y°"Jr.SZZ- MENU VAN DE WEEK Recepten V R IJ D A Cl 13 J A N U ART 1939 Het kan ook zonder de Duitsche meisjes ALS alle gezamenlijke mevrouwen en alle gezamenlijke dienstboden één oor hadden, wat zou dat dan getuit hebben in de laatste weken! Want wat is er druk en heftig geredeneerd over het vertrek van de Duitsche meisjes en de gevolgen die dat voor vele huishoudens met zich zou brengen! Lang niet altijd waren die redeneeringen objectief: zoowel mevrouwen als dienstmeis jes waren geneigd om te overdrijven, door haar speciale ondervindingen als het criterium van „de mevrouwen" of van „de Hollandsche dienstboden" te zien, en daar verder aan vast te houden, een wijze van conclusie trekken intusschen, die niet speciaal der mevrouwen of der dienstboden is, maar die meer specifiek vrouwelijk is. Het geval ligt er nu dus als volgt: veel huis houdens komen per 1 Februari zonder of met tekort aan hulp, het aantal meisjes dat deze opengevallen plaatsen wil innemen is te ge ring, ook al heeft minister Romme besloten voor de dagmeisjes, komende uit werklooze ge zinnen, geen aftrek van haar loon op den steun meer toe te passen. De Hollandsche meisjes willen niet meer in dienstbetrekking zegt degene die met een dooddoener tevreden is, maar dat is niet juist, zóó eenvoudig is de oplossing niet. Mijns inziens schuilt het kwaad hierin, dat beide partijen elkaar in veel gevallen niet als samen werkster voor één gemeenschappelijk doel zien, maar als twee aparte grootheden, die uit elkaar moeten zien te halen, wat erin zit. Aan wie de schuld? dat is moeilijk te zeggen, vermoedelijk aan beide zijden, maar dat doet hier verder niet ter zake. Waar het om gaat, is dit: hoe brengen we deze beide partijen bij elkaar, opdat zij gezamenlijk het huiswerk verrichten met eerbiediging van eikaars wenschen en karakters. Wees er maar van overtuigd, dat mevrouw die het met geringschatting over „de meid" heeft, een dienstbode heeft, die thuis of waar ook, smalend zegt: ze zei dit: of: ze wou dat, enzoovoorts. Dat is de manier niet om elkaar te bejegenen op een voet van samenwerking, ieder moet de ander in haar waarde laten. Beknibbelen op de nieuwjaarsfooi, met het eten achteraf zetten, misbruik maken van uitgaansavonden, dat zijn allemaal dingen die mevrouw bij eenig nadenken kan voorkomen, maar precies even goed kan het meisje ein deloos wegblijven voor 'n boodschap, roef-roef het werk doen en verder op haar kamertje klungelen, achterwege laten, als zij hart heeft voor d>e huishouding waarin zij werkt. Het meisje moet haar werkgeefster niet be schouwen als degene, die haar een taak op legt zonder meer, maar als iemand die hulp noodig heeft en waarmee zij samen moet komen tot een goed loopende, aangenaam aandoende huishouding, een maatschappij in het klein. Deze eisch klinkt misschien wat ouderwets, de verhouding tusschen werkgever en werknemer -moet op een zakelijke basis staan, daarmede zijn beide partijen het best gebaat. Volkomen juist, maar alleen goed voor de onpersoonlijke maatschappij, niet voor het gezin, dat nooit alleen zakelijk kan blijven, maar onvermijdelijk aan intiemere banden raakt, die niet buiten beschouwing kunnen blijven, zonder dat werkneemster en werk geefster elkaar radicaal daarvan buitenslui ten. En daarmee wordt meteen de verhou ding een onmogelijke. Mevrouw moet daarom van haar kant de werkneemster niet alleen zien als een wer kende machine, maar als een mensch, die die hulp wil verrichten omdat zij in haar onder houd moet voorzien, en die er graag een imooien