THEE doet je goed!
N. J. H. C. tien jaar oud
SCHUDT UW LEVER
WAKKER
Belangrijke instelling voor de trekkers
In Engeland.
Kunst in Haarlem en
daarbuiten.
\V0 EN_
sDAG 29 MAART 1939
Het aantal jeugdherbergen in 1939, 1932 en 1939.
Croofe groei in tien
jaren tijds
(Van een
G.P.D.-redacteur.)
April 1939: de Nederlandsche Jeugd-
JSrecentrale herdenkt het 10-jarig bestaan,
SwTkan terugblikken op een arbeid tien
tor ane ten behoeve van de Nederlandsche
Xers onvermoeid verricht. Er is voor de
ttlkkers reden te over om op dien dag tot een
Xbaar gedenken te komen. Want wat de
w t h c thans onder voorzitterschap van
i' jjr 'g A. van Poelje, directeur-gene
raal van het departement van Onderwijs tot
stand heeft weten te brengen, verdient wer
kelijk dankbaarheid.
S jeugdherbergcentrale bevmdt zich mo
menteel in een periode van voorspoedigen
ïroèi Het is èn voor de Centrale en voor
Grenen die van haar arbeid geprofiteerd
hebben en nog profiteeren - mede daarom,
j'f men opgewekt de herdenking van het ju
bileum tdgemoet gaat. In Amsterdam zal
Zaterdagmiddag a.s. in het A.M.V.J.-gebouw
t7 Amsterdam een herdenkingsbijeenkomst
ilaats hebben, waar de minister van Onder-
wi's en prof. dr. G. A. van Poelje, voorzitter
V1 de n J- H. C., het woord zullen voeren.
Deze bijeenkomst zal gevolgd worden door een
receptie van het bestuur.
Daarna zal een groot gezelschap, waaronder
de herbergouders van alle jeugdherbergen in
ons land, zich aan een gemeenschappelijken
maaltijd vereenigen, terwijl een feestavond
den dag zal besluiten
Op Tweeden Paaschdag zal het jubileum
in geheel Nederland door alle trekkers ge
vierd worden. De trekkers zullen zich op 10
April in de jeugdherbergen aan den Paasch-
óisch zetten. Zij zullen hun liederen ten beste
geven in het besef dat de organisatie, die het
trekken door ons land zoo gestimuleerd heeft,
feest viert. Enkele aardige punten zullen dien
•da® op de programma's staan: een speurtocht,
feestlied, prijsvraag enz. enz. De oprichting
van het jeugdherbergwerk zal dus stellig na
tien jaar op waardige wijze worden herdacht.
Prof. dr. G. A. van Poelje, de voorzitter van
de N. J. H. C., heeft dezer dagen, tijdens een
persconferentie, een korte toelichting gege
ven op het werk van een instelling, waarvoor
hij zelf in de eerste plaats zoo met hart en
ziel ijvert. En stellig mag daarom op deze
plaats allereerst volgen, wat de voorzitter der
N. J. H. C. in verband met het jubileum over
zijn vereeniging heeft gezegd. Dit was o.m.
