DE BRAND VAN DE „PARIS" De gebroken Bokaal De «Paris is in de haven van Le Havre door feilen brand ernstig geteisterd. De groote hoeveelheid bluschwater, welke door de brandweer in het schio werd gespoten, was oorzaak, dat het vaartuig tenslotte kapseisde Een luchtfoto van de brandende „Paris" in d» u Le Havre Uen De vrouwelijke vrijwilligers, welke zich hebben aangemeld voor het Engelsche Roode Kruis, krijgen thans allen de desbetreffende uniform Terwijl de Fransche vloot het Westelijk deel der Middelland- sche Zee bewaakt, hebben de Engelsche eskaders het Ooste lijk deel voor hun rekening genomen. Een kijkje op de reede van Malta Dr. W. de Vlugt, burgemeester van Amsterdam en zijn echtgenoote bij het vervullen van hun stemplicht in de hoofdstad Een kijkje in het Beursgebouw aan het Damrak te Amsterdam, waar Woensdagavond door het A.N.P. de resultaten der verkiezingen voor de Provinciale Staten werden uitgewerkt De Italiaansche Prins Ferdinand, die genoemd wordt als luitenant-generaal in Albanië Voor vele ouden van dagen was het stemmen voor de Provinciale Staten Woensdag een heel karwei. Een aardig snapshot in het Oude Mannen- en Vrouwenhuis aan den Amstel te Amsterdam Koning George VI in het uniform van kolonel der Cameron Hooglanders. Deze opname is het nieuwste statie portret van den Britschen vorst Dr. R. de Laer Kronig is benoemd tot hoogleeraar aan de Technische Hooge- school te Delft, om onderwijs te geven in de theoretische natuurkunde FEUILLETON Naar het Engelsch van EDNA MURRAY. 2) Lord Paignton lachte zoo hartelijk dat zijn dochters hun lachen ook niet konden inhouden en toegaven dat het een goede mop was. Mr. David Mozeley met zijn magere, zwarte gezicht was altijd een bron van vermaak geweest voor de kinderen. Hij bekeek altijd alle dingen van den donkersten kant Dat was heel ongelukkig, omdat het gevolg van zijn onverstoorbaar pes simisme was, dat hij niet altijd even serieus ge nomen werd. Dit was vooral het geval met Lord Paignton, die zakelijke aangelegenheden nooit als iets ernstigs kon beschouwen. Hij gaf het geld uit en Mr. Mozeley moest maar zorgen, dat het binnen kwam, dat was het werk van een advocaat en daarvoor werd hij betaald! Lord Paignton sprong van zijn stoel op, want hij had een auto in de oprijlaan gehoord. Dat is Bruce, riep hij verheugd uit en liep naar het raam. Ja, dat is vast Bruce! Als een opgewonden schooljongen duwde hij het raam omhoog en sprong op het grintpad. Het was wel is waar geen zeer waardige manier van doen voor den elfden baron Paignton, maar het was toch niet iets ongewoons en de huis knecht, die al in de deuropening stond, glim lachte ternauwernood. Wat is papa nog vlug! zei Marian. Die lievert hij blijft maar steeds even jong. Zij stond op, terwijl zij sprak; ze was een knap, slank meisje van een-en-twintig, wier trekken de nnmisken'v" -- loekonen droegen van aristoi' "-h" nfk leek op haar moeder, die eer - .r zij had weel derig, bruin haar, zachte donkere oogen en een kleinen, mooi gevormden mond. Amy had meer van haar vader; zij was blond en had een rozige tint. Zij was een meisje, dat gemakkelijk te beïnvloeden was. Je vindt het zeker heerlijk om Gregory weer te zien, Amy, net zoo heerlijk als ik het vind om Basil weer te ontmoeten? Marian gaf haar zuster liefkoozend een arm. De beide zusters hadden altijd veel van elkaar gehouden, maar Marian, die spontaner van aard was, uitte dat altijd meer dan Amy. Gregory was een jonge man met