DE MIJNENVELDEN de Tloaxdzee
IN DE CENTRALE WERKPLAATS
VAN HAARLEM.
tBif de ïBtitsche
tioepen Ut !hankïifk
„hetsteClingscmd"
wio-ï (lit jHoiaxmatexiëii
Centrale Werkplaats Haarlem", in de
spoorwegentaai „W. P. C. Haarlem"; zel
den hebben we het begrip „centraal" zóó
«prekend teruggevonden als in die in
drukwekkende fabriek voor herstellings
werk, gelegen bij de Amsterdamsche Poort
waar'spoorbaan en autosnelweg de stad
ontvluchten in een parallel-loop naar
Halfweg, waar Amsterdam aan den ho
rizon .ligt*
want daar komt het volgende
^regelmatig in onderhoud: 40 diesel-
pTectrische treinen, 153 electrisclie motorwa
gens en 161 elektrische aanhangwagens van
1 oude lijn Amsterdam-Rotterdam, 61 elec
trisclie twee-wagentreinen, 37 electrische drie
wagentreinen, 37 verbrandingsmotorwagens,
7 niotormontagewagens, 51 locomotoren (ben
zine) en 108 diesel-locomotoren. Verder zijn
daar van bet stoommateriëel in ouderhoud
975 vier-assige en 580 twee- en drie-assige rij-
D?rijtuigen doorloopen van de binnenkomst
tot aan het verlaten van de werkplaats toe in
een hoogst logische volgorde de verschillen
de afdeelingen, om weer als nieuw op de lijn
terug te keeren.
.Centraal", want iedere onder-afdeehng is
zelf weer zóó logisch ingericht, dat het onder
havige object, of het nu een heel rijtuig dan
wel een Maybach-motor voor de dieseltremen
betreft, steeds van alle kanten tegelijk kan
worden behandeld en steeds door al zijn on
derdeelen1 is omringd. Opvallend is dit in de
enorme montage-hal, waar de Maybach-
moloren'voor revisie worden behandeld en
waar met 80(30 onderdeelen per motor reke
ning moet worden gehouden.
Centraal is daar de smederij, centraal is er
de bankwerkerij, de timmermanswerkplaats,
de zadelmakerij, de lakspuitinrichting, tot
zelfs de mooie installatie voor het vullen van
de cylinders met acethyleengas voor het auto-
genisch lasschen toe. Door heel het bedrijf
loopen, waar noodig, de geleidingen en de las-
scher, brander of snijder heeft maar ergens
aan te sluiten, om zijn lasch-apparaat in wer
king te kunnen stellen.
Geen onnoodig gerij met zuurstof-cylinders,
alles wordt van een centrale uit bediend en
daarenboven vult men er zelfs ook de fles-
schen voor andere werkplaatsen. Deze af dee
ling, die .elders nogal eens. groezelig en boven
dien beuatiwd. kan zijn door de gassen, is hier
een model van nieuwe zakelijkheid en. hy
giëne. ,'v' ;v
Dooi" dit complex van hallen hebben wij,
onder de deskundige leiding van den chef der
Werkplaatsen, Ir. H. F. 011 de Vries, een
rondwandeling gemaakt. „Hallen" zeggen wij.
„Neen, dat doen we in den anderen winkel"
vingen we tijdens het gesprek met den chef
der Werkplaatsen op. En al bladerend in het
jubileum-nummer van Spoor en Tramwegen
vonden'we in een artikel van ir. J. P. Boe-
zaardt, geciteerd uit het jaarverslag der Ne
derlandsche Rhijnspoorweg Mij. 1352-1853:
„Nieuwe reparatie-winkel 15,366.80".
Waarom we dit vermelden?
Omdat dit bedrijf zoo oud is als 't spoor
wegbedrijf zelf.
Hier liggen honderd jaren technische voor
uitgang verankerd.
Als de techniek een sprong vooruit deed,
dan moest de Centrale Werkplaats zich aan
passen., Eu toen de Spoorwegen in Nederland
de enorme omzetting van stoomtractie naar
electrische tractie maakten, waren het we
derom de werkplaatsen te Haarlem, die zich
nioesten instellen op deze wel zeer radicale
vernieuwing.