het volgende:
„Er is veel veranderd in de wereld sedert
tien jaar geleden de Nederlandsche Jeugd
herbergcentrale werd opgericht. De „omge
ving", dit woord in zijn ruimste wetenschap
pelijke beteekenis genomen, waarin de
jeugd van thans opgroeit, is een heel andere,
dan de omgeving der jeugd van tien jaar ge
leden. Ook de jeugdbeweging veranderde van
opbouwen doelstellingen; aan den eenen kant
vónd een strakkere samenbinding plaats in
aan scherp omlijnde beginselen gebonden
organisaties, aan den anderen kant brak
overal een vrijheidsstreven door, met den
v/ensch om eigen wegen te gaan, om in de va-
canties en op vrije dagen niet méér onmiddel
lijk zichtbare leiding van ouderen te aanvaar
den dan nu eenmaal onvermijdelijk is. Het
eigen land werd velen te klein en de j eugdher
bergen over de grenzen bleven niet ideale
vacantie-oorden waar onder vertrouwde lei
ding enkele weken werd vertoefd, maar kre
gen voor de „trekkende" jeugd gelijke func
tie als die in het eigen vaderland. De jeugd uit
de groote stad begon steeds meer aan het
emde van de week naar buiten uit te zwer
men en het begrip „weekeind Jeudherberg"
ontwikkelde zich. Eigen moeilijke problemen
vertoonen zich hier; speciaal het vraagstuk
van de verhouding van vrijheid en leiding is
nergens moeilijker. In'de kringen van het
onderwijs groeit het besef, dat opvoeden be-
teekent opvoeden voor de komende sociale
taak; het wekkéh van zelfstandigheid, so
ciaal gevoel, toewijding aan een bepaald
werk. Hiermede werd de idee van school-bui-
tenhuis geboren en de jeugdherberg kan voor
vele scholen de functie van school-buiten-
huis voortreffelijk vervullen. Het groote be
drijf met vele jeugdige werkers aanvaardt
steeds meer een opvoedende, wil men liever,
een vormende taak. Ook hier lijkt de inscha
keling van de jeugdherberg een kwestie van
tijd.
Zoo gaan wij een nieuwe periode van tien
jaar in met veelzins nieuwe opgaven en zeker
niet kleinere moeilijkheden dan tien jaar
leden.
Wil men de taak van de jeugdherbergen in
het algemeen omschrijven, dan zal men moe
ren zeggen, dat zij hebben mee te werken om
de wel eigengereide, maar sterke en tot offers
en soberheid bereide jeugd van thans te vor
men tot de toegewijde burgers van een nieuwe
samenleving, waarvan het licht achter de
zwartste wolken glanst".
Een terugblik.
lr~e N.J.H.C. werd opgericht 5 April 1929,
toen er
-- reu samenwerking ontstond tusschen
nÜrf ^nndsche Jeugdleiders Instituut en
anaere belangstellenden, jongeren en jeugd-
Joamsaties, die voor 't jeugdherbergwerk
warm voelden.
i±ieV0Iner van 1929 werden reeds twaalf
Laf k i fr^en*n o^bruikgenomenin 'teerste
behiii ^eze overnachtingen. Met
wpvü Van v°lwassenen, die in het geweer
hwmf« g,ei'oepen> is bet gelukt het jeugdher-
6 nnet voldoends nvpv WprJprlan.rJ nit. t.p
berg gaat spelen bij de juiste besteding van
den vrijen tijd van de jeugd. Dat dit in het
jubileumjaar gezegd kan worden pleit voor
de N.J.H.C., welke zich zooveel moeite ge
troost om, nationaal en internationaal, het
jeugdherbergideaal te verwezenlijken. Men
heeft zich daarbij steeds aan de zich wijzi
gende omstandigheden weten aan te passen.
En dit zal ook in de toekomst gedaan wor
den.... I>e toekomst, waarin men niet zal
streven naar de opening van meer herbergen,
maar wel naar de verbouwing van bestaande
tehuizen, waarbij Zuid-Limburg allereerst
aan de beurt zal komen.
(Nadruk verboden).
VALSCHE PAS IN ZIJN BEZIT.
Het Amsterdamsche Hof veroordeelde Dins
dag een persoon, die reeds jaren in Neder
land woont, doch die in het bezit van een
valschen pas werd aangetroffen, tot een
voorwaardelijke gevangenisstraf van één
maand met een proeftijd van drie jaar en tot
een geldiboete van 100, subs. 25 dagen hech
tenis.
De man, die ongenoegen heeft met zijn
vrouw, van haar gescheiden leeft en liever
zijn adres voor haar geheim houdt, had een
pas op naam van zijn broer in handen weten
te krijgen.
De politierechter had verd. eenige maanden
geleden veroordeeld tot 60 boete.
men er thans in 1939 vijf en zestig telt. En
deze 65 herbergen hebben in den loop van tien
jaar tezamen 1.177.195 overnachtingen ge
boekt.
