Jjndmkkm
Briefkaart.
van een reis naar Berlijn
Bij den zeventigsten verjaardag
De aufo door de fiets
verdrongen.
Addaatf
KORT VERHAAL
D'
Rubriek voor Vragen
jBepec&te vedichtinq. en êepeckte menu's.
Een onzer lezers, die voor zakendoeleinden
naar Duitschland's hoofdstad moest reizen,
beschrijft hieronder zijn ervaring en indruk
ken, die hij op deze reis verkreeg.
Het ligt voor de hand dat in vergelijking
met de gemakkelijke en snelle verbinding vóór
het Poolscbe conflict, toen men per vliegtuig
in 21/2 of per trein in circa 8 uur naar Ber
lijn kon komen, het reizen van thans zeer
ten ongunste van den vroegeren reisduur uit
valt.
Een directe verbinding met Berlijn bestaat
thans niet meer en het overstappen is niet
van de lucht.
Wie niet de kans wil loopen na midder
nacht in Berlijn aan te komen doet verstan
dig met de vroegstmogelijke reisgelegenheid
uit Bentheim te vertrekken. Reizigers dus die
b.v. in Den Haag of Amsterdam wonen doen
verstandig in den namiddag naar Hengelo te
reizen, daar te overnachten en des ochtends
met den eersten trein naar Bentheim te gaan.
Allereerst is dan na het vertrek uit Hengelo
Oldenzaal aan de beurt en hier is het noodig
voor pas- en andere controle uit te stappen.
Nadat dit is geschied kan met eenig opont
houd naar Bentheim worden vertrokken. Hier
opent zich Duitschland's poort en vindt na
tuurlijk een grondige pas- en bagagecontrole
plaats, waarbij in twijfelachtige gevallen om
trent de betrokken reiziger of zijn reisplannen
het bekende „dikke boek" wordt nageslagen,
waarin zich de namen bevinden van hen,
die als minder gewenschte bezoekers voor
Duitschland worden beschouwd.
In Bentheim is men dan ook met deze con
trole en het wachten op het vertrek van den
trein naar Osnabrüek een uur kwijt.
Vindt dan eindelijk het vertrek plaats dan
gaat het verder met- een boemeltrein, die op
bijna elke plaats stept. Het eerste belangrijke
station is Osnabrüek. Hier wordt overgestapt
naar Löhne en moet op aansluiting naar
Hannover van Keulen uit worden gewacht.
De treinen van Keulen naar Berlijn zijn door
het ze ei- beperkte treinverkeer zeer sterk be
zet, zoodat het geen uitzondering is dat men
tot Hannover, en wanneer men pech heeft,
tot Berlijn moet staan. Daarbij komt nog dat
- de treinen herhaaldelijk te laat zijn zoodat de
„Planmassige" aankomst in verhouding met
de vertraging overschreden wordt. Op de
reis zelf ziet men van den oorlog niet veel,
of het moesten de ambulance treinen zijn, die
met hun Roode Kruisteekens de algemeene
belangstelling hebben. Ook de ziekenhuizen,
sanatoria enz. zijn op de daken van het Roode
Kruisteeken voorzien om vliegers van vijan
delijke zijde op de beteekenis van deze ge
bouwen opmerkzaam te maken.
Verder ziet men nu en dan lange treinen
met oorlogsmateriaal, die van het Oostelijk
naar het Westelijk front trekken en dit alles
draagt er natuurlijk wel toe bij den buiten-
landschen reiziger er aan te herinneren dat
hij zich in een land bevindt, dat in oorlog
is.
Doch overigens ziet men op de reis niet veel
bijzonders. Aan de autowegen wordt normaal
doorgewerkt en eveneens is dit het geval
met de groote fabriek, waar de Duitsche volks
auto zal worden gebouwd.
In de Duitsche hoofdstad zelf zijn slechts
enkele factoren, die den bezoeker er aan her
inneren dat hij zich in een oorlogvoerend
land bevindt, n.l. Ie. de absolute verduistering
des avonds en des nachts; 2e. de betrekkelijk
beperkte spijskaarten in de restaurants; 3e.
het enorm ingekrompen autoverkeer.