De groote hallen voor de locomotieven wer
den pasklaar gemaakt voor het electrisch ma
terieel. Wie vroeger aan stoomketels en ko
lossale zuigers werkte, leerde nu omgaan met
diesel- en electrische motoren, stelt kleppen
tij en draait een kruk-as van den Maybach-
motor af.
En we konden het na de rondwandeling
door het machtige complex zoo volledig be-
grijpen, toen onze geleider vertelde: „Nu, in
de jaren dat ik hier werkzaam ben, is er on
geveer geen gebouw dat zijn oorspronkelijke
bestemming heeft behouden".
Ook hebben we iets begrepen van het tem
po. waarin deze wijzigingen zich hebben moe
ten voltrekken.
En, al rondwandelende, hebben we bewon
dering gekregen voor het werk dat hier verzet
wordt. Voor de haarfijne instrumenten, waar
mede motor-onderdeelen worden gecontro-
b- 200 goed voor de k°l°ssen van elec
trische loopkranen, die genoeglijk een hee-
•en wagen van zijn onderstel lichten en hem
„vv de draaisfcellen op een paar bokken laat
«sken. Met ontzag hebben we staan toezien,
de zware stalen wielen een nieuw loop-
Iwrt T$gen' wanneer zij door de vele afge-
tgae kilometers oneffenheden zijn gaan ver-
toonen. Een paar machtige beitels zitten grim-
m de moderne machine voor den aanval
op t wiel gereed. Eén druk op de knop en
®?™d kan de wasch doen!"
er omgaat in dit „herstellingsoord"
van de N. S. beseft men eerst goed uit eenige
flariMi Hierbovei1 vermeldden we reeds de
wagensoorten, die hier regelmatig
£uren> of tusschentijds, wanneer de
ïr A\flglieden zulks noodig maken.
fpnV de Vries vertelde ons zoo tusschen
hptüaar ant*ere mededeelingen door, dat
jmVn van de werkplaatsen 22000 ver-
dinhi u- artikelen bevat, met een totaal van
J»oij de twee millioen onderdeelen.
seliii i öuizend werklieden besteden er da-
aAiV b ?un zor§en en hun technische kennis
J- k wagenpark der Nederl. Spoorwegen.
a öei' onderdeelen, de groote montage-
in hlf°£ de mo^oren, mag hier, zij het zeer
den T uh nog even nader behandeld wor-
uipr flet om de moderne inrichting, de
inriPoiil yan het bedrijf, de zoo efficiënte
aanhef' dit onderdeel ons het sterkst
vasJbvi P* was bet de overigens gerecht
ons h!n fierheid van den ingenieur, die
van w meer tofc in détails liet kennis nemen
van het werk?
komp»IVlaybacb~motoren van de Dieseltreinen
- £n?.lddeld na 120.000 K.M. in revisie,
zeggen we met nadruk, want het
hal
is wel eens noodig gebleken dat er nog 20-
30-duizend K.M. bijkwamen en dan bleken
de machines nóg perfect te draaien! En wat
dat zeggen wil, beseft men eerst ten volle,
wanneer men daarbij weet, dat deze motoren
in 1938 maar liefst 10.000 K.M. in de maand
hebben afgelegd.
In de dubbele hal, die 16 Meter breed en
130 Meter lang is, worden de motoren op den
loopenden band behandeld.
Het eerst vangt de demontage-afdeeling
hen op, waarna de wasch-inrichting den mo
tor en zijn onderdeelen van het grootste vuil
ontdoet. Alle onderdeelen blijven bij den mo
tor, tot aan de laatste bewerking toe. Ter
zijde van den loopenden band kunnen de
meet-instrumenten hun dienst doen en de
motoren passeeren tevens de speciale afdee-
ling, waar zij volgens het kalkmelk-procédé
worden onderzocht, dat storingen zeer spoe
dig aangeeft.
Kleine onderdeelen worden ;in een ruimte
met diffuus licht onder microscopen onder
zocht en bij het kleinste scheurtje wordt het
vonnis: „afgekeurd" geveld. De nabijgelegen
magazijnen leveren onmiddellijk het reserve
onderdeel.
