titsche Ceg.ec in Scaukxiik
00üt thans 158.000 man.
Eiken nachf staken drie con-
vooien het Kanaal over.
Scandinavië en België
protesteeren in Berlijn
Engeland en Rusland
sluiten een
ruilovereenkomst.
Qenecaal Qamelin-
-«Mee*.
RADIO.
pONDERDA G
12 OCTOBER 1939
Engeland op alle gebied
beter uitgerust dan in
1914 constateert minister
hore belisha.
De Engelsche minister van oorlog, Hore
Belisha heeft Woensdag in het Lagerhuis
overzicht gegeven van het leger ge
durende den oorlog. Hij zeide dat Enge
land zijn taak ruimschoots vervuld heeft.
Binnen den vastgestelden tijd is het vast
gestelde aantal expeditietroepen naar
Frankrijk vervoerd en nog meer troe-
nen zullen volgen. In 1914 waren in de
eerste zes weken van den oorlog 148.000
man over het Kanaal vervoerd, thans zijn
binnen vijf weken 158.000 man overge
bracht Tevens zijn bases en verkeerswegen
geschapen om zorg te dragen voor een vol
doende ravitailleering.
On het ministerie van oorlog heeft men
lederen nacht gewacht op berichten van de
konvooien, elke nacht staken er drie over.
Thans is er geen reden meer voor geheim-
hnnriinc de oorlogscorrespondenten zullen het
tand nu'op de hoogte houden.
Een kleine groep uitgezochte officieren heeft
het ministerie van oorlog de plannen voor
h?t overbrengen van het leger en de lucht
macht tot in bijzonderheden uitgewerkt en
ït overbrengen is zonder verliezen geschied.
De minister deelde verder mede, dat reeds
25000 voertuigen naar Frankrijk zijn ge
bracht, waaronder tanks van 15 ton en
dit overbrengen is grooter geheimhou
ding betracht dan in 1914, de troepen mar
cheerden in kleine troepen des nachts en
rustten overdag, waardoor het transport
moeilijker was dan in 1914. In Frankrijk be
vinden zich thans 50 verschillende soorten
voertuigen, die verschillende soorten brand
stof noodig hebben. Derhalve moesten groote
voorraden worden overgebracht en opgesla-
^De minister deelde verder mede, dat slechts
20procent van de strijdmacht uit infanteristen
bestaat Dze infanterie is uitgerust met vijf
tig Bren-mitrailleurs en 22 anti-tank ka
nonnen per bataljon. In 1914 was bijna 60
procent van het expeditieleger infanterie.
Hieruit blijkt, dat het huidige expeditieleger
over een veel grooter vuurkracht beschikt.
Alleen de betrekkingen tot de bondgenooten
zijn niet veranderd. De mannen zijn even
goed ontvangen. De geest van de troepen is
goed en de eenige tekortkomingen zijn een
tekort aan sigaretten en de langzame bezor
ging van brieven.
De troepen, zijn thans bezig hun posities te
versterken, waarin zij worden bijgestaan door
burgerarbeiders en machines.
De minister bracht dank aan allen, die
hebben medegewerkt om dit tot stand te
brengen.
Vervolgens zeide Hora Belisha, dat de zee
macht van Engeland niet wordt geëvenaard.
De vloot heeft haar geheimen niet verloren
en de luchtmacht spreidt haar beschermende
vleugels uit tegen een ander gevaar.
Niet alleen naar Frankrijk zijn troepen
vervoerd, ook in het land zelf zijn de gar
nizoenen versterkt, terwijl ook de dien
sten tot verdediging tegen aanvallen uit
de lucht actief zijn. Op alle gebied is En
geland beter uitgerust dan in 1914.
In April van dit jaar werd het plan voor ne
gentien divisies gewijzigd in een plan voor
32 divisies. Dit zal evenwel niet de grens zijn.
Sedert het uitbreken van den oorlog zijn
50.000 vrijwilligers in het leger opgenomen,
terwijl in September het dubbele van dit ge
tal werd aangenomen als vrijwilligers bij de
militie. Behalve voor sommige speciale taken
Himmler in Italië.