De „Verdunkelung" is, wanneer men deze
voor het eerst ziet in een stad die men steeds
als een „lichtstad" heeft gekend, zeker niet
geschikt om de gevaren van een aanval-uit-de-
1-ucht te doen vergeten. Het is er dan ook op
avonden, zonder maanlicht pikdonker en om
botsingen te voorkomen hebben vele Berlij-
ners zich lichtgevende plaatjes op de borst
gespeld.
Verder zijn de normale verkeersobstakels,
die men in een groote stad in den vorm van
opgebroken staten en bouwwerken heeft, op
sterk uitspringende punten witgekalkt, zoodat
men met een beetje oplettendheid een ont
moeting met deze „harde" verrassingen bij
tijds uit den weg kan gaan. Ook zijn de si
garen-rookende Berlijners evenzoovele roode
signalen, die men uit den weg heeft te gaan.
De auto's hebben alle geblindeerde lampen en
leeren hoezen, speciaal hiervoor in den handel,
laten een enkele centimeter dikke lichtstreep
door, doch dit is zoo weinig dat er met een
zeer matig tempo gereden moet worden. Het
resultaat der „Verdunkelung" is dan ook dat
elkeen, die niet des avonds op straat moet
zijn, thuis blijft en er dus van uitgaan weinig
komt. Er wordt anders op dit gebied genoeg
geboden want de theaters en bioscopen zijn
meest alle geopend. Het kan dan ook zijn,
dat, wanneer de Berlijners aan de verduiste
ring gewoon zijn, het normale leven des avonds
zich weer spoedig herstellen zal.
Wat nu de menu's in de restaurants betreft,
deze zijn zooals bekend sterk ingekrompen.
Waar vroeger een lange lijst van gerechten
prijkte, zijn thans slechts enkele spijzen
waaruit men een keuze moet maken. Verder
valt op dat als men des avonds een beetje
- laat in een restaurant komt verschillende
gerechten uitverkocht zijn en men zijn toe
vlucht tot het een of ander „Eintopfgericht"
moet nemen. Deze „Eintopfgerichte", waaraan
men alle mogelijke namen gegeven heeft, zijn,
als men een beetje geluk heeft, zeer smakelijk
toebereid en daarbij niet duur. De restaurants
zijn, niettegenstaande de beperkte gerechten
keuze, zeer druk bezocht en het komt her
haaldelijk voor dat men in groote restaurants,
zooals die van Kempinski in de Leipziger-
strasse of van Hotel Excelsior (5000 zitplaat
sen) geruimen tijd moet wachten om een
plaats te kunnen krijgen. Verschillende Ber
lijners schreven dit drukke restaurantbezoek
toe aan het feit dat de week daarop ook in
de restaurants voor verschillende spijzen
distributiekaarten moesten worden afgegeven
terwijl dit tijdens mijn verblijf nog niet noodig
was.
Het beperkte autoverkeer geeft wel een ge
heel ander uiterlijk aan Berlijn dan vroeger,
doch het is voor den voetganger niet
onaangenaam, want zonder veel gevaar kan
hij thans de zoo drukke straten als Friedrich-
strass, Peipzigerstrasse of Kurfürstendamm
oversteken. Ook in Berlijn is het rijwiel weer
1 in eere hersteld en verschillende Berlijners
hebben zich een fiets aangeschaft. Het re
clame-element is ook hier weer actief, want
in de geïllustreerde bladen verschijnen foto's
van bekende filmsterren zooals Willy Birgel
ea. gezeten op de fiets!
De stemming in Het land.
De stemming onder het publiek is betrek
kelijk verschillend: er zijn er die, niettegen
staande de oorlog met Polen tot een goed
einde is gebracht, zich er toch niet geheel
mede hebben kunnen vereenigen dat voor de
bevrijding van Dantzig enz. een oorlog noodig
was en dat o.a. de zoo snelle „Aufbau" van
Duitschland hierdoor eenigszins onderbroken
werd, anderen, en zij vormen de overgroote
meerderheid, zijn juist van meening dat het
huidige conflict een einde zal worden gemaakt
aan de onbillijkheden en onrechtvaardigheden
van, zooals men dit thans algemeen noemt
het „Dictaat" van Versailles. Doch in het al
gemeen is er geen „hoera-stemming" onder
het publiek, hoewel de meening overheerscht
dat Duitschland uit den oorlog, ook al wordt
deze naar het Westen overgebracht, als over
winnaar te voorschijn zal komen. Het ver
trouwen in Hitler is onbeperkt en men heeft
zich dan ook ten volle aan hem en zijn ad
viseurs overgegeven. Men weet dat een oorlog
in het Westen tal van offers zal eischen cn
dat de ontberingen groot zullen zijn, doch
men is bereid ze te dragen in het voile
vertrouwen, dat de resultaten dit alles weer
zullen goed maken. Men heeft de overtuiging'
dat de Führer geen offers zal vragen als ze
niet noodig zijn.