Dan zijn er allerlei beproevings-installaties,
voor remmen, voor pompen, voor den geheelen
motor. Over dit onderdeel van het complex
hangt al heel duidelijk het devies der veilig
heid.
Het was een vreugde, dezen prachtigen tak
van het Spoorwegbedrijf van nabij te mogen
leeren kennen.
Overval in een kerk te Boekarest.
Vrouwen van haar juweelen beroofd.
BOEKAREST, 16 October. Een zeer bru
tale overval is door zes gemaskerde bandieten
gepleegd. De gangsters drongen een kerk
binnen, waar op dat oogenblik ongeveer 100
dames op leeftijd bijeen waren. Zij trokken
hun revolvers en commandeerden „handen
omhoog". Zij fouilleerden de ontstelde vrou
wen en namen haar tasschên en juweelen af.
De waarde daarvan wordt op tien millioen
lei geschat. De bandieten wisten te ontsnap-
Het eerste station
te Haarlem, daar
na werkplaats ge
worden, van de
Ned. Spoorwegen.
De Russische „drang naar het
Westen".
KOPENHAGEN 16 October (Reuter). De
Berlijnsche correspondent van het blad „Natio
nal Tidende" schrijft:
De diplomatie der Sovjets verwekt in
Duitschland een toenemende ongerustheid,
vooral daar de voornemens van Italië nog on-
pen; voordat de politie, die door een priester Sen„d *J"|' N" de Sovjets geleidelijk optrek-
gewaarschuwd werd, tèn tooneele verscheen. ken -naar de Oostzea' wor.dt ??vreesd' dat
(United Press.)
Overstrooming in Vlaanderen.
Dijk van de Durme doorgebroken.
GENT, 16 October (Havas-A.N.P.) De
dijk van de Durme is bezweken.
De streek van Zele ("Vlaanderen) staat nu
onder water. De schade is aanzienlijk.
spoedig een punt zullen bereiken, waar zij
„Duitschland hevig op de teenen moeten
trappen."
De correspondent voegt hieraan toe:
De as Rome-Berlijn is volkomen verdwenen.
Mussolini was verstoord over Hitler's opmarsch
naar Polen en heeft gebruik gemaakt van een
geheime clausule in het Duitsch-Italiaansche
militaire pact, waarbij gedurende drie jaren na
de onderteekening geen, hulp behoeft te wor
den verleend. Italië zou volgens den correspon
dent voorts ook verstoord zijn op Duitschland
omdat het den Sovjets heeft toegestaan de
Poolsche grens met Hongarije te bezetten.
Forten met muren
van twaalf voet dik
Vee doocgeueecde camouflage
Overzicht van een der enorme hallen van de Haarlemsche werkplaatswaar het moderne materieel gereviseerd wordt.
Koopvaardijschepen kunnen zich het best beveiligen door
middel van de zoogenaamde paravanen, waarmee Neder-
land's grootste passagiersschepen bijna zonder uitzondering
zijn uitgerust.
(Van onzen maritiemen medewerker)
Sedert het begin van den oorlog zijn reeds
vier Nederlandsche schepen getroffen door
mijnen. Twee waren vreedzame koopvaar
ders, de twee andere mijnenvegers der Ko
ninklijke Marine. De plaatsen waar de ram
pen geschiedden geven aan, dat mijnen niet
alleen gelegd zijn in zeegaten of voor havens,
doch ook in volle zee.
Voor een goed begrip zij in het kort ver
meld. dat de mijn een bolvormig lichaam is
met drijf vermogen, waarin zich een groote
hoeveelheid springstof bevindt. Buiten op den
bol zijn uitsteeksels aangebracht. Stoot het
schip tegen één dier uitsteeksels, dan wordt
de mijn tot ontploffing gebracht. De ravage,
die een mijn aan een schip toebrengt, is aan
zienlijk; gaten van 50 vierkante meter zijn
geen uitzondering. Het is. dus geen wonder,
dat ook vaak onder de opvarenden van het
getroffen schip slachtoffers vallen.
