Een echec Slotemaker de Bruine Sherlock Holmes in laboratorium-jas. van minister Een matte of gebruinde teint staat altijd charmant Kunst in Haarlem en daarbuiten. w O ENSPAG 10 MEI 1939 New- Yorksche misdaad en haar bestrijding. (Van onzen correspondent te New-York) vrk de politie een zware taak heeft. Acht mil- ^pnqchen wonen dicht op- en hoog boven l'°en pe geheele bevolking van Nederland iSgedrongen op een oppervlakte die, naar en kleiner is dan die van de provincie m®. 'irpn mengelmoes van menschen, talen Een heksenketel van geld, "".ïinmheid, armoede en even schreeuwenden "Tdom Uit alle hoeken der wereld is het hier samengestroomd. Veel gelukzoekers zijn er on- fotsnpnliike menschen, onfatsoenlijke men- lm en misdadige menschen. In zulk een reus- ht ie stad als een Babyion opgestapeld, heelt a misdaad haar kansen. Vroeger, onder het Jhchper van Tammany en den voortreffelijk ^Sleeden burgemeester Jimmy Walker, had zij lir, crple^enheid die kansen waar te nemen. Tegenwoordig is dat minder gemakkelijk. Fio- llo La Guardia is misschien voor Nederland- Se begrippen een al te bewegelijke en al te on- armelijke burgervader, voor ons gevoel moge i te weinig het blaadje der ingetogenheid voor Si, mond nemen.er is niemand die zou dur- vm ontkennen dat de dikke vlugge „Mayor", ö,en «elegenheid laat voorbijgaan om te zeg- mn wat hij er van denkt, een integer en on- eukbaar man is. Die onkreukbaarheid had wpw York heel hard noodig. Er was een tijd dat inlitiemenschen onder één hoedje speelden met koninkjes van de onderwereld. En dat aller lei volk van kwaad slag maar met de duizendjes hoefde te wuiven om vrij spel te hebben. Men hphoeft niet te generaliseeren en niet te zeggen dat de hééle New-Yorksche politie corrupt was, wanneer men wèl zegt dat het over het alge meen in rond-Hollandsch gezegd, een deerlijk Tootiè was. De bezige Fiorello beeft den bezem gehanteerd. En hij heeft heel wat opgeruimd. Fr heerscht hier nu zuiverheid en niemand zou r„gingen tot omkoopen durven wagen, Maar dat neemt niet weg dat New-York nog allerminst ,en zoet stadje is. Dat kan ook niet anders. De misdaad kan hier lang verborgen blijven en de misdadiger eveneens. Geen blanke mag het wa gen in het avondlijke duister alléén door de stille donkere straten van Harlem te gaan; en wanneer ge in uw argeloosheid 's avonds een wandeling door het Centralpark zoudt willen gaan maken, zoudt ge alle kans loopen dat een politieman u beleefd doch beslist zou aanraden, van dit voornemen maar liever af te zien. Een Amerikaan die geen misdadiger is, is eerlijk als goud. Er zijn hier eetgelegenheden, waai- ge u tegoed kunt doen zooveel ge wilt en waar gij bij de kassa opgeeft hoeveel ge betalen moet. Er is niemand die daar misbruik van maakt door zichzelf lager aan te slaan dan de eerlijkheid gebiedt. Geen Amerikaan zal den conducteur van zijn bus de gelegenheid geven, hem voor zijn tien cent over het hoofd, te zien. Maar wie dan ook naar aard en aanleg en „be roep" schavuiten zijn, die zijn het heelemaal van zakkenrollen tot moorden wordt hier de scala der misdaad bedreven. De uitgebreidheid, de kracht en de hooge wetenschappelijkheid van het politie-apparaat zijn geheel in verhou- - ding tot de uitgestrektheid, de kracht en de we tenschappelijke methodiek van het vijandige karr.p. Over die wetenschappelijke zijde van het -New-Yorksche politie-apparaat wil ik u wat vertellen. De schranderheid van Conan Doyle van Philo Vance en van Hector Poirot, mijn lievelings speurders, verbleekt ik moet dat schoorvoe tend bekennen naast die van de moderne anti-misdaad wetenschap zooals die wordt toe gepast in het laboratorium van de New-Yorksche politie, '..the Technical Research