Jptitiek
Milfconq&wiiziqd
Waar komt het vandaan?
r.c.aRder/en
IN ENGELAND.
Vestigingswet kleinbedrijf 1937.
B'
IÉ|l§tff
Op de helling.
I IJ de Tweede-Kamer der Staten-Gene-
raal is een wetsontwerp ingediend tot
wijziging van de Vestigingswet Klein
bedrijf 1937. Nu voor een achttal be
drijfstakken vestigingseischen zijn afgekondigd
en een vijftal tijdelijke vestigingsverboden van
kracht zijn, is een hoeveelheid materiaal van
practischen aai'd verzameld, aan dc hand waar
van gebleken is, dat een herziening op ver
schillende punten wenschelijk is. ïnluscchen
beoogt het thans ingediende ontwerp zekere aan
vullende regelingen te treffen o.m. met betrek
king tot de financieele gevolgen van de toepas
sing der wet, zonder dat het principe dezer wet
wordt aangetast.
Kosten, vergunning, spertijd,
en hooger beroep.
Volgens artikel 12 der Vestigingswet kunnen
<3e Kamers van Koophandel en Fabrieken, ter
bestrijding van de kosten, welke aan de uitvoe
ring der wet zijn verbonden, voor elke inge
diende aanvrage een vergoeding heffen van ten
hoogste tien gulden. Vele aanvragen om ver
gunning tot vestigen worden echter ook inge
diend bij het Departement van Economische
Zaken. De Minister is thans van oordeel, dat de
betrokkenen, evenals dat bij de door de Kamers
te verleenen vergunningen het geval is, ook
voor deze groep vergunningen een billijke ver
goeding van kosten moeten betalen. Hetzelfde
geldt met betrekking tot het instellen van be
roep tegen beslissingen door de Kamers geno
men. Ook in die gevallen zou volgens den Mi
nister een vergoeding bijv. van vijf gulden
per geval gewettigd zijn, welk bedrag echter
terugbetaald zou moeten worden, wanneer de
aanvrager in het gelijk wordt gesteld en de be
slissing der Kamer wordt vernietigd.
Ministerieele verklaring van
bekwaamheid.
Bij de uitvoering der Vestigingswet werd de
behoefte gevoeld aan bepaalde overgangsmaat
regelen, speciaal ten aanzien van hen, wier leef
tijd het alsnog volgen van onderwijs en het af
leggen van examens bezwaarlijk maakt, doch
wier jarenlange ervaring een waarborg kan bie
den voor deskundigheid. Daarvoor werden de
z.g. ministerieele verklaringen in het leven ge
roepen. De Minister van Economische Zaken
verklaart daarbij, dat de aanvrager, hoewel deze
niet over de voorgeschreven diploma's beschikt,
toch op grond van zijn leeftijd en ervaring ge
acht kan worden te voldoen aan de gestelde
eisohen van handelskennis of vakbekwaamheid.
Deze verklaringen aldus de Minister heb
ben snel burgerrecht verkregen en dienen thans
zoo spoedig mogelijk op de wet te steunen. Ook
voor de afgifte dezer stukken wenscht de Mi
nister een vergoeding van vijf gulden vast te
stellen.
Spertijd, Naamlooze
Vennootschappen.
Aangezien in de practijk is gebleken, dat een
tijdelijk vestigingsverbod van ten hoogste twaalf
maanden dikwijls te kort is voor de grondige
voorbereiding van vestigingseischen, stelt de
Minister thans voor den spertijd van zes maan
den desgewenscht te verlengen met tweemaal
zes maanden.
Tenslotte wordt een regeling voorgesteld,
waarbij wordt voorzien in de leemte, dat over
treding door een NV., een Vereeniging of een
Stichting gepleegd niet kan worden vervolgd bij
gebreke van aanwijzing van een strafrechtelijk j
aansprakelijken persoon.
Eenige opmerkingen.
Van ingrijpenden aard zijn de voorgestelde
wijzigingen niet, maar als zoodanig zijn ze ook
niet aangediend. Voor betrokkenen brengt een en
ander in tussdhen wel een zekere verzwaring van
lasten. Van middenstandszijde zullen daartegen
waarschijnlijk wel bezwaren geuit worden. In-
tusschen moge in dit verband niet uit het oog
verloren worden, dat in vele gevallen het on
derzoek, hetwelk moet worden ingesteld, tijd-
roovend is. Daartegenover staat, dat deze kosten
niet de eenige zijn, welke de toekomstige mid
denstander moet betalen. Men denke slechts aan
de verschuldigde cursusgelden.