Het internationale contact, dat reeds van
1932 af in vaste banen werd geleid door de
internationale arbeidsgemeenschap voor
jeugdherbergen, geeft reden tot voldoening.
Na allerlei strubbelingen, die mede een ge
volg waren van de politieke verhoudingen,
zijn alle landen, waar jeugdherbergen bestaan,
thans weer vereenigd in de I.A.J.H.
Dat het jeugdwerk een eigen en belangrijke
plaats is gaan innemen in deze jaren en dat
dit algemeen erkend werd, blijkt uit het feit,
dat de N.J.H.C. in 1938 de helft van den v. d.
Wateier Vredesprijs door de Carnegie Stich
ting werd toegekend.
Het jeugdherbergwerk heeft zich ontwikkeld
tot een werk van internationale beteekenis,
dat onderdak biedt aan tienduizenden Neder
landsche jongens en meisjes.
De trekkers die aanvankelijk gebruik maak
ten van de jeugdherbergen, behoorden vrijwel
allen tot één van de vele organisaties, die
deel uitmaken van de jeugdbeweging in Ne
derland en voor hen beteekende dit jeugd
herbergwerk een uitbreiding van de bestaande
mogelijkheid om tochten te maken.
Thans vormen deze trekkers de minderheid.
Voor het overgroote deel van de trekkende
jeugd beteekent de jeugdherberg de eenige en
een geheel nieuwe mogelijkheid om de toch
ten te maken.
Ook de scholen beginnnen meer en meer
gebruik te maken van de jeugdherbergen en de
groote groepen van jeugdige arbeiders en fa
brieksmeisjes worden in het werk betrokken.
Steeds grooter wordt de rol, die de jeugdher-
AALSMEER VRAAGT STEUN VOOR
BLOEMISTERIJBEDRIJVEN.
De gemeenteraad van Aalsmeer heeft Dins
dag een telegram gezonden aan den minister
van economische zaken, waarin het college
volkomen de wenschen der tuinbouworgani
saties onderschrijft inzake hulpverleening bij
vorstschade aan de bloemisterij-bedrijven.
„WERKSPOOR" KEERT ZEVEN
PROCENT UIT.
Naar wij vernemen, is in de Dinsdag ge
houden vergadering van commissarissen van
„Werkspoor" N.V. besloten, aan de aigemeene
vergadering een dividend van 7 pCt. voor te
stellen (v.j. nihil).
ZONDER SCHADELIJKE LAXEERMIDDELEN
en U zult 's morgens „kiplekker"
uit bed springen.
lederen dag moet Uw lever minstens een liter gal ln
Uw ingewanden doen stroomen. Wanneer deze stroom
van gal onvoldoende Is, verteert Uw voedsel niet. het
bederft. U voelt U opgeblazen, U raakt verstopt. Uw
lichaam ls vergiftigd en U bent humeurig, voelt U el
lendig en ziet alles somber in.
De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmiddelen. U
moet CARTER'S LEVERPILLETJES nemen om een
liter gal vrij te doen stroomen en U zult weer geheel
fit zijn. Onschadelijk, plantaardig, zacht, onovertroffen
om de gal te doen stroomen. Eischt Carter's Lever'
Billetjes bij apothekers en drogisten. L U.7&
(Adv. Ingez. Med.)
Lambeth Walk.
Een klein onbeduidend straatje in het Zuid-
Oosten van Londen heeft het plotseling tot
wereldvermaardheid gebracht. De lage arbei
dershuizen staan er even beroet en berookt
onder een vrijwel altijd zwaren, gelig, grauwen
hemel als in al die andere mijlen troosteloos
East End. Ook kunt ge er op iederen straathoek
een „pub" verwachten, een cafétje, waar tijdens
de openingsuren van 11 tot 2 en van 6 tot 10 de
bierpomp niet stil staat, en waar dan met
hartstocht een spel met gevederde pijltjes en
een kurken mik-bord wordt gespeeld, dat
„darts" heet. Toch maakt juist dit kleine straatje
aanspraak op vermelding in de nieuwste uitgave
van toeristengidsen.