Laboratory of the Police Department of New-York", dat nog van jongen datum is: in 1934 werd het in zijn huidige gedaante opgericht en geïnstalleerd, onder directie van commissaris Lewis J. Valen tine. Het laboratorium werkt nauw samen met de „Police Academy" waarvan hoofdinspecteur John J. O'Connell de leider is. Er zijn vijftien wetenschappelijke experts aan het werk, die den ganschen dag gebogen zitten over micros copen. fluoroscopen, spectografen en andere toe stellen en die meer lijken op geleerden dan op Sherlock Holmes en zijn collega's. Dit labora torium is dezer dagen verhuisd. Het bevindt zich op de bovenste verdieping van het huis 'Broomestreet 400, tegenover het hoofd-commis- sariaat. Ge vindt er vijftien ruime vertrekken. Op dezelfde verdieping zijn andere speciale politie-afdeelingen gevestigd: die van den han del in verdoovende middelen en die welke de zakkenrollerij bestrijdt. In dat zelfde gebouw- bevindt zich het Museum der Misdaad, waar ge allerlei griezeligheden over beroemde crirni- neele gebeurtenissen achter glas, op tafels en in fotografische opnemingen kunt zienalthans, wanneer ge daar uit hoofde van uw beroep of uw studie wat mee uitstaande hebt. Voor het publiek is dit museum niet toegankelijk. Na tuurlijk is het laboratorium eveneens verboden terrein voor hen die er niets hebben te maken. Maar sommigen zijn er welkom en commissaris Valentine toont en demonstreert met onver bloemde en gerechtvaardigde trots zijn inrichting, die 40.000 dollars heeft gekost. Er is in dit laboratorium heel veel te zien. Voor een expert natuurlijk nog heel wat meer dan voor een leek-in-de-misdadigheid, die al die kleine détails niet opmerkt. En het zijn im mers juist de détails die bij de opsporing en de reconstructie van de misdaad zulk een groote rol spelen. Op dit punt zijn Holmes en Valentine het geheel met elkaar eens. Daarom heeft deze Valentine de beste technici van de Vereenigde Staten in zijn werkplaatsen. En waarschijnlijk de meest-toegewijde óók: want zij staan dag en nacht tot zijn beschikking en wanneer er een heel bijzonder 'en zeer veel zorg vereischend werkje aan den winkel is zijn die mannen-in- het-wit vierentwintig uur aan een stuk in de weer. Vroeger werd een gedeelte van dit werk wel uitbesteed: expertise van handschrift en chemisch onderzoek van verdoovende middelen werd overgelaten aan particuliere firma's op dit gebied. Een van de merkwaardige eigendommen van het laboratorium is een volledige bibliotheek van.... automobiellenzen, van alle soorten automerken die over de geheele wereld rond rijden en die, door roekelooze lieden bestuurd, in staat zijn menschen van het leven te beroo- ven. Waarom die bibliotheek? Omdat vele aan rijdingen, behalve bloed en menschelijk leed, ook scherven veroorzaken. Het komt nogal dik wijls voor dat een koplamp stukgestooten wordt en wanneer de politie dan glas op den weg vindt, helpt het laboratorium al direct zoover dat uit die splinters het automobielmerk kan worden afgelezen. En niet het merk alléén, maar meestal ook het jaar van fabricage. En zoo zijn niet alleen alle lenzen van de wereld in dat labora torium, maar ook tienduizenden andere auto- onderdeelen. Er wordt door Valentine's mannen ook heel veel gedaan aan onderzoek door middel van ultra-violette stralen en zilver-nitraat-proces sen. Daarmee worden vingerafdrukken en uit- gegomde letters gevonden, die zelfs de fijnste microscoop niet aan het licht brengt. Het is nog niet zoo lang geleden, dat een marine-officier door een gemaskerden man met één revolver werd bedreigd. Tenslotte rende de onbekende weg, maar om ieder spoor van zijn revolver te verwijderen stopte hij die in de aarde van Cen tralpark. Politiehonden