Bespreking over het vertrek der Duitschers
uit het Boven-Etschgebied.
Heinrich Himmler.
De 'Duitsche minister en leider der Gestapo
ffimmler is Woensdag- te Milaan aangekomen
en doorgereisd naar Tremozzo aan het Como-
tteer om besprekingen te voeren, welke, naar
fflen verwacht, twee dagen zullen duren,
{^nler was vergezeld van den, senator
Bocchini en de Italiaansche politie-prefecten
Tan Bolzano en Fiume.
Men denkt, dat de reis geschiedt op grond
»an vraagstukken veifcand houdende met de
Overbrenging naar Diftschland van de Duit
se bevolking van het dal van den Boven-
De „Iroquois" veilig over.
Het schip in de haven van New-York
aangekomen.
Het stoomschip „Iroquois" is veilig in
r? naven van New-York aangekomen,
wen zal zich herinneren, dat de Duitsche
amiraliteit verleden week medegedeeld
ak i' «Iroquois" een soortgelijk lot
dat van de „Athenia" zou ondergaan.
zullen de onder-officieren en officieren uit de
rijen van het leger voortkomen. In het Brit-
sche leger zullen de sterren binnen het be
reik van ieder gewoon soldaat liggen. Nie
mand behoeft te vreezen dat zijn geringe af
komst een reden zal zijn, dat zijn militaire
verdiensten niet worden erkend.
Verder hebben reeds 20.000 vrouwen dienst
genomen bij de vrouwelijke hulpdiensten en
dit aantal zal worden uitgebreid.
Minister Hore Belisha.
Ook zijn af deelingen gevormd voor de ver
dediging van het moederland, uit officieren en
manschappen, die niet geschikt zijn voor den
dienst over zee en van de afdeelingen, die
wachten naar het front te worden gezon
den.
Voor de oorlogsindustrie zijn 10.000 reser
visten en 12.000 man van het territoriale le
ger uit het militaire verband losgemaakt.
Terwijl de wereld las over den Duitschen-
opmarsch in Polen hebben de Britsche solda
ten besloten, dat dit kwaad zou worden her
steld en zwijgend trokken zij over het Ka
naal. Men mag aannemen, dat zij met gelijken
moed en vasthoudendheid als hun vaders den
strijd zullen voeren. Hoe lang de strijd ook
moge duren, en hoe groot de beproevingen
mogen zijn, zij zullen voor de zaak van de
vrijheid de overwinning behalen.
Nadat Lee Smith en Sinclair namens de
Labourparty en de Liberale oppositie hun
voldoening hadden geuit over het zenden van
het expeditieleger naar Frankrijk zeide de
minister, dat hem wasgevraagd of hij tevre
den was over de uitrusting van het expeditie
leger. Hij zeide hierop, dat hij een neutraal
getuigenis zou geven. Amerikanen, die het
leger hebben gezien, hebben gezegd, dat de
troepen op de best mogelijke manier zijm uit
rust. Hoewel hij toegaf dat niet alles bui
tengewoon te noemen was, zeide de minister,
dat het leger evengoed, zoo niet beter is uit
gerust dan andere. Het leger zelf is tevre
den. Er zullen geen divisies naar Frankrijk
worden gezonden, wanneer men niet zeker
is, dat zij het in het veld kunnen uithouden.
De minister deelde verder mede, dat het
eerste legercorps wordt gecommandeerd
door generaal Dill en het tweede door
generaal Brook. De eenheid van com
mando is eveneens verzekerd. Het Brit
sche leger staat onder Fransch opper
bevel (toejuichingen).
De Britsche opperbevelhebber heeft het
recht een beroep te doen op het eigen
ministerie, doch de minister veronderstelt
dat dit niet noodig zal zijn, aangezien
de verstandhouding buitengewoon goed
De minister zeide ten slotte, dat de chef van
den staf van den Britschen opperbevelheb
ber, Lord Gort, generaal-majoor Pownall
wegens torpedeeren
van handelsschepen.
