7led&dand
teZagxefr
M!
flCaUfax v
JSütsche, t
„Oodog
het buitenlandsche beleid der
op de Jaarbeurs
RADIO
PROGRAMMA
VRIJDAG '4 AUGUSTUS 1939
Opzegging van hef handelsverdrag met Japan
kan alleen in overleg met de Dominions geschieden.
J)e onderhandelingen te
Moskou.
Bij den aanvang der debatten in het Hooger-
huis over de buitenlandsche politiek heeft Lord
Snell (Labouroppositie) gisteren aan Lord Hali
fax de verzekering gegeven, dat zijn motie,
waarin hij de aandacht der regeering vestigt op
den huidigen toestand der buitenlandsche poli
tiek niet de bedoeling heeft hem eenig ongemak
te bezorgen of in verlegenheid te brengen bij de
ernstige zaken, die hij dagelijks onder ooger.
moet zien, doch dat een der essentieele voor
waarden van de democratie is dat zoowel de
natie als de regeering voldaan moeten zijn, over
de openbare zaken.
Sprekende over China gaf Lord Snell uitdruk
king aan de hoop, dat Lord Halifax in staat zal
zijn de verzekering te geven, dat de politiek der
regeering ten aanzien van China niet veranderd
is en waarschijnlijk niet veranderd zal worden.
En dat de regeering voort zal gaan met steun te
bieden aan de Chineesche munt.
Ten aanzien van Rusland zeide Snell, dat de
toestand voortdurend teleurstellend schijnt en
hoewel hij niet aannam, dat Groot Brittannië
alleen verantwoordelijk is, kon hij niet nalaten
op te merken, dat de snelheid, waarmede de
formule te Tokio was tot stand gebracht, ver
schilt van het ergerlijke dralen te Moskou.
Burggraaf Cecil, die hierna aan het woord
kwam, drong er ook bij de regeering op aan een
duidelijker uitlegging te geven van haar politiek
in het Verre Oosten. Hij zeide, dat het voornaam
ste doel moest zijn de handhaving van den vrede.
Cecil hoopte, met een verwijzing naar het com
mentaar van Chamberlain op de Britsche poli
tiek, dat Lord Halifax in staat zou zijn te zeggen
welken stap de Britsche regeering op het oog
heeft als parallel op dien van de regeering der
Vereenig.de Staten. China heeft alles gedaan om
onze hulp te verdienen.
Lord Davies protesteerde tegen het besluit
van den premier het parlement tot October te
verdagen. Hij hoopte van Lord Halifax verdere
inlichtingen te vernemen over de onderhande
lingen met Rusland, welke in zekere kringen
ernstige achterdocht hadden gewekt ten aanzien
van de ware bedoelingen der regeering.
Ten aanzien van Dantzig betoogde Davies,
dat niet kan worden toegestaan, dat de zaken op
haar beloop worden gelaten, doch dat stappen
dienen te worden genomen ter verzekering van
de heiligheid der internationale verdragen. Hij
achtte het noodig, dat China zou worden ge
steund, daar hij zich afvroeg hoe de onderhande
lingen met Rusland anders zouden kunnen slagen
en hoe het vertrouwen van Tsjang Kai Sjek zou
kunnen worden geïnspireerd.
Lord Herbert Samuel sloot zich aan bij Lord
Snell en Lord Cecil en drong er bij de regeering
op aan het duidelijk te maken, dat de formule
van Tokio geen wijziging meebrengt in de poli
tiek nopens China.
In zijn antwoord heeft Lord Halifax in de
eerste plaats het Verre Oosten behandeld. Hij
zeide, dat in verscheidene redevoeringen was
geopperd, dat de formule, welke onlangs met
Japan was aangegaan, Groot Brittannië ver
plicht tot een fundamenteele wijziging in zijn
politiek, dat wij door de formule te onderteeke
nen, den oorlogstoestand in China erkennen, dat
het in strijd is met den geest onzer verplichtin
gen op grond van de resoluties van den Volken
bond, dat het het gevaar medebrengt het
negenmogendhedenverdrag te schenden en in het
algemeen, dat het een daad vergoelijkt, welke
Wij vroeger hebben afgekeurd.