Want er is dat lied in omgang, dat uitnoodigt
tot een bezoek aan Lambeth Walk. Het gras is
er wel niet groen, de lucht is er wel niet blauw,
zegt dat lied het is er geen Mayfair, maar
wat doet dat er toe, in Lambeth Walk hebben ze
heel wat meer plezier. Alles is er „free and
easy", je doet maar net waar je zin in hebt.
Deze lofzang op een wel zeer traditioneel para
dijs heeft de harten, crisis of geen crisis, ver
overd. Van Lambeth tot Mayfair, van Parijs tot
New York. Bij het lied hoort de bekende dans,
waarbij je op nonchalante wijze met je partner
voortwandelt, daarbij uitdagend je schouders
rolt op de manier van een cockney (dat is een
geboren en getogen Londensch armoedzaaier,
die temidden van de grijsheid een natuurlijken
overvloed van gijn heeft bewaard). Dan mag je
er nog bij zingen ook en om je dan nog verder
op je vroolijkste gemak te zetten, krijg je aan
het eind van ieder couplet kans een arm in de
lucht te zwaaien en zoo maar „Oi" te roepen.
In Amerika is het allang niets nieuws meer
„song hits" en varïéténummers gebaseerd te
zien op stempelende werkloozen, die langzaam
in de rij voortschuifelen, op oorlogsleed of
andere droefgeestige uitwassen van een ge
mechaniseerde maatschappij. Nu heeft voor het
eerst ook in Engeland het vergeten East End
voor de feestvreugde in marmeren West End
danszalen gezorgd, en vroolijke gezichten van
Glasgow tot Brighton zingen over dat shraatje,
waar het niet zoo stijf deftig toegaat, waar je
maar net doet wat je wilt en alles los en luch
tig is.
Terwijl de vreugde over dit herwonnen para
dijs als maar stijgt neemt het gebrom toe van
diegenen, die de wereld met dit lied en zijn
dans hebben verrast. Hun gebrom heeft eigen
lijk het motief, dat wat als een aardigheid, een
variété-succes was bedoeld, hen boven het
hoofd is gegroeid en hun door het enthousiaste
publiek is ontnomen. Een ijverig reporter is eens
bij deze aanstichters gaan informeeren. Numero
één was Lupino Lane, een cockney-humorist,
die het lied het eerst zong in een schets waarin
een rijkgeworden cockney werd uitgebeeld, die
zijn cockney-manieren niet kan afleeren en
tenslotte op een bal bij een gravin in Mayfair
de heele zaal aansteekt en iedereen op zijn
eigen zwaaiende manier aan het loopen krijgt.
„Dat loopen was heelemaal mijn idee", zegt
meneer Lane verbeten. „Zonder mij zou er mis
schien een dans zijn geweest, maar. zeker zonder
dezen typischen gang, die er het karakter aan
geeft. Waar ik op het tooneel verschijn, zal ik
(Adv. Ingez. Med.)
Het
wat je
(Adv. Ingez. Med.)
breiden.
voldoende over Nederland uit te
Ondanks enkele tegenslagen nam
bet s;;,„u ,1KS enicele tegens
aantal herbergen voortdurend
toe, zoodat
Bij den dood van
Charles Guérin.
De vorige week is Charles Guérin te Parijs
overleden. Hij had in Februari zijn 65ste
levensjaar voltooid en behoort dus naar den
leeftijd tot de generatie die onmiddellijk op
Matisse, Utrillo enz. volgt.
