THEE doet je goed! N. J. H. C. tien jaar oud SCHUDT UW LEVER WAKKER Belangrijke instelling voor de trekkers In Engeland. Kunst in Haarlem en daarbuiten. \V0 EN_ sDAG 29 MAART 1939 Het aantal jeugdherbergen in 1939, 1932 en 1939. Croofe groei in tien jaren tijds (Van een G.P.D.-redacteur.) April 1939: de Nederlandsche Jeugd- JSrecentrale herdenkt het 10-jarig bestaan, SwTkan terugblikken op een arbeid tien tor ane ten behoeve van de Nederlandsche Xers onvermoeid verricht. Er is voor de ttlkkers reden te over om op dien dag tot een Xbaar gedenken te komen. Want wat de w t h c thans onder voorzitterschap van i' jjr 'g A. van Poelje, directeur-gene raal van het departement van Onderwijs tot stand heeft weten te brengen, verdient wer kelijk dankbaarheid. S jeugdherbergcentrale bevmdt zich mo menteel in een periode van voorspoedigen ïroèi Het is èn voor de Centrale en voor Grenen die van haar arbeid geprofiteerd hebben en nog profiteeren - mede daarom, j'f men opgewekt de herdenking van het ju bileum tdgemoet gaat. In Amsterdam zal Zaterdagmiddag a.s. in het A.M.V.J.-gebouw t7 Amsterdam een herdenkingsbijeenkomst ilaats hebben, waar de minister van Onder- wi's en prof. dr. G. A. van Poelje, voorzitter V1 de n J- H. C., het woord zullen voeren. Deze bijeenkomst zal gevolgd worden door een receptie van het bestuur. Daarna zal een groot gezelschap, waaronder de herbergouders van alle jeugdherbergen in ons land, zich aan een gemeenschappelijken maaltijd vereenigen, terwijl een feestavond den dag zal besluiten Op Tweeden Paaschdag zal het jubileum in geheel Nederland door alle trekkers ge vierd worden. De trekkers zullen zich op 10 April in de jeugdherbergen aan den Paasch- óisch zetten. Zij zullen hun liederen ten beste geven in het besef dat de organisatie, die het trekken door ons land zoo gestimuleerd heeft, feest viert. Enkele aardige punten zullen dien •da® op de programma's staan: een speurtocht, feestlied, prijsvraag enz. enz. De oprichting van het jeugdherbergwerk zal dus stellig na tien jaar op waardige wijze worden herdacht. Prof. dr. G. A. van Poelje, de voorzitter van de N. J. H. C., heeft dezer dagen, tijdens een persconferentie, een korte toelichting gege ven op het werk van een instelling, waarvoor hij zelf in de eerste plaats zoo met hart en ziel ijvert. En stellig mag daarom op deze plaats allereerst volgen, wat de voorzitter der N. J. H. C. in verband met het jubileum over zijn vereeniging heeft gezegd. Dit was o.m. het volgende: „Er is veel veranderd in de wereld sedert tien jaar geleden de Nederlandsche Jeugd herbergcentrale werd opgericht. De „omge ving", dit woord in zijn ruimste wetenschap pelijke beteekenis genomen, waarin de jeugd van thans opgroeit, is een heel andere, dan de omgeving der jeugd van tien jaar ge leden. Ook de jeugdbeweging veranderde van opbouwen doelstellingen; aan den eenen kant vónd een strakkere samenbinding plaats in aan scherp omlijnde beginselen gebonden organisaties, aan den anderen kant brak overal een vrijheidsstreven door, met den v/ensch om eigen wegen te gaan, om in de va- canties en op vrije dagen niet méér onmiddel lijk zichtbare leiding van ouderen te aanvaar den dan nu eenmaal onvermijdelijk is. Het eigen land werd velen te klein en de j eugdher bergen over de grenzen bleven niet ideale vacantie-oorden waar onder vertrouwde lei ding enkele weken werd vertoefd, maar kre gen voor de „trekkende" jeugd gelijke func tie als die in het eigen vaderland. De jeugd uit de groote stad begon steeds meer aan het emde van de week naar buiten uit te zwer men en het begrip „weekeind Jeudherberg" ontwikkelde zich. Eigen moeilijke problemen vertoonen zich hier; speciaal het vraagstuk van de verhouding van vrijheid en leiding is nergens moeilijker. In'de kringen van het onderwijs groeit het besef, dat opvoeden be- teekent opvoeden voor de komende sociale taak; het wekkéh van zelfstandigheid, so ciaal gevoel, toewijding aan een bepaald werk. Hiermede