Ik wensch heel eenvoudig te verkla
ren, dat naar mijn meening degenen,
die een dergelijken gedachtengang volgen
onbekend zijn zoowel met de bewoor
dingen der formule als met de uitleg
ging dezer formule, welke de regeering
er aan geeft.
Jiussische deteqatie
voor de besprekingen met
Engeland, en JmnMfk.
Maarschalk Worosjilof
aan het hoofd.
I>e Sovjetregeering heeft, volgens
fiavas, voor de besprekingen met de
militaire delegaties van Engeland en
Frankrijk de volgende officieren van
het hooge commando aangewezen:
maarschalk Worosjilof, den chef van
den staf van het leger, generaal
Tsjapochniikof, den volkscommissaris
van marine, admiraal Koetanetsof,
dftn commandant der luchtmacht,
generaal Loktionof en den plaatsver-
vangenden chef van den staf, generaal
Smorodinof. De ambassadeurs van
Engeland en Frankrijk, hebben Molo-
tof in kermis gesteld van de samen-
welling der delegaties
Ik weet bij ondervinding in Indië hoe buiten
gewoon moeilijk het voor menschen in Londen
is zich een nauwkeurig oordeel te vormen over
de beteekenis van deze zorgvuldig omlijnde
formules in het Oosten. Ook weet ik, dat een
vijand op geen vruchtbaarder bodem onkruid
tusschen het koren kan zaaien. Degenen die een
dergelijke beschuldiging aan de formule ont-
leenen, verliezen een feit van groote beteekenis
uit het oog dat deze indruk juist de indruk is
dergenen, die dezen indruk wenschen te vestigen
en die er naar streven de moeilijkheden te
overdrijven, waarvoor wij thans geplaatst zijn.
Daarom moeten wij naar mijn meening, aldus
Halifax, er op letten hun spel niet te spelen.
ten een rechtvaardige en aanvaardbare regeling
van het huidige geschil tot stand te brengen.
De regeering is bereid haar goede
diensten aan te bieden, indien en wan
neer zij nuttig zouden kunnen zijn. Ik
geloof niet, dat het boven de kracht van
mannen van goeden wil is, een oplos
sing te vinden, welke recht doet weder
varen aan China en rekening houdt met
de belangen van andere bij het Verre
Oosten betrokken mogendheden.
De onderhandelingen te Moskou.
Overgaande tot een bespreking van den Euro-
peeschen toestand en meer in het bijzonder tot
de kwestie der onderhandelingen met Sovjet
Rusland zeide Lord Halifax, dat de Britsche re
geering de leiding had genomen hij de pogingen
een combinatie te organiseeren om tegenstand te
bieden aan agressie en het feit, dat een belang'
rijk deel van de blaam voor iedere moeilijkheid
haar ten deel valt bewijst dat haar leidende rol
algemeen wordt erkend.
De drie regeeringen zijn het er volkomen over
eens, dat het noodig is te trachten in dat geval te
voorzien, doch de geschillen, die gerezen zijn,
houden verband met den nauwkeurigen vorm,
waarin het begrip indirecte agressie moet wor
den omlijnd.
Ons gemeenschappelijk doel is een formule
te vinden, welke waarschijnlijk het begrip irn
directe agressie zal dekken zonder in eenig op>
zicht inbreuk te maken op de onafhankelijkheid
of neutraliteit van andere staten. Het is geen ge
heim, dat de voorstellen der Britten en Fx~an
schen der Sovjetregeering onvoldoende ruim
voorkwamen, terwijl de door de Sovjet regeering
voorgestane formule den regeeringen van Groot
Brittannië en Frankrijk in de andere richting te
vergaand scheen.
De Sovjet-regeering heeft er de voorkeur aan
gegeven zonder tusschenstadium over te gaan
tot de opstelling van de formule van een over
eenkomst en de bewoordingen van die formule
eischen een nauwkeurige overweging.