De tot bijna op elk gebied der voedselvoor
ziening, vetten, zeep en andere artikelen door
gevoerde distributie met haar rompslomp
wordt dan ook gelaten aanvaard, al geeft
het den huisvrouwen veel te doen om alles te
kunnen krijgen waarop de distributiekaarten
recht geven.
De terugreis naar Nederland is ongeveer
even omslachtig als de heenreis, hoewel door
vermindering van het aantal '„overstap-sta-
tions" wel een eenigszins korteren reisduur
verkregen is. Men kan tenminste in één dag
van Berlijn naar Amsterdam of Den Haag
komen. Het oponthoud aan de grensplaatsen
is echter nog tij droovender dan op de heen
reis. Vooral in Bentheim wordt de controle
zeer streng toegepast. Er wordt geïnformeerd
hoe lang men in Duitschland was, waar men
was, wat men er deed enz., enz. en het komt
herhaaldelijk voor dat men zijn mededeelingen
door bewijzen heeft te staven. Alles geschiedt
echter op de meest correcte en hoffelijke wijze,
doch secuur. Dit is natuurlijk niet te ver
wonderen, want men bevindt zich in een
oorlogvoerend land en tegen spionnage wordt
zeer sterk gewaakt. Het ligt voor de hand
dat de genoemde strenge controle weinig er
varen reizigers zenuwachtig maakt, doch
degene, die niets te verbergen heeft, kan
zonder bezwaren de pascontrole tegemoet zien.
Degenen dan ook, die het op een scherpe con
trole aan de grens niet begrepen hebben en
niet voor zaken- of andere dringende doel
einden in Duitschland behoeven te zijn, doen
beter te wachten tot de oorlogstoestand van
nu voorbij is.
legt 1200 k.m. af.
GENUA, 5 October (Stefani) In
een bosch bij Savona is een jager er
in geslaagd een grooten adelaar te
vangen. De vlucht van den roofvogel
bedraagt meer dan twee meter. De
vogel was geringd. Op deze ijzeren
ringen stond vermeld: „6 Februari
1939. Dierentuin Warschau". Het be
treft hier een adelaar, die tijdens de
bombardementen uit den dierentuin
in de Poolsche hoofdstad was ge
vlucht en minstens 1200 kilometer
moet hebben gevlogen.
Zweedsche vloot patrouilleert in
de Zweedsche territoriale wateren.
KOPENHAGEN, 5 October (Reuter-A.N.P.)
Volgens een telegram uit Stockholm is de
Zweedsche vloot voor de westkust onder lei
ding van admiraal Aakamark, bestaande uit
een slagschip, twee torpedobootjagers, twee
duikbooten en een aantal kleine oorlogs
schepen begonnen met de patrouilleering in
de Zweedsche territoriale wateren.
Zij worden bijgestaan door een honderdtal
andere schepen.
De moeilijkheid, voldoende loodsen te krij
gen met kennis der grens van de territoriale
wateren, maakt het convoyeeren bijzonder
noodig.
SLUITING VAN DE FRANSCHE
PARLEMENTAIRE ZITTING.
PARIJS, 5 October (Havas). Het staatsblad
publiceert een decreet, waarbij de tegenwoor
dige zitting van het parlement om redenen van
binnenlandse!» poliüeken aard wordt gesloten,
de parlementaire onschendbaarheid van de op
de communistische lijsten gekozen afgevaardig
den wordt opgeheven en deze vertegenwoordi
gers, indien zij dat zouden wenschen, zal wor
den verhinderd propaganda voor de ontbonden
partij voort te zetten.
De
,J. P. Coen" 12 October naar
Lissabon.
