.VERGIFT!
|Pe fneeuwkopingiol
Melkzuurbacteriën aan het werk?
Weest dan op uw hoede met het voedsel!
C. J. VAN LEDDEN HULSEBOSCH:
Niet altijd treden de melkzuurbac
teriën op om te waarschuwen, dat het
eten of drinken niet goed meer is. In
ouderwetsche ijskasten, met een tem
peratuur van even boven nul graden
kunnen zij hun arbeid niet verrich
ten. Wel echter de rottingsbacteriën,
die de cadaverinen, de gevaarlijke
lijkegiften, waarvan de aanwezigheid
in den beginne niet te bespeuren, is,
produceeren
Alles wat geboren is, heeft tot eindbestem
ming, weer tot stof te vergaan. Zooals ook alle
bouwwerken, die opgericht werden, na ver
loop van korteren of langeren tijd gesloopt
worden, hetzij door menschenhand, hetzij
door natuur-invloeden.
Ik heb wel eens als jongen staan kijken
naar het sloopwerk aan een groot gebouw;
opvallend is, dat de aannemer altijd het werk
doet aanvangen door enkele rappe kerels, die
zooveel mogelijk dakpannen héél van het
dak weten te halen en omlaag te brengen. Die
ploeg is altijd nummer één; dan komen er een
paar vertrouwelingen aan de beurt, om het
daklood los te snijden uit de goten en dat af
te leveren bij den patroon. En als die dan ge
reed zijn, is het tijdstip voor het verdere sloop
werk gekomen.
Zoo valt het mij op, hoe óók Moeder Natuur,
telkens wanneer zij met een sloopwerk begint,
zekere groepen „werklieden", waarmede ik
thans bacteriën bedoel, die voor den afbraak
zorgen, in eerste linie aan het werk zet. Dat
Zijn in de meeste gevallen de melkzuurbac
teriën, welker naam den lezer voldoende ver
duidelijkt. dat ze de stille werkers zijn, die
o.a. de melk tot verzuring doen komen en die
de witte kool weten om te zetten tot het heer
lijke winterkostje, dat zuurkool heet. Het feit.
dat wij in de karnemelk, yoghurt, zuurkool en
nog andere artikelen het gevormde melkzuur
als gewaardeerd bestanddeel weten te genie
ten. zegt al voldoende, dat deze melkzuur
bacteriën al zijn ze degenen, die het af
braakproces inluiden ons niet vijandig
gezind zijn. onze gezondheid niet in het minst
schaden. Maarik zou durven waarschu
wen: „houd ze in de gaten, want hun optre
den, waarbij ze melkzuur vormen, is voor ons 't
roode seinlicht: weest op uw hoede: het af
braakproces is begonnen en straks dreigt ge
vaar!" Zoolang die eerste ploeg werklieden in
de gedaante der melkzuurbacteriën aan den
arbeid is, houden alle andere microben zich
afzijdig. Er is nog geen direct gevaar voor
onze gezondheid, zoolang de afbraak zich be
perkt tot vorming van melkzuur. Menig huis
moeder, bemerkende, dat het restantje van
het koude rolladevleesch een uiterst gering
zuur smaakje laat waarnemen, is politiek ge
noeg, vlug naar den azijn te grijpen onder het
motto: „morgen eten wij er haché van" en
wanneer er azijn overgegoten is, bemerkt
er niet één iets van het spoor melkzuur
van het aangevangen „bederf"! Wanneer men
de afbraak niet verder laat komen, dreigt er
voor onze gezondheid geen gevaar. Zoodoende
kan men steeds het optreden van de eerste
verzuringsverschijnselen aan diverse spijzen
beschouwen als de aankondiging, dat het
sloopwerk begonnen is!