Halifax zette uiteen, dat Groot Brittannië met
Frankrijk tot overeenstemming moest komen
over iedere wijziging, hetgeen een zekeren tijd
vergt. Hij betwistte, dat indien een lid van het
kabinet naar Moskou zou zijn gegaan een snelle
overeenkomst zou zijn verzekerd. Hij haalde in
dit geval het vlootverdrag van Washington van
1921 aan, toen Groot Brittannië door Balfour was
vertegenwoordigd en de onderhandelingen des
ondanks drie maanden hebben geduurd.
In het onderhavige geval, aldus Halifax, was,
naar ik verneem, Molotof verplicht in ieder sta
dium zijn regeering te raadplegen en wie de
Britsche vertegenwoordiger ook zou zijn geweest,
zou dat ook dan 't geval zij n geweest, 't Feit dat de
regeeringen van Gr. Brittannië en Frankrijk be
sloten hebben haar militaire missies uit te zenden
naar Moskou zij vertrekken Zaterdag voor 'n
overeenkomst op politieke punten is gesloten,
moge als beste bewijs gelden voor het goede ver
trouwen en de vastberadenheid der Britsche re
geering.
VOOR HET EERST MET
EEN EIGEN PAVILJOEN.
Radio-propagandarede
in hef Kroatisch.
(Van onzen Boedapester correspondent op zijn
reis door Joego-Slavië.)
Lord Halifax.
De Japansche regeering heeft de
Britsche regeering nimmer gevraagd
haar politiek om te gooien en de Britsche
regeering zou dat ook nooit kunnen
doen, indien haar dat zou worden ge
vraagd. Al wat wij met deze formule
hebben gedaan is te trachten de feiten
vast te stellen zooals zij naar ons
voorkomt, bestaan en te probeeren op
practische manier den achtergrond vast
te stellen van den toestand, zooals deze
te Tientsin is ontstaan.
Wij moeten niet onnoodig de taak van onzen
ambassadeur te Tokio verzwaren, die in moei
lijke omstandigheden met vastberadenheid en
begrip van zaken optreedt bij zijn pogingen een
oplossing te bereiken.
Wij moeten er naar streven bij te dragen tot
het vinden van een regeling welke voor alle
belanghebbenden aanvaardbaar is en aan een
oplossing van de huidige moeilijkheden werken,
welke niet onze betrekkingen met China schaadt.
Ik ben mij er van bewust, dat vele leden van
dit Huis van meening zijn, dat zulks een te op
timistische verwachting is. De regeering ziet zich
verplicht de blokkade van Tientsin en de toe
nemende agitatie tegen Britsche belangen in deze
deelen van het bezette China zeer ernstig op te
vatten.
De Japansche regeering en het Japansche volk
moeten erkennen, dat indien deze agitatie voort
duurt, indien zij deze niet kan voorkomen, de
betrekkingen tusschen onze beide landen steeds
moeilijker zullen worden.
Er dient in herinnering te worden gebracht,
dat de Japansche regeering In de bewoordingen
der formule zichzelf verantwoordelijk stelde
voor de handhaving van de openbare orde in de
door de Japanners bezette gebieden in China en
daarom verwacht de regeering, op grond van
deze formule, dat zij de anti-Britsche propa
ganda in deze gebieden zal onderdrukken. Hoe
wel de kwesties van plaatselijken aard kunnen
zijn hebben zij een veel verder strekkende be
teekenis en zijn zij ook voor andere regeeringen
van belang. Er is reeds gezegd, dat wij op ver
scheidene punten een lijn trekken met de Ver
eenigde Staten en Frankrijk. De beide regee
ringen worden door ons nauwkeurig op de hoogte
gehouden, zoowel van onze bedoelingen als van
hetgeen wij hebben gedaan. Dat wil natuurlijk
niet zeggen, dat wij op alle punten juist hetzelfde
zullen doen.
Ik kan mij zeer goed de omstandig
heden voorstellen, welke ook de Britsche
regeering er toe zouden kunnen brengen
melding te maken van haar voornemen
het handelsverdrag op te zeggen, doch,
zooals de premier Zaterdag in het Lager
huis heeft gezegd, is dat een aangele
genheid, welke een zeer nauwkeurige
overweging vereïscht en waarvoor een
intense gedachten wisseling met de Brit
sche dominions in ieder geval noodig
zou zijn.