Ten aanzien' van de ministerieele verklaringen
zal men eindelijk een afdoende regeling treffen.
Door tal van Kamers van Koophandel en Fa
brieken en vele andere organen is er bij herha
ling op gewezen, dat het met deze verklaringen
wel wat vreemd was en dat men zich niet geroe
pen voelde daaraan veel aandacht te besteden,
omdat zij niet op de wet steunden. Dat blijkt
dus volkomenfuist te zijn geweest en het thans
voorgestelde zal orde in deze aangelegenheid
scheppen.
De gedachte den spertijd desgewenscht twee
maal met een half jaar te verlengen heeft wel
iets aanlokkelijks. Terecht werd reeds van an
dere zijde opgemerkt, dat gebrek aan tijd ten
departemente voor het verrichten der vele werk
zaamheden in verband met deze wettelijke voor-
Volgenden zomer een luchtlijn
Nederland—Schotland
Verwachting uitgesproken bij de opening van
het nieuwe Schotsche vliegveld
Grangemouth.
GRANGEMOUTH 3 Juli. „Wij
zullen de mogelijkheden voor een lucht
lijn AmsterdamEdinburghGlasgow
ernstig onderzoeken en wanneer de
vooruitzichten gunstig zijn, openen wij
den volgenden zomer een directe lucht-
verbinding tusschen Schotland en Ne
derland". Met deze woorden besloot
de directeur der K. L. M., de heer A.
Plesman de rede welke hij uitsprak ter
gelegenheid van de officieele opening
van Grangemouth Aerodrome, welke
Zaterdag plaats vond.
In het noorden van Engeland, waar het met
het luchtverkeer niet al te best wilde vlotten,
koestert men ten aanzien van Grangemouth, de
centrale luichthaven van Schotland, groote ver
wachtingen. De nieuwe luchthaven, welke voor
zien is van startbanen en een zeer moderne
technische uitrusting, ligt centraal ten opzichte
van de steden Edinburgh en Glasgow, de sa
menvoeging van het luchtverkeer op één plaats
zal de opneming van Schotland in het Europee-
sche luchtnet kunnen vergemakkelijken.
In het stationsgebouw had zich reeds een groo
te schare belangstellenden verzameld, toen het
K. L. M.-vliegtuig, de „Roek" onder commando
van gezagvoerder Frenken op het uitgestrekte
terrein, grootste vliegveld van Engeland,
landde. Ter gelegenheid van de opening van
Grangemouth voerde de K. L. M. namelijk een
extra-vlucht uit.
De opening werd bijgewoond door tal van
autoriteiten. De openingsplechtigheid werd ver
richt door Lord Trenchard.
Tijdens de lunch, die de talrijke gasten ver-
eenigde, getuigde de heer Plesman van zijn
groote waardeering over een initiatief, dat men
in Schotland, heeft getoond bij den aanleg van
Grangemouth.
fziening ietwat vreemd aandoet. Men zou zoo
zeggen, dat er vooral in dezen tijd gelegenheid
te over is geschikte krachten te vinden om deze
moeilijkheid op te lossen. Daarbij is het de
vraag, of het wel juist is, dat men in bepaalde
gevallen adviseert aan organisaties geen spoed te
betrachten met het indienen van voorstellen tot
het vaststellen van vestigingseischen, omdat
eerst nog tal van andere aanvragen afgewikkeld
moeten worden. Dat werkt op de desbetreffen
de groep, die een dergelijk verzoek wil indie
nen, uiterst deprimeerend. Nu de Vestigingswet
er is, dient iedere aanvrage ten spoedigste in
behandeling genomen te worden, waardoor ook
een zekere bevoorrechting bij voorbaat uitge
sloten wordt. Dat daarmede zeer veel arbeid ge
paard gaat, is vanzelfsprekend, maar dat was te
voorzien. Ontbreekt daartoe op dit oogenblik het
geëigende apparaat, dan zal men dat moeten
scheppen. Voor vele middenstandsgroepen zou
dat ongetwijfeld van groot belang zijn.
MOLLERUS.
Dr. Colijn bij mr. dr. Deckers.
's GRAVENHAGE, 3 Juli. Dr. H. Colijn
heeft gistermiddag ten huize van mr. dr. L. N.
