BEVERWIJK!
IJ M UID E N
Weer een Bataafsche nederzetting ontdekt.
Draagt Amsterdam in
kosten van
Spoorwegtunnel bij?
Jaarvergadering van Rood-Wit,
Een goed jaar voor de supporters-
vereeniging.
De Supportersvereniging „Rood-Wit" hield
gisteravond in Café „De Vriendschap" haar
jaarvergadering.
De voorzitter, de heer W. van Vlissingen,
merkte in zijn openingswoord op, dat het-af-
geloopen jaar voor de vereeniging alleaisr
bevredigend is geweest. Het ledental stee?
zelfs. Spr. hoopte.-dat de leden zouden mede
werken, dat ook dit jaar weer ledenwinst ge
boekt kon worden.
Na vaststelling der notulen en behandeling
der ingekomen stukken, w.o, één van den
landelijken bond van supportersverenigin
gen, waaruit bleek dat aan de organisatie
van dezen bond heel wat heeft ontbroken, werd
een oogenblik stilte betracht voor twee leden
van de supportersvereniging, die in het af-
geloopen jaar de vereeniging" waren ontvallen.
Bij monde van den heer Zonneveld deelde
hierna de kascommissie mede, dat de"eken
en bescheiden van den penningmeester in
orde waren bevonden.
De secretaris, de heer S. Rumping, memo
reerde in zijn jaarverslag de uitstekende ver
standhouding tusschen de voetbalvereniging
„Beverwijk" en Rood-Wit. Verder releveerde
spreker den geslaagden feestavond en de
uitgave van het clubblad.
Uit het financieele jaarverslag van den
penningmeester, den heer W. Meyer, bleek,
dat de ontvangsten 865.06 en de uitgaven
792.03 hadden bedragen. Ben batig saldo dus
van 73.03. Het bezit van de vereeniging
steeg tot 258.75. Het ledental steeg van
170 tot 198. j l u 4
Verder bleek uit het verslag, dat het club
blad echter nog steeds het „zorgenkind"
De medewerking van de leden en van ne,
bestuur van Beverwijk liet in het afgeloopen
jaar echter ook veel te wenschen over-
De begrooting voor 1939 werd op een bedrag
aan ontvangsten en uitgaven vastgesteifl
op 832.
De voorzitter bracht aan beide bes.uuiv
functionarissen dank voor de keurig ver
zorgde jaarverslagen.
Op het bestuursbeleid in het afgeloopen
jaar had de vergadering niets aan te mertë
In de kascommissie werd benoemd de boe
Zonneveld en als plaatsvervangend lid
heer H. van Veelen.
De aftredende bestuursleden, de neeren
W. van Vlissingen en Th. Scliillemans, weid
vervolgens bij, acclamatie, herkozen.
Uitvoerig werd hierna van gedachtem g
wisseld over den feestavond op Zondag at)
ter gelegenheid van het 20-jarig bestaan
Beverwijk.
Bij de bespreking over het clubblad fl
de voorzitter mede, dat de besturen
Wit en Beverwijk de meening zijn toeg
dat er een clubblad moet verschijnen.
April zal het eerste nummer weer veratuqwj
Bij de rondvraag deelde op een
de vergadering de secretaris van BevCT,
de heer Grapendaal, mede, dat het
besloten had om als trainer aan te
J. Buys. .vf ,js
Aan het einde der vergaderingteafl»
heer Grapendaal namens de vof^L.mer.
ging „Beverwijk" dank aan de support®
eeniging voor de steun in het afgeloope
aan Beverwijk verleend. wi
Voorts wekte spr. de leden op om
mogelijk propaganda te maken voor
vereenigingen.
Verder herinnerde spr. aan de
vergadering van j.l. Donderdag, die
bestuur van Beverwijk op een gpote
stelling was uitgeloopen. Tenslotte w»
de leden op om a.s. Donderdag de j
gaderinge van Beverwijk te bezoe^n,
nadere mededeelingen gedaan zullen
over de wedstrijden tusschen Bevers
Kenneoners. #r
Besloten werd nog om aan^^
maandelijksche bijdrage van 7.50 pe
te verstrekken voor de training.
Hierna sloot de voorzitter de vergaü
Waardevolle kunstvoorwerpen uit
den Romeinschen tijd opgegraven.
Archaeologen en een wichel
roedeloopsfer zullen een
verder onderzoek instellen.
Een beeld van Keizer Augustus
gevonden
Nu omstreeks 2V2 maand geleden
heeft de vroeger alhier wonende Joh.
van Breemen, leerling van de vierde
klasse der R.H.B.S., die zich min of
meer uit liefhebberij toelegde op de
archaeologie, een merkwaardige en
zeer interessante ontdekking gedaan.