De Chineesche valuta.
Er zijn verschillende oplossingen voorgesteld
met betrekking tot de Chineesche valuta en de
zilvervoorraden van Tientsin, doch geen enkele
schijnt bevredigend. De Britsche regeering blijft
alle mogelijkheden onderzoeken, doch wij zullen
onze verplichtingen jegens de Chineesche regee
ring of andere onderteekenaars van het negen
mogendhedenverdrag niet uit het oog te verlie
zen, De kwestie van een verdere steunverleening
aan de Chineesche munt zal beschouwd worden
in het licht van zeer vele andere financieele over
wegingen en verplichtingen van Groot Brit
tannië.
De toestand ten aanzien van het geval van
kolonel Spear is zeer onbevredigend. Er is geen
verklaring gegeven voor het lange vasthouden
van Spear en der Japansche regeering is geen
twijfel gelaten over de gevoelens der Britsche
regeering daarover.
Het doel moet niet zijn een koers te gaan vol
gen, welke waarschijnlijk veel verder gaande en
gevaarlijker gevolgen zal hebben doch te trach
Oost-Europa.
Over Dantzig wilde Halifax niet veel zeggen.
Hij verwees in dit verband naar de op 10 Juli
door Chamberlain afgelegde verklaring. Hij
achtte het niet practisch en nuttig een inter
nationale strijdmacht naar Dantzig te detachee-
ren. Dit wil echter niet zeggen, dat de regee
ring den toestand niet met de grootst mogelijke
aandacht gadeslaat en dat zij niet ontvankelijk
zou zijn voor mogelijke terugslagen van ontwik
kelingen in dat deel voor de toekomst van den
Europeesche vrede.
Ten aanzien van Polen betreui-de Halifax, dat
het niet mogelijk was overeenstemming te be
reiken over de voorwaarden, waarop een lee
ning zou worden gesloten, zoo dat het parlement
de noodige wetten zou kunnen afhandelen voor
het op reces gaat. Het zou niet in het openbaar
belang zijn de moeilijkheden te bespreken, doch
deze hielden geen verband met het koopen van
wapenen door Polen in andere landen dan
Engeland.
De politiek der Britsche regeering is, naar ik
hoop, voldoende duidelijk en het is niet noodig
deze te herhalen. Wij hebben getracht de positie
van dit land kristalhelder te maken. Wij hebben
geen agressieve bedoelingen.
Onze bondgenootschappen zijn zonder agres
sieve bedoelingen aangegaan.
Wij hebben geprobeerd het dubbele doel der
Britsche politiek te definieeren eenerzij ds onze
houding tegenover een agressie, anderzijds onze
bereidheid, indien men geweld of dreigingen van
geweld laat varen, ons aan te sluiten bij het
opbouwend werk van de vestiging van een
vreedzame orde. Er kan geen vergissing over
bestaan, waar dit land zal staan. Wij hebben
onze eigen voorzorgsmaatregelen genomen. Wij
hebben al het mogelijke gedaan om de krachten
van den vrede te organiseeren, de afschrikwek
kende middelen van den oorlog te versterken en
ons blijft slechts over dit is mijn speciaal
verzoek kalm te blijven. Ik veronderstel, dat
een vereenigde natie, welke weet, waar zjj staat
en weet, dat zij sterk is, de toekomst, wat zij
ook in zich moge dragen, met vertrouwen onder
oogen kan zien.
Hiermede was het debat ten einde.
is anwaacscAifaCifA'
Engelsche regeering heeft
goede redenen voor die
meening, zegt Lord Inskip.
In een rede te Oban in Schotland
heeft Lord Inskip gezegd, dat oorlog
onwaarschijnlijk is. Hij voegde hieraan
toe, dat de Britsche regeering goede
redenen voor die meening heeft.
President Lebrun bezoekt
Luxemburg.
Ontvangst bij de Groothertogin op het
slot Berg.