brachten clen revolver aan het licht, die een week onder den natten grond had gelegen. Twee uur later ontdekten de ultra-violette straal en het zilvernitraat twee vingerafdrukken. En drie uur daarna zat de ge maskerde deugniet achter de tralies. Dan is er de spectograaf, die meer ziet dan de scherpstziende scheikundige. En de spectogra fen van vadertje Valentine hebben uit een kor reltje zand, een spatje modder en een veegje lippestift misdaden gereconstrueerd, die op den electrischen stoel hun laatste hoofdstuk af sloten. U zult natuurlijk begrijpen dat het fotografische laboratorium van de laatste snuf jes en uitvindingen is voorzien en dat de Röntgen installatie door dingen heen kijkt, waar voor u en ik met blindheid zijn geslagen. Het is nog niet zoo lang geleden, dat een stadje in Pensylvania geterroriseerd werd door heeren die met bommen werkten. Vrij primitieve bom men die van sigarenkistjes gemaakt waren. Overigens: netjes geverfde sigarenkistjes. De x-stralen van Broomestreet zagen dóór de verf van een paar houtsplinlers het merk van de sigaren. Nu, en toen was het een klein kunstje die bommenheei-en in de kraag te vatten. Inspecteur William J. Mc. Mahon is leider van de anti-kidnapafdeeling. Iedereen kent de diep tragische geschiedenis van het zoontje van de Lindberghs en iedereen weet ook dat het stelen van kinderen om losgeld te krijgen een speci fiek-Amerikaansche misdaad is. De anti-kidnap- afdeeling nu is vooral onderlegd in handschrift kunde. Want aan kidnappen komen altijd brieven te pas. Hetzij om te dreigen met ont voering, hetzij om na de ontvoering in contact te komen met de ouders. Voor goede schrift kundigen zijn verdraaiingen van het handschrift of schrijven in blokschrift peuleschilletjes. Drie maanden geleden stond heel New-York op stel ten door de ontvoering van het zoontje van een familie Katz. Maar na twee maal vier-en-twintig uur drukte mama Katz haar lieveling weer in haar armen en stond papa er met vochtige oogen naar te kijken. Inspecteur Mc. Mahon had immers met zijn mannetjes den dreigbrief onderzocht. Eigenlijk zijn er niet eens zooveel New-Yorkers die weten dat dit laboratorium bestaat. En van de werkwijze der wetenschappelijke Sherlock's is weinig tot het publiek doorgedrongen. Amerika was indertijd in opwinding over de Titterton-moord. Maar het is nauwelijks bekend geworden dat één centimeter gordijnkoord, in het laboratorium „bekeken", de strop is ge weest die tenslotte om den hals van den moor denaar is gehaald. Het dagelijlcsche werk van de heeren uit Broome street bestaat uit het onderzoek van nar cotica, het ontdekken van nummers en merken van gestolen auto's, fietsen, stofzuigers en naai machines en.in het vervaardigen van doo- denmaskers, wat dikwijls van groote waarde is voor de identificatie van lijken. Zooals anthro- pologen uit één of twee beenderen van voor historische dieren het geheele dier kunnen reconstrueeren, zoo kunnen Lewis J. Valentine; John J. O' Connell, William J. Mc. Mahon hun mannen uit één of twee kleinigheden de toedracht van een misdrijf verklaren. En dat is geen kleinigheid, want ook de misdaad is voor zien van de laatste hulpmiddelen der weten schap en haar beoefenaars zijn dikwijls zoo slim en zoo knap, dat men hun ook daarom een beter beroep zou toewenschen. Mr. E. ELIAS. Gedenatureerde suiker voor chocolade-fabricage gebruikt. Te Zaandijk is bij een chocoladefabriek een partij gedenatureerde suiker in beslag geno men, welke bij de fabricage van bonbons werd gebruikt. Men is er in geslaagd deze suiker van de mengstoffen te reinigen, waardoor de fabriek er in slaagde een goedkoope grondstof te verkrijgen, omdat voor deze suiker geen ac cijns werd