Merkwaardig, zooals de andere ploegen sloo-
pers gelaten hun beurt afwachten, die geko
men is, zoodra de zuurvormende bacteriën
den arbeid neerleggen; en dit doen zij, zoodra
ze een zekeren zuurgraad hebben ontwikkeld,
óf wanneer alle „grondstof", waaruit ze hun
melkzuur bereiden, verwerkt is.
Dan komen de verdere ploegen bacteriën
aan den slag, te weten de gevaarlijke rottings
bacteriën, welke de eiwitachtige stoffen uit
voedsel enz. omzetten en doen overgaan in de
hoogst vergiftige stoffen, die zich eveneens in
cadavers ontwikkelen. Dan moet men op zijn
hoede zijn! En deze verrottingsbacteriën ver
raden aanvankelijk hunne werkzaamheid niet
terwijl wij van de eerste vergiftige producten
dezer sloopers de aanwezigheid ni e t met tong
of reukorgaan bespeuren en juist daarin
schuilt het verraderlijke karakter van deze
rottingsbacteriën.
Het „roode sein" gaat niet op
Welke reden had ik nu, om van de ijskast
op de rottingsbacteriën te komen? Ziehier
wat de kwestie is:
Wanneer een niet-gesteriliseerde spijs en
drank b.v. een kannetje melk in een
ouderwetsche ijskast geplaatst wordt, waarin
de tempera-tuur heel even boven het nulpunt
ligt, zoo maakt deze koude het den melkzuur
bacteriën absoluut onmogelijk, haar arbeid
te verrichten; er ontstaat geen melkzuur en
het „roode sein" dat tot waarschuwing
dient, treedt niet op; doch de rottingsbac
teriën, welke bij de heerschende temperatuur
wèl kunnen leven, werken en zich vermenig
vuldigen, gaan rustigjes hun gang en produ
ceeren de cadaverinen, de gevaarlijke lijke
giften, welker aanwezigheid in den beginne
niet te bespeuren is bij het gebruik der spij
zen of dranken.
In een groot restaurant te Amsterdam had
den jaren geleden op een zomeravond
talrijke gasten zich te goed gedaan aan kof-
fie-ijs, dat 's nachts in een ouderwetsche
ijskast bewaard voor verzuring behoed was,
doch waarin zich colibacillen flink ontwikkeld
hadden; in den komenden nacht zijn al de
genen, die van dat ijs gegeten hadden, dood
ziek geworden en héél wat doktoren hadden
een onrustigen nacht met hun tallooze pa-
tienten! Politie en justitie werden er in ge
moeid; er had een bacteriologisch onderzoek
plaats en de aanwezigheid van een massa
colibacillen kwam vast te staan. Men had ten
onrechte gemeend door de lekkernij „in de
ijskast" te bewaren en eiken dag weer opnieuw
te doen bevriezen alles voor bederf te be
hoeden!
In Rotterdam vierde een groot gezelschap
feest en gebruikte den lunch in een groot
restaurant. Daar had men aJ enkele dagen
van te voren een en ander gereed gemaakt,
dat zoo nam men aan in de ijskast wel
deugdelijk zou blijven. Maar colibacillen ont
wikkelden zich rustigjes; niemand proefde
aan het genotene iets bijzonders, maar het
duurde niet lang of het gansche gezelschap
vertoonde vergiftigingsverschijnselen; ont
zettend moeten de tooneelen zijn geweest,
toen de gasten, afzondering wenschende,
daartoe geen gelegenheid vonden en langs den
trottoirband geschaard stonden om de onge-
wenschte spijzen weer uit hun maag te doen
treden. Ook daar vormden dus de vergiften
zich tijdens het verblijf in de ouderwetsche
ijskast.