AMSTERDAM, 5 October De N.V. Stoom-
vaart maatschappij „Nederland" deelt mede,
dat het vertrek van het s.s. „J. P. Coen" van
Amsterdam op haar eerste reis naar Lissa
bon. waar de passagiers zullen overgaan op
het m-s. „Marnix van Sint Aldegonde", is
vastgesteld op Donderdag 12 October a.s.
Inscheping der passagiers des avonds tus-
schen 8 en 10 uur aan de Javakade.
Publiciteit
door BAS VAN DEILEN
ofessor Beverbont, de beroemde oudheid
kundige, was het type van een eenzelvig
kamergeleerde. Buiten zijn wereldver
maarde museum van fossielen bestond
tr voor den grijzen vrijgezel ongeveer niets tei
wereld, dat hem veel belangstelling inboezemde
In hooge mate verstrooid en slordig als hij was.
liet de professor zich vooral weinig aan z'n klee
ding gelegen liggen, en hij had de gewoonte z'n
costuums zóó lang af te dragen, tot z'n oude huis
houdster door list of geweld er in slaagde den
kleermaker in de studeerkamer van den profes
sor binnen te smokkelen.
Toen de groote geleerde dan ook tijdens een
treinreis bij het naar buiten kijken het ongeluk
had, dat zijn hoed afwoei, voelde hij zich vol
strekt niet wanhopig, en dacht er zelfs niet aan
voor zoo'n wissewasje aan de noodrem te trek
ken. Hij berustte met filosofische kalmte in z'n
tegenslag, en vond bij zichzelf, dat de meneer,
die als eenige mede-passagier tegenover hem zat.
wel wat erg overdreven was in z'n betuigingen
van medegevoel.
En als dat nu nog maar alles was geweest
maai de meneer in kwestie ontpopte zich ten
slotte als expert op het gebied van hoeden, al
leenvertegenwoordiger van de wereldbekende
,Bortpapiro"-hoeden. Omdat hij een zakenreis
maakte, had hij een tiental verschillende model
len van het universeele merk in z'n koffer, en
hij znu h^t zich tot een eer rekenen, wanneei
professor Beverbont van hem een Bortpapïro-
hoed zou willen accepteeren, zonder eenige ver
goeding natuurlijk, louter om te voorkomen, dai
de professor kou zou vattën.
Met z'n gedachten feitelijk alweer bij het con
gres, waar hij dien dag een inleiding zou houden,
luisterde de professor maar half, en stemde ten
slotte niei een afwezig gezicht toe in het voorstel.
In een ommezien had de Bortpapiro-man een
passenden hoed voor hem gevonden en hij toon
de zich zoo overdreven erkentelijk voor de paar
woorden van dank die de professor tot hem
richtte, dat ieder ander dan de verstrooide ge
leerde argwaan zou hebben opgevat.
Na een paar weken was de professor het heele
geval al weer totaal vergeten, en toen hij in de
collegezalen, en overal, waar hij zich nog meer
vertoonde, een zekere spanning waarnam bij
zijn verschijnen, zou hij wel in de laatste plaats
gedacht hebben aan de mogelijkheid, dat zijn
gratis-hoofddeksel daarvan de oorzaak kon zijn
Maar toen het gefluister en gegichel, vooral
van de meisjes-studenten, niet wilde ophoudën
begon hij er op zekeren dag genoeg van te krij
gen, te meer omdat hij zeker wist, ditmaal niei
zijn boord of das te hebben vergeten, iets wal
hem op andere dagen nog wel eens overkwam
Dienzelfden avond kwam de wreede ontgooche
ling. Professor Beverbont sloeg het avondblad
op, en toen hij tot de advertentie-kolommen ge
naderd was, staarde hij plotseling op z'n eigen
portret, geflankeerd door een reusachtige adver
tentie voor de „Bortpapiro"-hoeden
Het was een vlot-geschreven en smakelijk-op-
gedischte tekst, onderdeel van een serie: „Be
roemde mannen, die „Bortpapiro" dragen". De
handige meneer uit den trein had kans gezien in
den vorm van een interview met den grooten ge
leerde diens speciale voorkeur voor het Bort-
papiro-merk in het licht te stellen, zonder ove-
•igens met een enkel woord te vermelden, wal
de aanleiding was, dat de professor zich een der-
gelijken hoed had laten aanmelden.Nu begreep de
leleerde, wat dat gegichel van z'^ studenten
te beteekenen had, en hij richtte e® veront
waardigden brief tot den Bortpapiro-man. Maar
deze, dolgelukkig met zijn prachtreclame, die
den naam Bortpapiro op ieders lippen bracht,
hield zich van den domme, en toonde zich zelfs
gegriefd, dat de professor zoo weinig een ge
schenk op prijs wist te stellen.