een knap uiterlijk, die aan Amy veel aandacht geschon ken had, terwijl zijn vriend Basil Heath, meer notitie van Marian had genomen. Basil Heath waseen knap, maar arm schilder, de vierde zoon van een landedelman. Gregory Venner was eveneens van onberispelijke familie, maar noch zijn positie noch zijn vooruitzichten waren schit terend. De twee jonge mannen hadden samen een plezierreisje gemaakt; Basil had geschil derd als hij de gelegenheid had gehad en zoo hadden ze in den herfst van het vorige jaar ken nis gemaakt met de meisjes Paignton in een rus tig kustplaatjse, waar Marian en Amy dien herfst hadden doorgebracht met een paar Fran sche kennissen van Lady Westingford. De' meisjes waren samen in een boot uitge gaan, zij waren door een storm overvallen en gered het woord is niet overdreven door Basil Heath. Er waren geen andere Engelschen geweest in het plaatsje dan deze vier jongelui en het was dan ook geen wonder, dat zij zulke goede vrien den geworden waren. De goede Mme. Cailleux, een gezellige oude dame, zag er geen kwaad in. Marian en Amy handelden in één opzicht on verstandig. Ze deden niets om het verkeerde denkbeeld, dat de jongelui van hen hadden, recht te zetten. Basil en Gregory dachten dat hun vriendinnetjes heel gewone meisje waren zij hadden er geen flauw idee van dat ze het predicaat „Honorable" voor hun naam voerden. Marian en Amy vonden het verrukkelijk dat ze zoo bewonderd werden, zonder dat de jongelui eigenlijk wisten wde ze waren, dus waarom moesten zij zich haasten de waarheid te ver tellen? Daarbij kwam dat Basil er heel bijzondere ideeën op na hield ten opzichte van trouwen ter wille van het geld. Dat vond hij het laagste wat een man kon doen. Op hun verdere tochten het liep tegen het eind van hun verblijf op Verton Plage waren het altijd Basil en Marian, die samen wandel den. Gregory en Amy waren aan eikaars ge zelschap overgelaten. En Marian dacht dat haar zuster net zoo gelukkig was als zij zelf niet tegenstaande het feit dat zij Amy een of twee maal in tranen gevonden had, waarvan het jon gere meisje geen uitleg wilde geven. Maar Amy huilde nu eenmaal gauw, dus zij had er verder niet over nagedacht. Het was een heerlijke tijd geweest en Marian was zich bewust geworden dat er geen andere man voor haar op de wereld bestond dan Basil Heath en zij hadden afgesproken om elkaar in Londen weer te ontmoeten. Marian zou Basil schrijven en hem vragen om hen met Gre gory samen te komen opzoeken. Maar wat zou Lord Paignton er van zeggen? En wat zouden Basil en Gregory zeggen als ze merk ten dat hun vriendinnetjes uit het kleine kust- plaatsje in werkelijkheid jonge dames uit de aristocratie waren? De twee meisjes zouden graag nog verder op het onderwerp, dat hun 't naast aan 't hart lag, doorgegaan zijn, maar de deur ging open en hun vader verscheen, met een stralenden glimlach op zijn gezicht, terwijl hij zijn zoon bij de hand vasthield. Bruce glimlachte ook; hij was een groote, knappe jongen met blond haar. Zijn va der had hem nog niet eens den tijd gelaten om zijn overjas uit te trekken. Hier is hij, meisjes, riep Lord Paignton uit hier is jullie broer! En, wat zeg je nu wel van hem? Hij heeft schitterend nieuws voor ons mee gebracht. Die kwajongen wat heeft hij uit gevoerd, terwijl ik weg was? Heeft hij zich zoo waar verloofd! Toen hij uit de auto stapte heeft hij 't me direct verteld. En met wien, denken jullie? Met die schat van een Doreen Thorn- 'dale mijn petekind