Opmerkelijk was ook het geval, waarbij het
geheele gezin na het gebruik van appelmoes
ernstige vergiftigingsverschijnselen vertoon
de. Toen ik ambtshalve een restant van het
appelmoes in onderzoek kreeg, kwam aan het
licht, dat een belangrijke hoeveelheid zink
daarin in oplossing was gekomen. De zuinige
huisvrouw had door 'n mannetje in de buurt
die dat zoo keurig kon doen, een nieuwen bo
dem in een pan laten zetten; die reparatie
had echter niet met vertind ijzer, doch met
gegalvaniseerd ijzer 'dat is verzinkt ijzer)
plaats gevonden: het zink een schadelijk
metaal kon in het frischzure appelmoes
oplossen en leidde tot de vergiftiging die ge
lukkig met genezing der patiënten eindigde.
Ook herinner ik mij nog levendig het geval
bij een burgemeestersgezin in de provincie
Utrecht. Daar traden ook op een gegeven mo
ment vergiftigingsverschijnselen op, die da
gen aanhielden en waarvan ook een gast, die
uit Amsterdam op bezoek was, slachtoffer
werd. Die burgervader kwam mij raadplegen
en bracht voor mij alle grondstoffen mede.
die bij de bereiding van de spijzen hun rol
hadden gespeeld, met verzoek na te gaan,
waarin de oorzaak der onaangename ver
schijnselen verscholen zat. Na een langdurig
onderhoud zette ik de zending artikelen eeni-
gen tijd terzijde, en drukte het verlangen uit
het regenwater uit den bak waaruit men ter
plaatse al het drinkwater putte, nader te lee-
ren kennen. O, de bak was nog korten tijd ge
leden grondig gereinigd
Toch toonde het chemisch onderzoek aan,
dat het water zink bevatte en toen men op
mijn advies eens was gaan dreggen kwam er
een zinken emmer te voorschijn, die een in
middels ontslagen werkster uit de hand had
laten vallen in den regenbak, waarna zij zich
verder maar niet om dat stuk gereedschap had
bekommerd!
Opzettelijke vergiftiging.
Sprak ik hierboven over toevallige vergif
tigingen van geheel ander karakter zijn de
gevallen van opzettelijke vergiftiging teneinde
iemand het leven te ontnemen, of die, waar
bij een te groote dosis toegediend werd van
eenig, met goede bedoelingen verstrekt vergift
dat als geneesmiddel bedoeld werd.
Zoo behandelde zekere rechtbank een geval
waarin een verpleegster terechtstond, die
op onverantwoordelijk domme wijze een
medicijn (phospor-levertraan) voor de aan
haar zorgen toevertrouwde kinderen zelf ging
samenstellen, doch abusievelijk een honderd
maal te groote hoeveelheid van het zwaar
vergiftige element phosphor in de levertraan
oploste, waardoor slachtoffers vielen!
In Amsterdam moest een oude man, die
bedlegerig was, op last van den dokter een
lepel wonderolie slikken, die zijn bejaarde
vrouw hem 's avonds zou ingeven. Zonder op
het etiket te letten nam zij een flesch ter
hand, die sterk carbolzuur bevatte, en waaruit
een eierdopje gevuld verd. Ondanks den door
dringenden geur van dit vergiftige artikel
dronk de oude man het eierdopje tot den
bodem in één teug leeg! Hij had met de an
dere hand zijn neus dicht geknepen om den
geur der wonderolie niet te bemerkenDe
dood trad bij dit slachtoffer kort daarna in.
Hier moge ik met klem erop wijzen, dat der
gelijke gevaarlijke vergiften n i e t in de huis
houdkast temidden van eenvoudige huismid
deltjes geplaatst mogen worden, en iedereen
raden géén flesch je voor gebruik te openen,
dan na zich wel degelijk ervan te hebben
overtuigd, dat het etiket den naam van het
begeerde artikel aangeeft. Onnoodig te ver
klaren, dat fiesehjes, doosjes of zakjes waarop
géén behoorlijk etiket den aard der stof aan
geeft, taboe zijn! Er kunnen menschenlevens
mee op het spel komen te staan!
Sluipmoorden.