Naar wij vernemen hebben de Scan
dinavische Staten besloten zich tot de
Duitsche regeering te wenden met een
protest terzake van het torpedeeren van
neutrale handelsschepen.
Voorts vernemen wij, dat België zich bij
dit protest aansluit, doch dat voor Ne
derland op het oogenblik nog geen
redenen bestaan zich bij een der
gelijk protest aan te sluiten.
Vijftigduizend stakers l)ij
Chrysler.
Vijftigduizend arbeiders zijn in de Ame
rikaansche Chryslerfabrieken in staking ge
gaan. De staking staat in verband met een
vernieuwing van het arbeidscontract, dat op
30 September is afgeloopen. Woensdag is een
vergadering gehouden van vertegenwoordi
gers der werkgevers en werknemers, waar
geen oplossing gevonden werd. De vakver-
eeniging deelt mede. dat zij een termijn van
5 dageri in voorbereiding heeft voor de af
kondiging van een algemeene staking bij
Chrysler.
Antwoord aan Hitier opgesteld.
Tekst door Frankrijk en de Dominions
goedgekeurd.
Naar de parlementaire correspondent van
Reuter te Londen meldt, is de tekst van Cham
berlain's antwoord aan Hitier thans volledig
goedgekeurd, zoowel door Frankrijk als door de
Dominions. Men meent te weten, dat Chamber
lain van de gelegenheid gebruik zal maken om
zich onomwonden omtrent de voorstellen van
Hitier uit te laten en men meent, dat zijn ver
klaring in het Lagerhuis voor zichzelf zal spre
ken.
Het conflict op het Japansche
ministerie van buitenlandsche
zaken.
Ruim 100 ambtenaren hebben hun ontslag
ingediend.
Het Japansche persbureau Domei meldt dat
meer dan 110 ambtenaren van het Japanache
ministerie van buitenlandsche zaken hun ont
slag hebben ingediend door middel van de
afdeelingohefs.
In een onderhoud met deze afdeelings-
chefs heeft de vice-minister Tani, gezegd, dat
hij dit ontslag zal overbrengen aan den mi
nister.
Tani heeft vervolgens een bezoek gebracht
aan de particuliere woning van den minister,
vermoedelijk om de houding ten aanzien van
dit ontslag te bespreken.
Nog steeds verzet in Polen.
Gevechten in de bosschen van Bialowie.
Havas verneemt uit Moskou, dat in het
woud van Bialowie in Wit-Rusland zich nog
schermutselingen voor doen tusschen deta
chementen van het Roode Leger en Poolsche
officieren en soldaten, die zich blijven ver
zetten. Daar dit woud, dat zeer dicht en op
sommige plaatsen onbetreden is, zeer moei
lijk toegankelijk is, hebben Russische vlie
gers opdracht gekregen de Poolsche groepen
op te sporen. In ditzelfde woud heeft Goering
herhaaldelijk gejaagd.
Boycot van Duitsche en Russische
producten.
Resolutie van de Amerikaansche Federatie
van den Arbeid.
De jaarvergadering van de Amerikaansche
Federatie van den arbeid heeft een resolutie
aangenomen, waarin zij opnieuw haar stand
punt vastlegt, strekkende tot boycot van alle
Duitsche producten. De resolutie bepaalt
eveneens, dat Russische goederen moeten
worden geboycot evenals die. van alle andere
landen, die zich aan den kant der totalitaire
landen zouden plaatsen tegen de democrati
sche landen. De resolutie verzet zich tegen
ieder „voorbarig" bemiddelingsaanbod van
den kant der Vereenigde Staten in het
Europeesoh conflict.
Russisch hout tegen
rubber en tin.
Verdere onderhandelingen
verwacht.
Uificieel wordt uit Londen medege
deeld, dat de Sovjet-Russische handels
delegatie te Londen en het ministerie voor
de voorraden een overeenkomst hebben
gesloten voor de uitwisseling van Rus
sisch hout tegen zekere hoeveelheden
rubber en tin.
