinderen te vergiftigen. Slechts de moeder kon bijgebracht worden, terwijl de vader en de vijf kinderen den dood vonden. (Maart 1925.) In de droomfabriek aan de Duivendrechtsche Kade. Het heele groote Amerika heeft één Hollywood, Duitschland bezit één Neu- babelsberg, maar ons kleine Hollandje zou Holland niet zijn wanneer het niet over zegge twee filmcentra be schikte; in Filmstad staan prachtige groote studio's met alle comfort in een mooien rustigen tuin, in Duivendrecht zijn in een oude fabriek studio's ge ïmproviseerd aan den kant van een drukken verkeersweg. En Holland zou wederom Holland niet zijn, wanneer die mooie studio in Den Haag niet meestentijds wordt gelaten voor wat ze is, en men zich in die leelijke droom fabriek in Amsterdam, waar ze vroe ger geloof 'k kinine maar nu droomen maken, niet meestentijds inspannen om de Hollandsche filmindustrie wer kelijkheid te laten worden. Ook in deze dagen ziet de fabriek van Cine- tone er van binnen bedrijvig uit. Morgen gaat het beter. Neen, 't is geen hatelijkheid jegens de film, die ze daar momenteel maken, dat „Morgen gaat het beter", die film heet zelf zoo. En de Nederlandsche filmindustrie wil CJ met deze film „Morgen gaat het beter" juist toeroepen „Maar vandaag gaat het ook best". Want er wordt voorspoedig gewerkt in de stu dio. De stemming is er opgewekt. Chris Baav lacht, en Lily Bouw meester danst. In studio A zijn eenige kamers modern inge richt. Men zou zich in de etalages van een meubelmagazijn wanen. Kamers zonder een plafond. En als je naar boven kijkt loeren groote lampen, soms aan soms uit, naar bene den. Neen het zijn geen gezellig rustige kamers. Misschien straks wel, als U ze op het witte doek ziet. Dan zijn ook al die menschen, die achter de "camera staan, of net om den hoek zitten met nog een groote lamp, of die boven over de muren balanceeren, er niet meer bij. Lily Bouwmeester danst met Theo Frenkel. Haar groote oogen schitteren in het licht. Chris Baay staat er bij te lachen. Totdat me neer Zelnik, de regisseur, iets zegt. Dan lacht Baay harder. Zonder dat meneer Zelnik wat grappigs heeft gezegd. Hij lacht en heeft schik in het dansende paar in de kamer. Hoe langer hoe meer schik. Al moeten Lily en Theo de afkortingen vanwege het gemak nog zooveel keer over dansen. Chris begint het niet te vervelen. Integen deel. De schaduwen bewegen zich op den muur. Het dansende stel komt naar de deur waar het camera-oog en een boel nieuwsgierige menschenoogen doorheen loeren. En Lily Bouwmeester zegt dat ze het dol geizellig heeft gehad en dat het een goede gedachte is geweest om even „aan te leggen". „Maar nu moet ik weg, want anders staat de melk boer met het ochtendblad al voor de deur". Theo 'Frenkel zegt „zooals u wilt". En Chris Baay informeert: „waar woont u?" „Hier vlak boven", is het antwoord, en Lily's vinger wijst naar het open plafond on der het grijze dak van de studio. Theo en Lily stappen de deur uit en strui kelen bijna over de draden van de camera en Chris doet met een meewarig gebaar de deur toe. „Maar meneer Baay, uw hand was veel te vroeg aan de deurknop. Over die scène". Me neer Baay loopt de kamer in. Boos van 't standje? Neen, hij begint weer te lachen. En Zelnik vindt het best. En Lily en Theo gaan weer dansen. De schaduwen spelen op de muur Vier dikkerds en een plank. Wie van de eene kamer naar de andere wil gaan moet over 'een plank loopen. die over een diepte is gelegd. Met angst wacht ik 't bericht wie of 't eerst door die plank heen- gezakt zal zijn, of Rudolf Meyer, die pro ductieleider of Otto Heller, de cameraman, of Zelnik. de regisseur cf Teunissen, de man van de montage. Want alle vier zijn ze even enorm van omvang. En onder het gewicht van elk hunner zucht de plank en buigt toegevend. Werkt de filmstudio stimuleerend op den om vang harer bewoners? Want niet alleen hier. maar overal in Filmland zijn regisseurs en productieleiders en andere menschen aan gene zijde van de camera vaak „gewichtig" Een gemakkelijk leventje hebben ze niet: alsmaar staan en locpen. Misschien een materieele reactie op de geestelijke kwelling van 't steeds maar repeteeren steeds overnieuw dezelfde scènes draaien, een lichamelijk aan komen tegenover psychisch afvallen? De plank verdiept zich niet in zulke problemen kraakt alleen maar en piept, benieuwd tegen wiens gewicht ze het 't eerst af zal leg gen. Gerda en Yessie. Iets voorbij