De mijn is door een ankerkabel aan het
mijnanker verbonden. Bij het zoogenaamde
„werpen" van de mijn van den mijnenlegger
af, is de heele kabel gewonden om een trom
mel in het anker. Mijn en anker zitten dan
tegen elkaar. Is de mijn met anker geworpen,
dan zinken zij naar beneden, de mijn echter
ontrolt door zijn drijfvermogen den kabel en
stijgt naar de oppervlakte. Een vernuftige
inrichting zorgt nu dat de kabel zoover ont
rolt, dat de mijn eenige meters onder het
wateroppervlak wordt vastgehouden.
Is nu de waterdiepte grooter dan de lengte
van den beschikbaren mijnkabel, dan kan in
dat gebied dus geen mijn gelegd worden. In
een ondiepe zee,( zooals de Noordzee, kunnen
practiseh overal mijnen worden gelegd. Op
oceanen behoeft men niet voor mijnen te
vreezen.
Mijnen worden gewoonlijk in groepen ge
legd, tezamen het mijnenveld of de versper
ring vormend. Het leggen geschiedt als volgt:
Is een mijnenlegger aangekomen op de
aangewezen plaats, welke zeer nauwkeurig
wordt bepaald, dan wordt de eerste mijn ge
worpen. Het schip vaart nu in een vasten
koers. Met regelmatige tusschenpoozen wor
den de mijnen achter elkander in zee gewor
pen. zóó ontstaat één rij mijnen.
Na deze rij volgt op eenigen afstand een
tweede rij, en zoo vervolgens tot men een ver
sperring of veld gelegd heeft.
Op deze wijze is thans op een groot aantal
plaatsen in de Noord- en Oostzee en langs de
kusten der belligerente partijen een1 groot
aantal mijnenvelden gelegd.
Voor de Nederlandsche visscherij worden
van regeeringswege kaarten uitgegeven,
waarop de gevaarlijke gebieden, zooals deze
door Engeland en Duitschland worden opge
geven, staan vermeld. Men moet zich evenwel
niet voorstellen dat deze gebieden geheel vol-
gelegd zijn met mijnen. Op de meest waar
schijnlijke routes worden velden gelegd.
Daartusschen kan men veilig varen, althans,
wanneer de andere partij, als tegenzet, in
deze passages geen mijnen legt. We zien hier
het gebruik van mijnen in offensieven vorm.
Ter handhaving van de neutraliteit zijn
door neutrale mogendheden ook mijnen ge
legd. Door het leggen van mijnversperringen
voor de zeegaten en haventoegangen is het
niet zonder uitgebreide hulpkrachten moge
lijk binnen te loopen. Het opzettelijk bezigen
van neutrale havens door belligerente oor
logsschepen wordt daarmede belemmerd.
In de berichten der dagbladen kan men
veelvuldig lezen dat door schepen mijnen zijn
waargenomen buiten de gevaarlijke gebie
den. Deze mijnen zijn zonder uitzondering die
gene, welke van het anker zijn losgeslagen. Zij
zijn in den regel niet gevaarlijk, hoewel ze
kerheid nimmer bestaat. Het waarnemen van
een enkele mijn is nog geen bewijs dat het
schip in een mijnenveld is terecht gekomen;
immers een goed gelegd mijnenveld ligt on
der water en is onzichtbaar.
De schepen worden tegenwoordig beveiligd
tegen, mijnen.,door in gebieden waar veron
dersteld wórdt dat mijnen liggen, een strook
voor een veilige passage schoon te vegen met
speciale hiervoor ingerichte, schepen, z.g.n.
mijnenvegers. Deze mijnenvegers vegen de
passage, waarlangs de scheepvaart plaats
vindt periodiek af. Men is echter op deze wij
ze niet zeker, dat 'het geveegde gebied vrij
van mijnen is. Op onbewaakte oogenblikken
kunnen vijandelijke mijnenleggers een ver
sperring in de passage gelegd hebben; ook
kan zich het geval voordoen dat een vijande
lijke onderzeeboot-mijnenlegger onder water
aan het werk geweest is. Daarom laat men
vaak mijnenvegers voorstoomen, welke vlak
voor de schepen de vaargeul schoonvegen.