werkkring van wil maken. Het kan niet anders of een dienstmeisje ziet en hoort meer van het gezinsleven dan zelfs de vrienden en kennissen, terwijl een mevrouw van haar kant meer te weten komt van het meisje dat bij haar werkt, dan welke andere ook. En dat beide daarbij hart hebben voor eikaars belangen en moeilijkheden, dat zij kunnen meeleven in vreugde en verdriet en dat zij elkaar het leven probeeren te veraan genamen en te verlichten, ziedaar een goede verhouding tusschen het dienstmeisje en de mevrouw. Een hoog ideaal, maar onuitvoerbaar, hoor ik iemand zeggen. Allerminst, let u maar eens op in de ge zinnen waar een aardige verstandhouding is tusschen het dienstmeisje en de familie: zij weten van eikaars belangen, houden er reke ning mee, interesseeren zich voor elkaar en zijn zoo tot deze prettige verhouding van samenwerking gekomen. Misschien zal de eene daarvoor meer opzettelijk moeite moeten doen dan de ander, omdat de eene mensch nu een maal vlotter van aard is dan zijn medemensch, maar het resultaat blijft er hetzelfde om. Hiermee verlies ik allerminst uit het oog, dat er toch weieens kléine botsingen kunnen voorkomen, maar laten wij vrouwen die toch vooral niet al te geweldig uitmeten! Met de kinderen is immers ook weieens moeilijkheid en wie is het nu altijd en altijd roerend eens met zijn echtvriend, die ons dan toch het naast is van allemaal? Mevrouw moet de keuken niet als een afge sloten domein beschouwen dat vijandig staat tegenover de rest van het huis, het meisje moet „binnen" niet als een haar slecht ge zind kamp zien, dat steeds moet worden in toom gehouden, anders overvleugelt het de keuken! Meer vertrouwen, meer toenadering, meer geest van samenwerking van beide zijden en de dienstbodenkwestie kan tot een mini mum worden teruggebracht. En tenslotte over dit laatste groote woord de dienstbodenkwestie nog een kleinigheid. Een man komt binnen in een kring van vrouwen waar hij wat te vragen heeft, en hij doet het zoo: Dames, mag ik, voordat u aah de dienst boden kwestie begint, nog even vragen Inderdaad is het gevaar groot, dat wij vrouwen er hét gesprek van den dag van maken, en moeten wij dan niet liever be denken, dat er veel belangrijker dingen zijn dan dit! E. E. J.—P. WIE NAAIT ER MEE? .,w«„ met een eenv Zondag: Gevulde kalfsborst Brusselsch lof Sneeuwpudding met gember Maandag: Stamppot van boerenkool Rookworst Appelmoes met vanillevla. Dinsdag: Capucijners Gebakken spek Gebakken uien Beschuit met bes sensap Woensdag: Capucijnersoep Kalfscarbonaden Stoofperen Donderdag: Gebakken lever Knolselderij Chocoladevla Vrijdag: Selderij soep Gestoofde kabeljauw Winterwortelen Zaterdag: Varkensribstuk Stamppot van savoye- kool met rijst. Abrikozengruel ENT u de aardige dingen, die u van een doodgewonen gekleurden boerenzak- doek kunt maken? Deze doeken kosten heel weinig, zijn overal verkrijgbaar en komen in de prachtigste motieven voor. Ten eerste kunnen we van één enkelen doek een practischen handwerkzak maken: op het vierkant wordt aan de goede zijde met krijt een zoo groot mogelijke cirkel getrokken en precies op deze streep stikken we een klein bandje aan zijn beide zijden vast, zoodat door het zoo ver kregen gleufje een koord getrokken kan wor den. De goede kant komt nu in den zak te zit ten, terwijl de punten, welke meestal het mooist bedrukt zijn, naar buiten worden getrokken en nu juist met hun goede zijde naar beneden han gen. Een waardig en zeer origineel geschenk voor een enthousiast handwerkstertje. We gaan weer verder