Voorbeelden van sluipmoorden met behulp
van vergift kent de historie er meerdere. De
ouderen herinneren zich zij 't ook misschien
uit overlevering de geschiedenis der Leid-
sche giftmengster, die een paar dozijn slacht
offers gemaakt had meerendeels kleine kin
deren, die aan haar „ter verzorging' waren
toevertrouwd en zoodra ze op het toege
diende vergift begonnen te reageeren aan
hun ouders werden teruggegeven, om thuis te
sterven
En uit den jongsten tijd kennen de lezers
wel den naam van de weduwe Becker te Luik,
die daar als massa-moordenares terechtstond.
Eigenaardig, zoo vaak als dit misdrijf juist
door vrouwenhand gepleegd wordt!
Wanneer ik hier gevallen uit eigen praetijk
stilzwijgend voorbijga, doe ik dat, omdat ik
tot eiken prijs voorkomen wil dat lezers, die
bij de bewuste drama's op eenigerlei wijze be
trokken waren ,mijn pennepraatje terzijde
leggen, omdat zij liever niet herinnerd willen
worden aan de droefenis, die in hun familie
bij die gevallen heerschte. Er blijft genoeg te
vertellen over!
Vergiftigingsgevallen zijn óók wel eens ge
simuleerd, om zich als beklagenswaardig
slachtoffer te kunnen voordoen eneen
meer aannemelijke „oorzaak" te kunnen aan
geven, waardoor b.v. aan het slachtoffer toe
vertrouwde gelden verdwenen zouden zijn!
Zoo liet een ambtenaar, die belast was met
het transport van een groote som gelds, deze
door een handlanger wegvoeren. Daarna ha
vende hij lichtelijk zijn bovenkleeding, wierp
een fleschje wellicht ledig naast zich op
den grond in scherven en ging ernaast uit
gestrekt liggen wachten, tot er „hulp" kwam
opdagen; de eerste oogenblikken hield hij zich
ontzettend versuft; hij gaf aan, overvallen te
zijn, waarbij hij zich krachtig verzet had te
gen zijn aanrander: daarbij zouden zelfs
scheuren in zijn kleeding gekomen zijn:
maar dan zoude de onverlaat hem aan een
fleschje hebben laten ruiken, waardoor be
dwelming optrad en van dat moment af wist
het slachtoffer zich niets meer te herinneren.
Zie, lezer, dergelijke praatjes vullen geen
gaatjes! Ze vinden alleen geloof bij de men-
schen, die in Nick-Carterromannetjes beha
gen scheppen. Doch de mannen der weten
schap weten maar al te goed, dat dergelijke
verhaaltjes op pure fantasie berusten! Ook
hebben „bestolen"reizigers meermalen aan
gegeven, dat zij in hun slaap eenige bedwel
mende vloeistof onder hun neus zouden ge
kregen hebben en tijdens de daardoor ver
oorzaakte bedwelming beroofd zouden zijn
van de aan hun handen toevertrouwde gel
den. Ook dat zijn bakerpraatjes. Al lang staat
vast, dat zoodra onder den neus van een
slapende chloroform of eenig ander bedwel
mingsmiddel wordt gehouden de slaap on
middellijk eindigt en de aldus „bedreigde"
persoon klaar wakker is I
In het volgend artikel hoop ik den lezers
eenige belangrijke gevallen uit eigen en uit
anderer praetijk te vertellen, waarin de „mis
dadige vergiftiging" slechts in de verbeelding
van het slachtoffer bestondl
(Nadruk verboden).
Italië dreigt niet-inmengingsover-
eenkomst op te zeggen.
Waarschuwing van Mussolini
aan het adres van Frankrijk.