De overeenkomst wordt omschreven als
een commercieele en niet als een politieke
transactie. Men wijst er op, dat Rusland ge
woon is op de Londensche markt tin uit Corn-
wallis en ook rubber te koopen, en op zijn
beurt Enigeland bepaalde, producten, waar
onder hout, levert. Een aanzienlijk aantal
Russische havens vriest tusschen eind Oc
tober en eind Nevember dicht en daarom is
het noodig, dat de schepen in die havens, die
hout kunnen laden en vóór de ijsperiode
kunnen worden uitgeklaard, ook voor dat
doel gebruikt kunnen worden.
Moeilijkheden, veroorzaakt door het in
houden van uitvoervergunningen bij het uit
breken van den oorlog hebben er toe geleid,
dat een aantal ladingen hout zijn blijven lig
gen. De onderhandelingen beoogden 't vrijlaten
van de goederen, welke Rusland noodig zal
hebben, en daartegenover het vrijlaten door de
Russische regeering van voor Engeland be
stemde goederen. De tin, die door Rusland ge
kocht wordt, is op het oogenblik ruim be
taald door de termijnen op grond van het
hanidelscontract. De hoeveelheden vertegen
woordigen de normale Russische aankoopen en
worden niet als bijzonder groot beschouwd.
Een deel van het hout zal uit Moermansk,
een ander deel uit havens aan de Witte Zee
komen. Het meeste zal zacht hout en mijn-
hout zijn. De prijzen voor hout, rubber en
tin zijn alle vastgesteld. De omvang der
wederzijdsche verschepingen is nog niet be
kend gemaakt, doch men verneemt, dat de
waarde aan beide zijden volkomen gelijk zal
zijn en dat de maximale grens wordt bepaald
voor de hoeveelheid, die uit de noordelijke
havens verscheept kan worden voor de ijs-
periode.
Bij de onderhandelingen is nauw contact
met den minister van economischen oorlog
gehouden.
Men verwacht, dat de onderhavige over
eenkomst slechts de eerste van een reeks
onderhandelingen met de Sovjet-Unie
zal zijn.
Het accoord is Woensdagmiddag op het mi
nisterie voor de voorraden geteekend door
minister Burgin en den Russischen vertegen
woordiger Filin. Vandaag zal in het Lagerhuis
waarschijnlijk een mededeeling over de over
eenkomst gedaan worden. (Reuter)
„Jieu moet niet attii-d beveCen,
men moet dihuigis overtuigen".
Onze Parijsche correspondent schrijft:
JF.AN DE PIERREFEU, de bekende schrij
ver van „G.Q.G." (Grand Quartier Géné-
ral), waarin hij zijn herinneringen heeft
opgeteekend uit den tijd, toen hij aan
het hoofdkwartier van Joffre verbonden dage
lijks het legercommuniqué van den voorgaan-
den oorlog samenstelde, beschrijft in deze mé
moires een jongen stafofficier, overste, Game-
lin, die zijn vrijen tijd doodde met het lezen van
Bergson en zijn kameraden zoo voor filosofie
wist te interesseeren, dat tenslotte die heele staf
voor zeer „Bergsoniaansch" doorging. Gamelin
is een studiekop geweest in zijn jonge jaren en
hij is het steeds gebleven. Als leerling van het
Stanislas College in zijn jeugdjaren behoorde
hij tot de besten van zijn Idas en mgr. tegen
woordig Kardinaal Baludrillart, die op dat
college zijn geschiedenisleeraar was, rekende
hem tot zijn allerbeste leerlingen. Later, in
1893, behaalde hij bij zijn eindexamen van de
kadettenschool St. Cyr de beste cijfers der 499
examinandi en toen hij na enkele jaren mili
taire practijk in Algiers bij de Hoogere Mili-
tire Krijgsschool werd gedetacheerd, was ook
hier weer het resultaat van zijn studie schitte
rend: zijn professoren, onder wie luitenant-ko
lonel Foch algemeen tactiek doceerde, kenden
hem bij zijn eindexamen met algemeene stem
men het praedicaat „zeer goed" toe.