De president van Frankrijk en mevrouw
Lebrun hebben zich gisteren naar Luxemburg
begeven, waar hun op het slot Berg door de
groothertogin en prins Felix een noenmaal
werd aangeboden. De Fransche gasten be
gaven zicih daarop naar de Luxemiburgsche
hoofdstad, waar Lebrun een krans legde op
het monument ter nagedachtenis van de
Luxemburgsche vrijwilligers, die aan den we
reldoorlog hebben deelgenomen. Vervolgens
vond in de salons van de Fransche legatie een
ontvangst ter eere van den Franschen presi
dent plaats.
ZAGREB 1 Augustus.
EN is te Zagreb, dat den Nederlan
ders misschien veel beter bekend
•oorkomt onder den naam van Agram,
in het noordelijke gedeelte van Joego-
Slavië, thans reeds druk bezig met de voorbe
reidingen voor de groote internationale jaar
beurs, welke hier van den 26en Augustus tot
den 6en September gehouden wordt. Op deze
najaarsbeurs zal Nederland voor de allereerste
maal met een eigen afdeeling voor den dag
komen, welke in een eigen paviljoen gehuisvest
wordt.
De jaarbeurs van Zagreb bestaat reeds sedert
ongeveer dertig jaar. Zij genoot al een goede
reputatie, toen deze stad en het eromheen lig
gende Kroatische land nog tot het indertijd zoo
groote en machtige en na den wereldoorlog
uiteensgespatte Oostenrijlcsch-Hongaarsche rijk
behoorde. Zij is dus veel ouder dan de jaarbeurs
van Weenen, die pas in 1921 het eerste levens
licht aanschouwde. En de jaarbeurzen van
Boedapest en van Belgrado, die eerst van zeer
recenten datum zijn, zijn kleuters vergeleken bij
deze dame, die haar „Sturm-und Drang"-perïode
lang achter den rug heeft.
De jaarbeurs van Zagreb, is altijd van groote
beteekenis geweest, want deze stad, die, vooral
wanneer men komt uit het zuiden des lands,
waar alles er onmiskenbaar als Balkan uitziet,
een zeer Europeeschen indruk maakt, is een
zeer belangrijk handelscentrum. De stad telt
meer dan tweehonderdduizend inwoners.Ongeveer
het derde gedeelte van het particuliere banken-
kapitaal van Joego-Slavië is hier geconcentreerd,
tal van industrieën hebben er groote fabrieken
en bureaux en er wordt hier steeds een drukken
handel gedreven. In veel opzichten is Zagreb de
meerdere van Belgrado.
Behalve Nederland zullen ditmaal op de jaar
beurs ook Duitschland, Frankrijk en Italië een
eigen paviljoen bezitten, terwijl het vroegere
paviljoen van Tsjecho Slowakije thans ook weer
in gebruik zal worden genomen om er de pro
ducten te laten zien van de onder Duitsch
protectoraat gekomen streken Bohemen
Moravië.
Het Nederlandsche paviljoen belooft een uit
stekenden indruk te zullen maken. Het is een
gebouw van 48 meter lang en 9 meter 30 breed.
De hoogte bedraagt 5 meter. Het wordt ingericht
volgens een ontwerp van onzen landgenoot
Henri Pieck. Boven den ingang en den uitgang
wordt het Nederlandsche wapen aangebracht,
Vier groote Nederlandsche vlaggen aan palen
van tien meter hoog zullen de aandacht al op
grooten afstand op ons paviljoen vestigen. Veel
Kroatische beziekers van de jaarbeurs zullen
dit wellicht een aardige attentie vinden, want
de Nederlandsche rood-wit-blauwe vlag is na
melijk precies hetzelfde als die van de Kroaten.
die zooals men weet vooral in den laatsten tijd
erg nationalistisch gezind zijn. In het gebouw
wordt een groot portret van onze Koningin aan
gebracht. Ook hoopt men er beeltenissen van
de andere leden van het Koninklijke gezin aan
den wand te kunnen hangen.