met onze zakdoeken! Een kussenovertrek kunnen we er op vele ma nieren van maken. De eenvoudigste is natuur lijk, om den zakdoek slechts van een achterzijde te voorzien, maar dit wordt wat stijf. Aardiger is het om alle punten naar elkaar toe te vouwen, waarbij dan de goede zijde aan den buitenkant moet vallen. Het model moet dan vierkant blij ven. Aan den binnenkant stikken we nu de pun ten tegen elkaar en we hebben een prachtig zeer artistiek overtrek, waarin niemand meer den boerenzakdoek zal herkennen. Nog een vierkant overtrek, dat veel grooter kan worden, kunnen we maken door den zakdoek schuin te nemen, zoodat de punten zelf afgeknipt moeten worden. Een mooi middenvlak is dan natuurlijk ver- eischt, daar dit de hoofdtoon uit zal maken. Wat er nu met de afgeknipte punten moet gebeuren? In geen geval in de prullemand, want er kan nog van alles van gemaakt worden; geurige la vendel-sachets bijvoorbeeld, en ook staat zoo'n enkele punt geestig op een effen servettaschje van gekleurd linnen. Met een stuk overtrokken vierkant carton kunnen we er ook een aardige zoekdoekensachet mee maken, door de punten hier langs te naaien en ze in het midden met een mooie knoop of een lint te sluiten. En een pracht van een vloeilegger krijgen we, door drie hoekjes carton te knippen en deze te bekleeden met de hoekjes. We laten daarbij aan de rechte zijde een randje overschieten en plakken de hoekjes hiermede tegen den achterkant van het cartonnen grondvlak vast. Ook dit zal een puzzle zijn, hoe u aan zoo'n origineel geschenk geko men bent! Van de punten stappen we af en ook van de kussenovertrekken. We gaan nu op een thee muts af. Hiervoor vouwen we den zakdoek dub bel en knippen in het midden een halfrond in de gewenschte grootte uit. Bij een grooten zak doek lukt het misschien wel er twee overtrekken uit te halen. Na het knippen van de eerste vou wen we hem dan nog eens dubbel op den vol genden kant. Na et stikken van den halfronden cirkel wordt aan de goede zijde bovenaan een klein gehaakt lusje aangebracht. Zijn er nog restjes, dan kunnen we daar nog handig aan- vattertjes van maken! En dat is nog niet alles. Zelfs tot schemer lampjes kunnen we de boerenzakdoeken ver maken en dat staat beeldig. De punten moeten dan vervallen, want we verknippen ze dan zóó, dat we alleen het rand- motief met een klein of groot deel van het mid denstuk overhouden. Nemen we nu een rond karkasje van ijzerdraad, dan moet de totale lengte van de stof gelijk zijn aan den omtrek van den grootsten cirkel daarvan. Het hindert volstrekt niet, dat we de zakdoekstukken met fijne naadjes aan elkaar stikken want dit valt toch tusschen de plooitjes weg. Metboorband om woelen we nu eerst het ijzerdraad en spelden het doek strak om den grootsten cirkel. Met heel fijne steekjes wordt het vervolgens zoo onzicht baar mogelijk vastgenaaid, waarna we aan de andere zijde de overtollige ruimte inrimpelen door er met gelijke steken een draad door te rijgen. Het kan dan in juiste wijdte vastgenaaid worden op den kleinsten cirkel, terwijl we er ter afwerking nog een biesje van de stof of een koordje aan kunnen bevestigen. Een eenvoudig houten voetje kunnen we nu in de juiste kleur lakken, of, wanneer de tijd te kort is, beitsen en klaar is ook dit geschenk. Weet u er nog meer te bedenken? NORA HANA. VEGETARISCHE MENU'S. 1. Linzencroquetten Appelmoes met Bruine boter vruchtenschuim Roode kool 3. Risotto Appelkoekjes Andijviesla 2. Gebakken kaas- Broodpannekoek sandwiches 4. Macaronicroquetten Brusselsch lof