In den tuin achter een woning in de
Berkenstraat vond hij op een diepte
van ca. 2 M. een groot aantal scherven
en andere voorwerpen, die, naar de
directeur van het Rijksmuseum voor
Oudheidkunde te Leidenaan wien het
gevondene was opgezonden, verklaar
de, afkomstig waren van een Bataaf
sche nederzetting uit den Romeinschen
tijd.
Er wordt veel gegraven in den bodem van
Kennemerland, de woonplaats der oude Ka-
ninefaten, die deze streken bewoonden, na
dat de Kelten door de Germaansche stammen
verdreven waren. De Romeinen vonden hier
een volkje, dat primitief woonde en leefde en
dat veel heeft geleerd van de soldaten van
Corbulo en Cerialis.
Vooral het bouwen van huizen, het aanleg
gen van wegen, het graven van Kanalen werd
ten zeerste door de Romeinen bevorderd.
Maar de meeste producten der Romeinsche
cultuur gingen in deze streken verloren dooi
de groote zandverstuivingen, waardoor groo-
te streken onder een eenige meters hooge
zandlaag werden bedekt.
En zoo kan het dan ook gebeuren, dat wan
neer men 2 M. of dieper in den grond graaft,
men op voorwerpen stuit, die dateeren uit de
eerste eeuwen onzer jaartelling, voorwerpen,
die duidelijk de sporen dragen van de Romein
sche beschaving.
Dit overkwam onzen jeugdigen
H.B.S.'er, dit overkwam ook den
grondwerker, die op last van zijn
baas, ten behoeve van een bodem
onderzoek naast de reeds klaar
gekomen fundeering van het in aan
bouw zijnde politiebureau op het
Tiberiusplein bij de Briniostraat
(kan het Romeinscher?) een hoeveel
heid zand verwijderde.
loopig m de keet bij het beeld opgeborgen,
waar ze inmiddels door onze gemeente-auto
riteiten met groote belangstelling in oogen-
schouw werden genomen. De keet staat on
der voortdurend politietoezicht.
Zoodra bleek, dat men een vonds van
buitengewone archaeologische waarde had ge
daan, heeft men den directeur van het Rijks
museum van Oudheden te Lenden dr. J. H.
Holwerda opgebeld, die reeds een uur later
met den conservator dr. W. C. Braat, per auto
arriveerde.
Naar wij vernamen hebben deze deskundi
gen verklaard, dat zich onder de gevonden
voorwerpen eenige van groote oudheidkundige
waarde bevinden. Maar wat voor de gemeente
vooral van beteekenis is. is de verklaring
van den directeur van het Leidsche Museum,
dat het gevonden marmeren beeld vermoe
delijk keizer Augustus voorstellende een
groote geldswaarde bezit, zoo groot zelfs, dat
hoe gaarne hij het ook voor het museum zou
bezitten, dit over geen voldoende middelen
beschikt om het te koopen. Als vermoedelijke
waarde van het beeld noemde dr. Holwerda
een cijfer, waarvan de rente voldoende zou
zijn om het gemeentelijk voorbereidend on
derwijs weer op de been te helpen en voort
te zetten!
De bodem wordt verder onderzocht.
Aangezien bij het uitgraven van de voor
werpen overblijfselen van een gewelf werden
ontdekt, zijn de deskundigen van meening,
dat men de resten van een oude Romeinsche
burcht heeft gevonden, waarvan het beeld
een der versierselen uitmaakte. In overleg met
het gemeentebestuur, dat hiervoor een spe
ciale B. en W.-vergadering belegde, werd be
sloten dat morgen een verder onderzoek met
behulp van onze befaamde wichelroedeloop
ster zal worden ingesteld, bij welk onderzoek
de Leidsche deskundigen aanwezig zullen zijn.
De wichelroedeloopster wordt morgenmiddag
2 uur verwacht. Voor een succesvol onderzoek
met de wichelroede is het echter noodig, dat
een groot deel van het „werkterrein" wordt
Dit onderzoek is juist daarom van zulk een
groot belang, omdat de ervaring heeft ge
leerd, dat de kans groot is, dat zich gouden
munten in den bodem bevinden, waarvoor
het noodig is, den loop van eventueele ge
welven en gangen in teekening te brengen.
Het spreekt vanzelf, dat ons gemeentebe
stuur met groote spanning de resultaten van
het verdere onderzoek tegemoet ziet.
En dat is geen wondereerst een kost
baar marmeren beeld, dan nog gouden mun
ten?