betaald. Een grossiersfirma uit Landsmeer zou bij deze zaak betrokken zijn. OFFICIEELE OVERDRACHT VAN HET GEBOUW VAN DEN HOOGEN RAAD. Dinsdagmiddag is het vernieuwde gebouw van den Hoogen Raad der Nederlanden dooi den minister van financiën officieel ovérge- dragen aan den minister van justitie. Nederlandsche Bank keert weer 3 procent uit. Naar wij vernemen zal door de directie en commissarissen van de Nederlandsche Bank op de eerstvolgende algemeene vergadering van aandeelhouders worden voorgesteld over het boekjaar 1938/1939 een dividend van f 30 per aandeel van f 1000 uit te keeren. Kweekschoolontwerp wordt ingetrokken DEN HAAG. Dinsdag. Godgeleerde en godsdienstige disputen plegen hier te lande van oudsher een kolfje naar de hand van velen te zijn. Vandaar o.m. ook de doordringing van religieuse meenings- verschillen op staatkundig ténrein. En of schoon den laatste tijd dergelijke kwesties niet meer in die mate in 's lands vergaderzaal op den voorgrond treden als vroeger veelvuldig geschiedde, kon men vanmiddag toch heel goed merken, dat tal van afgevaardigden zich echt „thuis" voelden, toen ze in verband met het vraagstuk al of niet verplicht onderwijs m bijbelsche geschiedenis op de kweekscholen, een debat in verband met religieuse proble men konden voeren. Achteraf bleek het allemaal eigenlijk niet noodig geweest te zijn .doordat er plots een crisis-in-zakformaat ontstond, dank zij de aanneming van een door Minister Slotemaker de Bruine onaannemelijk verklaard amende ment, dat hem nu er toe zal doen overgaan intrekking van heel het kweekschool-ontwerp te bevorderen. De middag begon intusschen met een aan tal debat- en stemmingloos aangenomen ha merstukken waaronder naturalisatie-ontwer pen; daarvan een, die aan den vroege ren Oostenrijksc-hen gezant in den Haag, den here Alexis het Nederlanderschap wil toe kennen. Hierop volgde hervatting van de behan deling van het zgn. kweekschool-ontwerp, dat een behoorlijke regeling van de onderwijzersoplei ding in de Lager Onder wijswet in het leven be oogt te roepen. Een zee van amendementen viel M* te doorwaden. Om de ezers voor verdrinkings- vevaar te behoeden, be- )aal ik me tot vermelding an de aanneming met •9—23 (de Katholieken vormden de oppositie) van een aanendement- Tilanus waarvan Mi nister Slotemaker de Bruïne cte beslissing aan de Kamer liet dat de in het ontwerp opgenomen mogelijk heid tot invoering van een kweekschool-eind- Amilda-crëme, die tevens zoo goed is voor de huid, is verkrijgbaar in deze twee begeerde teinten. Mat of bruin. Doos 50 en 25 cent. (Adv. Ingez. Med.) alleen met courantenreclame mogelijk. Alleen wanneer de fabrikanten van merkartikelen in couranten advertee- ren, kunnen hun wederverkoopers, de winkeliers, aansluiten op deze reclame met hun eigen advertenties. Zoodoende wordt het effect der re clame èn voor den fabrikant èn voor den winkelier belangrijk verhoogd. Het geval van een fabrikant van een bepaald merk heerenkleeding, die in samenwerking met zijn wederverkoo pers In couranten adverteerde en een omzetstijging van 50 verwierf, be wijst voor de zooveeiste maal de juist heid van deze stelling. Op bezoek bij djen schilder Han Boskamp in Bloemendaal. Op een der laatste tentoonstellingen van werk door Haarlemsche schilders, door de Ge meente en met medewerking van Kunst Zij Ons Doel in het Frans Halsmuseum aange richt, t-of mij bij een inzending van Han Boskamp een reeks geteekende handen studies, om hun serieuse uitvoerigheid niet alleen, maar ook om de duidelijk waarneem bare, geslaagde karakteristiek die van de onzichtbare personen aan wie de handen toe behoorden, gegeven werd. Van den schilder Boskamp was mij betrek kelijk weinig werk bekend; wel