ROME 16 Januari (Reuter). De gister
avond door de Informazione Diplomatiea ge
publiceerde verklaring, waarin werd geconsta
teerd, dat Italië zijn vrijheid van handelen zou
hernemen in geval van inmenging in Spanje
(men zie pag. 9), wordt uitgelegd als een
ernstige waarschuwing aan Frankrijk op het
laatste oogenblik geen pogingen te doen de
Spaansche regeering te helpen, daar Italië zich
anders genoopt zou zien nieuwen steun te ver-
leenen aan Franco en de niet-inmengingsöver-
eenkomst, welke reeds als een mislukking wordt
beschouwd, op te zeggen.
Dit artikel wordt aan den Duce zelf toege
schreven.
AANBESTEDING.
HAARLEM, Maandag.
Hedenmorgen werd door den directeur van
Openbare Werken ten stadhuize aanbesteed:
Het bouwen van een gedeelte van een school
voor G.L.O. aan de geprojecteerde Gillis
Schoolmeesterlaan, met inbegrip van glas- en
verf werken.
Ingekomen waren: 31 biljetten, als volgt:
Fa. Lokhorst en Welage, Beverwijk f 25.586;
fa. N. Cobelens, Haarlem f 25.560; G. Onder de
Linden, Hilligersberg f 28.015; Th. Hollander,
Amersfoort f 29.266; M. Ebbing, Haarlem
f 26.445; P. A. M. Sprengers, Haarlem f 25.200;
P.-G. de Jong, Oegstgeest f 29.890; F. Philips,
Haarlem f 25.115; J. J. Winnubst, Haarlem
f 26.760; C. Kok, Amstelveen f 32.430; P. J.
v. Hof ten, Haarlem f 25.360; fa. Brandsma en
Bakker f 26.280; P. Bosch, Amstelveen f 30.900;
A. Swets, Dubbeldam f 27.500; M. A. Hamers,
Dordrecht f 27.990; N.V. Aann. bedr. v/h S. J.
v. d. Kemp, Silvolde (Gld.) f 28.740; H. Barten
Zn., Amersfoort f 29.100; J. Wittebrood
Beemster f 25.500: H. V. J. de Vries, Haar
lem f 24.270; W. Bergshoeff, Alphen a. d. Rijn
f 26.590; W. H. Kelderman, Enschedé f 28.050;
J. v. d. Putten, Haarlem f 26.365; fa. M. Joustra,
Haarlem f 21.794; Ph. Visser Zn., Santpoort
f 24.900; J. N.'Schuit, Alkmaar f 26.400; J. H.
Tijen, Heiloo f 22.546; J. Breevoort. Haarlem
f 27.400; fa. Gebr. J. P. v. d. Merwe,
Dordrecht f 27.900; A. Castricum, Beverwijk
f 24.590; fa. M. Kleijn, Assendelft f 24.450.
Wat Chamberlain en Mussolini
bespraken.
EXAMENS.
Voor het diploma boekhouden van de Ver-
eeniging van leeraren in het Boekhouden en
Handelswetenschappen slaagde de heer W.
Kamink alhier. Hij werd opgeleid door het In
stituut Examenopleiding Hugas, Elgersma:
Potgieser te Plaarlem.
Voor het examen in Duitsche Handels
correspondentie, gehouden door het secreta
riaat der Federatie-examens en door de Ver-
eeniging van Leeraren in de Handelsweten
schappen, gehouden op 20 en 21 December
1938, slaagde mej. E. J. F. Wiessner uit Haar
lem.
CopyrigM P. I. 8. Box 6 Copenhagen
Nu 3tond Gerda voor de hyacinthen. En ook bij deze bloemen
knielde zij neer om te hooren, wat die vertelden. „Er waren eens
drie beeldschoone zusters, alle drie even doorschijnend en teer.
De één droeg een rood, de tweede een blauw en de derde een wit
jurkje", zoo begon het verhaal der hyacinthen.
„Zij dansten hand in hand in den maneschijn, langs den oever
van een meer. Zij waren geen elfjes, neen, zij waren wel degelijk
menschenkinderen. Uit het bosch kwam een heerlijke geur en de
zusters verdwenen opeens tusschen de hoornen. De geur werd
sterker. Daar kwamen drie doodkisten uit het bosch en gleden op
het water. In die kisten lagen de beeldschoone meisjes.