werd de idee van school-bui- tenhuis geboren en de jeugdherberg kan voor vele scholen de functie van school-buiten- huis voortreffelijk vervullen. Het groote be drijf met vele jeugdige werkers aanvaardt steeds meer een opvoedende, wil men liever, een vormende taak. Ook hier lijkt de inscha keling van de jeugdherberg een kwestie van tijd. Zoo gaan wij een nieuwe periode van tien jaar in met veelzins nieuwe opgaven en zeker niet kleinere moeilijkheden dan tien jaar leden. Wil men de taak van de jeugdherbergen in het algemeen omschrijven, dan zal men moe ren zeggen, dat zij hebben mee te werken om de wel eigengereide, maar sterke en tot offers en soberheid bereide jeugd van thans te vor men tot de toegewijde burgers van een nieuwe samenleving, waarvan het licht achter de zwartste wolken glanst". Een terugblik. lr~e N.J.H.C. werd opgericht 5 April 1929, toen er -- reu samenwerking ontstond tusschen nÜrf ^nndsche Jeugdleiders Instituut en anaere belangstellenden, jongeren en jeugd- Joamsaties, die voor 't jeugdherbergwerk warm voelden. i±ieV0Iner van 1929 werden reeds twaalf Laf k i fr^en*n o^bruikgenomenin 'teerste behiii ^eze overnachtingen. Met wpvü Van v°lwassenen, die in het geweer hwmf« g,ei'oepen> is bet gelukt het jeugdher- 6 nnet voldoends nvpv WprJprlan.rJ nit. t.p berg gaat spelen bij de juiste besteding van den vrijen tijd van de jeugd. Dat dit in het jubileumjaar gezegd kan worden pleit voor de N.J.H.C., welke zich zooveel moeite ge troost om, nationaal en internationaal, het jeugdherbergideaal te verwezenlijken. Men heeft zich daarbij steeds aan de zich wijzi gende omstandigheden weten aan te passen. En dit zal ook in de toekomst gedaan wor den.... I>e toekomst, waarin men niet zal streven naar de opening van meer herbergen, maar wel naar de verbouwing van bestaande tehuizen, waarbij Zuid-Limburg allereerst aan de beurt zal komen. (Nadruk verboden). VALSCHE PAS IN ZIJN BEZIT. Het Amsterdamsche Hof veroordeelde Dins dag een persoon, die reeds jaren in Neder land woont, doch die in het bezit van een valschen pas werd aangetroffen, tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van één maand met een proeftijd van drie jaar en tot een geldiboete van 100, subs. 25 dagen hech tenis. De man, die ongenoegen heeft met zijn vrouw, van haar gescheiden leeft en liever zijn adres voor haar geheim houdt, had een pas op naam van zijn broer in handen weten te krijgen. De politierechter had verd. eenige maanden geleden veroordeeld tot 60 boete. men er thans in 1939 vijf en zestig telt. En deze 65 herbergen hebben in den loop van tien jaar tezamen 1.177.195 overnachtingen ge boekt. Het internationale contact, dat reeds van 1932 af in vaste banen werd geleid door de internationale arbeidsgemeenschap voor jeugdherbergen, geeft reden tot voldoening. Na allerlei strubbelingen, die mede een ge volg waren van de politieke verhoudingen, zijn alle landen, waar jeugdherbergen bestaan, thans weer vereenigd in de I.A.J.H. Dat het jeugdwerk een eigen en belangrijke plaats is gaan innemen in deze jaren en dat dit algemeen erkend werd, blijkt uit het feit, dat de N.J.H.C. in 1938 de helft van den v. d. Wateier Vredesprijs door de Carnegie Stich ting werd toegekend. Het jeugdherbergwerk heeft zich ontwikkeld tot een werk van internationale beteekenis, dat onderdak biedt aan tienduizenden Neder landsche jongens en meisjes. De trekkers die aanvankelijk gebruik maak ten van de jeugdherbergen, behoorden vrijwel allen tot één van de vele organisaties, die deel uitmaken van de jeugdbeweging in Ne derland en voor hen beteekende dit jeugd herbergwerk een uitbreiding van de bestaande mogelijkheid om tochten te maken. Thans vormen deze trekkers de minderheid. Voor het overgroote deel van de trekkende jeugd beteekent de jeugdherberg de eenige en een geheel nieuwe mogelijkheid om de toch ten te maken. Ook de scholen beginnnen meer en meer gebruik te maken van de jeugdherbergen en de groote groepen van