Ook Guérin bezocht, na de Ecole des
Beaux Arts, het atelier van Gustave Moreau
en het lijkt wonderlijk, thans de lange rij van
kunstenaars van beteekenis te overzien die
daar tot de ontdekking van zichzelf gebracht
werden. Want daarin schijnt wel hoofdzake
lijk de waarde van den omgang tusschen
Moreau en zijn discipelen bestaan te hebben,
dat de eerste niet alleen zijn technische
keuken voor hen openstelde, doch wat veel
voornamer bezigheid bleek ook hun per
soonlijke neiging en karakter wist te doen
ontbotten tot een voor ieder persoonlijk spre
kend levenswerk, waarin van Moreau's eigen
werk geen spoor zichtbaar, doch van zijn wijs-
geerig inzicht integendeel een merk voelbaar
kon blijven. Alleen als men het onderricht
van Gustave Moreau zóó wil begrijpen schijnt
het verklaarbaar dat van een.Odilon Redon,
geboren in 1840, tot een Guérin, geboren in
'74 een gansche phalanx van Fransche artis-
ten en onderling met de meest verschillende
productie, van zijn lessen en adviezen profijt
konden trekken en die dankbaar gedenken.
Van een .school" van Moreau valt er niet te
spreken, van zijn invloed zeer zeker.
Moreau verwaarloosde een prachtig ver
zorgde techniek allerminst, doch die moest
door een rijk innerlijk leven gesteund en be
stuurd worden. Kenmerkend voor hem is een
uitspraak als deze: „mijn geloof gaat niet
naar wat tastbaar en zichtbaar is. Mijn
loof gaat naar wat ik niet zie en uitsluitend
naar wat ik gevoel. Mijn verstand, mijn her
senen schijnen mij weinig betrouwbare, weinig
constante maatstaven: alleen mijn innerlijke
gewaarwording lijkt mij een constante zeker
heid voor alle tijden te verschaffen".
En ook over de „waarheid in de kunst" gaf
hij zijn jongeren vrienden veelzeggende toe^
lichting: „die waarheid is niet de mathema
tische waarheid. Het is de waarheid die ons
hart produceert en die vaak naïef, maar
steeds onbevangen en teergevoelig tot uiting
komt".
Het zijn inzichten, waarover men geen
discussies begint, doch die op jongere kun
stenaars, gezeten aan de voeten van een eer-
waardigen meester, niet nalaten indruk te
maken. Ze hebben er allen wat van opgesto
ken en zelfs de meest revolutionairen van
hen die Moreau's atelier bezochten hebben
er den afkeer geleerd van het onteerendste
element in alle kunst: de brute krachtpatserij
der harteloos begaafden.
In het werk van Guérin. overigens vol
oogstreelende- charme, technisch sterk van
makely en zonder billijke foefjes, is die typisch
Fransche cultuur, door Moreau gepropageerd,
blijvend doorgedrongen.
In zijn portretten (één ervan wordt hier
gereproduceerd) en bloemen voelt men den
fijnen geest, waarmee hij de realiteit kon be
schouwen en weergeven. Nog eigener is zijn
stijl als hij zijn fantasie laat leven in de
charme der achttiende eeuw en den geest van
Watteau, Fragonard, Lancret etc. uit het
frivole van hun dagen overbrengt in de rus
tiger, stiller sfeer van zij'n eigen gedachte
leven. Hij maakt dan soms dingen, die, zon
der litterair te worden, en zuiver picturaal
blijvend, de moderner sfeer van dichtwerken
van Verlaine of Jammes kunnen suggereeren
en het is dan ook geen wonder dat het il-
lustreeren van zulk, hem zeer liggend werk
moest aantrekken. Vooral het lithografisch
procédé bood hem mogelijkheden, als geen
ander. Er is weinig modern illustratief werk
van dien i.aard, dat de vergelijking met
Guérin's litho's bij Verlaine's Fêtes Falantes
doorstaan kan. Ze zijn als spelend op den
steen geblazen en alle idéé van zwaarte en
zwartheid een teekening en drukinkt is weg
gevaagd, door een vederlichte hand en een
zilvergrijs accent. Ook wat hij voor de
Daphnis en Chloë van Longus op steen
teekende en de kleine vignetten in La
Jeunesse de Marcelline (van Mare. Desbordes
Valmore) zijn juweeltjes van lithographische
prentkunst.