Komt echter een schip uit den Atlantischen
Oceaan in het Engelsch Kanaal, dan is het
niet mogelijk zoo'n schip steeds met mijnen
vegers op te vangen en veilig verder te
brengen. Het is noodig een middel te bezitten
om dat schip te beveiligen. Dat nu is gevon
den in de zoogenaamde paravanen.
Paravanen zijn het eenvoudigst te vergelij
ken met een zweefvliegtuigje ter grootte van
een man, doch dan zeer sterk geconstrueerd,
met een stevigen vleugel. Ter weerszijden, op
ongeveer 40 meter van het schip, worden de
paravanen aan sterke kabels door het water
gesleept. Bij het sleepen gieren zij uit door
den vleugel: als het ware vliegers onder v
ter. Een inrichting op de paravaan, welke
werkt op den waterdruk, zorgt door middel
van een roer, dat de paravaan op een inge
stelde diepte loopt. De ongeveer 50 meter
lange sleeplijnen, eenige meters onder water
aan den boeg bevestigd, vormen een V met
de punt naar voren. (Zie de teekening). Ligt
nu een mijn op den weg van het schip, dan
zal de ankerkabel door de sleeplijnen worden
weggedrongen van het schip af tot tegen de
para vaan. Daar is deze van messen voorzien
die den mijnkabel doorsnijden. Hierdoor komt
de mijn bovendrijven ochter of naast het
schip, zonder schade aangericht te hebben.
Twijfel zou kunnen, rijzen of de paravanen
wel werkzaam zijn, indien een schip een mijn
nu eens recht op den neus liep. In dat geval
wordt door de boeggolf de mijn opzij gewor
pen vóór deze door het schip geraakt wordt.
De sleeeplijnen dringen de opzij geworpen
mijn verder weg.
Al geven paravanen aan de schepen een
groote mate van veiligheid, toch blijft ook
dan de passage door een mijnengebied een
riskante onderneming. Waren echter de beide
op mijnen geloopen Nederlandsche koopvaar
dijschepen uitgerust met een dergelijk bevei-
ligingstuig, de kans zou groot geweest zijn
dat er niets gebeurd was. Het is dan ook een
geruststelling om te weten dat onze groote
passagiersschepen bijna zonder uitzonder van
paravanen zijn voorzien.
(Nadruk verboden).
'De speciale United Press correspondent bij
de Britsche troepen in Frankrijk schrijft, d.d.
15 October:
Vandaag heb ik verschillende punten be
zocht van de uiterste frontposities, die op het
oogenblik door de Britsche troepen bezet zijn.
Met tusschenruimten van een paar honderd
meter langs den sector, die ik bezocht, zag ik
massieve stalen forten van het defensiesy
steem. In den wereldoorlog waren dergelijke
forten slechts op enkele punten bij Verdun
aangelegd.
Aan het front zijn de Britsche troepen op
vele punten druk bezig loopgraven aan te leg
gen en artilleriestellingen op te werpen. Op
enkele meters afstand gaan de Fransche boe
ren rustig door met hun suikerbietenoogst.
Eens zag ik een optimistische boer, die zijn
akker aan 't ploegen was voor den volgenden
oogst, terwijl de Engelsche soldaten kriskras
door zijn veld verbindingsloopgraven groeven.
Ergens anders ging een landbouwer door met
het bouwen van zijn nieuwe huis op korten
afstand van een luchtafweerstelling in aan
leg.
Een der groote stalen forten met muren en -
een dak van twaalf voet dik heb ik bezichtigd.
Door de periscoop op het dak van het fort zag
ik andere forten van gelijke sterkte die een
geheele streek besloegen. De Britsche officier,
die het bevel voerde, toonde mij vol trots een
levensmiddelenvoorraad die voor verscheidene
weken rantsoen bevatte. De munitievoorraad
stelt het kleine garnizoen in staat het weken
uit te houden. Op den vloer was stroo neer
gelegd voor slaapgelegenheid.
Op weg naar het front passeerden wij ste
den, waar een week geleden „geen kat meer
was", zooals een der officieren het uitdrukte.