Deckers met dezen in zijn hoedanigheid van
voorzitter der R.K. Kamerfractie, informatori-
sche besprekingen gehouden.
van Nederland
Besprekingen te Moskou gaan
geheel buiten de Nederlandsche
regeering om
's GRAVENHAGE, 3 Juli. Naar
aanleiding van de berichten, volgens
welke Nederland zou zijn genoemd in
de onderhandelingen welke dezer da
gen te Moskou zijn gevoerd tusschen
afgevardigden der Emgelsche en Fran-
sche regeeringen met de Sovjet-Unie
doet de regeeringsperdienst ons de
volgende verklaring toekomen:
De Nederlandsche regeering is in
deze onderhandelingen op geenerlei
wijze gekend en heeft de betreffende
berichten eerst uit de bladen verno
men. De regeering heeft hierin aan
leiding gevonden het traditicaieele
Nederlandsche standpunt, zich af
zijdig te houden van de tegenstellin
gen, die op dit oogenblik in Europa
bestaan, opnieuw te bevestigen.
Sleutel buiten de deur ter we
ring van heksen. In de
middeleeuwen meende men, dat
sleutels in staat waren, geheimen
te ontsluieren, vandaar dat bijge
loof, dat, wanneer men den sleu
tel buiten de deur ophing, even
tueel langs het huis komende
heksen zoo verheugd waren, dat
zij het huis van haar bezoek ver
schoonden. In sommige plaatsen
in Engeland en Amerika wordt
dit gebruik nog in eere ge
houden.
Meten van wegen. Darius,
in de 5de eeuw vóór Chr.
koning van Perzië was de
eerste, die de lengte der we
gen nauwkeurig liet opmeten.
Hij liet een weg aanleggen
van Soesa naar Sardis, die
ruim 440 parsangs lang was
(een parsang o\'2 kilome
ter). Op elke 22 kilometer
stond een koninklijk posthuis.
Poolsch protest te Dantzig
verwacht.
Verlangd wordt dat het aanleggen van
militaire bases beëindigd wordt.
WARSCHAU, 3 Juli. De Poolsche re
geering zal, naar men vermoedt, binnen
24 uur bij den Senaat van Dantzig niet
alleen protesteeren tegen het aanleggen
van Duitsche militaire bases in het ge
bied van Dantzig, maar ook eischen, dat
daaraan een einde zal worden gemaakt,
daar dit anders voor de Poolsche regee
ring een rede tot interventie zal zijn om
er zelf een einde aan maken.
(United Press).
Nieuwe K. L. M.-lijn naar
Helsinki geopend.
Zaterdagnamiddag te ruim zeven uur is te
Helsinki het K.L.M.-vliegtuig Ibis, bestuurd
door gezagvoerder Parmentier aangekomen.
Er bestond op het fraai gelegen vliegveld der
Finsche hoofdstad groote belangstelling voor
deze aankomst, niet alleen omdat men deze uit
breiding van de luchtverbindingen met het ove
rige Europa zeer op prijs stelde, maar tevens
omdat het de eerste keer was, dat een Douglas
DC 3-vliegtuig daar kwam landen.
Des avonds bood de K.L.M. een aantal Finsche
autoriteiten en vooraanstaande personen op
luchtvaartgebied een banket aan.
Tijdens den maaltijd heeft de heer D. J. de
Vries, chef van de afdeeling handel der K.L.M.,
een rede gehouden.
Vier legerkorpsen en één lichte
divisie.
Vredesorganisatie van onze landmacht
gewijzigd.
De Regeeringspersdienst meldt:
Met ingang van 1 Juli 1939 is voor de land
macht een gewijzigde vredesorganisatie in wer
king getreden.
Als gevolg daarvan bestaat, van genoemden
datum af, het veldleger uit 4 legerkorpsen en 1
lichte divisie. Elk legerkorps is samengesteld uit
2 divisiën en 1 regiment motorartillerie, elke
divisie uit 3 regimenten infanterie en 1 regi
ment veldartillerie.
De standplaatsen der legerkorpscommandan
ten zijn onderscheidenlijk 's-Gravenhage (le),
Arnhem (He), Breda (IHe), en Amersfoort (IVe)
die der divisiecommandanten 's-Gravenhage
(le), Ede (lie), Assen (Ille), Arnhem (IVe),
Venlo (Ve), Breda (Vie), Harderwijk (Vile)
en Amersfoort (VlIIe); de commandant van de
lichte divisie is gevestigd te 's-Gravenhage.