Zoo zou het wel eens kunnen gebeuren, dat
net nieuwe hoofdbureau van politie, dat groo
te offers van de gemeentekas vergt, offers,
die nog vele jaren in den vorm van rente- en
aflossingen en onderhoud in de begrooting
zullen terugkeeren, tenslotte nog een voordeel
tje voor de gemeente wordt.
Want had men geen politiebureau ter plaat
se gebouwd, dan waren deze Romeinsche
schatten wellicht ten eeuwigen dage onder het
zand bedolven gebleven.
S. B.
THALIA THEATER:
„Pygmalion" en
„Paniek in Hollywood".
Het Thalia Theater vertoont van hedenavond
af DE filnu van Lily Bouwmeester die zij tot
heden nog niet heeft overtroffen ni. Pygma
lion.
De Telegraaf schreef over deze film:
„De voornaamste verrassing van deze ver
rassende Nederlandsche film de perfecte
Nederlandsche film is zoo dikwijls gesigna
leerd, dat men het bijna niet meer gelooven
zou is wel Lilly Bouwmeester als Elisa
Doolittle, een rol die onafscheidelijk verbonden
scheen aan de nooit vergeten persoon van
Greta LoboBraakensiek en die op glanzende
manier is opgestaan in de geestige en speel-
sche creatie van Lily Bouwmeester. Zij is een
van onze talentvolle actrices, doch onder de
leiding van dr. Berger heeft zij ongetwijfeld
den grooten sprong gedaan, die haar op een
plaats bracht tusschen de markante persoon
lijkheden van het witte doek. Zij bezit een
natuurlijkheid, een rust, een zoo magneti
sche persoonlijkheid, dat men bij zichzelf
de vraag voelt opkomen, hoe het mogelijk is,
dat onze jonge filmindustrie niet onmiddellijk
deze vro-uw met haar raffinement van be
weging, met haar humor en haar stem, met
haar onweerstaanbaar grappige masker, dat
zooveel gevoelsmogelijkheden bezit, ontdekt
heeft. Er zijn in deze Shaw film, die op han
dige wijze in het Amsterdamsch werd ge
transporteerd, nog meer zulke verrassingen,
zooals bijvoorbeeld Emma Morel als de goe
dige mevrouw Higgins en Nel Oosthout als
de precieuze en wat zielige huishoudster, die
altijd in een bijna droomerige vereering voor
den ongelikten talenprofessor door het huis
zweeft. Johan de Meester is de talenprofes
sor.
Het spraakkundig instituut van den profes
sor en de spraaklessen van Elisa behooren tot
de meest humoristische gedeelten van de
film, vooral ook om dien onverstoorbaren
Pickering van Verkade, die met zijn toch
wat Engelsche hoffelijkheid op het Amster-
damsche bloemenmeisje een diepen indruk
maakt.
Dat is een der merkwaardige effecten van
de transpositie in Amsterdamsche sfeer, die
het typische Engelsche karakter toch niet
wegnemen, ook al niet omdat de taal- en
accentverschillen in Amsterdam niet zoo be
duidend zijn, naarmate men van Noord naar
KERKO - SHIRTS
PH. BE KONING
KENNEMERIAAN 24 IJMUIDEN
(Adv. Ingez. Medj
Naar de Tel. verneemt, is hinn..s
voorstel aan den Raad van AmsteS0.''
wachten om de gemeente voor tl! Hl-
gulden te laten deelnemen In de vnJW*»
den bouw van een spoorwegtunMÏÏ?
Noordzeekanaal nabij Velsen dei te-
De Minister van Waterstaat luw.
het advies van den Economischer,ïT th,te
vangen waarin dit college accoord
de voorstellen in zake den bouw van .S
wegtunnel nabij Velsen. De gemeent. i
dam zal dan twee millioen moeten
in de kosten van aanleg, welke S
circa 10 millioen begroot zijn 0:
Het behoeft geen betoog, dat deze beslis
met alleen uit een oogpunt van
ming zeer belangrijk is. Voor de AiSff1'
sche haven zal het verdwijnen van ÏHff
brug, vooral na het gereedkomen vaïiLtff"
sterdam-Rijnkanaal, van de allergroot!?'
teekenis zijn. Zoowel de Kamer var v
handel als de Amsterdamsche reeder L a
ben bij herhaling aangedrongen op he? ff"
wen van een tunnel voor den spoorweg
wegnemen van de brug, die voor het gerei?
verkeer der zeeschepen een erimi* hd ff
vormt. Ongetwijfeld zal dit succesdat
na langdurige onderhandelingen tu'sschen ff
gemeentebestuur van de hoofdstad an 2 ff'
geering tot stand kwam, in vele k!
groote voldoening wekken. Dgec
MARKTBERICHT.