met tomatensaus Gewelde boter Bloemkool Gekookte eieren Citroenvla Gevulde kalfsborst Benoodigdheden: 1 y2 pond kalfsborst om te vullen, Vs pond kalfsgehakt, 11/2 ons boter of half vet, half boter, zout, peper, oud brood, nootmuskaat, 1 ei of eidooier, y2 ui, gehakte peterselie. Bereiding: Het gehakt aanmaken met oud brood, peper, zout, noot gefruite ui, gehakte peterselie en eidooier. De kalfsborst was- schen, zouten, opensnijden of opengesneden bestellen, vullen met het gehakt, dicht naaien en op de gewone wijze gaar braden in de bo ter of het vet. Braadtijd 1 uur. De jus afma ken met water. Sneeuwpudding met gember. Benoodigdheden (5 personen): 3/4 L. melk, 90 gr. maizena, 75 gr. suiker, 3 a 4 eiwitten, 3 lepels fijngesneden gember, wat gemberstroop. Bereiding: Het grootste gedeelte van de melk aan de kook brengen, de maizena met de rest aanmengen tot een dun papje en on der goed roeren in de warme melk gieten. De pudding door laten koken. De eiwitten zeer stijf kloppen en de heete puddingmassa er door mengen. De fijngesneden gember met de stroop door de pudding roeren en de massa overdoen in een omgespoelden vorm. Bij deze pudding geen saus geven, of de gemberstroop. verdund met wat water er bij geven. Macaronicroquetten. Benoodigdheden (6 a 8 stuks)60 gr. maca roni, 2i/2 d.L. kookwater, 30 gr. boter, 30 gr. bloem, peterselie, tomatenpuree of geraspte kaas, eiwit, paneermeel. Bereiding: De macaroni gaar koken in wa ter met wat zout (Kooktijd Va uur) daarna af gieten, met koud water overgieten, en klein- snijden. Van 2Va d.L. kookwater met boter en bloem een dikke saus maken. Deze afmaken met geraspte kaas of wat dikke tomatenpuree, aroma en fijn gehakte peterselie. De macaroni er doormengen en de massa koud laten wor den. Daarna er met 2 lepels croquetten van maken, deze door paneermeel, eiwit en nog eens door paneermeel halen en in frituurvet vlug bruin bakken. Bruine boter of tomaten saus er bij geven. Abrikozengruel Benoodigdheden (4 personen)ïuu gr. rijst, IV2 L. water. 200 gr. gedroogde abrikozen, 2 ci troenen pl.m. 125 gr. suiker. Bereiding: De geweekte abrikozen met de rijst en citroenschil in het water gaar koken. (Kooktijd Vs uur.) De citroenschil verwijderen, suiker en citroensap toevoegen en een ge deelte van de vruchten fijnroeren. De gruel kan men ook maken met parelgort. Men neemt dan 1 ons gort op V2 L. water, en laat de gort een nacht weeken. De. gort moet 1 uur voorgekookt worden met citroenschil, .Vs uur met de abrikozen, Jongens Slip-over Voor deze donkerblauwe jongens slip-over (leeftijd 10 tot 12 jaar), is 300 gr. Lavenda wol gebruikt en pennen no. VA. Voorpand. We zetten 120 st. op en breien een boord van 24 toeren 1 r. verdraaid, 1 a. Nu breien we 10 pennen 8 r., 8 a. en bij de 11de pen draaien we met behulp van een derde pen van de 8 rechte steken de laatste 4 onder de eerste 4 door. Nu breien we nog 9 pennen 8 r., 8 a. Na deze 20 pennen verspringt het patroon, dus recht boven averecht en averecht boven recht. Na 6 blokken, dus 120 toeren, kanten we vooi het armsgat aan weerszijden 12 st. af (432 21). Na 6y. blok boven de boord beginnen we aan den hals. Hiervoor splitsen we het werk in tweeën en dan breien we telkens aan den hals kant om de pen de eerste 2 st. tezamen tot er nog 36 st. voor den schouder overblijven. Nu breien we tot we in het geheel 9 blokken boven de boord hebben en kanten af. Rug. De rug is gelijk aan het voorpand, maar na tuurlijk zonder split. Na het armsgat breien we tot we ook 9 blokken hebben en laten