Toch is deze technicus, die de militaire weten
schap ten volle beheerscht, een man van actie
en herhaalde malen heeft hij getoond de man
nelijke eigenschappen en in het bijzonder den
physieken moed te bezitten, die voor een offi
cier-te-velde onontbeerlijk zijn. Toen de oorlog
van 1914 begon, behoorde hij tot den staf van
generaal Joffre en ofschoon hij er de rechter
hand van den toenmaligen generalissimus was
en zijn ideeën ten grondslag liggen aan heel wat
bevelen door Joffre gegeven o.a. aan het
beroemde commando No. 6, waardoor generaal
Galliéni verlof kreeg den al te ver opgerulcten
vijand onder Von Kluck aan te vallen en daar
mede den eersten stoot te geven tot den Duit-
schen terugtocht voelde hij er zich niet op
zijn plaats: hij wilde aan het front meevechten
en niet ver buiten het bereik van het vijande
lijk geschut, verstandelijk medewerken tot het
behalen der overwinning. In 1916 komt hij met
zijn verzoek voor den dag, maar Joffre werd
boos en acht dagen lang keek hij hem kwaad
aan. Maar au fond begreep Joffre zijn medewer
ker zeer goed en kort daarop bevorderde hij
Gamelin tot kolonel en belastte hem met het
bevel over een brigade jagers, de fameuse bri
gade der „Blauwe Duivels".
Betrekkelijk kort, enkele maanden slechts,
voerde hij die jagersbrigade aan, doch in dien
korten tijd wist hij zich persoonlijk zoo te on
derscheiden, dat zijn manschappen hem op de
handen droegen.
Van zijn physieken moed heeft generaal Ga
melin later nog herhaaldelijk blijk gegeven, zoo
o.a. in 1925, toen hij bevelhebber was der co
lonne, die in Syrië het door de krijgshaftige
Druzen belegerde Soueida moest ontzetten. Een
gevaarlijke onderneming was het, want slechts
weinige wegen waren aangelegd in dat heuvel
achtige landschap en wanneer de troepen zoo'n
heuveltop beklommen hadden, dan staken daar
boven de silhouetten van manschappen en paar
den scherp af als even vele schietschijven voor
de scherpschutters van den vijand. En Gamelin?
Die stelde zich met zijn stafofficieren op den
hoogsten heuveltop op om een wakend oog te
kunnen houden op die gevaarlijke manoeuvres
en de kogels van de rondom achter rotsblokken
verborgen Druzen schrikten hem zoo weinig af,
dat hij weigerde van stelling te veranderen, toen
een dier kogels tegen den rotswand achter hem
afketste en tegen zijn laars terugsprong.
Die physieke moed is een der groote eigen
schappen van Gamelin, doch zijn enorme tech
nische militaire kennis is oorzaak, dat hem
meestal functies werden toevertrouwd, die hem
dwongen zijn leven minder in de waagschaal te
stellen.
Zooals wij hierboven schreven, bleef kolonel
Gamelin slechts korten tijd bevelhebber der
„Blauwe Duivels Brigade", want reeds enkele
maanden na zijn bevordering tot kolonel werd
hij benoemd tot generaal-majoor en als zooda
nig chef van den staf van generaal Micheler,
bevelhebber der reservelegers. Weer enkele
maanden later mocht hij een nieuwe ster voe
gen bij de twee, die hij reeds op de mouw droeg,
die van luitenant-generaal; vier en veertig ja
ren is hij slechts oud; een der jongste, maar ook
een der bekwaamste hoofdofficieren van het
Fransche leger. De 9de divisie wordt hem toe
vertrouwd en tot het einde van den oorlog zal
hij bevelhebber blijven over deze élite-troepen,
die onder zijn commando stand hebben gehou
den tegenover een overmachtigen vijand. Zes
Duitsche divisies stonden immers tegenover
hem opgesteld en om dien van alle zijden
opdringenden vijand tegen te houden en
niet omsingeld te worden was hij ver
plicht zijn front successievelijk van 10 tot 18
K.M. uit te breiden. Langen tijd hielden zijn
mannen stand, konden de Duitschers niet ver
der doordringen. Weken, maanden duurde dat,
doch langzamerhand drongen rechts en links
kleine afdeelingen van den overmachtigen te
genstander in zijn vleugelstellingen. Plet was
Maart 1918 en Gamelin moest een beslissing ne
men om aan den greep der Duitschers te ontko
men. De voorzichtigen raadden hem aan onmid
dellijk terug te trekken, doch een dergelijke te
rugtocht in het volle daglicht zou zeer zeker met
groote verliezen gepaard gaan en toen al was
Gamelin zuinig met het leven van zijn mannen.