De organisatie van onze Nederlandsche afdee
ling was in handen van den Economischen Voor
lichtingsdienst, welke onder het Ministerie van
Economische Zaken ressorteert. Mr. J. J. Ooye-
vaar, chef van het informatiebureau en van het
publiciteits- en propagandabureau van den
Dienst, is reeds eenigen tijd geleden in Joego-
Slavië geweest om een en ander te bespreken en
te regelen. Hij komt thans ook naar Zagreb en
brengt een deskundige mee, die voor de goede
behandeling van de verschillende voorwerpen
en voor de goede plaatsing ervan zal zorg dragen.
Verder zal men ook ir. Feenstra van het Kolo
niaal Instituut te Amsterdam, afdeeling Han
delsmuseum, en diens assistent den heer Rietveld
zien verschijnen. Het Koloniaal Instituut komt
namelijk ook met een groote inzending voor den
dag. De Algem. Ned. Ver. voor Vreemdelingen
verkeer zal van de gelegenheid gebruik maken
de bezoekers op de schoonheden van ons land
opmerkzaam te maken. De Koninklijke Neder
landsche Stoomvaartmaatschappij is zoo bereid
willig geweest een groot aantal voor de jaar
beurs te Zagreb bestemde kisten met inhoud
geheel, gratis te vervoeren. Zij zal ook in het pa
viljoen een eigen stand hebben. De schepen van
de K. N. S. M. doen met bijna regelmatige tus-
schenpoozen, Slavische havens aan om waren
te lossen en te laden. Toen ik verleden week in
Dubrovnik (Ragusa) was, lag er juist het schip
Vesta. Ik heb met nog een Nederlandschen ken
nis den kapitein een bezoek gebracht. Wij heb
ben het heerlijke gevoel gehad weer eens even
„op Nederlandschen bodem" te staan, we heb
ben echte oude klare te drinken gekregen, we
zijn zelfs op een typisch Hollandschen maaltijd
uitgenoodigd en zijn naderhand gezellig met
kapitein Stekelenburg uitgeweest, die zich door
zijn beminnelijke persoonlijkheid overal vrien
den weet te verwerven.
TE Zagreb is de Nederlandsche consul, de
heer W. Adams, die hier directeur-commis
saris van de Joego Slavische Shell N.V. is, reeds
sedert geruimen tijd bezig alles zoo goed moge
lijk te doen slagen. Hij wordt daarbij trouw
terzijde gestaan door den secretaris van het
consulaat en van de Shell, den heer A. C. Heij-
blok, die mij, daar de heer Adams op het oogen-
blik met verlof afwezig is, op de meest bereid
willige wijze tal van belangrijke informaties gaf.
De heer Adams is hier sedert 1925 al Neder-
landsch consul. Vroeger werden onze consulaire
belangen door een Joegoslaaf behartigd, maar
het is natuurlijk altijd veel beter, wanneer dit
een Nederlander kan doen.
De heer F. W. Craandijk, die eerst sedert
enkele maanden als „tijdelijk zaakgelastigde" in
Joego Slavië is en er hoofdzakelijk in Belgrado
resideert (behalve in de heete zomermaanden,
wanneer hij zich net als de meeste andere bui
tenlandsche diplomatieke vertegenwoordigers
naar het veel koelere Bied in de boschrijke
streek van Slovenië begeven heeft) zal het Ne
derlandsche paviljoen in aanwezigheid van tal
van Joego Slavische autoriteiten officieel openen.
De heer Eugen Pusic, een Joegoslaaf, die sedert
jaren als kanselier aan ons consulaat verbonden
is, zal op den vooravond van de opening in de
radio in het Kroatisch een lezing houden over
het thema „Hoe Nederland vruchtbaar land
schept en havens aanlegt".
Men zal dan vantevoren een foto van de droog-
leggingswerken van de Zuiderzee in het radio
tijdschrift laten verschijnen, waarbij de heer
Heiblok enkele woorden schrijft. Men hoopt, dat
het mogelijk zal zijn ook op den 31en Augustus
ter gelegenheid van den verjaardag van onze
Koningin iets voor de radio te kunnen doen. Men
wil het Wilhelmus en enkele Nederlandsche
platen uitzenden.
