HET SPORTGESPREK
Sport in Nederlandsch Oost-lndië.
Rubriek voor Vragen
De Zandvoortsche dwerg S. J. Paap.
Litteraire
Kantteekeningen.
Windhondenrennen.
(Van een bijzonderen medewerker).
TELKENS weer opnieuw blijkt, dat men
in Nederland denkbeelden heeft over de
sportbeoefening in Indië, die heelemaal
niet met de werkelijkheid overeenko
men. Men denkt algemeen, dat hier in Indië
en dan bedoelen we natuurlijk niet de binnen
landen doch de groote plaatsen in verband
met de warmte maar heel weinig aan sport
wordt gedaan. Algemeen schijnt men aan te ne
men, dat de warmte een bezwaar voor sportbe
oefening in de tropen is. Laat ik u maar dadelijk
uit den droom helpen door u te vertellen, dat
er misschien nergens ter wereld zooveel aan
sport wordt gedaan als juist in en om de groote
steden in Indië. Aan de meeste sportbeoefening
in Indië js echter elke zucht naar records
vreemd. Maar overigens doen alle geslachten en
alle leeftijden aan sport! Tennis en zwemmen
staan wel no. 1. Het aantal tennisbanen Ls ge
weldig. Die vindt men zelfs diep in de binnen
landen. Vele banen zijn van een goede verlich
ting voorzien, zoodat ook des avonds gespeeld
kan worden. Zwembaden zijn hier in overvloed,
vrijwel bij iedere onderneming vindt men een
zwembassin, waarvan zoo als te begrijpen is,
een druk gebruik gemaakt wordt.
Naast deze sporten neemt -natuurlijk, zooals
overal elders, voetbal een voorname plaats in,
doch. ook zeilen, hockey, cricket, boksen en
athletiek hebben hier veel beoefenaars. Golf is
wat kostbaarder en kan daardoor niet door ieder
een worden beoefend, maar desondanks heeft
de golfsport ook hier een groot aantal aanhan
gers en er zij-n verschillende prachtige gelegen
heden om deze sport te beoefenen. Wielrijden,
in Nederland waarschijnlijk de meest beoefende
sport, wordt daarentegen hier practisch niet be
oefend. Het maken van wielertochten is door het
bergachtige land nogal bezwaarlijk. De groote
afstanden en de warmte zijn andere bezwaren
tegen een beoefening van het wielrijden als
sport. Er is niettemin toch een tijd geweest, dat
de wielrennerij hier bloeide en dat men niet al
leen wegwedstrijden maar ook baanwedstrijden
hield. Deze liefhebberij is echter heelemaal ver
dwenen. Enkele vervallen wielerbanen herinne
ren nog aan vroegere glorie.
In den laatsten tijd is er in Indië ook een
„keëp-fit" actie gekomen, waardoor geweldige
propaganda voor de sport wordt gemaakt. De
vereeniging voor harmonische lichaamsontwik
keling heeft bijv. in vrijwel alle steden op Java
DUIDELIJK GESTELDE VRAGEN
van alle Abonnés van dit blad worden door
een specialen Redacteur en zijn talrijke
medewerkers zoo mogelijk en ten spoedigste
beantwoord.
De vragen moeten worden geadresseerd aan
het bureau van dit blad. met duidelijke ver
melding van naam en woonplaats. Vragen
waaraan naam en adres ontbreken, worden
terzijde gelegd.
De namen der vragers blijven redactie
geheim.
De antwoorden worden GEHEEL KOSTE
LOOS thuis bezorgd.
Alleen die vragen, welker beantwoording voor
vele anderen behalve den vrager, van nut
kan zijn. worden tevens in ons blad ge
plaatst.
RECHTSZAKEN
VRAAG: 1. Wie moet de reparatiekosten van
de waterleiding betalen: de huurder of de ver
huurder?
2. Heb ik het recht de huur zoolang in te
houden totdat de leiding gemaakt is?
ANTWOORD: 1. De huurder, tenzij een en
ander door overmacht is veroorzaakt.
2. Neen.
BELASTING ZAKEN
VRAAG: Ik woon sedert September in Hol
land. Moet ik nu ink.bel. betalen over wat ik
vroeger In het buitenland verdiende of over wat
ik nu ga verdienen in Holland?