dan 24 st. voor den hals staan. De 36 st. aan weerszijden voor den schouder kanten we af en naaien voor en achterschouder tezamen. Mouw. Voor de mouw zetten we aan den kop te be ginnen 32 st. op en breien in patroon. Om de pen maken we er nu voor en achter een steek bij, maar zorgen dat het patroon doorloopt. Als er 64 st. op de pen staan, maken we in een keer er voor en achter 12 st. bij, en breien met 88 st verder. Nu breien we om de 6 pennen voor en achter 2 st. tezamen, tot er nog 64 st. op de pen staan. We breien nu verder, tot we van den kop 10 blokken hebben en breien dan nog een boord je van 24 toeren als boven. Hals. Aan de halsopening nemen we nu zooveel ste ken op, dat we 136 steken op 4 pennen hebben (pennen zonder knopjes) en breien een boordje van 1 r. verdraaid, 1 a. maar aan den voor kant bij de punt breien we de 2 laatste en de 2 eerst st. tezamen. Los afkanten. Het werk wordt op de gewone manier op de machine in elkaar gestikt en met een vochtige doek gestreken. SP.-TH. De Hollandsche huisvrouw eischt...; Hoe huishoudelijke artikelen worden gekeurd. Wat is goede boenwas, wat slechte? Welke oven beantwoordt aan het doel welke niet? Wat is een deugdelijke pan en hoe moet een goede stofzuiger werken? 't Is alles betrekkelijk, zult u ongetwijfeld zeggen, en toch zijn er normen. We zijn het instituut voor huishoudelijke voorlichting van de Ned. Vereen, van Huis vrouwen dan ook zeer zeker dankbaar voor al het werk dat het doet om de artikelen, die we dagelijks gebruiken, voor ons op deugdelijkheid te keuren. Want de Hollandsche huisvrouw eischt bovenal goede kwaliteit. „Rommel", hoe goedkoop ook, gebruikt ze nooit lang. En nu zoudt u misschien denken, dat de fa brikant, vóór hij een artikel in den handel brengt, dit reeds aan alle mogelijke deugde- lijkheidsproeven heeft onderworpen. En toch is dit niet het geval, tenminste lang niet bij alle artikelen. Sinds jaren bestaan er weten schappelijke proeven ter keuring van oliën, lakken, bakpoeder e.d. maar voor andere sub stanties bestaan ze niet of worden in vakkrin gen slechts sporadisch toegepast. Daar hebt u b.v. boenwas. Naast veel andere eigenschappen die ze moet bezitten, moet de was ook sterk glanzen en daarbij niet al te glad zijn. Hoe is nu de graad van glans en gladheid wetenschappelijk vast te stellen? Om de glanssterkte te bepalen wordt deze vergeleken met het zilverwitte glanzende metaal bariet en dan in een getal uitgedrukt. Een soort was, dat een bepaalde glanssterkte niet bereikt, „zakt" voor het examen. Vooral in het buitenland wordt het „teedere" punt: gladheid tegenwoordig wetenschappelijk bestudeerd. Onlangs heeft men een geniale manier bedacht om, door middel van een met leer bekleede metalen staaf, die het been van het uitglijdende slachtoffer voorstelt, precies te berekenen hoe glad een bepaald soort boen was is. Naaimachines worden gekeurd op haar krachtverbruik en geruischsterkte. Bij ovens komt het er voor 't welslagen van het gebak vooral op aan, dat de hitte eenigszins gelijk matig verdeeld is. Met thermometers, die op verschillende punten in den oven worden aan gebracht, kan men de hitte, die ook weer niet al te gelijkmatig mag zijn, bepalen. Ongeveer 20 graden verschil tusschen het midden en de zijkanten van den oven is de gunstigste ver houding: 60 graden wijst op een gebrek in de constructie. Emaille pannen worden aan een ware vuurproef onderworpen, n.l. droog tot op verscheidene honderden graden, verhit en dan opeens met koud water overgoten. En dan moet het