Allen zouden ze voor zoover dat mogelijk was,
in veiligheid gebracht worden of wel ze zouden
gezamenlijk ter plaatse vernietigd worden en
daarom beval hij niet terug te trekken, maar
aan te vallen op de vleugels, totdat het nach
telijk duister een veiligen terugtocht mogelijk
zou maken. Een riskant besluit was 't, maar het
bleek de goede beslissing te zijn en na met on
gelooflijke koelbloedigheid de aanwezige Engel
sche generaals ten avondeten vlak bij de voorste
linie uitgenoodigd te hebben, liet hij zijn troe
pen terugtrekken, zelf met zijn staf als een der
allerlaatsten een terrein verlatend, waarop zijn
soldaten zich zoo dapper verdedigd hadden.
A den oorlog werd hij als hoofd eener mi-
I litaire missie naar Brazilië uitgezonden om
er op verzoek der regeering het leger, dat tot
dusver door Duitsche instructeurs was gedrild,
te reorganiseeren en daar moet hij een woord
hebben gesproken, dat karakteristiek voor hem
is: „Men moet niet altijd bevelen, men moet
dikwijls overtuigen". Gamelin gaf hiermede
blijk behalve een goed officier ook een goed
diplomaat te zijn en deze eigenschappen kwa
men enkele jaren later zeer goed tot haar recht,
toen hem opdracht werd gegeven den opstand
der Druizen te dempen, wat hij eerst noodge
dwongen gewapenderhand deed en later diplo
matiek het heele land te pacificeeren.
In Frankrijk teruggekeerd en na korten tijd
het bevel gevoerd te hebben over het 20ste le
gercorps, werd hij een jaar later tot sous-chef
en weer een jaar later tot chef van den geiie-
ralen staf benoemd om tenslotte in 1936 gene
raal Weygand als opperbevelhebber op te vol
gen. Gamelin heeft zich geheel gegeven aan het
leger, dat hem toevertrouwd was: hij zorgde er
voor, dat de Maginotlinie nog verder versterkt
werd, een ondoordringbaren wal vormde aan
Frankrijk's Oostgrens. De mechanisatie van het
leger voerde hij verder door, op zijn aandringen
werd de oefeningstijd van het leger verlengd.
En nu staat hij als generalissimus van alle
Fransche en Engelsche landstrijdkrachten aan
het hoofd van een geweldig leger, eenvoudig
man, een flegmaticus bijna, voorzichtig en
spaarzaam met het leven van zijn mannen, maar
tegelijk buitengewoon energiek en klaar van
geest, een die weet, op welk moment bij zijn
plannen ten uitvoer moet brengen.
Gamelin is de strateeg, waar heel Frankrijk
vertrouwen in stelt, die bewezen heeft dat ver
trouwen waardig te zijn.
J. W. KOLKMAN.
(Nadruk verboden).
f
JLspirin
(bayer)JflBLETTE N
(Adv ingez. Meet.)
PROERAMMA
VRIJDAG 13 OCTOBER
HILVERSUM I, 1875 en 414,4 M.
Algemeen programma verzorgd door
de KRO.