jeugdige arbeiders en fa brieksmeisjes worden in het werk betrokken. Steeds grooter wordt de rol, die de jeugdher- AALSMEER VRAAGT STEUN VOOR BLOEMISTERIJBEDRIJVEN. De gemeenteraad van Aalsmeer heeft Dins dag een telegram gezonden aan den minister van economische zaken, waarin het college volkomen de wenschen der tuinbouworgani saties onderschrijft inzake hulpverleening bij vorstschade aan de bloemisterij-bedrijven. „WERKSPOOR" KEERT ZEVEN PROCENT UIT. Naar wij vernemen, is in de Dinsdag ge houden vergadering van commissarissen van „Werkspoor" N.V. besloten, aan de aigemeene vergadering een dividend van 7 pCt. voor te stellen (v.j. nihil). ZONDER SCHADELIJKE LAXEERMIDDELEN en U zult 's morgens „kiplekker" uit bed springen. lederen dag moet Uw lever minstens een liter gal ln Uw ingewanden doen stroomen. Wanneer deze stroom van gal onvoldoende Is, verteert Uw voedsel niet. het bederft. U voelt U opgeblazen, U raakt verstopt. Uw lichaam ls vergiftigd en U bent humeurig, voelt U el lendig en ziet alles somber in. De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmiddelen. U moet CARTER'S LEVERPILLETJES nemen om een liter gal vrij te doen stroomen en U zult weer geheel fit zijn. Onschadelijk, plantaardig, zacht, onovertroffen om de gal te doen stroomen. Eischt Carter's Lever' Billetjes bij apothekers en drogisten. L U.7& (Adv. Ingez. Med.) Lambeth Walk. Een klein onbeduidend straatje in het Zuid- Oosten van Londen heeft het plotseling tot wereldvermaardheid gebracht. De lage arbei dershuizen staan er even beroet en berookt onder een vrijwel altijd zwaren, gelig, grauwen hemel als in al die andere mijlen troosteloos East End. Ook kunt ge er op iederen straathoek een „pub" verwachten, een cafétje, waar tijdens de openingsuren van 11 tot 2 en van 6 tot 10 de bierpomp niet stil staat, en waar dan met hartstocht een spel met gevederde pijltjes en een kurken mik-bord wordt gespeeld, dat „darts" heet. Toch maakt juist dit kleine straatje aanspraak op vermelding in de nieuwste uitgave van toeristengidsen. Want er is dat lied in omgang, dat uitnoodigt tot een bezoek aan Lambeth Walk. Het gras is er wel niet groen, de lucht is er wel niet blauw, zegt dat lied het is er geen Mayfair, maar wat doet dat er toe, in Lambeth Walk hebben ze heel wat meer plezier. Alles is er „free and easy", je doet maar net waar je zin in hebt. Deze lofzang op een wel zeer traditioneel para dijs heeft de harten, crisis of geen crisis, ver overd. Van Lambeth tot Mayfair, van Parijs tot New York. Bij het lied hoort de bekende dans, waarbij je op nonchalante wijze met je partner voortwandelt, daarbij uitdagend je schouders rolt op de manier van een cockney (dat is een geboren en getogen Londensch armoedzaaier, die temidden van de grijsheid een natuurlijken overvloed van gijn heeft bewaard). Dan mag je er nog bij zingen ook en om je dan nog verder op je vroolijkste gemak te zetten, krijg je aan het eind van ieder couplet kans een arm in de lucht te zwaaien en zoo maar „Oi" te roepen. In Amerika is het allang niets nieuws meer „song hits" en varïéténummers gebaseerd te zien op stempelende werkloozen, die langzaam in de rij voortschuifelen, op oorlogsleed of andere droefgeestige uitwassen van een ge mechaniseerde maatschappij. Nu heeft voor het eerst ook in Engeland het vergeten East End voor de feestvreugde in marmeren West End danszalen gezorgd, en vroolijke gezichten van Glasgow tot Brighton zingen over dat shraatje, waar het niet zoo stijf deftig toegaat, waar je maar net doet wat je wilt en alles los en luch tig is. Terwijl de vreugde over dit herwonnen para dijs als maar stijgt neemt het gebrom toe van diegenen, die de wereld met dit lied en zijn dans hebben verrast. Hun gebrom heeft eigen lijk het motief, dat wat als een aardigheid, een variété-succes was bedoeld, hen boven het hoofd is gegroeid en hun door het enthousiaste publiek is ontnomen. Een ijverig reporter is eens bij deze aanstichters gaan