(Versche visch).
IJmuiden, 31 Maart 1939 (Awm
Tarbot f 1.14—f 1.06 per kilo.
Tong f 1.30—f 0.86 ct. per kilo.
Griet f 36f 30 per 50 kilo.
Middel schol f 25 per 50 kilo.
Zetschol f 28 per 50 kilo.
Kleine schol f 27—f 12 per 50 kilo
Bot f 14f 14.50 per 50 kilo.
Schar f 17f 3 per 50 kilo,
Wijting f 4.70—f 1.60 per 50 kilo.
Versche haring f 4.50—f 2.60 per 50 kilo
"Kabeljauw f 60—f 21.50 per 125 kilo.
VERTROKKEN TRAWLERS.
Heden zijn vertrokken:
Petten IJM 49. Schoorl IJM 39, Uiver Lr.r
384, Hercules IJM 196, Walrus IJM 24.
VERWACHTE VISCHAANVOER.
Thuisstoomende voor de Maandagmarkt-
Protinus IJM. 85. Vangst: 600 m. gul, kabel
jauw en platvisch en 600 st. stijve kabeljauw.
Het bleek, dat men een rijke vondst
had gedaan. Het beeld was nl. van
marmer en stelde een levensgroot
manspersoon, vermoedelijk een der
Romeinsche keizers voor, gekleed in
een los gewaad, met een staf of scep
ter in de linkerhand, welke staf echter
afgebroken is.
West wandelt. Ludwig Berger heeft van Pyg
malion een uitstekende film gemaakt.
De Maasbode: Er werd geacteerd met een
kunstvaardigheid, die men zelfs op het
tooneel niet vaak zietonnoodig te zeg
gen, hoezeer wij deze film aan ieder kunnen
aanbevelen.
De tweede hoofdfilm in het programma van
Thalia is de R.K.O. Radio Film .Paniek in
Hollywood" (Crashing Hoilywood) met Lee
Tracy en Joan Woodbury in de hoofdrollen.
Een scenarioschrijver onthult onbewust in
zijn filmverhaal een misdaad, die in werke
lijkheid heeft plaats gehad. Gevolg: een reeks
van spannende en emotioneele voorvallen.
Zigeunerin paste wisseltruc toe.
IJmuidensche winkeliers werden de dupe.
HAARLEM Donderdag.
Op vreemde wijze had een 45-jarige vrouw
uit een woonwagenkamp in Haarlem in IJmui
den „gewinkeld". Ze had eerst bij een melk-
handelaar op 28 Febrauri een pakje boter ge
kocht. Ze betaalde met een rijksdaalder, doch
toen de winkelier een beurs met wisselgeld
haalde en deze op de toonbank uitstortte, schoot
haar te binnen, dat ze nog een pakje boter
wilde hebben. Daarbij vroeg ze of er nog oude
centen bij het geld waren en ze grabbelde daar
toe meteen door de vele geldstukken, die de
jeugdige melkhandelaar voor haar had uitge
strooid. Even later kwam echter ook de eige
nares van den winkel binnen en ze wees er haar
zoon meteen op, dat men niet het geld zoo maar
voor de klanten tentoon moest spreiden. Later
bleek, dat ze dit wel zeer goed had ingezien,
want toen de klant den winkel had verlaten en
men het geld natelde miste men drie gulden.
Eenige dagen later verscheen dezelfde vrouw
bij een sigaren-, koffie- en theehandelaar in
IJmuiden en ook nu bestelde ze eerst weer één
pakje koffie, betaalde met een rijksdaalder en
vroeg daarna, toen ze het wisselgeld gekregen
had om nog een pakje. Op de toonbank stond
een glazen bakje met ongeveer 67 gulden en
toen de vrouw verdwenen was, zat er nog maar
f 42 in.
Ter terechtzitting kon de vrouw zich van al
les niets meer herinneren.
De Officier zei in zijn requisitoir, dat ze één,
twee, drie klaveraas met guldens speelde. De
handen van de verdachte komen steeds bij het
geld en als ze dan weg is blijkt er weer iets te
zijn verdwenen. Negen maanden gevangenisstraf
eischte de Officier.
De verdediger mr. dr. Smit uit Amsterdam,
vond het bewijs in de twee ten laste gelegde ge
vallen niet zoo sterk. Hij besprak verder den
avontuurlijken levensloop van de vrouw, die
aanvankelijk koorddanseres was en later in zeer
behoeftige omstandigheden kwam te verkeeren.