8.Berichten ANP 8.059.15 en 10.Gra-
mofoonmuziek 11.30 Bijbelsche causerie 12.Be
richten 12.15 KRO-Melodisten en solist 12.45
Berichten ANP, gramofoonmuziek 1.10 KRO-
orkest 2.Orgelconcert 3.Verkorte opera „De
barbier van Sevilla" (gr.pl.) 3.40 Gramofoonmu
ziek 4.15 KRO-orkest 5.Gramofoonmuziek 5.15
KRO-Melodisten en solist 6.— Gramofoonmuziek
6.20 KRO-Melodisten en solist 7.Berichten
7.15 Causerie „Het KRO-Luchtnet". 7.35 Gra
mofoonmuziek 8.Berichten ANP 8.15 Rococo-
octet 8.35 Gramofoonmuziek 8.45 Radiotooneel
9.15 Gramofoonmuziek 3.25 Rococo-octet 9.45
KRO-orkest en solisten 10.30 Berichten ANP.
10.40 Gramofoonmuziek 11.Lajos Veres en zijn
Hongaarsch orkest 11.25—12.00 Gramofoonmuz.
HILVERSUM U 301.5 M.
8.— VARA 10.— VPRO 10.20 VARA
12.AVRO 4.— VARA 7.30 VPRO
9.— VARA 10.40 VPRO 11.00—12.00
VARA.
8.Eventueel berichten ANP. Hierna gr.muz.
10.Morgenwijding 10.20 Declamatie 10.40
Pianovoordracht 11.10 Gramofoonmuziek 11.20
Orgelspel 12.De Palladians 12.45 Berichten
ANP. gramofoonmuziek 1.20 AVRO-Amuse-
menlsorkest 2.05 Pïanovoordracht 2.35 Het Lyra-
Trio. 3.20 Gramofoonmuziek 3.304.00 AVRO-
Dansorkest 4.05 Gramofoonmuziek met toelich
ting 4.30 Zang en orgelspel (In de pauze: Gra
mofoonmuziek) 5.Voor de kinderen. 5.30 De
Ramblers 6.Teun Klomp en zijn makkers
(opn.) 6.30 Letterkundig overzicht. 6.50 Gramo
foonmuziek 7.— VARA-Kalender 7.05 Cyclus
„Het Beginselprogramma der S. D. A. P. (II)"
7.23 Berichten ANP. 7.30 Causerie „De dijk"
Hierna: Berichten 7.35 Cyclus „De boeken van
den Bijbel (V)". 8.Pianovoordracht 8.30 Cy
clus „De boodschap van het Vrijzinnig Protes
tantisme (IV)". 9.Vraag en antwooi-d. 9.15 Es
meralda en solist 10.Puzzle-uitzending 10.15
Verkorte operette „Zur goldene Liebe". 10.40
Avondwijding. 11.Berichten ANP 11.10 Jazz
muziek (gr.pl.) 11.4012.00 Gramofoonmuziek.
ENGELAND. 391 en 449 M.
Geen opgave ontvangen.
RADIO PARIS, 1648 M.
Geen opgave ontvangen.
KEULEN, 456 M.
5.20 en 5.50 Gramofoonmuziek 6.30 Leo
Eysoldt's orkest. 7.50 Een Schrammelensemble.
9.30 Gramofoonmuziek 10.0010.20 Volkslieds-
renconcert. 11.20 Omroeporkest 1.35 Populair
concert. 2.30 Zang 3.10 Gramofoonmuziek 3.50
Folkloristisch programma. 5.Populair con
cert 5.20 Omroepkleinorkest ca. 6.Volksmuziek
7.4012.20 Zie Dcutschlandsender.
BRUSSEL, 322 M.
12.20 en 1.302.20 Gramofoonmuziek 5.20 Zang
7.20 Gramofoonmuziek 8.20 Ontspanningspro
gramma voor soldaten 8.50 en 9.20 Omroepor
kest en solisten. 10.30—11.20 Gramofoonmuziek.
BRUSSEL 484 M.
12.35 Gramofoonmuziek 12.50 en 1.30 Radio
orkest 1.502.20 Gramofoonmuziek 5.20 Radio
orkest 6.38 Gramofoonmuziek 8.20 Uitzending
voor soldaten 8.50 en 9.35 Omroepsymphonie-
orkest 10.10 en 103.011.20 Gramofoonmuziek.