ANTWOORD: U moet belasting betalen over
de bronnen van inkomen die op het tijdstip van
vestiging hier te lande voor u bestaan. Indien u
in Holland een nieuwe betrekking hebt aan
vaard wordt u aangeslagen naar hetgeen deze
nieuwe bron van inkomen geacht wordt op te
brengen.
RECEPTEN.
VRAAG: Hoe maakt men macarons?
ANTWOORD: Benoodigd: 2 eiwitten, 125 gr
suiker. 150 gr. amandelen, een weinig geraspte,
citroenschil, ouwels. Broei, pel en maal de aman
delen. Klop het eiwit stijf, meng er de suiker, de
amandelen en de citroenschil door. Leg van dit
deeg kleine porties op een met ouwel belegd bak
blik. Laat de macarons in een zeer matig warmen
oven heel licht bruin worden. Breek na eenige
bekoeling, de ouwel rondom van de koekjes af.
VRAAG: Hoe verwijder ik glaspapier van een
ruit?
ANTWOORD: Met warme sterke soda-oplos-
sing. U kunt ook eerst met groene zeep insmeren
en 24 uur later met heet water afwasschen.
VRAAG: Hoe bakt men patates frites?
ANTWOORD: Neem groote aardappelen. Schil
ze, snijd ze in plakken en daarna in reepen. die
afgedroogd moeten worden. Laat slaolie dam
pend heet worden en doe bij hoeveelheden de
aardappelen erin. ze steeds met de schuimspaan
omhalend. Als ze mooi lichtbruin zijn uit de olie
halen, laten uitdruipen en voor het opdoen met
fijn zout bestrooien.
onderafdeelingen, hoewel men dog pas enkele
maanden met deze actie bezig is.
De heer Claessen, inspecteur voor de lichame
lijke opvoeding, heeft door zijn krachtig werken
voor deze beweging, de sportbeoefening in Indië
een flinken duw in de goede richting gegeven.
Er worden hier nog enkele takken van sport,
beoefend, die men in Nederland niet, of vrijwel
niet kent. Daar is bijv. in de eerste plaats polo
te paard. Vrij regelmatig heeft men hier belang-
welckende polo wedstrijden. Deze elegante sport
trekt ook groote belangstelling, ze wordt dan
ook meer bekeken dan beoefend; voor de dames
is zoo'n polowedstrijd een goede gelegenheid om
fraaie toiletten te laten bewonderen. Datzelfde
geldt ook voor de windhondenrennen, die in
Batavia regelmatig eenmaal per maand worden
gehouden. In den laatsten tijd kwam men bij
deze hondenrennen geregeld plaatsruimte te
kort. Er werd daarom besloten een nieuwe baan
aan te leggen, die dezer dagen gereed is geko
men en onder overweldigende belangstelling is
geopend. Vóór elke race is het een soort mode
show, daar de eigenaressen der honden in haar
fraaiste toiletten de favorieten aan het publiek
voorstellen, wat een attractie op zich zelf is.
In den laatsten tijd heeft men te Batavia ook
prachtige demonstraties van paardendressuur
gehad. Dat was werkelijk iets heel bijzonders.
Te Tjimahï heeft men nl. het depot der mo
biele artillerie. Dat korps heeft een aantal rui
ters, die bijzonder groote liefhebberij voor de
dressuur hebben. De commandant van het depot,
luit.-kol. Von Seydlitz Kurzbach en zijn officie
ren hebben deze liefhebberij zooveel mogelijk
aangewakkerd en door hun deskundige adviezen
gesteund. Met onuitputtelijk geduld zijn de rui
ters aan het werk gegaan, waardoor ze iets heel
bijzonders hebben weten te bereiken. Deze dres
suur trekt dan ook terecht de algëmeene aan
dacht.
Aan sport als kijkspel is dus ook in Indië
geen gebrek. Ook de bokssport kan voor een
groot deel onder de kijksport worden gerang
schikt. De liefhebberij voor bokswedstrijden is
bijv. op Java buitengewoon. Wedstrijden met
5000 en meer toeschouwers zijn niet zeldzaam
meer. Gewoonlijk komt men zelfs plaatsruimte
te kort.
J. G.
Koningin terug in Den Haag.
's-GRAVENHAGE, 15 Maart. Met den
nachttrein uit Spiesz is H.M. de Koningin van
morgen met haar gevolg te 10.38 op het station
Staatsspoor alhier gearriveerd. Van Utrecht af
waren haar wagens gekoppeld aan een speciale
locomotief. Behalve de stationschef waren er
geen autoriteiten ter begroeting aanwezig.