Mar/e ttjufej?.
Glimwormpjes en vuurvliegjes vlogen rond de drie kisten als
even zoo vele lichtjes. Slapen die meisjes of zijn ze dood? De
bloemengeur zegt, dat ze dood zrjn. En ook de avondklok luidt
voor de dooden." „Jullie maken mij erg bedroefd", zei Gerda.
„Jullie geur is zoo sterk, dat ik aan de drie doode meisjes moet
denken. Och toe, vertel me, is Karei werkelijk dood? De rozen, (üe
onder den grond geweest zijn, zeggen van niet!" „Ding, dong",
luidden de hyacinthklokjes. „Wij luiden niet voor een Karei. Dien
kennen wij niet. Wij zingen ons eigen wijsje, het eenige, dat wij
kennen."
{Wordt vervolgd),
Halifax brengt te Genève verslag uit aan
Bonnet.
GENèVe, 16 Januari (Havas).
Bonnet, die te Genève is aangekomen,
heeft het diner gebruikt te zamen
met Halifax, die den Franschen mi
nister tot in bijzonderheden op de
hoogte stelde van de besprekingen te
Rome.
Het verslag van I-Ialifax bevestigde, dat de
onderhandelaars bij hun besprekingen ge
sproken hebben over de aanwezigheid van
Italiaansche soldaten in Spanje, hebben on
derstreept, dat het Engelsch-Italiaansche
verdrag bestaat en dat beide partijen wen-
schen dat het geheel zal worden uitgevoerd.
Mussolini heeft overigens de formeele ver
plichting op zich genomen, dat de Italianen
zich na een overwinning van Franco welke,
hij trouwens als aanstaande beschouwt, uit
Spanje zullen terugtrekken.
Chamberlain zal, in overeenstemming met
de Italiaansche autoriteiten, van deze plech
tige belofte melding maken in een in het
Lagerhuis af te leggen verklaring: er zal
geen enkele stelling op het schiereiland of in
de koloniën van Spanje in de macht van.
Italië blijven.
Mussolini heeft verder de verzekering ge
geven, dat hij geen versterkingen meer naar
Spanje zou zenden, daarentegen beklaagde
hij zich over de beweerde wapenzendingen
aan de regeeringstroepen door Frankrijk.
Wat Frankrijk aangaat, Mussolini formu
leerde geen enkelen nauwkeurig omschreven
eisch. Hij beperkte zich er toe te kennen te
geven, dat de opzegging der Fransch-
Italiaanschë overeenkomst van 1935 het aan
bod van onderhandelingen inhield, welke,
naar hij betreurde, niet door Bonnet was in
aanmerking genomen.
En werd op geen enkele wijze een beroep
op Engeland gedaan te arbitreeren of te be
middelen.
Mussolini betoonde zich zeer inschikkelijk
tegenover de Engelsche ministers en beves
tigde zijn wil alle problemen op vreedzame
wijze te regelen.
Tenslotte gaf Mussolini uitdrukking aan
den wensch den bewapeningswedloop te be
perken en sprak hij de hoop uit dat de in
ternationale economische betrekkingen zul
len verbeteren.
De reis naar Rome heeft vooral psycho
logisch resultaat gehad. De overeenstemming
der opvatting van dee beide democratieën is
nimmer duidelijker gebleken dan in de af-
geloopen week, aldus besluit Havas, hetgeen
met name wordt bewezen door het gedetail
leerde verslag, dat Halifax aan Bonnet heeft
uitgebracht.
Wiedemann deze weet naar
Londen?
Informatie inzake de koloniale kwestie.