Reeds thans is men begonnen ettelijke honder
den plakkaten uit te deelen, welke naar een ont
werp van Kempenaer bij Joh. Enschedé en Zo
nen gedrukt zijn. Zij stellen een wereldbol tegen
een donkeren achtergrond voor, Nederland onder
een sterk vergrootglas, met een band met de
kleuren van onze vlag, welke er aan beide kan
ten onder vandaan komt. Het is een plakkaat,
dat uitstekend werkt en thans reeds bij allen, die
het gezien hebben, veel bewondering verwekt.
De Nederlandsche wereldfirma Philips, die in
het handels- en bedrijfsleven in Joego Slavië een
belangrijke plaats ineemt, zal niet in het groote
Nederlandsche paviljoen vertegenwoordigd zijn,
doch zal een eigen afdeeling bezitten, waarin o.a.
het wonder van de televisie getoond zal worden.
Het jaarbeursterrein ligt slechts een minuut
of tien van het drukste centrum van de stad ver
wijderd. Men kan het, wanneer men uit Neder
land komt, rechts van de spoorlijn zien liggen.
Men stelt zich, niet alleen in Nederlandsche,
maar ook in Joego Slavische leringen, heel veel
van onze inzending voor.
W. M. BEKAAR.
ZATERDAG 5 AUGUSTUS 1939.
HILVERSUM I, 1875 en 414.4 M.
VAR A-Uitzending. 10.00—12.20 v.m. en
7.30—8.00 VPRO.
8.00 Gramofoonmuziek. (Ca. 8.16 Berichten).
10.00 Morgenwijding. 10.20 Voor arbeiders in de
Continu-bedrijven. 12.00 Gramofoonmuziek. (Ca.
12.15 Berichten). 2.00 Causerie over een Indische
reis. 2.20 Esmeralda. 3.00 Reportage. 3.30 Zang,
piano en gramofoonmuziek. 4.00 Causerie „Film-
publiciteit". 4.15 Gramofoonmuziek. 4.30 Esperan-
touitzending. 4.50 Gramofoonmuziek. 5.30 Film
land. 6.00 Orgelspel. 6.28 Berichten. 6.306.55
Gramofoonmuziek. 7.00 VARA-Kalender. 7.05
Felicitaties. 7.10 Politiek radiojournaal. 7.30
Cyclus „Langs* steden en dorpen". 8.00 Herha
ling SÓS-berichten. 8.03 Berichten A. N. P.,
VARA-Varia. 8.20 VARA-orkest (opn.). 8.50
Gramofoonmuziek. 9.00 Puzzle-uitzending. 9.15
Sylvia-Amusementsorkest (opn.). 9.35 Gramo
foonmuziek. 9.45 Orgelspel en zang. 10.30 Be
richten A. N. P. 10.40 Gramofoonmuziek. 11.00
Esmeralda en solist. 11.3012.00 Gramofoon
muziek.
HILVERSUM II, 301,5 M.
KRO-Uitzending. 4.155.15 HIRO.
8.009.15 Gramofoonmuziek. (Ca. 8.15 Be
richten). 10.00 Gramofoonmuziek. 11.30 Gods
dienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 John
Kristel en zijn Troubadours. (1.001.30 Gra
mofoonmuziek en ca. 1.15 Berichten). 2.00 Voor
de jeugd. 2.30 Kinderuur. 3.30 Reportage. 4.15
Gramofoonmuziek. 4.20 Causerie „Wat ons be
zielt". 4.35 Gramofoonmuziek. 4.40 Causerie
„Economische perspectieven". 4.55 Gramofoon
muziek. 5.00 Causerie „De dood is niet het
einde". 5.15 Filmnieuws. 5.30 Reportage. 6.10
Gramofoonmuziek. 6.20 Journalistiek weekover
zicht. 6.45 Berichten, gramofoonmuziek. 7.00 Be
richten. 7.15 Causerie „H. Mis en Zondag". 7.35
Actueele aetherflitsen. 8.00 Berichten A. N. P.,
mededeelingen. 8.15 Meditatie met muzikale om
lijsting. 8.35 Gramofoonmuziek. 8.45 Gevarieerd
programma. 10.30 Berichten A. N. P. 10.40 Cau
serie „Het onvergankelijke rijk" (met muzikale
omlijsting). 11.1012.00 Gramofoonmuziek.