en ik dacht dat het nog maar zoo'n baby was! Ik ben eenvoudig verrukt! Niemand kon er een woord tusschen krijgen. Maar nadat Bruce door zijn zusters verwelkomd was, gingen zij op nieuw om de theetafel zitten en werd de belangrijke familiegebeurtenis nog eens uit ende na besproken. Doreen was erg jong jonger nog dan Amy dus zouden ze nog niet zoo heel gauw trou wen. De Thorndales en de Paigntons waren al van jaren her vrienden en dit was de kroon op die vriendschap. Doreen zal zich dol amuseeren dit seizoen, zei Lord Paignton, terwijl hij zich in de handen wreef; we zullen allemaal een heerlijken tijd hebben! Zeg, meisjes, jullie moeten ook een man zoeken en ik hoop dat jullie ook zoo'n ver standige keus doet als Bruce! Marian en Amy wisselden een bliken zwegen HOOFDSTUK III. De „eer" in gevaar. Mr. David Mozeley, de advocaat, wreef zich over zijn magere kaken en fronste het hooge voorhoofd. Wel, wel, zei hij en toen; Mijn waarde heer! met een sterk accent op „waarde". Lord Brandon's huis in Knightsbridge, weet u? zei Lord Paignton, die niets van de conster natie bemerkt had, waarvan hij de oorzaak was. Tic had er al lang een oogje op en toen ik het krijgen kon, heb ik er geen gras over laten groeien. Het was toch bespottelijk dat de Paign tons nooit een huis in de stad hadden, vindt u ook niet? Als de Paigntons het zich hadden kunnen veroorlooven, zei de advocaat droog, maar dat konden zij nooit. Nu was het de beurt van „His Lordship" om te zeggen: „Mijn waarde heer", maar hij zei het met een verdraagzaam: glimlachje. Kende hij de vitterige manieren van David Mozeley niet al zoo lang? Wat 'n idee, dat een Paignton aan financieele consequenties moest denken! Met dat idee was Lord Paignton niet opge groeid. Zijn vader had buitensporig geleefd en zoo was het altijd doorgegaan. Weliswaar excu seerde dit hem eenigszins, doch Lord Paignton was verscheidene malen gewaarschuwd, dat al les niet meer was als in den tijd van zijii voor- gangei". Hij was van den stand van zaken vol doende op de hoogte gebracht, toen de titel op- hem overging. Er moesten groote schulden be taald worden het landgoed was sterk be zwaard. Een belangrijk gedeelte van het iarni- liefortuin was dwaas belegd, in stukken, waar van het niet vast stond of ze zelfs eenige waar de hadden. Maar Lord Paignton was dat alle maal vergeten. De waarde van het landgoed was geweldig gedaald, waar het absolute gebrek aan zakenkennis van' den tegenwoordigen bezitter de schuld van was. Hij liet alles aan zijn rent meester over, teekende met een vroolijk gezien, chèques voor elk bedrag, dat hij vroeg, wei gerde naar rapporten te luisteren, goede ot kwa de, zoodat die tenslotte niet meer uitgebracn^ werden en hij nam er zelfs geen notitie van 01 zijn huren betaald werden of niet. Natuurlijk was hij links en rechts bestolen, hij was een gemakkelijke prooi voor ieder, met het een of ander verhaal bij hem kwam, no nam alles luchtig op; een Paignton kon zich luxe veroorlooven zich zoo nu en dan te la bedotten en de arme drommels moesten w geldgebrek hebben als ze zooveel moeite aeoe^ het te krijgen. David Mozeley pleitte vergeel? zijn waarschuwingen werden in den wind g - slagen. Hij was een eerlijk man en de belan°, van zijn cliënt gingen hem ter harte, maai eenige wat hij kon doen was waarschuwer dat deed hij, telkens en telkens 1 "no met het resultaat dat men hem een zwartkijker g'bS vinden. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 10