LONDEN, 16 Jan. De „Daily Herald"
meldt, dat Wiedemann, de vertrouwensman
van Hitier, deze week, éen semï-officieel be
zoek au.11 Londen zal brengen en de Britsche
regeering zal polsen omtrent de teruggave van
Duitsche koloniën. Daarna zou hij zich naar
Hitier begeven om dezen de Britsche gevoe
lens ten opzichte van de mogelijk nieuwe
Duitsche eischen in Oost-Europa mede te dee-
ien. (United Press)
Conclusie in de zaak-Arnoud.
's-GRAVENHAGE, 16 Jan. De advocaat-
generaal bij den Hoogen Raad, mr. Rombach,
heeft heden in de bekende zaak van de kalk
zandsteenfabriek „Arnoud", wier directeur,
baron van Hardenbroek van Ammerstol, door
de rechtbank te Haarlem wegens overtreding
van de Arbeidswet veroordeeld werd, geconclu
deerd tot verwerping van het cassatieberoep.
De Hooge Raad zal 27 Februari recht wijzen.
AANBESTEDING.
HAARLEM, Maandag.
Hedenmorgen 11.30 uur werd door den direc
teur van Openbare werken ten stadhuize aan
besteed:
Het aanleggen van een sportterrein en een
kinderspeelplaats, het maken van een sport-
haventje met aanlegsteigers en het maken
van een bet.onbrug, met bijkomende werken,
aan en in den Schalkwijkerweg. Uit te voeren
in werkverschaffing.
Ingekomen waren: 20 biljetten, als volgt:
H. v. Dijk, Edam f 69.997; G. Hulsebosch. Bloe-
mendaal f 89.900; Bolsebroek Co f 64.000;
C. Kok, Amselveen f 92.600; C. J. Boschland en
M. Gotenmulder, Aalsmeer f 95.195; fa E.
Sanders Co. f 81.850; P. de Geus J. F.
Stampraai, Leidschendam f 66.440; N.V. Aann.
bedr. J. A. Vens,' Zaandam f 77.000; fa. A.
Schoorl, Haarlem f 62.397; H. de Weers, Haar
lem f 64.500; P. Bosch, Amstelveen f 91.380;
N. Vermeulen, Haarlem f 86.690; E. Woud, Wor-
mer f 63.200.
Verscheidene biljetten werden terzijde ge
legd omdat het bedrag' der zgn. vergoeding
niet was opgegeven.
AANBESTEDING.
HAARLEM, Maandag.
Hedenmorgen om 10 uur werd door den di
recteur van Openbare Werken ten Stadhuize
aanbesteed: Het verbouwen van perc. Haar-
lemmerliedestraat no. 31 te Haarlem tot verbe-
terng huisvesting zuigelingenzorg.
Ingekomen waren 22 biljetten, als volgt:
A. J. Lubbers, Haarlem f 3242; M. Ebbing,
Haarlem f 3478; F: Prilips, Haarlem f 3440; J.
Breevoort, Haarlem f 3475; J. H. Kemper,
Haarlem f 3364; J. Wamaar en Co., Den Haag
3380; P. Huygens, Zeist f 3470; S. de Vries,
Zaandam f 3660; P. Sprengers, Haarlem f 3680,
G. P. Hetem, Haarlem, f 3750; G. J. Veldwijk,
Haarlem f 3469; Fa. Brandsma en Bakker
Haarlem, f 3793; Gebr. H. V. en J. de Vries
Haarlem f 3480; P. J. van Hof ten, Haarlem
3634; J. Wittebrood, Beemster f 3155; C. Ro
zen, Haarlem f 3250; H. Herwig, Haarlem
3170; J. v. d. Putten, Haarlem f 3463 A.
Blankensteyn. Haarlem f 3999, Fa. Verwey en
iHeerden, Haarlem f 3890, N.V. Bouw en
Exploitatie Mij. „Saturnus"Amsterdam,
f 3415; Aannemersbedrijf Rijnders Haarlem
f 3231, j