De Koningin heeft haar intrek genomen in
het paleis Noordeinde.
Een incident.
Toen hedenmorgen te ongeveer half elf de
auto, waarin H. M. de Koningin zich naar het
Paleis Noordeinde begaf na haar aankomst uit
Zwitserland te Den Haag, het plein voor het
paleis opzwenkte, heeft zich een klein incident
voorgedaan.
Een man trachtte op dat oogenblik de auto
van de Koningin te bereiken. Hij werd evenwel
door een brigadier van politie gegrepen. Bij on
derzoek op het politiebureau bleek hij een
reserve-officier uit Rotterdam te zijn, die in
verband met een militaire kwestie een verzoek
schrift aan de Koningin wilde aanbieden. Na
verhoor is hij op vrije voeten gesteld.
Sprong- over een kaarttafel.
Werd ISO jaar geleden gebor,
De kleedingstukken van den dwerg, die in het Frans Hals Museum bewaard
worden.
Zandvoort heeft een dwerg onder zijn
inwoners gehad. Het was Simon Jane Paap,
die in het voorjaar van 1789 geboren werd.
Hij is nooit grooter geworden dan76V2
c.M. Op een der pilaren in de Groote Kerk
werd indertijd zijn lengte precies afgetee-
kend. Na een zwervend leven geleid te hebben
hij liet zich niet alleen op kermissen tegen
geld bekijken, maar genoot ook de eer eeni
ge keeren te mogen optreden voor de hoven
is hij te Dendermonde gestorven. Er werd
verteld dat hij daar vermoord is omdat hij
kleiner was dan een andere dwerg die daar
tentoongesteld werd.
Het lijk van den dwerg werd naar Zand
voort gebracht waar het in de dorpskerk werd
bijgezet. Er is in dien tijd beweerd dat toen
men het lijk na jaren wilde verkoopen voor
wetenschappelijke doeleinden, uitkwam dat
het al verdwenen was en verruild voor het lijk
van een kind van 7 of 8 jaar. Of dit op waar
heid berust valt moeilijk na te gaan.
Eenige maanden geleden is de grafsteen van
De Raadslieden van de Kroon.
Vijf ministers vieren een Kroonjaar.
Het eigenaardige geval doet zich voor, dat
van de elf ministers van het tegenwoordige
kabinet er niet minder dan vijf zijn die in
1939 een kroonjaar vieren. De rij werd reeds
geopend door den minister van financiën,
Mr. J. A. de Wilde, die op 7 Januari 60 jaar
werd.
De minister van onderwijs, Prof. dr. J. R.
Slotemaker de Bruine, wordt 6 Mei 70 jaar;
de minister-president Dr. H. Colijn, viert zijn
70sten verjaardag wat later, namelijk op 22
Juni. De minister van binnenlandsche zaken,
de heer H. van Boeyen wordt 23 Mei 50 jaai
en zijn collega van economische zaken, Mr.
M. P. L. Steenberghe, op 2 Mei 40 jaar.
EXAMENS.
Op het te Haarlem gehouden examen aan de
Mode Academie „Erkama" gevestigd te Haar
lem Gr. Houtstraat 3rood en te Amsterdam P.
C. Hooftstraat, slaagden de navolgende can
didates voor coupeuse: mevr. Gillieron—
Harthoorn, Amsterdam, E. de Boer, Amster
dam, Fr. Cerwenka, Amsterdam, M. v. d. Aard
weg, Haarlem, A. Henzen, Haarlem, D. Lege-
beke, Haarlem, A. Petri, Haarlem, H. Reckman
Haarlem, I. Verkaaik, Haarlem, N. Wagema-
ker, Haarlem, A. Nijssen, Santpoort, N. Kra
mers, Haarlemmerliede, A. v. d. Vossen, Ben-
nebroek, N. v. d. Peet, Bennebroek. Voor
coupeuse-tailleuse: G. de Vries, Haarlem.
Allen genoten hun opleiding volgens Erka
ma systeem.
Jan Mens. Mensen zonder geld.
Amsterdam. Uitgeverij Kosmos.