De Bortpapiro-hoeden werden een obsessie
voor professor Beverbont. Hij had z'n eigen
exemplaar al lang in den vuilnisbak gesmeten
maar de kranten bleven met tergende regelmaat
zijn portret afdrukken in hun advertentie-ko
lommen, afgewisseld door de konterfeitsels van
café-chantanthelden en bokskampioenen: over
weldigende lichtreclames met de woordcombina
tie „Beverbont-Bortpapiro" vlamden 's avond?
fel op tegen de gevels langs de groote boulevard?
luidspreker-auto's bralden schor zijn naam uit.
voorafgegaan door het laatste modedeuntje, en
alweer gevolgd door de onvermijdelijke aanprij-
zin 'van de fatale hoeden, en in honderden bios
copen werd avond aan avond het publiek zóó met
de combinatie van de twee namen vertrouwd ge
maakt, dat langzamerhand de wetenschappelijke
wereld tot de overtuiging kwam, dat die oude
Beverbont met z'n Amerikaansche reclame-me
thoden wel voor z'n vak verloren zou zijn.
Maar toen niets hielp om de Bortpapiro-la
wine tot staan te brengen, berustte professor
Beverbont in zijn noodlot, en bedacht, dat de
aardigheid er wel gauw zou afgaan. Getroost door
die gedachte, hield hij zich kalm bij alle sar
castische vragen naar z'n optreden als business
man, en diende alle spotlustigen moedig van
repliek.
Todat hij op een avond, na een lezing van een
buitenlandschen collega te hebben aangehoord
met dezen op een café-terras een kop koffie ging
drinken. Na de beide heeren een kwartiertje te
hebben gadegeslagen, kwam een bijzonder ele
gant gekleed jongmensch op hun tafeltje toe, en
vroeg beleefd professor Beverbont een oogen
blikje te mogen storen.
Belangstellend luisterde de geleerde naar den
jongeman, maar wat hij hoorde, was van dien
aard, dat het alles overtrof wat de professor in
de laatste weken te verduren had gehad. Hel
iongmensch dan zei: „Vermoedelijk kent U me
wel; m'n naam is Charles Partout. ik ben
de jeune-premier van het Metropole-Theater
Ik zou U dezer dagen graag eens komen opzoe
ken, om te zien of U en ik samen niet iets tegen
de Bortpapiro-fabrieken kunnen beginnen. Ik
weet natuurlijk niet op welke condities U vooi
die lui werkt, maar wat mij betreft, ik vind een
provisie van een achtste procent van den omzel
niet in overeenstemming met de geweldige publi
citeit, die wij dan toch maar voor hen maken'
Wij zijn in zekeren zin collega's, en daarom.
nietwaar professor, vind U zelf ook niet?...."
Tot z'n grenzenlooze verbijstering zag de Duit
;che geleerde, die rustig was blijven wachten,
toen opeens, hoe z'n grijze collega als een wild
leworden tijger naar voren sprong, en den niets
vermoedenden acteur een uppercut gaf, die tech
nisch misschien niet onberispelijk was, maai
overigens het gewenschte effect sorteerde.
De groote oudheidkundige onderging eer
kwartier later de sensatie, door een slungeliger
adjunct-inspecteur van politie ondervraagd tf
worden, of hij misschien te veel gedronker
had
Nadruk verboden. Auteurssrecht voorbehouden
Ensrelsclie disconto bliift 3 pCt,
LONDEN. 5 October f Reuter 1 - De
Bank of England handhaafde haar
disconto op 3 pCt.
van de
Uitvinder was een
Weensch Hoogleeraar.
E briefkaart vierde den lsten
October haar zeventigsten
verjaardag. Op dien datum
van het jaar 1869 werd ze in
Oostenrijk geboren en zóó gunstig werd
ze door het publiek ontvangen dat er
die maand reeds 1.400.000 stuks waren
afgeleverd en een jaar na de invoering
was het getal van 91/* millïoen bereikt!