wist ik dat hij eenigen tijd op het atelier van Herman Kruyder gewerkt had, ook had ik van expo sities, vroeger in de kunstzaal Boskamp (on der leiding van den broer van den schilder) gehouden, donkere stillevens in het karak ter der Bergenaren als Colnot e.a. in herinne ring bewaard, doch veel was dat niet en daar Han Boskamp niet aan exposities van eenig kunstgenootschap deel neemt, bracht de hier boven genoemde tentoonstelling een noviteitje, waarvan die handenstudies nog het meest boeiden. Wij hebben den schilder in zijn atelier in Bloemendaal opgezocht om, als dat schikte, van zijn werk een iets meer omvat tend overzicht, en over zijn leven, voor ons archief een paar steeds nuttige notities te verwerven. Met het één zoowel als met het ander is de schilder ons op vriendelijke wijze ter wille geweest. Han Boskamp werkt in een ruim mooi be licht en sober gemeubeld atelier met een enkel werkstuk hier en daar aan de wanden daar hingen zoowaar de handenstudies van de tentoonstelling weer met een paar schil derezels en een werktafel en het gemeubelte "erder van blank hout en modern-zakelijken vorm en dat alles even kraakhelder en zinde- lijk-stofschoon als de spreekkamer van een jongen dokter of het arbeidsvertrek van een architect. Wij kennen op de Heilige Landen van Haarlem wel ateliers waar de sfeer ar tistieker, maar de atmospheer minder zin delijk is. Toch staat het ook bij Han Boskamp vol schilderijen en geëncadreerde aquarellen en teekeningen, doch alles is in kisten ei kasten achter slot gezet en we gaan ons ge geneerd gevoelen om de moeite, die wij den schilder veroorzaken, als hij steeds w nieuwe werken aandraagt, die hij uit onver moede schuilhoeken te voorschijn tcovert. Die moeite stelt ons echter in staat op Boskamp's werk een breeder kijk te krijgen, dan enkele losse indrukken kunnen verschaffen. Quali- teiten worden er in ontdekt en zwakheden worden er door verklaard. De relatie waarin de beschouwer tot het werk komt te staan wordt intiemer en de beoordeeling daardoor zuiverder. Meer dan ik vermoedde is Boskamp een schilder bij wien dat., wat achter de din gen zit die hij in beeld brengt, misschien van nog meer belang is dan de uiterlijke vorm. de verschijning dier zelfde dingen. Zoo zullen de bewoners van het Twentsche ach terland hem evenzeer boeien door de onge wone manifestaties hunner psyche als door hun materieele verschijning waarin hij naar die manifestaties speurt; zoo is de simpele beelding van een koord in knoop en lus, van een arbeidersstukkenzakje met bijbehooren, van een roode kool, zoo van den groenteman ontvangen, hem nog iets meer dan kleur en vorm van hun wezen, meer dan louter pictu rale waarde. Dat alles heeft zijn vóór en zijn tegen. Een filosofeerend schilder zal meestal sterker in de lijn dan in de kleur zijn; een uitsluitend op zijn visueele emoties levend artist boeit eer door zijn kleur dan dat zijn vormgeving opvalt, terwijl de geniaal begaaf de geheel onbewust door beide qualiteiten den beschouwer overmeestert. Bij Boskamp is de kleur soms schraal, soms ondoorzichtig en slechts nu en dan treft hij de muzikale strooming die in een levende kleur te hóoren valt. Zijn teekening daarentegen is juist bijna, voortdurend expressief, overdacht maar tege lijk imponeerend, en hij doet er recht mee zoowel aan de visueel-reëele verschijning als aan de emoties van het eigen innerlijk. Zie de meer genoemde handenstudies, zie zijn prachtige schetsooekbladen naar bloemen en planten, en talrijke portretstudies, uitvoerig verantwoord in zwart of gekleurd materiaal. Veel van Boskamp's beste qualiteiten leert men kennen in de zoowel visueel als psy chologisch sterke potloodteekening die hierbij