informeeren. Numero één was Lupino Lane, een cockney-humorist, die het lied het eerst zong in een schets waarin een rijkgeworden cockney werd uitgebeeld, die zijn cockney-manieren niet kan afleeren en tenslotte op een bal bij een gravin in Mayfair de heele zaal aansteekt en iedereen op zijn eigen zwaaiende manier aan het loopen krijgt. „Dat loopen was heelemaal mijn idee", zegt meneer Lane verbeten. „Zonder mij zou er mis schien een dans zijn geweest, maar. zeker zonder dezen typischen gang, die er het karakter aan geeft. Waar ik op het tooneel verschijn, zal ik (Adv. Ingez. Med.) Het wat je (Adv. Ingez. Med.) breiden. voldoende over Nederland uit te Ondanks enkele tegenslagen nam bet s;;,„u ,1KS enicele tegens aantal herbergen voortdurend toe, zoodat Bij den dood van Charles Guérin. De vorige week is Charles Guérin te Parijs overleden. Hij had in Februari zijn 65ste levensjaar voltooid en behoort dus naar den leeftijd tot de generatie die onmiddellijk op Matisse, Utrillo enz. volgt. Ook Guérin bezocht, na de Ecole des Beaux Arts, het atelier van Gustave Moreau en het lijkt wonderlijk, thans de lange rij van kunstenaars van beteekenis te overzien die daar tot de ontdekking van zichzelf gebracht werden. Want daarin schijnt wel hoofdzake lijk de waarde van den omgang tusschen Moreau en zijn discipelen bestaan te hebben, dat de eerste niet alleen zijn technische keuken voor hen openstelde, doch wat veel voornamer bezigheid bleek ook hun per soonlijke neiging en karakter wist te doen ontbotten tot een voor ieder persoonlijk spre kend levenswerk, waarin van Moreau's eigen werk geen spoor zichtbaar, doch van zijn wijs- geerig inzicht integendeel een merk voelbaar kon blijven. Alleen als men het onderricht van Gustave Moreau zóó wil begrijpen schijnt het verklaarbaar dat van een.Odilon Redon, geboren in 1840, tot een Guérin, geboren in '74 een gansche phalanx van Fransche artis- ten en onderling met de meest verschillende productie, van zijn lessen en adviezen profijt konden trekken en die dankbaar gedenken. Van een .school" van Moreau valt er niet te spreken, van zijn invloed zeer zeker. Moreau verwaarloosde een prachtig ver zorgde techniek allerminst, doch die moest door een rijk innerlijk leven gesteund en be stuurd worden. Kenmerkend voor hem is een uitspraak als deze: „mijn geloof gaat niet naar wat tastbaar en zichtbaar is. Mijn loof gaat naar wat ik niet zie en uitsluitend naar wat ik gevoel. Mijn verstand, mijn her senen schijnen mij weinig betrouwbare, weinig constante maatstaven: alleen mijn innerlijke gewaarwording lijkt mij een constante zeker heid voor alle tijden te verschaffen". En ook over de „waarheid in de kunst" gaf hij zijn jongeren vrienden veelzeggende toe^ lichting: „die waarheid is niet de mathema tische waarheid. Het is de waarheid die ons hart produceert en die vaak naïef, maar steeds onbevangen en teergevoelig tot uiting komt". Het zijn inzichten, waarover men geen discussies begint, doch die op jongere kun stenaars, gezeten aan de voeten van een eer- waardigen meester, niet nalaten indruk te maken. Ze hebben er allen wat van opgesto ken en zelfs de meest revolutionairen van hen die Moreau's atelier bezochten hebben er den afkeer geleerd van het onteerendste element in alle kunst: de brute krachtpatserij der harteloos begaafden. In het werk van Guérin. overigens vol oogstreelende- charme, technisch sterk van makely en zonder billijke foefjes, is die typisch Fransche cultuur, door Moreau gepropageerd, blijvend doorgedrongen. In zijn portretten (één ervan wordt hier gereproduceerd) en bloemen voelt men den fijnen geest, waarmee hij de realiteit kon be schouwen en weergeven. Nog eigener is zijn stijl als hij zijn fantasie laat leven in de charme der achttiende eeuw en den geest van Watteau, Fragonard, Lancret etc. uit het frivole van hun dagen overbrengt in de rus tiger, stiller sfeer van zij'n eigen gedachte leven. Hij maakt dan soms dingen, die, zon der litterair