De bevolking is thans echter teruggekeerd en
de markten zijn levendig door den verkoop aan
de Engelsche soldaten.
De laatste jaren heb ik veel gelezen en ge
hoord over tankversperringen, maar hier heb
ik obstakels gezien ik mag ze niet beschrij
ven die zich uitstrekten over kilometers en
die zelfs voor de zwaarste tanks moeilijk te
passeeren zullen zijn.
Vandaag passeerden wij opnieuw lange Brit
sche colonnes, maar ik zag geen enkel paard
en geen enkele loopende soldaat. Alles in het
moderne leger gaat op rubberbanden. Een an
der verbazingwekkend verschijnsel van den
modernen oorlog is de manier, waarop de troe-
pij gecamoufleerd worden. Men kan door het
land trekken en heelemaal niet merken dat
daar tien- en honderdduizenden manschappen
gelegerd zijn. Zelfs de stalen helmen zijn ge
camoufleerd door bedekking met modderkleu-
rige geweerhulzen. De auto's van de oorlogs
correspondenten mogen slechts bij gedeelten
vooruitgaan en moeten steeds halt houden on
der boomen of onder de bescherming van
muren.
Vuur geopend op vreemd
vliegtuig.
's GRAVENHAGE16 October. De re-
geeringspersdienst meldt:
Gisteravond laat is langs de Noordzeekust
achtereenvolgens op verschillende plaatsen
motorgeronk waargenomen. Blijkbaar is een
vreemd vliegtuig, dat zich door den mist niet
oriënteeren kon, boven ons grondgebied ver
dwaald geraakt.
Op verschillende plaatsen is het vliegtuig
onder vuur genomen.
Knecht brengt zijn patroon een
bijlslag toe.
AMSTERDAM, 16 October. Gisteroch-
tend is de kleermaker H. Mol, die een zaak
heeft aan den Adm. de Ruyterweg, door zijn
knecht den 29-jarigen S. uit Groningen, die
niet geheel toerekenbaar schijnt te zijn en bij
hem inwoont, met een bijl aan het hoofd ge
wond. De dader is nog voortvluchtig.
De kleermaker werd plotseling gewekt door
een slag op het hoofd. Toen de man zich den -
toestand had gerealiseerd, wist hij, dat nie
mand anders dan zijn knecht, die reeds
meermalen bedreigingen tegen hem had ge
uit, den dader kon zijn. S. bleek reeds ver
dwenen en de kleermaker was nog in staat om
telefonisch om assistentie te vragen.
Het slachtoffer is niet ernstig gewond.
$£CLH/£ ^ct-Zavaaju
tyitens Af- f/fifen
PAARDENSPORT
RUITERCLÜB VELSERBEEK.
De Ruiterclub Velserbeek heeft in een zeer
druk bezochte ledenvergadering den toestand
besproken, ontstaan door het tijdelijk buiten
actie stellen van de Parkmanége te Velsen en
het requireeren van de meeste paarden. Op de
vraag of de vereeniging moest blijven bestaan
werd unaniem bevestigend geantwoord. In prin
cipe werd besloten het eerste lustrum in De
cember feestelijk te vieren, waartoe een com
missie werd benoemd. Aangezien in Velsen
slechts enkele paarden beschikbaar zijn en dat
uitsluitend om buiten te rijden zal het bestuur
trachten clublessen voor de leden in andere
manéges te organiseeren.
Door den kapitein-paardenarts mr. dr. J.
Slager werd na deze besprekingen een causerie
gehouden over de goede verzorging van het rij
paard, waarbij zoowel aan de physiek als aan
de psyche van het dier de noodige aandacht
werd gewijd. De zeer knappe en boeiende in
leiding van dezen expert, die zich tevens als een
waar dierenvriend deed kennen, oogstte lang-
durigen bevel en de voorzitter, de heer K. F. H.
Maas Sr., betuigde hem, nadat hij nog een reeks
vragen der leden beantwoord had, warmen
dank. Verscheidene officieren, ook de regiments
commandant, waren bij deze voordracht teven*--
woordig.