gereproduceerd wordt: een damesportret, één der laatste jaren ontstaan, waarin ken nelijk het wezen van de geportretteerde, zoowel als de parafrase daarover van den kunstenaar het tot een aanvaardbare har monie hebben gebracht. Zonder veel aantrek kelijks ook in Boskamp's schilderijen te ne- geeren zou hij toch reeds door zijn teekenin gen tot de interessante jongere Haarlemsche kunstenaars gerekend behooren te worden. Waarom wij voor onze archivalia de navol gende blographische aanteekeningen vastleg gen willen: Han Boskamp is 16 Februari 1894 te Bloe mendaal geboren en zou aanvankelijk opge leid worden om in de bekende meubileerings- zaak der familie werkzaam te zijn. Wat men thans binnenhuis-architect noemt was toen een opkomend beroep. Hij volgt daartoe de lessen op de Kunstnijverheidsschool onder Von Saher en leert er alweer een van Grabbijn, Van den Berg, Kerkhoff. Ook Bos kamp voelt zich na drie jaar studie meer tot de zelfstandige schilderkunst aangetrokken en gaat allengs dien kant uit na kennismaking met Herman Kruyder en arbeid op diens atelier (1916-1917). Toch zal hij nadien nog bij den bekenden Haagschen binnenhuiskunstenaar Van der Sluys werkzaam zijn en eenigen tijd zelfs een administratief ambtenaarschap am- bieeren. Sinds 1928 uitsluitend de vrije kunst beoefenend, maakt Boskamp een paar reizen naar Italië (1932'33) werkt in ons land, in Vreeland en de Twentsche grensstrook en na tuurlijk in de omgeving van Bloemendaal, zijn geboorte- en woonplaats. Een bescheiden man met capaciteiten, die hij rustig en weldoor dacht tot kunstenaarschap ontwikkelt. J. H. DE BOTS. examen ter verkrijging van de hoofdakte schrapte, terwijl verder zij aangestipt, dat de heer Thijssen (s.d.) z.h.st. bereikte, dat men tot het onderwijs wordt toegelaten als men een bewijs van V/2 jaar oefening (van 4 uur per week) in de praktijk kan overleggen, welke oefening niet onmiddellijk aan het examen behoeft te zijn voorafgegaan. Ook mag nog even gereleveerd worden de aanneming van een amendement-M o 11 e r (R.K.) waardoor alleen iemand die examen heeft gedaan in paedagogiek als hoofdvak, daarin les mag geven aan de Kweekschool. De bovenbedoelde theologisch-religieuse strijd ontbrandde over het amendement van Dr. Vos (lib.) om het vak bijbelsche geschie denis als verplicht leervak op de Kweekschool in te voeren. Dit achtte hij noodzakelijk aan gezien men alleen op die manier een goed begrip van onze cultuur en onze taal kan krijgen. Ds. Zandt (St. Ger.) was het met den liberalen woordvoerder eens, en Jhr. Mr. de Geer (c.h.) kan met de grondgedach te van het betoog accoord gaan, maar achtte 't ten slotte wel gewenscht dan bepaalde voorwaarden te stellen ten opzichte van de bevoegdheid om dit vak te doceeren. De heer T h ij s s e n (s.d.) bepleitte een sub-amende ment om de bijbelsche geschiedenis onder te brengen bij het vak „geschiedenis", iets wat zijn fractiegenoot Ds. Faber niet juist vond; deze voelde voor 't amendement Vos, dat ech ter van anderen kant verzet ontmoette. Zoo van de zijde van den heer Zij lstra (a.r.), die betoogde, dat de overheid den door Dr. Vos voorgestanen eisch niet kan stellen, om dat alleen zij, die zelf den bijbel zien als goddelijke openbaring, goed onderwijs in de bijbelsche geschiedenis zouden kunnen geven, opvatting gedeeld door Dr. Mol Ier (R.K.) De Minister voelde meer voor het amende ment-Vos dan voor 't voorstel-Thijssen, dat een soort „degradatie" van 't vak bijbelsche geschiedenis zou beteekenen. Intusschen, niet elke leeraar, die met 't oog op zijn andere qualiteiten benoemd is, zal goed bijbelsche geschiedenis kunnen geven. Dat is één bezwaar tegen 't amendementVos, en daar komt nog bil de moeilijkheid in