De eer van de uitvinding komt toe aan Dr.
Emanuel Herrmann Hoogleeraar in de staats
huishoudkunde te Wiener-Neustadt en later
aan de Technische Hoogeschool te Weenen,
Bezig met zijn boek, dat hij schreef, ..Leitfaden
der Wirtschaftslehre" was hij gekomen bij hel
hoofdstuk: „Das Gestez der Spezialisierung" en
hij zocht naar bewijzen om dit onderwerp zoo
veel mogelijk te verduidelijken. Onwillekeurig
dacht hij hierbij aan de groote papierverspilling
voor mededeelingen, die het schrijven en ver
zegelen van een brief eigenlijk niet waard zijn.
Tegelijk ontstond bij hem het plan open brieven
of kaarten in te voeren, die met inkt of potlood
konden worden beschreven, van een postzegel
voorzien en in de brievenbus geworpen konden
worden. Dit denkbeeld werkte hij verder uit in
de „Neue Freie Presse" van 26 Januari 1869.
Bezwaren moesten worden
overwonnen.
Dit stuk kwam in handen van den toenmali-
gen Directeur der Oostenrijksche Posterijen,
Freiherr von Maly. In hem vond Dr. Herrmann
een geestdriftig medestander. Er waren echter
moeilijkheden op te lossen: vooreerst kon een
verandering in het Oostenrijksche postwezen
alleen tot stand komen met medewerking van
het Hongaarsche Handelsministerie. Gelukkig
bleek de Minister van Handel zeer met het plan
ingenomen. Verder was het formaat een punt
van nadere bespreking. Het oorspronkelijk plan
was de kaarten het formaat te geven van één
achtste vel papier, waarbij de afzender aan de
eene zijde zijn bericht moest schrijven, daarna
de kaart in drieën moest vouwen en van een
adres voorzien.
Dit plan bleek in de practijk echter niet uit
voerbaar, omdat op deze manier de kaarten in
elkander zouden schuiven. Toen werd besloten
tot het model, waarbij aan de eene zijde het
adres en aan de andere het bericht kwam te
staan. Als formaat werd aangenomen dat der
enveloppen, zooals die aan de postkantoren in
Oostenrijk te verkrijgen waren, doch iets min
der hoog. Het karton kreeg de dikte van een
fijne speelkaart en de kleur was lichtgeel.
De oorspronkelijke bedoeling van Dr. Herr
mann was, dat deze kaarten zouden dienen als
een soort brieftelegram met niet minder dan 20
woorden. Hij vreesde namelijk, dat de post-
directie anders bezwaren zou hebben wegens
concurrentie met den brief. De posterijen lie
ten het aantal woorden echter vrij, en terecht,
want in het andere geval zou men weer meer
ambtenaren noodig hebben om te controleeren!
Een ander bezwaar, dat geopperd werd, kwam
van de zijde van het Oostenrijksche Ministerie
van Handel. Men vreesde namelijk, dat het pu
bliek misbruik zou kunnen maken van de open
kaarten en den geadresseerde beleedigende of
krenkende woorden zou kunnen schrijven en
men stond er op, dat op de kaarten de mededee-
ling zou worden gedrukt, dat de post niet aan
sprakelijk was voor den inhoud van het
geschrevene! De Directeur der Oostenrijksch
Posterijen was het met deze opvatting niet eens
en meende, dat de ontvanger van de kaart het
recht had deze al of niet aan te nemen en dat
de kwestie van aansprakelijkheid niet bij de
post, doch bij den afzender viel.
Daar de onderhandelingen over deze betrek
kelijke kleinigheid de uitgifte langen tijd zou
kunnen vertragen, gaf de Directeur der Oosten
rijksche Posterijen toe en zoo kon men op de
eerste Oostenrijksche briefkaarten lezen: „Raum
für Schriftliche Mitteilungne" en onderaan'
„Die Postanstalt übernimmt keine Verantwort-
lichkeit für den Inhalt der Mitteilungen". (Ten
gevolge van slordigheid ontbraken deze zinnen
soms en nu en dan stonden ze in omgekeerde
volgorde.)
Het porto-vraagstuk.