Dat men op de groote Fransche axiposities
der laatste jaren in Holland en elders ver
toond, Guérin's werk nooit ontmoette, kan
alleen bevreemden, wien de omstandigheden
waaronder dergelijke reiscollecties in elkaar
gezet worden onbekend zijn. De Fransche
regeering, kunst als propaganda en export
artikel beschouwend, steunt die tournées op
aangename wijze en daarmee ook den Pa-
rijschen kunsthandel, die als regel ook het
voornaamste contingent van de collectie four
neert, waaraan dan door de medewerking van
boven-af eenig museumbezit gemakkelijk
kan werden toegevoegd. Guérin's relaties met
den kunsthandel waren nooit zoo sterk aan
getrokken dat de laatste er veel belang bij had
of het buitenland hem al dan niet leerde ken
nen, terwijl hijzelf met de waardeering van
zijn landgenooten meer dan tevreden was.
Hij was een beetje eenzelvig, stil type dien ik
•door den veel ouderen Redon leerde kennen
Ook deze, zoo geheel anders arbeidende artist
mocht mocht Guérin's werk gaarne en waar
deerde het. Door andere introductie kon ik,
nu twaalf jaar geleden een paar dozijn
doeken van Guérin in Haarlem geëxposeerd
krijgen en bij mijn weten is dat de eenige
gelegenheid geweest dat een overzichtelijke
verzameling van het werk in Holland te zien
kwam. Aan die expositie en het daaraan
voorafgegaan bezoek aan Guérin's atelier be
waar ik de aangenaamste herinneringen.
Evenals vroeger met het werk van Paul
Serusier had ik onzen stadgenooten een
apartje kunnen bezorgen, dat den grooteren
steden voorbij ging.
J. H. DE BOIS.
altijd op deze manier loopen.
noemt mijn Lambeth Walk".
Dan is er een juffrouw, Adele England, die
dansles geeft in een danszaal in Streatham en
die door het zien van Lane's schets op het idee
kwam er een dans van te maken. Het was direct
den eersten avond een succes, vertelt ze. Maar zij
laat er wat klagend op volgen: „De menschen
gaan het evenwel op hun eigen manier doen. In
de origineele opzet begin je niet direct met arm
in arm te loopen. Dat is verkeerd, dat komt pas
bij het ronddraaien. Heele rijen dansenden hou-
soms elkaar vast, dat is ook verkeerd!"
De schrijver van de woorden en de componist
hadden zich over niets te beklagen. Maar een
oud-inwoner van Lambeth had danig het land.
Hij herinnerde zich den j$>eien ouwen tijd in
Lambeth, toen er nog geen nieuwe woningblok
ken waren opgetrokken, waarin menschen uit
andere districten kwamen wonen en den waren
geest verwaterden. Dat was de tijd, toen de po
litie om de haverklap invallen deed, toen er in
tobbes op de rivier werd geroeid en er wedstrij
den in het beklimmen van glibberige palen wer
den gehouden, toen bier een penny per pint
kostte en de heeren in het West End een aardige
duit betaalden om hem en zijn vrienden op be
sloten feestjes te zien boksen in den.verboden
„bare-knuckle stijl", met de bloote vuist.
Nou is er niks meer aan, vindt hij. Wel houden
de echte Lambethianep om beurten aan huis
nog drink- en dansgelagcn en gaat het er vroo-
lijk toe maar het is toch lang je dat niet meer.
En die dans die ze tegenwoordig hebben, met dat
namaak „Oi"-geroep het is hem te laf om er
verder nog over te spreken.
Een Amerikaansch tijdschrift, blijkbaar ja-
loersch omdat voor dezen keer een danshobby
niet in Amerika maar in Engeland is ontstaan,
merkte naar aanleiding van een vertolking van
dit lied door Amerika's Duke Ellington op, dat
het door hem „ongetwijfeld interessanter werd
vertolkt, dan ooit het geval is in het oord van
oorsprong, Londen."
De Lambeth Walk trekt zich echter van dit
alles niets aan. De menschen hebben zich er
meester van gemaakt en roepen „Oi" en zwaaien
een arm in de lucht en vinden het prachtig; een
roode, ruige plattelands-arm hier, een diamant-
behangen arm daar, een wat bleeke slappe kan-
toorarm ginds maar overal hetzelfde feest.