Voorts is met ingang van 1 Juli 1939 opge
richt het wapen der militaire luchtvaart, be
staande uit den staf van het wapen en 3 lucht
vaartregimenten.
Tenslotte is het wapen der genie gereorga
niseerd tot een brigade van 3 regimenten en
zijn de kustartillerie, de motordienst en de lichte
troepen met nieuwe formaties uitgebreid.
De met de reorganisatie verband houdende
bouw van kazernes en magazijnen, inrichting
van oefenterreinen en aanleg van vliegvelden is
ten deele voltooid, ten deele in uitvoering.
Verwarmd door de zea, welke eiken dag krachtiger scheen, sloeg het eendje de vleugels uèt. Se
vroeger endroegen het in snelle vaart uit den poel.
veel krachtiger (tem
~ys-'
Voor het eendje zich goed bewust was, waarheen het vloog, be
vond het zich al in een heel grooten tuin, waar de appelboomen
bloeiden en de seringen geurden. De lange takken reikten tot over
het water. O, hier was het heerlijk in de voorjaarszoelte.
(Wordit vervolgd!.
Bijensport.
Oxfordshire, Juni.
Gisteren heb ik m'n eersten zwerm bijen met
succes opgevangen en in den korf gekregen.
Ik was bezig beneden in den tuin een vogel-
dichte constructie van latten en vischnetten
over de aardbeien te maken, in een wedstrijd
met de zon die steeds heeter werd en met de
lijsters, die de snel rijpende vruchten wegpik
ten, waar het vijandige net zich nog niet uit
strekte, en mij elke duimbreeds grond be
streden.
Plotseling was er vlak boven mij een zoo luid
gezoem en zoo dicht gedwarrel van kleine in
secten, dat het leek of de wereld ineens met
middelpuntvliedende kracht aan het draaien
was gegaan. Het bleef daar eenigen tijd be
sluiteloos boven me hangen, schoot toen pijl
snel de heuvelhelling op en was nog zicht
baar tegen de strakke lucht: een fijne stui
vende wolk, trillend als heette lucht op een
warmen zomerdag. Ik volgde de zwerm over
het veld, waar ze soms even aarzelend om een
boom bleef zweven en dan toch weer verder
trok tot ze zich in een dichte meidoorn
nestelde; hoog genoeg om wat koelenden wind
op te vangen en dicht genoeg bij het midden
van den boom om wat schaduw te vinden.
Het was geen ideale positie om ze makkelijk
in den mand te kunnen schudden, maar toch
beter dan de toppen van twee stoere eiken-
boomen dichtbijTerwijl de tros aan den mei-
doorntak gestaag groeide en meer en meer
bijen zich hechtten, verzamelde ik in huis de
diverse attributen: een rieten korf, verleidelijk
voorzien van een stukje honingraat, een
doek om den gevulden korf op neer te zetten,
een witte doek om de korf tegen de felle zon
te beschutten, een rookapparaat voor het ge
val het mogelijk was de korf boven de zwerm
te hangen en hen er in te rooken, een sproei
apparaat om wat regen te imiteeren en hen
rustiger en steviger te doen samenhangen als
ze onrustig mochten blijven rondvliegen, een
ladder en een snoeischaar. Het was op dat uur
van den dag een warm karwei, nog verergerd
door twee prikkeldraad-omheiningen, die bij
iederen tocht van huis tot zwerm overklom-
men moest worden, wat mij een geweldige
winkelhaak in m'n overall bezorgde en een
ideale entrée voor uit hun humeur gebrachte
bijen bereidde.
De zwerm gedroeg zich overigens allervoor-
beeldigst: zij hing in 'n doodstillen, zwaren, loo
men, glinsterend-donkerbruinen tros en na
voorzichtig een voldoende opening in de mei
doorn te hebben geknipt om de korf onder de
tros te kunnen houden en met den ladder
eenigszins wiebelend op de helling en tegen de
grillige Meidoorntakken te hebben gebalan
ceerd, lukte het mij met twee stevige rukken
aan den tak vrijwel den geheelen tros in den
mand te schudden, welk zware gewicht den
ladder aan het tuimelen bracht, zoodat we
gezamenlijk den grond bereikten.