te worden, en zuiver picturaal blijvend, de moderner sfeer van dichtwerken van Verlaine of Jammes kunnen suggereeren en het is dan ook geen wonder dat het il- lustreeren van zulk, hem zeer liggend werk moest aantrekken. Vooral het lithografisch procédé bood hem mogelijkheden, als geen ander. Er is weinig modern illustratief werk van dien i.aard, dat de vergelijking met Guérin's litho's bij Verlaine's Fêtes Falantes doorstaan kan. Ze zijn als spelend op den steen geblazen en alle idéé van zwaarte en zwartheid een teekening en drukinkt is weg gevaagd, door een vederlichte hand en een zilvergrijs accent. Ook wat hij voor de Daphnis en Chloë van Longus op steen teekende en de kleine vignetten in La Jeunesse de Marcelline (van Mare. Desbordes Valmore) zijn juweeltjes van lithographische prentkunst. Dat men op de groote Fransche axiposities der laatste jaren in Holland en elders ver toond, Guérin's werk nooit ontmoette, kan alleen bevreemden, wien de omstandigheden waaronder dergelijke reiscollecties in elkaar gezet worden onbekend zijn. De Fransche regeering, kunst als propaganda en export artikel beschouwend, steunt die tournées op aangename wijze en daarmee ook den Pa- rijschen kunsthandel, die als regel ook het voornaamste contingent van de collectie four neert, waaraan dan door de medewerking van boven-af eenig museumbezit gemakkelijk kan werden toegevoegd. Guérin's relaties met den kunsthandel waren nooit zoo sterk aan getrokken dat de laatste er veel belang bij had of het buitenland hem al dan niet leerde ken nen, terwijl hijzelf met de waardeering van zijn landgenooten meer dan tevreden was. Hij was een beetje eenzelvig, stil type dien ik •door den veel ouderen Redon leerde kennen Ook deze, zoo geheel anders arbeidende artist mocht mocht Guérin's werk gaarne en waar deerde het. Door andere introductie kon ik, nu twaalf jaar geleden een paar dozijn doeken van Guérin in Haarlem geëxposeerd krijgen en bij mijn weten is dat de eenige gelegenheid geweest dat een overzichtelijke verzameling van het werk in Holland te zien kwam. Aan die expositie en het daaraan voorafgegaan bezoek aan Guérin's atelier be waar ik de aangenaamste herinneringen. Evenals vroeger met het werk van Paul Serusier had ik onzen stadgenooten een apartje kunnen bezorgen, dat den grooteren steden voorbij ging. J. H. DE BOIS. altijd op deze manier loopen. noemt mijn Lambeth Walk". Dan is er een juffrouw, Adele England, die dansles geeft in een danszaal in Streatham en die door het zien van Lane's schets op het idee kwam er een dans van te maken. Het was direct den eersten avond een succes, vertelt ze. Maar zij laat er wat klagend op volgen: „De menschen gaan het evenwel op hun eigen manier doen. In de origineele opzet begin je niet direct met arm in arm te loopen. Dat is verkeerd, dat komt pas bij het ronddraaien. Heele rijen dansenden hou- soms elkaar vast, dat is ook verkeerd!" De schrijver van de woorden en de componist hadden zich over niets te beklagen. Maar een oud-inwoner van Lambeth had danig het land. Hij herinnerde zich den j$>eien ouwen tijd in Lambeth, toen er nog geen nieuwe woningblok ken waren opgetrokken, waarin menschen uit andere districten kwamen wonen en den waren geest verwaterden. Dat was de tijd, toen de po litie om de haverklap invallen deed, toen er in tobbes op de rivier werd geroeid en er wedstrij den in het beklimmen van glibberige palen wer den gehouden, toen bier een penny per pint kostte en de heeren in het West End een aardige duit betaalden om hem en zijn vrienden op be sloten feestjes te zien boksen in den.verboden „bare-knuckle stijl", met de bloote vuist. Nou is er niks meer aan, vindt hij. Wel houden de echte Lambethianep om beurten aan huis nog drink- en dansgelagcn en gaat het er vroo- lijk toe maar het is toch lang je dat niet meer. En die dans die ze tegenwoordig hebben, met dat namaak „Oi"-geroep het is hem te laf om er verder nog over te spreken. Een Amerikaansch