bovendien nog ettelijke „geweld- proeven" doorstaan. Stalen kogels van een be paald gewicht worden van verschillende hoogte op het email geworpen en slechts wan neer het proefkonijn „zonder kleerscheuren" uit deze beide bewerkingen tevoorschijn komt, mag het deugdelijk heeten. Vertoonen zich echter barstjes of blutsen, dan is het email van minder kwaliteit. Bij handvatten van potten en pannen is het noodzakelijk, dat ze niet te heet worden Het is bij proeven o.a. gebleken, dat aluminium- handvatten, als de pan verwarmd werd, tot op 75 graden kwamen, dus op een temperatuur die aanpakken met de bloote handen onmoge lijk maakte. Stalen handvatten kwamen op 57 graden, emaille-handvatten op 46 graden Het geschikste bleken handvatten uit een soort hars te zijn. deze bereikten een warmte van gemiddeld 35 graden. En nu onze vriend met stalen snuit! Heel vaak hebben stofzuigers de slechte reputatie, dat ze de tapijten te snel doen slijten. Wat hiervan waar is? Uit verschillende proe ven, waarbij de „afgezogen" haartjes nauw keurig werden gewogen, bleek, dat dit gevaar vrijwel denkbeeldig is. De waschmachines, die gekeurd moeten wor den, krijgen een wasch erg vuile lappen te verwerken. Na het wasschen moeten de lappen natuurlijk „kleur bekennen" en dan wordt fotografisch nauwkeurig vastgesteld, hoe schoon ze geworden zijn. Behalve op de mechanische werking van de waschmachine komt het aan op de reinigende kracht der verschillende waschmiddelen. Welk waschmiddel is goed? Om hierover te kunnen beslissen worden in een waschmachine met zes even groote kamertjes zes vuile kledingstuk ken van dezelfde soort gedaan. Zes verschil lende waschmiddelen werken nu gedurende een even langen tijd op de wasch in. Het re sultaat wordt fotografisch vastgesteld. Ook worden stoffen, nadat ze b.v. dertig tot veertigmaal achterelkaar gewasschen zijn, op slijtage onderzocht. Allemaal nuttig werk. waardoor de Holland sche huisvrouw haar uitgesproken verlangen, „waar voor haar geld" te krijgen, kan bevre digen! Een gezellige Peignoir van flanel of cretonne De feestdagen zijn achter den rug, het seizoen loopt ten einde, dus koopen wij er niet veel nieuws in win ter japonnen meer bij. Daarom is een peignoir nu weer eens echt welkom. De peignoir kan gemaakt worden van dun flanel of zware cretonne, Leuke, wijde ballonmouwen, hooggesloten hals met sjaal kraag en knoopsluiting. Hoe we van oud nieuw maken Aardig overgooiertje voor kleine zus. Heeft u misschien nog een geruite jurk han gen van u zelf of van het oudste meisje, dan gaan we daar nu eens een leuk overgooiertje voor zusje van maken. Als de stof het toelaat, knippen we 't over gooiertje schuin, dat is wel zoo aardig. In het midden loopt over de geheele lengte een naad, die in het lijfje los gelaten wordt. Om den zoom hiervan maken we nu aan beide kanten veter gaatjes en halen daar een koord door, zoodat dus het lijfje dichtgeregen wordt. We dienen er wel op te letten, dat de zakjes in dezelfde streeprichting als het rokje loopen, daar anders het rokje „rommelig" wordt. RECEPTEN. Appelmoes met vruchtenschuim. Benoodigdheden: 1 K.G. moesappelen, pl.m. 75 gr. suiker, 2 a 3 eiwitten, bessenjam. Bereiding: Van de appelen met een klein beetje water appelmoes koken, deze zeven, de massa nog even goed verwarmen en vermengen met 2 van de stijfgeklopte eiwitten. Het derde eiwit stijf kloppen en vermengen met wat bes senjam of gelei en als kleine bergjes op de koud geworden appelmoes leggen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 10