zake de religieuze richting van hem, dien de Minister dan voor dit vak zou moeten benoemen: want spr. meent, dat door het onderwerp zelf dit vak niet objectief te doceeren is. Er is geen wereldcultuur zonder stempel van religie, doch het christelijke stempel is nog geenszins kennis van wat er in den bijbel staat. Gezien het innerlijke geestelijke verband tusschen bijbelsche geschiedenis en de wijze waarop men dit vak kan doceeren, acht Mi nister Slotemaker de Bruïne het verkeerd dit vak verplicht te stellen. Daarom staat hij afwijzend tegen het amendement-Vos. Wat deze afgevaardigde wenscht, kan ook en beter bereikt worden door middel van de reeds be staande bepaling, we'.ke mogelijk maakt dat de leerlingen van een kweekschool godsdienst onderwijs krijgen, bekostigd door de overheid, maar gegeven door docenten, benoemd door de kerk. De heer Thijssen (s.d.) merkte bij de re plieken op, dat men te ver ging door te eischen dat op een openbare school bijbelsche geschie denis zou worden gegeven als de openbaring Gods. Aan de openbare school, die alle rich tingen moet vertegenwoordigen, kan en moet bijbelsche geschiedenis louter om der wille van de cultuur onderwezen worden: spreker's sub-amendement beoogde juist dit extra op den voorgrond te plaatsen. Na verwerping van het sub-amendement Thijssen. dat alleen de stemmen der socialisten kreeg, verwierp de Kamer met 1859 ook het amendement-Vos, waarmee zich slechts de liberalen, de Vrijz. democraten, de Christel, historischen, de chris ten-democraten, Dr. Brugmans (s.d.) en Ds. Faber (s.d.) vereenigden. En nu het voor Minister Slotemaker de Bruïne droeve slot. Tegenover één amende ment had hij zich nu waarlijk onverbidde lijk getoond. Het voorstel-S u r i n g (R.K.) om in de wet vast gelegd te krijgen, dat de onderwijzers, die zich belasten met de leiding van en het toezicht op degenen, die aan de z.g.n. „leerscholen" praktische oefening ge nieten, voor dezen arbeid een toelage zul len genieten, zou jaarlijks ongeveer 2yA ton vereischen. Dit ging toch niet aan, zoo vond de Minister, welke uit den aard der zaak 's heeren Suring's redeneering, dat er heele maal nog niet in de wet wordt vastgelegd hoe groot of klein de toelage zal wezen, zoo dat thans het kosten-hezwaar geen rol hoef de te spelen, onjuist noemde. Zou de Kamer met den heer Suring meegaan, dan, aldus minister Slotemaker, stelde hij. na aanneming van dit voor hem onaanvaardbare amende ment geen prijs meer op verdere behandeling van het wetsontwerp. De waarschuwing baatte niet. De Katho lieken bezorgden dezen bewindsman een echec doordat de socialisten, vrijzinnig-democraten en liberalen aan hun zijde stonden. Laatst genoemde fractie had bij de algemeene be schouwingen kenbaar gemaakt dit in tegenstelling met de soe.-democraten waar deering vocir het ontwerp in zijn geheel te koesteren. Zij voelden zich echter niet ge roepen als reddingstroepje op te treden (zijn. daarvoor overigens ook niet talrijk genoeg)' en dit te minder, nu ze ietwat wrevelig waren over de afwijzing van het amendement-Vos aangaande bijbelsche geschiedenis als ver plicht leervak. Onmiddellijk nadat de voorzitter had mee gedeeld, dat het amendement-Suring met 5225 was aangenomen, vroeg en verkreeg de Minister schorsing van de verdere behandeling van het wetsontwerp, dat hij nu wel zal in trekken, na daarvocx eerst de Koninklijke machtiging verkregen te hebben. Meer ge volgen. zoo nam men heden aan, zal deze voor den Minister minder prettige stemming niet hebben. Intusschen valt het wel op, dat nu reeds eenigen tijd lang mer dan één lid van het kabinet echecjes van dezen aard te boeken heeft! E. J. R,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 3