Ze kan lezen noch schrijven en indien ze al tot
diefstal is overgegaan dan heeft ze dat uit ar
moede gedaan. Spr. drong dan ook met aandrang
op clementie aan.
Uitspraak over 14 dagen.
BESOMMINGEN.
Manden Trawlers:
800 Dirkje RO 53 f 2380
550 Adelante IJM. 19 f 1590
750 L. S. Groen IJM. 130 f 1860
Loggers: SCH 89 f 1050, KW 4 f 1520, KW 59
f 930.
Op een diepte van ongeveer 3 M. dus
iets dieper dan bij de vondst in de Berken
straat gleed zijn spade af op een hard
voorwerp. Op een dergelijke diepte gebeurt
zooiets niet vaak en dus moest onze grond
werker er meer van weten.
En hieraan danken de archaeologen het,
dat op slechts eenige honderden meters van
de plaats, waar in Januari de overblijfselen
van een oude Bataafsch-Romeinsche neder
zetting werden gevonden, opnieuw een be
langrijke vondst werd gedaan, welke vondst
wellicht tot gevolg kan hebben, dat groote op
gravingen in de omgeving zullen worden uit
gevoerd. En die ook voor de gemeentekas van
groot belang is.
Waren het bij de opgravingen in de Berken
straat niets dan scherven, die te voorschijn
kwamen, hier vond men gave voorwerpen,
waarvan sommige duidelijk de sporen dragen
van de verfijnde Romeinsche kunst, voorna
melijk op het gebied van pottenbakkerij en
beeldhouwwerk.
Toen de grondwerker voorzichtig verder
groef, bleek het voorwerp, waarop zijn spade
was afgestooten en fraai bewerkte kom te
zijn. Hij stelde direct den opzichter van zijn
vondst in kennis, die vermoedende dat er nog
wel meer voor den dag zou komen nog twee
mannen in de kuil liet graven. Het resultaat
was verrassend. Want niet ver van de kom
werd een nog veel belangrijker vondst ge
daan. Weer was een spade op iets hards ge-
stooten, weer werd voorzichtig verder gegra
ven en spoedig werd de vorm van een beeld
zichtbaar, dat op het eerste gezicht geheel
onbeschadigd leek. Schepje na schepje werd
het zand rondom het beeld weggegraven;
zelfs de handen kwamen er bij te pas
Het spreekt vanzelf, dat het werk van de
arbeiders in den kuil met groote belangstel
ling door „het publiek" dat spoedig van de
vondst vernomen had, werd gade geslagen.
Vooral toen de arbeiders bezig waren, het
beeld uit den grond te halen, was er een
ademlooze stilte en een groote spanning rond
om den kuil.
Steeds grooter werd het zichtbare deel van
het beeld en steeds grooter werd ook de span
ning. Er was inmiddels een opzichter van de
gemeente gearriveerd en deze nam toen de
leiding van het graafwerk op zich. Nadat men
ongeveer drie kwartier gezwoegd had, was
het beeld bevrijd.
Aan de houding van den rechterbovenarm
valt af te leiden, dat deze in een wijzende
richting is gestrekt. Onderarm met hand
ontbreken echter. De kop vertoont een edel
gelaat. Bij den rechtervoet staat nog een
klein beeldje. Met moeite heeft men het beeld,
dat ongeveer 200 K.G. weegt uit den kuil op-
geheschen. Het werd afgewasschen en daarbij
bleek, dat het behalve den gebroken staf, zoo
goed als geheel onbeschadigd was. Het werd
voorloopig in een der keten onderdak verleend
welke keet, waarin het zich ook thans nog
bevindt, streng bewaakt wordt.
Maar ook met deze vondst was men er nog
niet. Men vond nog heel veel aardewerk, w.o.
tal van bewerkte vazen, verder eenige fraai
gesmede wapens en een aantal voorwerpen,
waarvan niemand der aanwezigen de bestem
ming wist. Ook deze voorwerpen werden voor-
Copyright P. I. B. Bot 6 Copenhagen
De oude hofdame schrok hevig, toen zij den grooten hond de prinses op zijn rug zag nemen. Angefcig bleef zij eerst even zitten,
maar nauwelijks zag zij beiden verdwijnen of zij kwam tot bezinning
Snel trok de hofdame een paar waterlaarzen aan, welke zij voor alle zekerheid gereed had geaet en zij liep snel den hond
achterna, zonder dat deze er iets van merkte.
Ver was het niet naar het groote huis, waar de soldaat woonde - - - -
en toen zij den hond in de deur zag verdwijnen, wist de hofdame huis zou kunnen terugvinden, zette zij met krijt een groot kruis
qp de deur,
(Wordt vervolgd