die plank zit een slanke vrouw met een zonnebril op. Ze ziet eruit als een heusche filmster, maar iedereen zegt „Gerda" tegen haar en dat zegt niet iedereen tegen een filmster. Zij is de 'stand-in voor Lily Bouwmeester. Zij moet voor Lily invallen als de camera wordt ingesteld en de belichting wordt „gemixed". Dan gaat ze op de plaats staan c«f zitten waar straks de filmster komt, vangt de eerste stralen van de lampen op, wacht eindeloos, moet dan hier en dan daar heen gaan om te probereen waar of het 't beste staat, en als ze klaar is komt Lily. Ze is als het ware de jongste bediende van de filmster, doet het grove werk en als dat achter den rug is doet Lily Bouwmeester het fijne. Er zijn merkwaardige beroepen. En dan moet je hart hog per vergissing gebonsd heb ben, omdat je een heusche filmster meende te zien! Neen maar. Dan heeft „Yessie" eigenlijk nog meer te vertellen. .Yessie" dat is de hond van Lily Bouwmees ter. Die speelt in de film mee, Een kunst om aan zoo'n baan te komen als je vrouw aan de film is. Maar intusschen is dat lieve dier straks natuurlijk heelemaal bedorven als het de gewone straat op moet. 't Zal zijn soortge- noofen voortaan wel negeeren. Des morgens had Yes al kuren. Hij moest opzitten en poot jes geven aan Theo Frenkel. Maar „Yes" zei „no" en of nu de befaamde meneer Zelnik al zei dat hij het wel moest, 't gaf eerst niets. Na veel zoete woordjes deed Yes pas wat van 'm gevraagd werd. En onmiddellijk daarna maak te hij dat-ie wegkwam. Maar in de studio is iedereen er op bedacht deze „ster" niet te la ten vluchten. Bij den ingang staat zelfs een soort „manifest" om de deur te sluiten, op dat het hondje van mevrouw Bouwmeester niet ontsnappe. Verbeeldt U, zonder Yes zou de film niet meer draaien kunnen. Voor de montagetafel. In de andere studios wordt onder leiding van architect Wegeriff hard gewerkt aan nieu we décors; een groote danszaal verrijst hier. Iets verderop kan men meenen in een radio studio inplaats van in een filmstudio te ver blijven; dat is echter ook décor. Want de film speelt deels in de radiowereld. In een geheel aparte ruimte zit G. J. Teu nissen voor de montagetafel. Teunissen heeft al heel wat Hollandsche en buitenlandsche films gemonteerd. Een heel belangrijk werk, die montage; het aaneenlijmen van de opgenomen filmstroo- ken, zoo, dat de beelden logisch in elkaar over gaan en rythmisch verloopen. Een filmc^tter zoo wordt hij ook wel genoemd kan een film maken en breken. Teunissen heeft bijv. die uitnemende vaart in de film „40 jaren" gelegd; een groot deel van het succes. Teunis sen maakte eens als amateur films als „Piere ment". Hij is een rasfilmidealist. Maar ook een practisch man; een kundige en zeer gewilde bediener van de montagetafel. Hij begon zijn filmcarrière met idealen. Maar ook 100 pet. amusementsfilms zijn mede, dank zij zijn vak manschap successen geworden. Lily Bouwmeester, die met Theo Frenkel en Paul Steenbergen de hoofdrollen vervult in de nieuwe film „Morgen gaat het beter", welke momenteel door „Neerlandia" in de Cinetone- studio's in Amsterdam geproduceerd wordt. Het ziet er naar uit dat „Morgen gaat 't be ter" 't wel goed zal doen bij het publiek. Het is een luchtig gegeven, heel amusant. En 't zal wel wat men noemt „goed gebracht worden". Maar toch hoop 'k dat ook voor de filmidealis- ten, voor hen, die goede zinvolle films met een gedachte erin willen maken in Neder land, de voorspelling geldt „Morgen gaat het beter". v. H. Faillissementen in 1938. In het arrondissement Haarlem 27 minder dan in 1937. Door de Haarlemsche Rechtbank zijn in het jaar 1938 195 faillissementen uitgesproken, te gen 222 in 1937. Tegenslag voor Roosevelt in het Congres. WASHINGTON, 11 Januari (A.N.P.) Pre sident Roosevelt heeft gisteren zijn eersten tegenslag in het congres geleden. Een subcommissie uit het Huis van Afge vaardigden heeft n.l. het door den president voorgestelde bedrag van 875 millioen dollar dat moet dienen om tot 1 Juli a.s. de steun verlening te financieren, met 150 millioen dollar verminderd. Werken van Joodsche compo nisten in den ban. Geschrapt van het Italiaansche muziek repertoire. ROME, 11 Januari. (Havas). In een bijeenkomst op het ministerie van cultuur werd besloten, dat muziekuit gevers alle werken van Joodsche com ponisten van het Italiaansche muziek repertoire moeten schrappen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 8