Met algemeene stemmen van de Jury heeft
dit boek den Kosmos-eerstelingen-prijs ver
worven. Bovendien is het geschreven door een
werkloozen meubelmaker. Maar het is een bui
tengewoon goed boek. Dit geldt zéker voor het
eerste gedeelte, zoo ongeveer tot na de be
grafenis van vader Jagtman, op de Nieuwe
Ooster, in Amsterdam.
Wat doet het er eigenlijk toe of wij weten,
dat Jan Mens een werklooze meubelmaker is?
Het kan alleen betoogen dat onder bepaalde
omstandigheden een uitzonderlijk meubelma
ker even goed een boek kan schrijven als zoo
vele andere dames en heer en, die niets beters
te doen hebben. En dat is niets nieuws. Op
merkelijk alleen is, dat „Mensen zonder geld"
een goed boek werd, en of dat nu komt
doordat Jan Mens vroeger zelf meubelen ge
maakt heeft, óf doordat hij op goede scholen
geweest is, waar hij behoorlijk heeft leeren
schrijven en tenslotte misschien van de
schrijf vaklieden wel het een en ander heeft
afgekekendat alles doet aan het feit, dat
er een goed boek geproduceerd werd, niets
af. En de aardigheid die er zat aan Stijn
Streuvels, die bakker, of aan Ary Prins, die
fabrikant was, gaat er bij Jan Mens al heel
spoedig af, want als hij een roman schrijft en
in tijdschriften publiceert houdt hij op werk
looze te zijn en is practisch in de vrije be
roepen overgeheveld.
Maar nog eens, wat doet dat alles ertoe
zoo het geen goedkoop trucje is om de aan
dacht van de menigte voor het boek in be
slag te nemen. Die er gelukkig ditmaal niet
mee beetgenomen wordt, want het werk ver
dient haar aandacht ten volle.
Jan Mens laat ons in een eenvoudige maar
treffend juiste milieuschildering, in prach
tig oprechte dialogen, het klein-burgerïijk
drama doorleven van een paar fatsoenlijke
menschjes uit den Amsterdamschen midden
stand, die door de volkomen veranderde
maatschappelijke toestanden, welker ver
andering langs hen is heengegaan zonder
door hen begrepen te zijn. aan den grond zijn
geraakt.
Vader Jagtman is voortgegaan zijn meubel
tjes te maken op de solide maar omslachtige
en kostbare wijze waarop hij zijn vak van
kindsbeen af beoefend heeft. En als langza
merhand zijn zaakje kwijnt, zijn klantjes ver-
loopen of sterven, geeft hen het niet op te
blijven hopen op den dag van morgen, waar
op de menschen wel weer verstandig zullen
zijn geworden.
Intusschen is zijn huurschuld opgeloopen en
is in zijn huishouding op alles vergeefs bezui
nigd. Greet, de eenige dochter, is weerspannig
geworden en moeder de vrouw onbillijk, wijl
ze hem voor het uitblijven van den voormali-
gen welstand aansprakelijk stelt. Vooral in den
vorm zijn deze bittere woorden der vrouw, die
in den grond des harten zoo kwaad nog niet
is, prachtig door den auteur naar de natuur
gecopieerd. De schrijver laat hier zonder
eenigen extra-klemtoon al het verachtende,
vernederende doorvoelen dat voor den man in
de woorden van zijn vrouw steekt. Die zulke
woorden niet met die bedoeling uitspreekt,
maar zich onbewust bij voorbaat ontlast van
eenigerlei schuld aan komende grooter ellen
de. Jan Mens is in die haast phonetische na-
beelding van kijfzieke teleurstelling een eer
ste rangs psychologisch waarnemer. Jagtman
zelf kan nergens tegen op. Een ander dan hij
zou er evenmin kans toe zien en door dat te
laten voelen reserveert de schrijver hem onze
sympathie. Zijn troost is zijn poes in de werk
plaats, zijn eenige goede verwachting dei-
komende tijden ligt in zijn ze ven-jarigen jon
gen, die nog op school gaat en dien Jan
Mens tot den feitelijken held van zijn ver
haal heeft gemaakt, hoewel hij hem telkens
slechts als afleidend, opvroolijkend element
in het drama van den ondergang te pas
brengt,
Die ondergang van Jagtman's gezin verloopt
vlot, vlug en gereglementeerd, zooals de nieu
we samenleving dat wenscht. Greet verlaat
het zinkende schip en verdrinkt in „de zonde",
dewelke zij prefereert boven het armoedsbe-
staan in de betonnen vluchthuisjes op Zee
burg, waarheen vader en moeder afzakken als
Jagtman wegens de huurschuld op straat ge
zet is. Jagtman wordt stempelaar, verdient
bij vallen en opstaan een paar kwartjes, die
van den steun afgaan en vischt spierinkjes in
het Kanaal. Zijn bestaan is een ononderbro
ken lijdensgeschiedenis geworden, waaraan
zelfs de romantiek van het bedelaarschap ont
breekt. Genummerd, gestempeld en gecontro
leerd leeft hij met vrouw en jongen op kosten
der gemeenschap die al niet veel meer doen
kan dan hen in het leven houden. Dat ge-
heele proces wordt door Jan Mens op sugges
tieve manier geteekend, niet zonder den Am
sterdamschen humor, die telkens in woede- of
huilbui kan overslaan. Jagtman heeft het na
eenige vruchtelooze pogingen opgegeven uit
den stempelcirkel te geraken; hij vischt nog
slechts naar spierinkjes en droomt bij het
Kanaal, over hoe het alles vroeger geweest is.