DROITVYTCH, 1500 M.
11.20 Gramofoonmuziek. 11.50 Discussie
(opn.). 12.20 Het Garfield Phillips kwintet. 12.50
Gramofoonmuziek. 1.20 Reportages. 1.50 Dialoog
over bijenhouden. 2.05 Mantovani's Tipica-
orkest en solist. 2.50 Militair herdenkings
programma. 3.50 Pianoduetten. 4.20 Yascha
Krein's Zigeunerorkest. 4.50 Variété (gr. pl.).
5.20 „The Alphas". 5.50 Reportages. 6.20 Be
richten. 6.50 Causerie „Badger and the animals
of the Wiltshire woods". 7.05 Viool en piano.
7.50 Variété-programma. 8.20 Geraldo's Con
cert-orkest, een sectie van het BBC-koor, „The
Top Hatters" en solisten. 9.20 Berichten. 9.50
Nieuws uit Australië. 10.05 Reportage. 11.05 Het
Grosvenor House dansorkest en solisten. 11.50
Dansmuziek (gr.pl.) 12.1512.20 Berichten.
RADIO PARIJS. 1648 M.
9.00 en 9.30 Gramofoonmuziek. 12.30 Zang.
I.00 Gramofoonmuziek. 1.10 en 1.45 Het Visciano-
orkest. 2.10 en 2.35 Gramofoonmuziek. S.M
Zang. 3.05 en 3.30 Gramofoonmuziek. 3.35 Zang.
3.50 Pianovoordracht. 4.05 Zang. 4,50 Gramofoon
muziek. 5.05 Vioolvoordracht. 5.50 Gramofoon
muziek. 6.35 Het pianoduo Wiener en Doucet.
7.25 Pianovoordracht. 7.40 en 8.25 Gramofoon
muziek. Ca. 8.50 „La damnation de Faust",
oDera. 11.2012.50 Eddie Foy's dansorkest.
KEULEN, 456 M.
6.50 Gramofoonmuziek. 7.35 Walter Noack's
orkest. 8.509.35 Schupo-orlcest. 12.20 Orkest
van de Luchtmacht en SS-orkest. 2.30 Gramo
foonmuziek. 4.20 De Kyffhauserkpel, Emanuel
Rambour's orkest, de Keulsche cithervereeniging
„Max Albert" en reportages. 7.30 Voor soldaten.
8.35 Leo Eysoldt's orkest en solisten. 11.00 Her
mann Hagestedt's dansorkest. 12.20 Populair
concert en dansmuziek (opn.) 2.303.20 Popu
lair concert (opn.)
BRUSSEL, 322 M.
12.20 en 1.30 Het Lambrechts-orkest. 2.25
Gramofoonmuziek met toelichting. 3.25 Populair
solistenconcert. 4.20 Pianovoordracht. 4.50 „The
Rectors" en „The Lecuona Cuban Boys". 5.35
Zang. 6.05 Gramofoonmuziek. 6.50 Gramofoon
muziek met toelichting. 7.45 en 8.20 Gramofoon
muziek. 9.20 Symphonieconcert m.m.v. solist.
II.00 Populair concert. 11.5012.20 Gramofoon
muziek.
BRUSSEL, 484 M.
12.20 en 1.303.20 Gramofoonmuziek. 3.50
Koor „Le Persévérante" en het Pro Arte-orkest.
4.20 Gramofoonmuziek. 5.05 Pianovoordracht.
5.20 Gramofoonmuziek. 6.35 Dansmuziek (gr.
pl.). 7.05; 7.35 en 8.20 Gramofoonmuziek. 8.50
Symphonie-concert m.m.v. solist. 10.30 Gramo
foonmuziek. 11.20 Dansmuziek (gr.pl.) 11.50—»
12.20 Gramofoonmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
8.35 Otto Dobrindt's orkest en solisten. 10.' j
Berichten. 10.40 Altviool en piano. 11.05 B -
richten. 11.2012.20 Het Omroepkleinorkest «a
soliste,