De korf werd omgekeerd op het doek en een
steen onder den rand geschoven om een ope
ning te vormen. Voorloopig konden ze in dit
tijdelijk kwartier blijven en tegen zonsonder
gang naar een permanente woonplaats wor
den overgebracht.
Ik keerde naar aardbeien en lijsters terug.
Toen ik later in den middag nog eens naar
den zwerm ging kijken, hing zoowat de helft
weer aan denzelfden ouden tak en ik besefte
dat alle handboeken over bijenteelt me 'niet
konden vertellen of de koningin soms op den
tak was achtergebleven of zich toch reeds in
den korf bevond. Een kritieke kwestie, want
zonder koningin in de korf zou de rest niet
naar binnen komen en met de koningin nog
op den tak zou de hoeveelheid in den korf
vermoedelijk toch ook den tak weer opzoeken.
Het was een moment van deemoed, waarin ik
stillekens de leden van de plaatselijke ver
eeniging van bijenhouders (bijna allen dorps
dominees of rentenierende schoenmakers en
grootendeeils over de zeventig) gelijk gaf, dat
ik niet oud en wijs genoeg ben om
met bijen om te gaan. Dat ik er
zoo speciaal op gesteld was dezen eersten
zwerm veilig en wel onder dak te brengen was
dan ook niet alleen en zelfs niet in de
eerste plaats, omdat het erg verkieslijk was
onze kolonies weer aan te vullen. Van de zes
waarmee we begonnen stierven er vier tij
dens den winter uit. Veldmuizen maakten zich
van één korf meester en richtten er een com
fortabel nest in, een wespenplaag dreef de
bewoners van een anderen korf weg en regen,
sneeuw, en vorst waren verantwoordelijk voor
het uitsterven van twee andere kolonies, ter
wijl de vijfde in het vroege voorjaar haar ko
ningin kwijt raakte en dientengevolge een
doelloos bestaan leidde, van de hand in den
tand levend zonder de zaken in den korf te
behartigen. Een serie onfortuinlijke gebeur
tenissen dus, die het oordeel van de bijen
houders maar al te zeer grond verschafte. Het
was mij werkelijk in hoofdzaak begonnen om
de aardigheid van het bedrijf en om de jon
gere generatie in het oordeel van de Oxford
shire iemkers te doen stijgen.
En nu plotseling deze onvoorziene compli
catie van de helft op den tak, de helft in de
mand
Een nieuw overweldigend gezoem verstoor
de m'n trieste gedachten: de tros aan den
hak barste in duizend kleine stipjes uit
een, die rondvlogen boven me en ginds rond
om een wilden kerseboom en toen terugkeer
de naar den tak en zich weer hechtten en
nogmaals loslieten en rondvlogen en toen re
gelrecht en in dichten wolk op de korfope-
ning afkwamen en zich verdrongen om naar
binnen te komen.
Dus toch oud en wijs genoeg! Ik werd zelfs
voldoende overmoedig om 's avonds te trach
ten den zwerm niet in een nieuwen korf te be-
huizen maar met de bestaande koninginlooze
kolonie te vereenigen waarbij een raat vol bijen
in den bestaanden korf met wat meel wordt
bestrooid, evenals de nieuwe zwerm zoodra ze
op de hellende plank voor den korf is uitge
stort en naar binnen begint te wandelen. Op
een hellend vlak loopen bijen namelijk steeds
naar boven. Het meel geeft de twee verschil
lende kolonies dezelfden reuk, zoodat de
nieuwe zwerm als het ware incognito naar
binnenkomt en de twee families niet met el
kaar gaan vechten.
Het lukte alles volgens de regelen en morgen
zal ik eens een praatje met Whitehead gaan
maken, den dorpsschoenmaker, die al meer
dan dertig jaar bijen houdt en voorzitter van
de plaatselijke vereeniging is. Ik zal hem
zoo terloops eens zeggen, dat ik een zwerm heb
opgevangen en behuisd en over m'n momen
ten van twijfel niet reppen, doende alsof het
de eenvoudigste zaak ter wereld was. En dan
eens zien of op den eerstkomenden velddag
(bijenhouders houden er hier velddagen op
na, waar zeventigjarige intiemste bijen-c" -
servaties worden uitgewisseld) de houding te
genover de „jeugd" niet wat veranderd is.
Het is juister in plaats van: we houden
bijen te zeggen: we doen aan de bijen-
sport.
Vr.