Dan hoort de sluiswachter een plons in 't
water. Heeft Jagtman met open oogen ge
slapen of is hij opzettelijkHij wordt
naar het Binnengasthuis vervoerd en als moe
der daar ontboden wordt, is hij overleden. We
maken dan nog de begrafenis uit het huis op
Zeeburg met den schrijver mee, om hem
nogmaals onze bewondering te kunnen be
tuigen voor de uitmuntende karakteristiek
die hij,-vooral weer in de dialoog, van zoo'n
gebeurtenis weet te geven en dan verlaten wij
Japie en zijn moeder, omdat er voor den lezer
ook nog wat te ontdekken dient over te
blijven, maar ook omdat voor ons gevoel het
vervolg litterair minder zuiver is dan het tot
hiertoe geresumeerde.
Japie, die met zijn moeder in de Jordaan
komt te wonen, met een prachtig getuig
schrift van de Ambachtschool komt, maar
geen werk kan vinden en besteller op de fiets
wordt; stijgende ontevredenheid onder de
Jordaners als de steun verkleind wordt, een
oproer dat in de beschrijving aan dat der
Palingtrekkers van '86 herinnert en Japie.
die aan het slot, gewond in het Wilhelmina-
gasthuis komt te liggen, door een politiekogel
getroffen.... dat alles is met entrain ge
schreven, zeer zeker, maar het mist eenigszins
de volmaakt kalme zuiverheid van weergave,
waarmee de schrijver den ondergang der fa
milie Jagtman heeft geteekend. Bij hem die
dezen ondergang, zoo gevoelig en toch snij
dend raak, even logisch dwingend als mede
lijdend, in den besten zin, opwekkend, kon te
boek stellen, schijnen aanvang en slot, van
het boek niet geheel te behooren. Te gefor
ceerd litterair in den aanloop, eindigt dit
interessante boek met een toegeven aan een
pathos, dat met alle pathos gemeen heeft
dat het aan het theater herinnert. Maar na
de eerste vier, vijf alinea's tot aan Jagtman's
begrafenis toe bevat deze eersteling niets dan
prachtig geformuleerde, herleefde ontroering
in een onopgesmuktheid en eerlijkheid die
buitengewoon treffen.
Het zal te bezien staan of die eersteling een
evenwaardig opvolger zal hebben. Men kan
vreezen dat de schrijver-meubelmaker zich
juist in dat prachtige gedeelte heeft uitge
schreven en nu klaar is. Doch al zou dat zoo
zijn, dan nóg blijft „Mensen zondei Geld"
een opmerkelijk stuk litteraire kunst.
J. H. DE BOIS.
de dwerg uit Zandvoort naar het Franc
Hals-Museum te Haarlem overgebracht, waa^
in een vitrine ook de kleeren van den dwerz te
zien zijn. Ter vergelijking hebben we naV
zijn schoentje een schoen van een normaal
persoon gezet. Op de foto ziet men links een
jas en een broek, in het midden handschoen-
tjes en rechts een hemd, een schoentje en
kousjes.
VAN DE WEEK
P. J. Janbroers.
De heer Janbroers vertelt
over de wandelsport.
„Het beoefenen van de wandelsport biedt
een dubbel voordeel; men brengt en houdt
zijn lichaam in goede conditie en men geniet,
van de natuur".