tijdschrift, blijkbaar ja- loersch omdat voor dezen keer een danshobby niet in Amerika maar in Engeland is ontstaan, merkte naar aanleiding van een vertolking van dit lied door Amerika's Duke Ellington op, dat het door hem „ongetwijfeld interessanter werd vertolkt, dan ooit het geval is in het oord van oorsprong, Londen." De Lambeth Walk trekt zich echter van dit alles niets aan. De menschen hebben zich er meester van gemaakt en roepen „Oi" en zwaaien een arm in de lucht en vinden het prachtig; een roode, ruige plattelands-arm hier, een diamant- behangen arm daar, een wat bleeke slappe kan- toorarm ginds maar overal hetzelfde feest. Vandaar dat ze het in Duitschland maar vast hebben verboden. Leden van de Luchtmacht daar mogen er zich niet mee vermaken. Het mag niet van Goering. Die zegt, dat het de waardig heid der Luchtmacht aantast. In Frankrijk denken ze er weer heel anders over. Daar schreef een Engelsehe correspon dent op het hoogtepunt van de Septembercrisis: „Parijs was zichzelf gisteravond, de restaurants waren vol en iedereen deed de Lambeth Walk, en als een Franschman het doet, lijkt het wel een gymnastiekles. Ze zijn gek op het lied en denken dat het een soort nationaal volkslied is. Toen gisteravond in het café een toast op Cham berlain werd uitgebracht stond iedereen op en zong de Lambeth Walk in de houding." Zoo zijn de lotgevallen van een lied over een groezelig straatje. En dit is nog het einde niet. Want inmiddels is een jongeman met handels geest wel zoo slim geweest om de populariteit van zijn district uit te buiten. Hij heeft Queen Mary, de Koningin-Moeder, verzocht een oude en wat in onbruik geraakte markt in Lambeth eens te bezoeken. Wat deze vriendelijk genoeg heeft gedaan. Er waren veel bloemen en lachende gezich ten en een 8-jarige schoonheidskoningin, en er werden taarten met Queen Mary's initialen in suiker verkocht. En meer gerookte schelvisch en apenooten dan in jaren. Zoodat een lied van onbezorgdheid tenslotte ook nog nut kan heb ben. Als je het maat weet in te zien. Vr. S. Werkput ingestort. Arbeider om het leven gekomen. Dinsdagavond omstreeks zes uur is te Gou- derajk tengevolge van een grondsto-rting in een put, welke was gegraven in verband niet werkzaamheden voor de normaliseering van den Hollandschen IJsel, de gehuwde grond werker K. Anker om het leven gekomen. In de put waren drie arbeiders, onder wie A. aan het graven, toen een der zijwanden instortte, waardoor de drie mannen werden bedolven. Twee van hun konden gered wor den. A. werd levenloos opgehaald. Hij laat een vrouw en vier kinderen achter. TER AARDEBESTELLING W. D. NOLTING. Onder groote belangstelling is Dinsdag middag op Oud Eik en Duinen te 's-Graven- hage, het stoffelijk overschot van den heer W. D. Nolting, in leven oud-directeur-gene raal der P.T.T., ter aarde besteld. In de rouwkapel werd orgelmuziek ten ge- hoore gebracht. Er werden geen toespraken gehouden. Bij de groeve dankte een familielid voor de belangstelling. Kwart eeuw burgemeester van Aalsmeer. De lieer J. Kastelein gehuldigd. Dezer dagen was het 25 jaar geleden, dat de burgemeester van Aalsmeer, de heer j. Kas telein, aan het hoofd dezer gemeente werd ge plaatst. Op den datum van zijn jubileum was burgemeester Kastelein buitenslands en had hij zich aan alle eerbetoon weten te onttrekken. Dinsdagmiddag heeft de gemeenteraad den heer Kastelein in de feestelijk met bloemen ver sierde raadszaal op hartelijke wijze gehuldigd. Wethouder P. van der Meer schetste in zijn huldigingswoord de groote ontwikkeling van het bloemendorp tijdens het bestuur van dezen burgervader. Het zielental is in die kwart eeuw bijna verdubbeld, terwijl vele belangrijke be drijven te Aalsmeer werden gevestigd. Spr. roeinde het beleid van den burgemeester en dankte hem hartelijk voor alles wat hij in het belang van Aalsmeer had gedaan. Hierop beantwoordde burgemeester Kastelein de toespraak.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 7