Teneinde zooveel mogelijk arbeid te bespa
ren, zou de postzegel op de kaart worden ge
drukt, door welken maatregel men tevens kon
voorkomen, dat de zegel op een willekeurige
plaats zou worden geplakt.
De „uitvinder" had voorgesteld een porto van
2 kreuzer. Hongarije was echter bang, dat de
staat van de invoering van deze kaarten te veel
schade zou ondervinden en stelde voor: 3
kreuzer. Dr. Herrmann verdedigde echter zijn
2 kreuzer-porto, waarbij hij uitging van de
moderne gedachte, dat bij een laag tarief de
kaarten veel spoediger populair zouden worden.
De Directeur van de Oostenrijksche Posterijen
was het hierin met hem aens en Dr. Herrmann
kreeg ten slotte zijn zin.
Zooals we reeds zeiden, werd in de eerste
maand van het nieuwtje grif gebruik gemaakt,
daarna trad een daling van den verkoop in,
doch de briefkaart was en bleef populair.
Ons land volgde twee jaar later, na de invoe
ring van de nieuwe postwet van Juli 1870, het
voorbeeld. Merkwaardig is, dat in artikel 2
dier wet werd bepaald, dat opgave van naam
Russische troepen trekken terug
bij Litauen.
KAUNAS. 4 October (Reuter). De Sov
jettroepen trekken zich thans, naar gemeld
wordt, terug uit een groot gebied in Polen,
tussehen Oost-Pruisen en Litauen. dat toe
gekend is aan Duitschland bij de Moskousche
deelingsovereenkomst. Het gebied van Wilna
is nog volkomen afgesneden vai Litauen.
Verklaard wordt, dat daar levensmiddelen en
andere goederen .uiterst schaarsch zijn.
Patrouillevluchten langs de
Amerikaansche kust.
WASHINGTON. 5 October. Uit betrouw
bare bron wordt vernomen dat twaalf bom
menwerpers van de marine van zonsopgang
tot zonsondergang patrouillevluchten onder
nemen naar de Caraïbïsche Zee van het
Zuidelijkste punt der Vereenigde Staten tot
de Noordkust van Zuid-Ameri-ka. De vloot-
autoriteiten weigerden er zich over uit te
laten, maar onze zegsman zeide dat hij de
operaties had waargenomen en dat hij dacht
dat de vliegtuigen naar Norfolk zouden ver
trekken. De vliegtuigen zijn gestationneerd op
Islagrande. waar een vlootbasis wordt aange
legd, gelijk aan die te Guantanamo. welke
de zóne dicht bij het Panamakanaal be
schermt. (United Press).
of onderteekening van den afzender sppt,
eischte was. Ver*
In de eerste 11 maanden van 1871
meer dan 4 millioen briefkaarthen door de •D
kantoren in Nederland afgeleverd.
De uitvinder heeft het nog beleefd (hii
_ed in 1902), dat de brief aart en later d 61*
illusteerde briefkaart over heel de h-—
wereld haar zegetocht maakte. Behalve
groote voldoening over zijn werk, heeft hii .DS
zijn eigenlijke uitvinding geen enkel nPrLl!n
lijk voordeel genoten. on"
Motorrijder botst tegen personen,
auto.
Levensgevaarlijk gewond.
In de kom van het dorp Voorthuizen k w*
militaire motorrijder in volle vaart teï!
een personenauto gereden. Hij vloog over de!
wagen heen en kwam ongeveer vier meb!
verder op straat terecht.
Het bleek dat de polsslagader was door»e
sneden, een arm gebroken en het linkerbeen
verbrijzeld. Bovendien had de man aan het
hoofd verwondingen opgeloopen en voorts
een hersenschudding gekregen. In levende-
vaarlijken toestand is het slachtoffer naar
het militaire hospitaal te Amersfoort ve'.
voerd.
Duitsche duikboot in de Baai van
Valparaiso?
VALPARAISO 5 October. Naar vernomen
wordt stellen de marine-autoriteiten een onder
zoek in naar het verschijnen van een ver
moedelijk Duitsche duikboot Dinsdagavond
in de baai van Valparaiso, waar zij tot den och
tend bleef liggen in de nabijheid van het stoom
schip „Dresden". De aanwezigheid van de
onderzeeër is. naar men aanneemt oorzaak ge-
weest dat het Fransche stoomschip „Winnipeg"
dezen ochtend haastig den haven is binnenge-
loopen van Talcahuano via Panama op weg
naar Frankrijk.