Vandaar dat ze het in Duitschland maar vast
hebben verboden. Leden van de Luchtmacht
daar mogen er zich niet mee vermaken. Het mag
niet van Goering. Die zegt, dat het de waardig
heid der Luchtmacht aantast.
In Frankrijk denken ze er weer heel anders
over. Daar schreef een Engelsehe correspon
dent op het hoogtepunt van de Septembercrisis:
„Parijs was zichzelf gisteravond, de restaurants
waren vol en iedereen deed de Lambeth Walk,
en als een Franschman het doet, lijkt het wel
een gymnastiekles. Ze zijn gek op het lied en
denken dat het een soort nationaal volkslied is.
Toen gisteravond in het café een toast op Cham
berlain werd uitgebracht stond iedereen op en
zong de Lambeth Walk in de houding."
Zoo zijn de lotgevallen van een lied over een
groezelig straatje. En dit is nog het einde niet.
Want inmiddels is een jongeman met handels
geest wel zoo slim geweest om de populariteit
van zijn district uit te buiten. Hij heeft Queen
Mary, de Koningin-Moeder, verzocht een oude
en wat in onbruik geraakte markt in Lambeth
eens te bezoeken. Wat deze vriendelijk genoeg
heeft gedaan.
Er waren veel bloemen en lachende gezich
ten en een 8-jarige schoonheidskoningin, en er
werden taarten met Queen Mary's initialen in
suiker verkocht. En meer gerookte schelvisch
en apenooten dan in jaren. Zoodat een lied van
onbezorgdheid tenslotte ook nog nut kan heb
ben. Als je het maat weet in te zien.
Vr. S.
Werkput ingestort.
Arbeider om het leven gekomen.
Dinsdagavond omstreeks zes uur is te Gou-
derajk tengevolge van een grondsto-rting in
een put, welke was gegraven in verband niet
werkzaamheden voor de normaliseering van
den Hollandschen IJsel, de gehuwde grond
werker K. Anker om het leven gekomen.
In de put waren drie arbeiders, onder wie
A. aan het graven, toen een der zijwanden
instortte, waardoor de drie mannen werden
bedolven. Twee van hun konden gered wor
den. A. werd levenloos opgehaald. Hij laat
een vrouw en vier kinderen achter.
TER AARDEBESTELLING W. D. NOLTING.
Onder groote belangstelling is Dinsdag
middag op Oud Eik en Duinen te 's-Graven-
hage, het stoffelijk overschot van den heer
W. D. Nolting, in leven oud-directeur-gene
raal der P.T.T., ter aarde besteld.
In de rouwkapel werd orgelmuziek ten ge-
hoore gebracht. Er werden geen toespraken
gehouden.
Bij de groeve dankte een familielid voor de
belangstelling.
Kwart eeuw burgemeester van
Aalsmeer.
De lieer J. Kastelein gehuldigd.
Dezer dagen was het 25 jaar geleden, dat de
burgemeester van Aalsmeer, de heer j. Kas
telein, aan het hoofd dezer gemeente werd ge
plaatst. Op den datum van zijn jubileum was
burgemeester Kastelein buitenslands en had hij
zich aan alle eerbetoon weten te onttrekken.
Dinsdagmiddag heeft de gemeenteraad den
heer Kastelein in de feestelijk met bloemen ver
sierde raadszaal op hartelijke wijze gehuldigd.
Wethouder P. van der Meer schetste in zijn
huldigingswoord de groote ontwikkeling van het
bloemendorp tijdens het bestuur van dezen
burgervader. Het zielental is in die kwart eeuw
bijna verdubbeld, terwijl vele belangrijke be
drijven te Aalsmeer werden gevestigd. Spr.
roeinde het beleid van den burgemeester en
dankte hem hartelijk voor alles wat hij in het
belang van Aalsmeer had gedaan.
Hierop beantwoordde burgemeester Kastelein
de toespraak.