Met deze meening van den heer P. J, Jan-
broers, oud-leider van de bekende vereeni
ging „Jan Passtoors", zal wel iedereen het
eens zijn.
„Het wandelen is zuiver ontspanning; ai
doende bekwaamt men zich en is men in
staat zonder bezwaren grootere afstanden at
leggen, waardoor men tenslotte het doel be
reikt, dat is wandelen als 'tourisme. In het
begin heeft ieder dezelfde moeilijkheden, men
doet te weinig en te korte passen per minuut,
maar geleidelijk leert men den langen slee
penden pas van ongeveer 85 centimeter, die
per minuut 120 maal herhaald wordt en die
de meest geschikte is voor afstand-wandeling.
Bij het begin van het seizoen, begin Maart,
onderneemt men een marsch van 5 Kilometer
en wanneer het een training voor grootere
marschen betreft, zal
men na twee maan
den tot 30 kilometer
gevorderd zijn. Dat ls
de normale lengte
van de gebruikelijke
wandeltochten; wil
men echter aan de
Vierdaagsche deel
nemen, dan is het
gewenscht, dat men
gemakkelijk 65 KM.
kan afleggen. Voor
een „eerste jaars"
moet een dergelijke
prestatie echter wor
den afgeraden.
De speciale voorbe
reiding voor het
hoogtepunt van het
seizoen, de Vierdaagsche, moet zóó worden
ingedeeld, dat men begin Juli in topvorm is,
waarna men het de laatste twee weken voor
den start kalm aan kan doen. Doch al heeft
de wandelaar zich voor dit jaarlijksche feest,
dat een bijzondere sfeer heeft, waarin hy
geheel op gaat, nog zoo goed voorbereid, Ml
ontkomt toch soms niet aan de inzinking, die
bij voorbeeld het loopen over den betonweg
van Nijmegen naar Arnhem en terug, kan
veroorzaken. Maar een geoefend wandelaar
zet zich daar over heen en dan is de laatste
dag, de intocht van Malden af tot Nijmegen,
een waar feest, waarin de bevolking van de
Keizerstad meeleeft en dit door het schenken
van bloemen aan de deelnemers laat blijken.
Maar er is ook een andere zijde aan de
wandelsport, die niets met deze groote tochten
te maken heeft. Men kan het als training
voor andere sporten beoefenen, doch men
kan het ook en dit geldt vooral voor hen,
die een zittend leven leiden als noodzake
lijke en de beste lichaamsoefening beschou
wen. Daarvoor moet men echter minstens
tweemaal per week „het beste beentje voor
zetten" Men is nooit te oud om daarmede
te beginnen; velen zijn pas op lateren leef
tijd hun „loopbaan" begonnen.
Het gemiddelde tempo van een geoefend
wandelaar bedraagt 6V2 kilometer per uur,
zoodat men dus den kilometer in ongeveer
9 minuten aflegt".
„Hoe is het met organisatie van de wandel
sport in Haarlem en omgeving gesteld?"
„Volgens mijn meening zou de wandelsport
in dit rayon een goede toekomst hebben, wan
neer de verantwoordelijke leiders der ver*
eenigingen oeseften, dat samenwerking drin
gend geboden is. In dit opzicht is er momen
teel eenige verbetering te bespeuren, maar
ideaal ls het nog lang niet, daar het niet
mogelijk is gebleken, eenheid tusscher. de
drie bekendste vereenigingen te scheppen
Daarvoor staan te veel vermeende belangen
en belangetjes in den weg.
Voorts zou ik wenschen, dat vele wande
laars zich meer toeleggen op het wandelen
als zoodanig dan op de jacht naar prijzen (de
z.g. „blikjesjagers"). Ik kan niet inzien aai
het noodig is om een belooning toe te kenn^j
voor het volbrengen van een tocht van 30
kilometer, dat is geen bijzondere prestatie,
zooals bijvoorbeeld 100 meter hardloopen W
IOV2 sec. Een herinneringsdiploma of een be
wijs van aankomst is in het bovengenoemde
geval beter op zijn plaats.
„Staan er in de naaste toekomst nog bij
zondere tochten op het programma?"
„Er zullen waarschijnlijk twee „bollentoen-
ten" worden gehouden, resp. van 30 en
K.M. In Augustus volgt dan de „Jan "aS'
stoors-herdenkingsmarsch"."