DUIDELIJK GESTELDE VRAGEN
van alle Abonnés van dit blad worden door
een specialen Redacteur en zijn talrijke
medewerkers zoo mogelijk en ten spoedigste
beantwoord.
De vragen moeten worden geadresseerd aan
het bureau van dit blad, met duidelijke ver
melding van naam en woonplaats. Vragen
waaraan naam en adres ontbreken, worden
terzijde gelegd.
De namen der vragers blijven redactie-
geheim.
De antwoorden worden GEHEEL KOSTE
LOOS thuis bezorgd.
Alleen die vragen, welker beantwoording voor
vele anderen behalve den vrager van nut
kan zijn, worden tevens in ons blad ge
plaatst.
RECEPTEN.
VRAAG: Hoe kan ik zoete en zure appelen
laten drogen?
ANTWOORD: Het drogen van groenten en
vruchten geschiedt veel in fabrieken. In de huis
houding kunt u het niet doen.
VRAAG: Hoe verwijder ik vochtvlekken uit
een colbertcostuum, dat door het hangen vlek
ken heeft gekregen?
ANTWOORD: Het zullen geen vochtvlekken
zijn. doch vetvlekken welke door het lang hangen
zichtbaar geworden zijn. Probeert u de vlekken
met een dotje watten, gedrenkt in perchloor-
aethyleen stevig af te wrijven. Gaan de vlekken
daarmee niet weg. dan is het toch vocht en Is
er niets anders aan te doen dan het pak te laten
verven.
VRAAG: Ik heb veel last van mieren in de
kast van mijn huiskamer. Wat kan ik daaraan
doen?
ANTWOORD. Maak van bleekDoeder en vase
line een makkelijk smeerbaar zalfje en vul daar
mede de naden en kieren op. (1 theelepel bleek-
poeder mengen in 3 theelepels vaseline bijv.).
Op iedere plank zet u een emaille bakje waarin
2 theelepels bleekpoeder en 1 kopje kokend wa
ter. Kast sluiten en 2 dagen dicht laten. Zoo
noodig herhaalt u eenige malen deze behande-
ling.
VRAAG: Ik woon boven een bakkerij en heb
veel last van bakkerstorren. Weet u een middel
daartegen?
ANTWOORD: U dient zoo eenigszins mogelijk
de plintnaden dicht te smeren na er vooral wat
werk of Jute onder gewerkt te hebben, welke ge
drenkt wordt in carbolïneum. Het diebtsmeren
der plinten gaat betrekkelijk eenvoudig met meu-
belmakerswas.
VRAAG: 1. Hoe kan ik een blauwe gabardine
regenjas, die ik gewasschen heb, weer water
dicht maken?
2. Hoe verwijder ik vliegenvuil van vergulde
lijsten en van een bronzen lamp?
ANTWOORD: 1. Tien minuten ln een neu
traal lauw-warm zeepsop goed behandelen, uit
slaan, glad ophangen, tien minuten laten uit
druipen. Daarna tien minuten in een warme
oplossing van 200 gr. fijne aluin op 10 Liter
water, uitslaan (niet wringen) en laten drogen
in koude ruimte of op den tocht.
2. Afsponsen met lauw zeepsop je waarin een
weinig amonia.
RECHTSZAKEN.
VRAAG: Hoeveel successierecht moet be
taald worden van een legaat van 500? (Er
geen familiebetrekking).
ANTWOORD: 168 (28 pCt. plus 20 opcen
ten).
VRAAG: Ik heb op mijn werk oen -
gehad en moet 3 dagen wachten vóór de R-
ongeval
uitkeert (ik ben „in de Ziektewet"),
mijn patroon nu die 3 dagen uitkeeren?
ANTWOORD: Ja.
Moet
DIVERSEN.
VRAAG: Mijn man is wegens mobilisatie °P
geroepen, Ben ik nu verplicht in een zie e
fonds te blijven voor mijn man?
ANTWOORD: U bent er niet toe vtfpM®
maar het is toch wel verstandig, het Zie"
fonds aan te houden, want zou uw man m-
klein verlof komen en ziek worden, dan zou
niet meer In een fonds zijnde, particulier
dokter moeten nemen.